SERENADE^ I IN DE BERGEN] GESTRANDE GELDKS „VISSCHERS RADIO PROGRAMMA Een vroolijk afscheid van het land der gesluierde vrouwen, palmen en bonte kleederdrachten HOE 'T IN EEN JOEGOSLAVISCHE DORPSKERK TOEGAAT. Als in Tirol Slowenië is een prachtig bergland en de hoofdstad Ljubljana is dan ook 'n uitgangs punt voor bergtourisme. .Wanneer je door de stad wandelt, heb je meer de gewaarwor ding ergens in Tirol te zijn dan op den Bal kan. De Oostersche sfeer van het Zuiden is dezen menschen dan ook even vreemd als ons. Het is hun zelfs een beetje, onaange naam, dat zij met dergelijke provincies sa- menhooren, ofschoon zij toch niet tegen den tegenwoordigen Staat in oppositie zijn, zoo als de Kroaten. Zij zijn als nijvere bijen be zig, om alles wat in den oorlog verloren ging terug te winnen. Eén ding hebben de Slowenen echter ge meen met de overige Slaven; je wordt heel gemakkelijke vrienden met ze, omdat ze zoo open en vlot zijn. Ik had ook al gauw weer kennissen. Oudste zoon offerde zich op. Eén dezer kennissen bleek zoon te zijn van een boerenfamilie, die een baantje in de stad had gezocht, omdat er voor hem op de boer derij geen werk en plaats was en nu had hij als oudste thuis, ruimte gemaakt voor zijn broers en zusters. Na de mis uit picnicken. Deze nieuwe vriend van me voelde zich nog steeds niet recht thuis in de stad en hij begreep daarom ook wel, waarom ik op mijn reizen steeds weer het platteland zocht. Hij noodigde me uit, mee te gaan naar zijn dorp, waar een kerkelijk feestje zou zijn, terwijl ik dan meteen ook zijn ouderlijke boerderij kon bekijken. Ik accepteerde graag Op den hewusten dag was het ijzig koud en -regenachtig, maar we gingen toch, eerst met een belle-bel treintje naar Hrastnik, waar voor 't station een broer wachtte met een boerenwagen. Even later zaten we gedrieën samengedrukt op het voorbankje. Broer Koetsier imiteerde met z'n mond een claxon: „uhwè, uhwè!" en toen hobbelden we een drachtig doch zwijgend door 't dorp. 't Was pas half 7 en de mist maakte het bitter koud. Ik probeerde onder het paardedek m'n han den en voeten te warmen en bedacht, dat ik in Dalmatië bij 35 graden in de schaduw, hevig naar dit alles had verlangd en dus nu niet mocht mopperen. Juist toen we 't dorp verlieten en een steilen bergweg insloegen, kwam een aantal mannen met blinkend ge poetste instrumenten naar beneden. Natuur lijk hielden ze ons staande iedereen hield ons staande om te vragen hoe 't in de stad ging en of ik misschien 't meisje van den boerenzoon was? Toen die dat ontken de en er over uitwijdde wat voor een inte- ressant schepsel ik eigenlijk wel was, heke ken ze me een poosje oplettend, fluisterden even samen, kropen in hun groote en kleine horens en bliezen een vroege serenade voor me, die ik met klapperende onderkaak en een drup aan m'n kouwe neus aanhoorde, terwijl kille slierten mist aan me vasthecht ten. Toen 't uit was, riep Franzrl weer „uh wè"; en hotste\j verder, sleeds hooger de bergen in, waarvan door de mist niet één was te zien. Vroolijk welkom. Dol lag op 900 M. hoogte. Tenslotte kwa men we aan ons doel, een laag wit huis met Moeiende dahlia's rondom en potten met ge raniums en fuchsia's in de vensternissen. De groene deur sprong al open en daar kwa men nog 7 broers en zussen te voorschijn, waar achteraan de vader kwam, die knik kende op de stoep bleef staan en z'n krom me pijp opstak ter verwelkoming. Deze aan komst maakte me al warm, maar we wer den nog verder op temperatuur gebracht met heete koffie. En terwijl ik in de warme keuken heelomaal op streek kwam met de gemoedelijke bergbewoners, trok de zon de grauwe nevelsluiers op zij en 't was mooi weer. Naar den stal. We gingen en bloc de boerderij rond; naai de stal, waar de roodbruine melkkoeien het heele jaar staan (het jongvee gaat 's zomers met een herder den berg op.) Boven de stal was de hooizolder, waar tevens 't gras voor de koeien werd gehakseld, wat clectrisch geschiedde, evenals liet dorschen. Er was een schuur met wanden van open latwerk, waartusschen het gras en koren wordt ge stoken om te drogen en tot slot kwamen we in 't gebouwtje waar de appelpersen voor de bereiding van appelwijn stonden* Een wonderlijke kerkgang. Toen ik alles had gezien, was 't tijd om op weg te gaan naar den bergtop, voor hel Tot slot van m'n reis door Joe goslavië kwam ik terecht in Slo wenië, den Noordwestelijksten hoek van het land, dat zich onder Ger- maanschen invloed als een West- Europeesch land heeft ontwikkeld, 't Is nel, of daar de Slaven zelfs iets van de energie en bezadigdheid der Noordelijke volken hebben over- genomen en iets missen van de luchtige oppervlakkigheid van hun verdere rasgenooten. Hun energie moge b.v. blijken uit het feit, dat zij vanaf 1848 toen zij ophielden lijfeigenen te zijn) tot 1914 een kapitaal bij elkaar hadden gewerkt dat toen echter weer verloren ging. kerkfeest. We hadden een fijne klimtocht van 1 y2 uur, waarbij het uitzicht steeds wij der en mooier werd. Steeds meer menschen troffen we langs het pad, zoodat we met velen samen bij 't kerkje aankwamen. Het witte gebouwtje was echter al volkomen vol gepropt met feestgangers, waarom wij maar op een muurtje buiten gingen zitten, om de muziek te kunnen hooren, want m'n vrien den van dien morgen weerden zich daarbin nen duchtig. Na afloop der mis verzamelden allen zich op een weide om de meegenomen boterhammen, worsten enz. te genieten en een glas wijn te drinken, terwijl de pastoor tusschen de vreed- en vreetzame groepjes doorkuierde en overal een praatje maakte. Later werden er vierstemmige volksliederen gezongen. De mannen dronken nog een glas extra, de vrouwen becritiseerden sliekum el- ka&r's Zondagsche jurken, he tjongvolk zat in groepjes samen te lachen, terwijl de kin deren de helling afduikelden en elkaar ver drongen voor de kraampjes met suikeren poppetjes en hartjes aan roze lintjes. Om 3 uur was dc „Zegen" en schuiveldo ik mee de tjokvolle kerk binnen. Er werd ernstig gebeden en daarna gezongen, waarbij een man, die niet heelemaal nuchter meer was te vroeg inzette. Dat was toch wel een afleiding bij al die ernst; er werd gegicheld, balzen rekten zich en een naam fluisterde door de kerk. Toen knielden allen weer, om te danken en daarmee was 't uit. De deuren gingen weer open en „taraboem, tara- boem". daar dreunde ook de dorpsmuziek al' weer los, die voor den ingang bad staan wachten. Nu begon pas het échte feest. De wijnkaraffen gingen weer rond en de jon geren dansten. Ik zelf trok met m'n groepje terug naar Dol. waar we aten en over alles en nog wat praatten, zooals ik dat nog ner gens in 't land op een boerderij had meege maakt, Maar deze jongens en meisjes waren ook op landbouw- en huishoudschoien ge weest en lazen geregeld kranten. Evenwal, zooals dat onverbiddelijk gaat in een land waar de menschen zich beschaven en veel tijd besteden aan lezen, schrijven, vcreeni- gingsleven, enz., tijd voor spinnen en weven en handwerken heeft men hier in de dor pen niet meer en ook is een kleederdracht er een zeldzaamheid. Afscheid bil manesch^n. 't Afscheid van de nieuwe vrienden werd al weer moeilijker, maar ik vertrok weer op den boerenwagen, nu vergezeld door 3 broers. Uit het dorpscafé klonk nog muziek. Vlug rekenden m'n begeleiders uit, dat we nog 10 minuten hadden te verliezen, trokken mij mee naar binnen en daar walste ik al met een jongen boer tusschen een vroolijk gezelschap, dat steeds „Jihoeï" jodelde, tot- wijl de oudere gasten de maat stampten en uit pijpen rookten. Toen wij weer gin gen, was meteen 't dansen afgeloopen, want ook de muzikant ging mee op tien wa gen en zoo reden we bij maneschijn door dc romantische bergspleet, terwijl overal het volk op 't geluid der harmoitica-muziek naar Kijkje op Bied, den parel van Slowoaië. buiten liep, zoodat Franzrl maar steeds „uhwè!" moest claxonnen. Bij 't station kwam de muzikale stoet tot stilstand. „Al lemaal bedankt", zei ik; „heel Joegoslavië bedankt, voor alles". „Kommen Sie zurück", zeiden ze. Ach ja, graag, maar waarschijn lijk nooit. Ik wist nu al, dat ik naar Joego slavië heimwee zou hebben, omdat ik nog in niet één land zooveel vrienden had ge kregen. De parel van Slowenië. Dit. was m'n laatste uitstapje; ik moest lorug naar Holland. Op m'n uitreis bezocht ik nog Bied, de parel van dit wondermooie land. Van daar ging ik over de grens, Jcs- senecië-Salzbtirg-Munchen-Nieuwcschans .Bij Leer zag ik de eerste zwartbonte, koeien -l Ontnuchterde me bijna. ?t Was, of iik wak ker werd na een onwaarschijnlijke droom over boerderijen zonder meubels, gesluierde vrouwen, palmen en vijgen en bontgekleur de kleederdi achten M. T. BOEKEL. S.O.S.-seinen van het „Vervloek te Eiland". Vrouwen, storm en koude ver storen xnillioenendroom. (Van onzen Parijschen correspondent.) Parijs, December 1938. Dezer dagen ging door de pers het bericht van een eigenaardig S.O.S.- sein, dat van het St. Pauls-eiland in het zuidelijk deel van den Indi- schen Oceaan uitgezonden, door een Amerikaanschen radio-amateur op gevangen en naar Frankrijk doorge geven was. Het eiland St. Paul heet reeds lang het „Vervloekte Eiland". Sinds 1843 is het bezocht door ver schillende expedities, die bijna alle op geheimzinnige wijze verongeluk ten. Hoe kwamen er thans weder om menschen op het kleine eiland, dat, slechts weinige honderden mijlen van den poolcirkel verwijderd, tus schen Afrika en Australië in den Indisclien Oceaan ligt? Op 28 Mei 1938 verliet een eigenaardig klein stoomschip met een al even eigenaar dige bemanning de haven van St. Male in Brctagne. Men wist slechts, dat zij naar de Stille Zuidzee wilden trekken, om na drie jaren als rijke lieden terug te keeren. Men schen uit alle lagen der maatschappij en vrouwen van velerlei slag bevonden zich aan boord. Leider van de geluksexpedilie was John de Broers, een Nederlander, die zijn leven met het schieten van alligators in Afrika en jachten op Madagascar had doorge bracht, maar daarvan niet rijker, maar ar mer geworden was. Maar in ieder geval had hij eenmaal in zijn leven een weinig roman tische, doch veelbelovende ontdekking ge daan, Hij had waargenomen, dat ieder jaar millioenen uitgelezen kreeften eenige maan den lang de rotsen van het eiland St. Paul bedekken. Wat, indien hij een schip van koelinstallaties voorzag, de kreeften naar het Fransche eiland Réunion bracht, daar verkocht en levensmiddelen mee terugnam? De rekening was duidelijk in drie jaren moest hij miifconair zijn] Een schip wordt aangekocht Hij vond 48 andere gelukszoekers en avon turiers. Hij verzocht de Fransche regcenng om een visseherijconcessie, stichtte de So- ciété Réunionaise des Pècheries dc St. Paul et Amsterdam en stak een paar honderd duizend francs in den aankoop van de vis- schersboot René Moreaux. liet is de oude marconist Riem van de nu in „lle-Bourbon" omgedoopte visschersboot, die thans na nau welijks acht maanden vertwijfelde S.O.S.- seinen uitzendt. Meeningsverschillen aan boord' De laatste brieven van boord van het schip stammen uit het Suezkanaal. Zij ver teilen van ernstige meeningsverschillen aan boord. Reeds op een groot oceaanschip ont staan bij een langdurige reis „toestanden" De „Ile Bourbon" echter was slechts een kleine visschersboot en daarop bevonden zich vijf geheel verschillende vrouwen on der 43 mannen. Zij brachten het eerste on geluk over de expeditie. Daar was de vrouw van den expeditielei der de Boers, een moederlijke vrouw, die haar man op al zijn expedities vergezeld had. Daar was mevrouw Riom, Bretonsche, zeemansvrouw, met rappe tong en veel tem perament. Maar daar was ook Colette Mou- radian, slank, schoon en blond, nicht van den Franschen schilder Paul Chaabs. Bege leid was zij door haar man, een Turk. Zij wilde de drie jaren op het eiland slechts schilderend doorbrengen en sleepte een groote voorraad schildersbcnoodigdheden met zich. Daar was tenslotte de vrouw van den expeditie-arts Mace, Raymondc, een Parijsche, die de zee nog nooit gezien had en aan boord met bonte Parijsche toiletten ver scheen, terwijl de anderen in eenvoudige wollen plunje rondliepen. Kortom, reeds de brieven uit Suez deelden mede, dat de vijf paren niet meer in de kleine hun toegewe zen „afdeeling voor gehuwden" konden sa menleven en dat het reeds tot hevige vecht partijen tusschen de mannen gekomen was. Wie weet, of niet alleen reeds deze men- schelijkheden het plan, drie jaren samen op een klein eiland te leven, tot mislukking ge doemd zouden hebben? Wie weet, of de we reld niet later van .St. Paul berichten van ge heel andere tragediën, dan zij thans door den aether tot ons komen, gekregen zou hebben?. Zonder kolen in de koude. Maar de natuur zelf schijnt de expeditie geremd te hebben. Er heerschen om St. Paul zoo krachtige stormen, wordt in de S.O.S.- seinen van Riom gezegd, dat alle kolen ver bruikt moesten worden om het doel te be reiken. Toen men na een langdurige strijd met water en wind de met kostbare kreeften be dekte rotsen zag en landdevonden de 48 menschen daar, waar de Boers nog slechts weinige jaren geleden de blokhutten van vroegere kolonisten gezien had, niets anders dan verweerde balken. De storm had zijn werk gedaan. Op een klein schip, zonder kolen, duizenden zeemijlen van een men- schelijke nederzetting verwijderd, aan de koude van het nabije poolgebied blootge steld, zonder onderzak op het land, afgemat en ontmoedigd, zagen de achtenveertig den dood voor oogen. Zij moesten van kreeften leven. Dc delicatesse, die licn tot rijkdom zou brengen, werd hun tot kwelling. Slechts een hoop bleef: dat dc S.O.S.-seinen gehoord zouden worden. Zij hadden geluk. Een ama- GEREED VOOR DEN SPRONG. ZONDAG 8 JANUARI 1W0. Hilversum I, 1875 en 391,5 m. S.Sé VARA. 12.90 AVRO. 8.90 VPRO. 5.80 VARA. 0.39 VPRO. 8.09—12.00 AV1W). 8.56 Gramofoonmuziek. 9,01 Sportnieuws. 9.05 Tuinbouwpraatje. 9.30 Gramofoonmuziek. 9.59 Sportnieuws. 10.00 Bach-cantate. 10.30 Declamatie en gramofoonmuziek. 11.00 „Mignon" en VARA-Kinderfcoor „De „Krekeltjes". 12.00 „Levenswaarden, die terzake doen". 12.20 Berichten, gramofoonmuziek. 12.30 Ensemble Jètty Cantor. 1.30 Causerie; „Een Indische Jengdgevange- nis". I.50 Gramofoonmuziek. 2.00 Boekenhalfuur. 2.30 Concertgebouw-orkest en soliste. In dt pauze Schilderijbespretamg. 4.30 AVRO-Danaorkest (©pn.) en Sport nieuws ANP. 5.00 Gesprekken met luisteraars. 5.30 Voor de kinderen. 6.00 Sportuitzending. 6.15 Sportnieuws ANP, gramcfg wmwiMBii. 6.40 Wijdingswoord. 7.00 Nederduitsch Hervormde Kerkdienst 8.00 Berichten ANP, Radiojournaal, mede- deelingen. 8.20 Omroeporkest en aoHste. 9.00 Hersengymnastiek. 9.30 AVRO-Amusementsorkest, „Die Mosep Buebe" en soliste. 10.10 Radiotooneel. 10.30 Gramofoonmuziek. II.00 Berichten ANP, hierna: Orgel, Marinet en saxofoon. 11.4012.00 Gramofoonmuziek. Hilversum H, 415,5 m. 8.30 KRO. 9.30 NCRV. 12.15 KRO. 5.00 NCRV. 7.45—11.00 KRO. 8,30 Morgenwijding. 9.30 Orgelspel. 10.10 Gramofoonmuziek. 10.20 Nederduitsch Hervormde Kerkdienst, Hierna gewijde muziek (gr.pl.). 12.15 Missiepraatje. 12.35 Rotterdamsch Katholiek Mannenkoor, 1.00 Boekbespreking. 1.20 KRO-Melodisten en solist. 2.00 Vragenbeantwoording. 2.50 KRO-Kamerorkest en zang met piano begeleiding. 4.10 Gramofoonmuziek. 4.15 Ziekenlof. 4.55 Sportnieuws. 5.00 Gereformeerde Kerkdienst. Hierna: Zang en orgel. 7.30 Gramofoonmuziek. 7.45 Berichten. 7.50 Gramofoonmuziek. 8.00 Berichten ANP, mededeeiingen. 8.15 KRO-orkest, KRO-Melodisten en solist. 9.15 Radiotooneel. 9.45 Matrozenkoor „Hofstad'» Koorknapen". 10.05 KRO-xirkest. 10.30 Berichten ANP. 10.4011.00 Epiloog. MAANDAG 9 JANUARI 1980. Hilversum I, 1875 en 301,5 m. Algemeen Programma, verzorgd door d« AVRO. 8.00 Gramofoonmuziek. (Om 8.15 Berichten);, 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gramofoonmuziek. 10.30 Voor de vrouw. 10.35 Ensemble Jonny Kroon en gramofoon muziek. 12.15 Berichten, gramofoonmuziek. 1.00 Ensemble Spezzialetti. I.45 Gramofoonmuziek. 2.00 Ensemble Spezzialetti. 2.30 Omroeporkest en soliste, (3.354.05 Causerie over de Oudercommiseles en ds Ouderraden bij het Lager Onderwij®). 4.30 Disco-causerie. 5.30 AVRO-Aeolian-orkest. 6.15 AVRO-Amusementsorkest (Opn.). (On% 6.25 Berichten). 7.00 Banjo, viool en piano. 7.30 Causerie over Herman Boerhaave. 8.00 Berichten ANP. 8.15 Radiotooneil met rruziek. 9.20 AVRO-Vaudeville-orkest en solisten. 10.00 Gramofoonmuziek met inleiding. 10.30 Orgelspel. II.00 Berichten ANP, hierna tot 12,00 gra mofoonmuziek. Hilversum n, 415,5 m. NCRV-Uitzending. 8.00 Schriftlezing, meditatie. 8.15 Berichten, gramofoonmuziek. (9.309.45 Gelukwenschen 10.30 Morgendienst. 11.00 Christelijke lectuur. 11.30 Gramofoonmuziek (12.0012.15 Ber.)1, 12.30 Het Stichts Salonorkest en gramofoon muziek. 2.00 Voor de scholen. 2.35 Gramofoonmuziek. 3.00 Wenken voor de keuken. 3.30 Gramofoonmuziek. 3.45 Bijbellezing. 4.45 Gramofoonmuziek. 5.15 Voor de kinderen. 6.15 Gramofoonmuziek. 6.30 Berichten, vragenuurtje. (7.007.15 Be richten). 7.45 Gramofoonmuziek. 8.00 Berichten ANP, herhaling SOfl-Ber. 8.15 Utrechtsch Stedelijk Orkest m.m.v. so liste. 9.00 Cithervoordracht en gramofoonmuziek. 9.30 Causerie: „Iets over dialecten". 10.00 Berichten ANP, actueel halfuur. 10.30 Gramofoonmuziek. 10.45 Gymnastiekles. 11.00 Gramofoonmuziek. 11.5012.00 Schriftlezing. Maar Saigon, waar Fransche oorlogsschepen liggen en ook Melbourne en Kaapstad liggen vele duizenden zeemijlen verwijderd. Dus blijft als eenige kans, dat de Fransche regee- ring telegrafisch allen vrachtschepen vaij den Indischen Oceaan verzoekt, of zij voof geld en goede woorden hun route willen veiN anderen om de ongelukkige avonturiers te redden. En ook dan blijft de vraag, of hulp nog op tijd komt. De scheepvaartroutes lig' gen var, zeer ver bezijden St. PauL

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1939 | | pagina 16