Een leeuwtje te leen
EM Pi
m
Heide jong,eni en tneilj&l!
Hier ben ik weer. Op m'n schrijfmachine
danst en huppelt de zon, buiten zitten een
een stel mussen en spreeuwen zich op te
doffen en de kant van m'n jasje, waar de
zon op schijnt is warm geworden. Dat be-
teekent allemaal dat we nu de goede kant
ojgaan. Dat de lente in aantocht is en dat
we verlost worden van regen en de kou en
de mist en alles wat vervelend is.
Het is voor jullie deze week een belang
rijke week: overgang. De meesten hebben
er in hun briefje over geschreven. Nu, dat
kan ik me voorstellen. Ik weet zelf nog veel
te goed, dat zo'n overgang „e al dagen van
te voren dwars zat. Vooral als je niet te
veel je best gedaan had...
Ik hoor graag volgende maal wie er over
zijn gegaan en met welke cijfers. Doen jul
lie dat...? Afgesproken dan.
En nu de prijs Het boek... maar nee, het
is van de week geen boekenweek. Op m'n
kalender staat dat het 1 April is, maar zó
wil ik jullie toch ook weer niet voor de gek
houden. Ik zal eerlijk de taart onder jullie
verloten.
Nu. daar gaat-ie. De taart, dat fijne
emulding krijgt vandaag thuisgestuurd
TRIJNTJE KREYGER, Oudesluis.
die we natuurlijk recht hartelijk feliciteren.
Kolossaal, wat by jy een boffer zeg. Ik wou
dat ik in je schoenen stond. Wat zou ik
ervan smullen!
En nu de briefjes:
Kees Waiboer, Anna Paulowna. Kees
heeft de vorige week van z'n vac.er het mel
ken geleerd. Nu dat wordt al wat Kees.
Had je de slag gauw te pakken? Ik heb
het ook al eens een paar maal beproefd,
maar ik kan niet zeggen, dat ik er een
grootmeester in ben. Alles is toch maar een
kunst hè? Ja, het is jammer, dat dat ene
lam van jullie niet in leven is gebleven.
Maar maken de andere 25 het goed?
Jacob Bas, Anna Paulowna. Ja, het
is bijna steeds nog koud weer geweset, een
echt koud voorjaar. Maar de laatste dagen
valt het nogal mee zou ik zo zeggen. Hoe
vond je de Paastentoonsteling Wat was er
een massa te zien he. Je was er zeker niet
weg te slaan, toen je er was?
Tini Zeeman, St. Pancras. Zo, daar sta
ik van te kijken waar jij mee bezig bent
Tini. Ik verklap het natuurlijk niet. Stel je
voor. En... je hebt een paar fijne feest
dagen voor de boeg, zeg. Eerst moeder jarig
en dan een paar dagen erna grootmoeder.
Nu, dat zijn altijd leuke dagen. Dan valt
er soms wel eens een gebakje af, wat jij!
Tot volgende week; hoor :k dan hoe het
met de verhoging afgelopen is?
Trijnie Zwaag. Ook al een vriendin,
die in spanning zit, boe het met de ver
hoging zal aflopen. Ja, dat zijn altijd be
langrijke dagen. Maar ik denk dat jij wel
verhoogd zal worden. Daar heb ik zo'n idéé
van. Wat hebben jullie anders een boel zie
ken in de familie gehad! Zijn ze allemaal
nu weer genezen?
Geerie Kuyper, Moerbeek. Och...
och... die arme broer Keesje van je, heeft
die zo'n oorpijn? Ik heb ook eens ooront
steking gehad, maar ik verzeker je dat je
dan je plezier wel opkunt. Goeiemorgen...
Ik denk dat je nu Keesje wel eens even
vertroetelt, is 't niet zo? Ik heb gelezen
wat je allemaal voor je verjaardag gekre
gen hebt, Geerie. Nu, dat is me een com
plete waslijst zeg. Wat een massa!
teO... o... wat een
dom meisje heb ik hier. Die vergeet zowel
haar naam als adres op het briefje te ver
melden. Tjaad... stel nu voor dat bij de ver
loting de taart op jouw naam gevallen
was. Ja, dat kan best voorkomen. Nu jonge
dame, die me vertelt, dat in de bus
de bank gebroken is, maak je je volgende
week bekend?
Arie Bakker, Kolhorn. Arie schrijft
me een klein briefje, en vertelt daarin, dat
hij het raadsel niet heeft kunnen vinden,
erg vind ik dat niet als je er maar je best
op gedaan hebt. Is dat zo? Die gymuitvoe-
ring is natuurlijk fijn gweest, ondanks dat
stijve lichaamsdeel van je. Heeft moeder er
de pijn uitgewreven?
Trijntje Krijger, Oudesluis. Jij en Tini
Huiberts en Nelly Kossen zijn dikke vrien
dinnen, dat merk ik wel Trijntje. Jullie vor
men zo'n beetje een club. Zyn jullie ook met
z'n drieën naar de Paastentoonstelling ge
weest? Ik vermoed van wel. Dat moet je
me volgende week eens schrijven.
Kees Voorthuizen, Oudesluis. Hè, wat
vervelend dat je vriend Mumjewerf de brief
van de vorige week heeft veggemaakt.
Stonden de raadsels er ook goed opgelost in
Nu, het spijt mij ook.
Ik ben blij dat het boek naar je zin was.
Is het al uitgelezen?
Jack v. d. Cappelle, Schagen. Jack
klaagt me z'n nood: hy had zo graag z'n
duiven op de Paastentoonstelling willen in
sturen, maar dat mócht-niet. Terecht zegt
Jack, dat duiven toch ook pluimvee zyn
en daar ben ik het natuurlijk mee eens.
Maar er is nu eenmaal een reglement Jack
en daaraan moet iedereen zich houden. Tot
volgende week!
Win» Boontjes, Stolpen. Zo, zijn jullie
met de schooltuintjes begonnen? Ik lees,
dat jij spinazie, radijs, doperwten en uien
gezaaid heb. Nu maar goed weer en een
goede verzorging en eens zien wat die tuin
van jou opbrengt. Als de radijs goed wordt
Wim, stuur je me dan eens een bosje? Ik
ben er dol op!
Marie Boontjes, Stolpen. Marie geeft
me een raadsel op. Ze schrijft dat ik steeds
maar aan de jongens en meisjes moeilijke
puzzles opgeef en dat ik nu ook maar eens
m'n hoofd moet breken. Hier is het: met
welke sikkel wordt niet gemaaid?
Nou... ik denk met de maansikkel!
Is het goed?
Greetje Muntjewerf, Oudesluis. Nee
Greetje, dat was van de veek een klein
briefje. Ik zou zeggen zo klein heb ik er
nog nooit êen geschreven. Was er heus
helemaal geen nieuws?
Het raadsel wat je me opgeeft, zal ik
mee naar huis nemen. Volgende week ver
meld ik de oplossing. Wat een leuk post
papier heb je, met dat klavertje vier erop,
Pas gekregen?
Bep Tysen, Anna Paulowna. Ja, die
meester Hamelink is een fijne meester, dat
heb ik al eens eerder geschreven. En nu
gaat hij weg... tja, daar is nu eenmaal niets
aan te veranderen. Maar wat heeft mees
ter Mol gezegd...?? Dat hij weggaat omdat
jij hem zo geplaagd hebt? Nu, dat is maar
een grap hoor. Dat begreep je zelf natuur
lijk ook wel.
Trien Tijsen, Anna Paulowna. In de
eerste plaats hoe gaat het met de kou in
het hoofd van Bep? Ik hoop maar dat het
weer over is. Ziek zijn is niets gedaan,
Brrr... En ten tweede, maar dat hoor ik
volgende week wel, ben je overgegaan? Ik
vermoed van wel, want op je vorige rap
port had je prima cijfers. Hoor ik het vol
gende week?
Greetje Blaauboer, Oudesluis. Dat was
een grote brief Greetje en met een heleboel
nieuws erin bovendien. Leuk dat de geit
gejongd heeft; heeft ze aardige kindertjes?
Ik lees, dat je van de week voor 't eerst
een opstelletje op school gemaakt hebt.
Waarover
Lena de Boorder, Julianadorp. Zo
Lena, moet ik ditmaal aan meester Schroe-
vers van jou de groeten overbrengen? Nu,
dat doe ik dan hierbij. Maar... wat jij
schrijft dat de Schroevertjes my verraden
hebben... daar zou ik nog niet zo zeker van
zyn! Het was een lange brief van de week
Lena.
Piet en Tiny Aarsen. Ja, Wieringer-
waardOudesluis is geëindigd met 01.
Dat was nog al wat. Was er veel publiek?
Heb je je geamuseerd op de Paastentoon
steling? Maar hoe kan ik dat vragen. Na
tuurlijk heb je geamuseerd.
Corrie Keyzer, Schagen. Dat vind ik
een leuk idee. Corrie is op de Paastentoon
stelling geweest en heeft daar aan iedereen
gevraagd of hy den Kindervriend gezien
heeft. Ze zegt dat er wel één zal zijn die
'm gezien heeft en als dat zo is weet zij
precies wie ik nu eigenlijk ben. Nu, ik ben
verschrikkelijk benieuwd wat ik nu vol
gende week te horen krijg.
Rika Keyzer, Schagen. Een grote brief
van m'n vriendin Rika. Ze heeft me heel
wat te vertellen, maar het belangrijkste is
toch wel, dat ze met de vacantie naar Vier
houten gaat om te kamperen. Zeg Rika,
wat zal dat een zalige vacantie worden,
jullie daar op de Veluwe in een tent. Kos
telijk, ik ben jaloers op je. Kamperen heb
ik zelf ook veel gedaan en het is reuze
werk.
Wat je schrijft over den Kindervriend...
nee, daar kan ik nu toch werkelyk geen
antwoord op geven. Misschien dat ik het
nog eens vertel, maar nu nog niet. Vind
je het erg jammer?
Cor en 3Iaartje Wit, Keinsmerbrug. Ik
twijfel er niet aan Cor en Maartje, dat
jullie volgende week een massa nieuws te
schrijven hebben over de Paastentoonstel
ling. Daar was zoveel en ook zoveel aardige
dingen die jullie interesseren, dat dat niet
anders kan. Tot volgende week.
Jan Mekken, Oudesluis. En hier hebben
we Jan Mekken uit Oudesluis, die ziek te
bed ligt en daarvoor al drie weken in het
ziekenhuis gelegen heeft. Dat is niet leuk
Jan, en ik hoop maar dat je heel spoedig
naar buiten kan. Als het mooi weer wordt,
en de echte lente komt, nu, dan komt er
voor jou een fijne tijd aan Jan. Dan zul je
je heus niet zoals nu vervelen. Wat jij!
Kees Waiboer, Anna Paulowna. Maar
Kees... wat een klein briefje stuur je dit
maal in. Dat ben ik anders van jou gewend.
Was er geen stof...?? Kom, kom, jullie met
je 27 lammeren, daar kun je wel 10 kantjes
van schrijven. Volgende week beter oppas
sen hoor! Ja...?
Dina Jimmink, Schagerbrug. Hoe weet
ik dat jij 8 jaar ben... wil je dat nu zo graag
weten? Wel, het is heel eenvoudig. Ik ben
op het Secretarie geweest en heb daar in de
de papieren gelezen, dat Dina Jimmink 8
jaar oud was... eenvoudig hè?
Wil je kleine broer van 4 jaar ook al
schrijven. Nu, dat lijkt me rijkelijk jong.
Maar .dat belooft wat voor liter! Dan ben
jij 12 of 13 jaar.
Annie Wit, Nieuwe Niedorp. Hoe dat
met die oplossing van jou zit van de vorige
week Annie is me een compleet raadsel.
Werkelyk... ik begrijp er niets van. En was
de oplossing heus goed?
Wat schrijf jij een gezellige brieven
Annie. En keurig geschreven bovendien. Net
zo mooi als de Keyzertjes uit Schagen. Ken
je die?
Jacob de Goede, Oudesluis. Nee Jacoba
heet je niet Jacob, dat wist ik wel. Je bent
een echte jongen, die graag voetbalt en
misschien ook wel eens vecht met z'n broer
tjes. Of doe je daar niet aan? Op de Paas
tentoonstelling ben ik geweest. Het was er
fijn hoor.
Nu jongens en meisjes. Jacob was num
mer laatst deze keer en ik ben er door. Tot
volgende week.
Oplossing raadsel vorige week
Horizontaal:
1. elf, 3. rob, 5. are, 7. ambacht, 10. er,
11. Ie, 12. reidans, 15. eem, 16. dol, 17. eik.
Verticaal:
1. eva. 2. fabriek. 3. reclame, 4. bot, 6. ra,
8. mee, 9. hen, 12. rad, 13. de, 14. sok.
Goede oplossingen ontvangen van:
Kees V., Oudesluis; Trijntje K., Oudesluis;
Aafje W., Annie W., Cor W., Johan W., N.
Niedorp; Jack v. d. C., Schagen; Greetje M.,
Oudesluis; Trien T., Anna Paulowna; Jacob
de G., Oudesluis; Dina J.. Schagerbrug; Lena
de B., Julianadorp; Greetje B., Oudesluis;
Kees W., Anna Paulowna; Cor en Maartje
W., Keinsmerbrug.
Nieuw- Raadsel
Verborgen Vruchtennamen.
1. Jaap, ruim meten hoor!
2. Elke dag ga ik zeker Suze halen.
3 Toen deed Alida de la dicht.
4. Was Jaap eerder aan het eindpunt?
5. De hele les moest Anna overschrijven,
6. Het bezoek van de koningin moesten wij
beschrijven.
Wie houdt er niet van jonge honden en
poezen? Velen van jullie zullen er wel eens
een paar in huis gehad hebben en bijna
iedereen vindt het leuk om naar die klei
ne, wollen ballen te kijken. De meeste men
sen vinden het jammer, als de kleine dier
tjes groot worden.
Maar niet alleen honden en katten zijn
aardig, als ze zo.klein zijn,, ook de jongen
van de andere dieren zijn erg aardig om te
zien en mee te spelen, al heb je lang niet
altijd de kans om dicht bij die jongen te
komen, omdat de meeste dieren, als ze
geen huisdieren zijn, het niet prettig vin
den als er mensen bij hun klfeintjes ko
men.
Tot de aardigste dierenkinderen horen
de jonge leeuwen. Met hun dikke lijfjes en
korte, plompe pootjes zijn zij wel bijzonder
grappig Het is dan ook geen wonder, dat
er in de dierentuinen altijd grote belang
stelling bestaat voor de jonge leeuwtjes Er
zijn ook mensen, die een jongen leeuw ko
pen en hem thuis houden als „huisdier" tot
hij te groot voor de kamer wordt!
Daardoor is het bestuur van de dieren
tuin in Leipzig op het idee gekomen om
leeuwtjes „uit te lenen". Er zijn werkelijk
vrij veel mensen, die een kleinen leeuw le
nen uit de dierentuin en hem houden, tot
hij te groot wordt om achter de kachel te
liggen of in een mandje te slapen. Deze
jonge leeuwtjes zijn net kleine poezen Ze
zouden liefst de hele dag spelen, over hun
rug rollen en trappen met hun dikke poot
jes. Ze snuffelen nieuwsgierig aan de be
nen van de onbekende mensen en gaan
dan zitten, terwijl ze je met hun grote, gele
ogen onschuldig aankijken. Als je zo'n
klein leeuwtje ziet, kan je je niet indenken,
dat dat later een „koning der wildernis"
moet worden, de schrik voor mens en dier.
Maar toch. langer dan een half jaar, of
op het allerhoogst 9 maanden kan je een
leeuw niet thuis* houden. Zolang je hem
nog echt de baas bent en sterker bent dan
hij, is er geen gevaar bij, maar zodra de
jonge leeuw sterker wordt, wordt het een
beetje gevaarlijk. Daarom heeft de direc
teur van de dierentuin ingesteld, dat de
leeuwen uitgeleend kunnen worden. Als
het leeuwtje te groot wordt, breng je hem
weer terug en hij wordt dan weer in de
dierentuin opgenomen Daarvoor in de
plaats kan je weer een klein leeuwtje mee
nemen. Je hebt dus eigenlijk een „leeuwen
abonnement"!
Het spreekt vanzelf, dat de leeuwen al
leen aan echte dierenvrienden worden uit
geleend. Bovendien worden altijd leeuwtjes
genomen, waarvan de moeder dood is of,
die niet langer bij de moeder kunnen blij
ven en zoo door mensen met de zuigfles
zijn opgevoed. Deze leeuwtjes beschouwen
mensen als hun vrienden.
De „baas" moet veel tijd aan zijn leeuw
tje besteden, want je kunt hem niet zoals
een jonge kat of hond, aan zichzelf over
laten. Je moet hem zelf eten en drinken ge
ven, zelf met hem spelen en hem „opvoe
den", en vooral, je moet veel met hem
.spreken.". Want zoals het ook bij een poes
gaat, herkent een leeuw zijn baas aan de
stem.
Meestal vinden de mensen het heel ver
velend om afscheid van hun vriend te moe
ten nemen en hem weer naar de dierentuin
terug te brengen, maar dat wordt toch al
gauw vergoed door het feit, dat ze weer
met een ander leeuwtje naar huis kunnen
gaan.
Natuurlijk worden niet alle jonge leeu
wen uitgeleend. Vorig jaar werden er 70
geboren in de dierentuin in Leipzig en de
meeste van hen werden afgericht en naar
andere dierentuinen of naar een circus ge
stuurd. De eerste olifant, die jaren geleden
in Leipzig kwam, werd.... met leeuwen
betaald! Dleeuw is dus werkelijk een
„veel gevraagd artikel!"
Twee in één
Op een keer kwam een Indiaan in een
kamp van blanke mannen en nadat hij eni
ge tijd met één van hen had gepraat, vroeg
hij of de blanke hem misschien wat tabak
kon geven, omdat zijn eigen tabak op was.
De blanke voldeed aan het verzoek en gaf
hem tabak.
Een paar dagen later kwam de Indiaan
weer terug in het kamp van de blanken en
vroeg of hij den man mocht spreken, die
hem tabak had gegeven.
„Wat wil je dan van hem?" vroeg een
van de anderen.
„Hij heeft me tabak gegeven, maar er
zat geld in", antwoordde de Indiaan.
„Nou man, wees blij", antwoordde de
blanke nu. Dat is toch een buitenkansje
voor je. Je hebt het toch gekregen, dus nu
is het geld van jou!"
De Indiaan schudde zijn hoofd. Hij wees
op zijn borst en zei: „Er zitten twee man
nen binnen in me. De een is goed en de
ander is slecht. Die twee mannen hebben
ruzie met elkaar. De goede man zegt: dat
geld is niet van jou, je moet het terugbren
gen en de slechte man zegt: je bent mal,
je hebt het geld gekregen, want je hebt de
tabak gekregen, je moet het houden en
brandewijn kopen. Maar nu weet ik niet,
wat ik moet doen. Als ik wil slapen, kan
ik niet slapen, want de hele nacht blijven
de goede en de slechte man tegen elkaar
vechten en houden mij wakker. Ik kan
geen oog dicht doen. De slechte man stookt
me op en de goede man probeert me tegen
te houden. Zo kan ik toch geen rust vinden
en daarom ben ik nu weer hier gekomen.
In wil dien man weer zien en hem het geld
terug geven, dan is het tenminste weer stü
binnen in me!"
Toen riepen de blanken hun vriend en
de Indiaan gaf hem het geld, dat hij ge
vonden had, terug. Maar de blanke zei:
„Nu de goede man heeft overwonnen, moet
hij daarvoor ook beloond worden. Neem het
geld maar weer mee. Nu krijg je het wer
kelijk en mag je ervoor kopen, wat je
wilt!"
DOOR
EDGAR RICE
BURROUGHS
Beschermd door *de donkere koele Afri
kaanse nacht zat het gezelschap rustig te
staren in 't behagelyke houtvuur, dat in Tar-
zan's bungalow brandde. De aanwezigen had
den alle reden om tevreden te zijn, want ein
delijk waren zij, na tal van vreselijke avon
turen in veiligheid. Gonfala, de dochter van
Lord en Lady Mountford, was ontsnapt uit
Kaji, het land van de vrouweyke soldaten.
Daar had zij gevangen gezeten, terwijl het
land geregeerd werd door Mafka, die bij haar
regeren gebruik maakte van een vreemde
betovering, veroorzaakt door twee grote
juwelen* een diamant en een emerald, Gon
fala huiverde plotseling en zei: „Ik heb he'
gevoel van veiligheid niet, voordat ik Afrika
verlaten zal hebben". Stanley Wood sloeg
zijn arm om haar schouders. „Er is geen en
kele reden om angstig te zyn. Tarzan redde
ons allen en morgen zal hy ons een sterken
en dapperen Safari meegeven op weg naar
de kust." „Ja* U zult Uw reis veilig volbren
gen," knikte Tarzan bevestigend. Aldus leek
het er naar, alsof hun avonturen een geluk
kig einde zouden hebben. Maar de onzicht
bare hand van het noodlot was weer bezig
een ander hoofdstuk te schrijven nog er
ger, nog ontzettender dan hetgeen hij zo
juist hadden meegemaakt!