Geestelijk Leven I O Dr. E Hoekstra's Stijgende welvaart UIITENL ANDSCH 1 VERZICHT Simplex rijwielen, reeds voor 465C Hoestpillen De geschiedenis van het Oude Volk Verdrijf die Beklemming KENT GE in Schagen, Anna Paulowna Callantsoog en Barsingerhorn Zaterdag 1 April 1939 Derde blad door ASTOR (SLOT) 1 De geweldige Mizabeau verklaart in de nationale vergadering: „de onbeperkte vrij heid van godsdienst is in mijn oogen zoo Iheilig, dat het woord verdraagzaamheid Lij in zekere mate tyranniek klinkt". Rabaut Saint Etienne uit zich aldus: „ik verlang de vrijheid voor het steeds ver achte, yaderlandslooze over de gansche aarde rondzwervende, aan vernedering iprijssegeven volk der Joden De uiterst linksche afgevaardigde Dupont stelt den eisch: „ik verlang dat alle Jpden jn Frankrijk het volle burgerrecht zullen [genieten". Dit. gebeurde op 27 Sept. 1791. De gelijkstelling wordt bekrachtigd door Koning'Lodewijk XVI op 13 Nov. 1791! Geen wonder -dat toen een der vooraan staande Fransche Joden, Isaak Berr achreef: „Zoo is dan de dag aangebroken, Jwaarop de sluier is verscheurd, die ons jnet vernedering dekte. Wij hebben einde lijk de rechten weergekregen, die ons •cuwen lang zijn onthouden. Hoe zeer moe ten wij in dit oogenblik de wonderbare genade van den God onzer vaderen erken nen." De Fransche revolutie had ook haar ge volgen in andere landen. In ons land krijgen de Joden het volle burgerrecht in 1796. In Engeland -waar zij sedert 1657 weer perden toegelaten en in 1723 het recht op grondbezit verkegen, stond men hun in 1858 toe om parlementslid te worden en in 1559 om staatsambten te bekleeden. In Pruisen erkent de wet van 31 Jan. 1850 de volledige gelijkstelling der Joden. Het zou me te ver voeren nader in te gaan op de houding door de regeeringen in indcre landen aangenomen tegenover de Joden. Ik wensch slechts hierop te wijzen, dat langzamerhand deze opgejaagden en Tervolgden overal officieel werden opgeno men in de gemeenschap, waar zij zich had den gevestigd. En toch... duizenden bleven de Joden zien als een vreemd element in 'do nationale huishouding en beschouwden hen als een minderwaardig soort van men- srhen, wat voor een groot deel moet wor den verklaard uit de nawerking van eer eeuwenoude opvatting, welke diep in de volksziel was blijven voortleven. Met Joden moest men toch op zijn hoede wezen; als ze iemand konden bedriegen, fieten ze het niet na: ja, zelfs de beruchte bloedbe- schuldiging werd herhaald; een Jodenstreek ie/rekende oen gemeene streek, enz. I Zoo bleef, niettegenstaande de emancipa tie, het antisemitisme voortsluimeren. Maar I wie had ooit kunnen denken, dat het in onzen tijd zulk een fel, zulk een onmen- L schel ijk karakter zou kunnen aannemen in landen, wier leiders zelfs den euvelen moed bezitten te spreken van beschaving en cul- ituur? Hierbij denk ik in de allereerste plaats aan Duitschland, waar de nationaal-socia- listische regcering op een ongekend barbaar- sche wijze den Joden het leven onmogelijk inaakt. Maar reeds vóór er sprake was van nalionaal-socialisme, lang voor den oorlog van 1914 zien we in dit land het antisemie tisme, den Jodenhaat, opkomen. Vooral se- idert 1880, wanneer de hofprediker Stöcker zich als woordvoerder voor dit antisemie tisme doet gelden, kunnen wij spreken van feu anli-Joodsrhc beweging in Dutschland, idie verschillende verccnigingen telt. Een inlcuw element in die beweging wordt het rasverschil. In 1881 schrijft Eugen Düring zün brochure „Die Judonfrage als Rassen-, Sitton- und Kulturfrage" (I-Iet Jodenvraag stuk. als ras-, zedelijkheids- en cultuur vraagstuk). En deze schrijver beweert o.a. „de Joden zijn de minderwaardigste tak van het semietische ras"! Toch kon diezelf de Dürinsr niet ongedaan maken dat op het pdued van letteren, kunst en wetenschap Duitsrbland onmetelijk veel te danken had san Joden. Do .historicus von Freitschke publiceerde in 1S80 een geschrift „Ein Wort über unser Judcntum". (Een woord over onze Joden) vvaarinhij in den Jodenhaat een natuur- Ieder, die met 'n verwaarloosde hoest ls blijven doorloopen kent dat gevoel van beklemming op de borst, die U het ademhalen be moeilijkt. Val die beklemming met succes aan door middel van Abdijsiroop. Ze maakt de slijm op Uw borst los, zuivert Uw lucht wegen zoodat het beklemmende, pijnlijke gevoel bij het adem halen geheel verdwijnt. Laat Akker's Abdijsiroop, de bijzon dere kruiden-siroop, versterkt met „codeïne" dat ook voor U doen! hoest, griep, bronchitis, asthma. con 90 ct„ 11.50, f 2.40. 14.20. Alom verkrijgbaar. lijke reactie ziet van 't Germaansche volks gevoel. Zoo werd de grondslag gelegd voor het Barbaarsche antisemietisme dat het „derde rijk" ons te zien geeft en dat zijn officieele sanctie verkrijgt in de beruchte Ncurenberger wetten van 15 Sept. 1935, waarvan art. 1 luidt: Huwelijken tusschen Joden en onderdanen van Duitsch of aan verwant bloed zijn verboden. Desondanks gesioten huwelijken zijn nietig, ook wanneer zij, ter ontduiking dezer wet, in het bui tenland zijn gesloten. Art. 2 luidt: Het buiten-echtelijk verkeer tusschen Joden en onderdanen van Duitsch of aanverwant bloed is verboden. Art. 3 luidt: Joden mogen vrouwelijke onderdanen van Duitsch of aanverwant bloed onder de 45 jaar niet in hun huishou ding laten werken... Deze wetten, in het geheel 5 artikelen, staan bekend als „Wet tot bescherming van 't Duitsche bloed en de Duitsche eer". Julius Streicher, de uitgever van het scharidblad „Der Stürmer" kon dankbaar zijn, maar toch niet geheel voldaan. Hij was 't immers die op een vergadering voor "000 advocaten en rechters beweerde dat de doodstraf moest staan op het huwelijk van een Jood met een Ariër. Het lust mij niet om in te gaan op het lij den der Joden in het .derde rijk": ik zal zwijgen over de mishandelingen en folte ringen, waaraan zijn hebben blootgestaan in de concentratiekampen en de kelders der Gestapokazernes. Met bittere ergenis moet ik echter vast stellen, dat het antisemitisme ook buiten Duitschland toeneemt. Mussolini die er voorheen niet van wilde weten volgt Hitier thans na. In midden-Europa zien wij het zelfde. Weer doorleeft het Joodsche volk een tijdperk van de diepste vernedering. En zelfs in ons land zijn er, die het anti semitisme propageeren, in ons land, waar ééns de Joden een veilig toevluchtsoord vonden. En toch ben ik ervan overtuigd dat het Nederlandsche volk in zijn geheel daar be slist afwijzend tegenover staat en zal blijven staan. Trouwens laten wij nooit uit het oog verliezen dat de bevolking in Duitschland, de groote massa, niet aansprakelijk mag worden gesteld voor wat de machthebbers doen. Ik durf dit te beweren op grond van wat er is gebeurd na den moordaanslag van den jeugdigen, zeventienjarigen Grynzpan op den Duitschen Vom Rath in Parijs den 9den November 1938. Toen brak niet de volks woede in Duitschland spontaan uit, zooals de heer Goebbels heeft gelogen. Toen werd in den nacht van 10 November, schitterend georganiseerd, doo.r de S. A. en de S.S. stel selmatig een vernieling van Joodsche eigen dommen bewerkstelligd. Maar de bevolking zelf stond er afwijzend tegenover. Dit is het nuchtere feit, dat ik-bevestigd heb gevonden door verschillende berichten uit het land der Nazi's. En de arme ;Joden werden ge dwongen om zelf het vernielde te herstel len en bovendien werd hun een milliard boete opgelegd! Het is eenvoudig monsterachtig. En toch bewijzen de machthebbers in Duitschland, evenmin als in Italië, aan hun volk een dienst door hun optreden. Want het uitdrijven der Joden moet zich wreken en hier denk ik in 't bijzonder aan weten schap en kunst. Ik heb in mijn bezit de vol ledige lijst van al de hoogleeraren en pri vaatdocenten, die uit Duitschland zijn ver dreven. Meer dan duizend! Welk een achter uitgang voor de weienschap moet dit niet be- tcekenen. Hetzelfde moet 't geval zijn met de literatuur en de beeldende kunst. Daarover bekommeren zich echter de na- tionaal-socialistische machthebbers niet. Zeide niet Goebbels in zijn roman „Mi- chael": „Der Intellect ist eirie Gefahr für die Bildung der Charakters, Kerle erziehen, das Sollte die Aufgabe der hohen Schule sein" (Het verstand is een gevaar voor de vorming van het karakter, tot kerels opvoe den, dat behoorde de taak der höogescho- len te zijn.) En deze Goebbels is niinister van propaganda!! Moet dan alle humaniteit vernietigd wor den? s Hoe Ilitler daarover denkt.'-kan men o.a. lezen in Mein Kampf blz. 451 cn volgende. Op één punt moet ik tenslotte nog wij zen: het Zionisme. Dit is een beweging: on der de Joden over de geheele wereld', welke zich ten doel stelt den terugkeer naar het oude vaderland, naar Palestina. Dc groote man dezer beweging is geweest Theodor Herzl. En aan zijn onvermoeid ^verken is het te danken dat de Engclsche staatsman lord Balfair zijn verklaring aflegde,, pjr 2 Nov.-1917, dat de ^Engelsche refjeering zou bevorderen datPalestina (veroverd óp de Turken) weer het vaderland der Joden zou worden. In 1922 heeft de Volkenbond het Brilseh mandaat óver Palestina bekrachtigd Zal de droom van Theodor Hcrzl werke lijkheid worden? Wij weten het niet Duizenden Joden ho pen het met gansch hun ziel. Maar duizen den Joden zijn zoo volkonien ingeburgerd in de landen waar zij wonen, dat zij niet naar Palestina terug verlagen. Mijn persoonlijke meening is deze: hoe meer de Joden zich assimileeren, boe beter het is; Laten zij zich éérst mensehert gevoe len en in de tweede plaats Joden. Hierbij denk- ik vooral ook aan de gemén'gde hu welijken; En laten wij allen in hen slechts mcdcmenschcn zien, in wezen volkomen aan ons gelijk. Ilouden wij ons verre van den vloek van dezen tijd: het nationalisme en liet rassisme. ASTOR. Te gebruiken bij hoest, kinkhoest, pijnlijke keel en bronchitis. F 1.56 per flacon met gebruiksaanwijzing. Verkrijgbaar in Apothoken cn Drogisterijen TAST DUITSCHLAND ZIJN GRENZEN AF OP ZOEK NAAR ZWAKKE PLAATSEN? DE REDE VAN DALADIER. DE VOL KEREN VAN EUROPA OP EEN VULKAAN I-Iet wordt langzamerhand moeilijk precies te zeggen, waar de Europefr- sche broeinesten zicli bevinden. N<i hier, dan daar dreigt een uitbar sting, maar voor "er sprake is van onmiddellijk gevaar, wordt de zaak bezworen. Buiten de Tsjëcho-Sló- waaksche kwestie is in het aller jongste verleden in Europa span ning geweest in Spanje, in Roeme- nië, Polen, Joego-Slavië en tusschen Italië en Frankrijk. Voor zoover de centrale mogendheden betreft, maakt het onmiskenbaar den in druk, alsof ze zoeken naar gebieden, waar ze hun beproefde intimidatiepolitiek op nieuw in toepassing kunnen brengen zon der gevaar te loopen, dat het daarbij tot een conflict komt. Dat Duitschland niet is begonnen de Kroaten op te stoken tegen de regeering van Joego-Slavië is zeer vermoe delijk toe te schrijven aan verzet van Mus solini, die niet alleen nauwe betrekkingen onderhoudt met dit rijk, betrekkingen, wel ke hij zeer ongaarne door Duitschland zou zien verbroken, daarnaast koestert hij stellig vrees voor het gebied van Triest en omgeving; zooméde vermpedelijk vpory It.a- liaansch Tirol. Ten aanzien van Roemenië bleken, de moeilijkheden voor Duitschland waarschijn lijk eveneens te groot. Alles werkte hier samen tegen Hitier. Roemenië scheen be reid een oorlog te beginnen, het beschikte vermoedelijk over toezeggingen van hulp, Italië zag de Duitsche penetraties in Roemenië zeer ongaarne, Honga rije was een onbetrouwbare factor, terwijl ten slotte het gevechtsterrein voor gemotoriseerde afdeelingen betrekkelijk moeilijk zou zijn geweest. Plotseling, voor me.n goed en wel wist, wat er gebeurde, werd de Europeos'che aan dacht geboeid door Polen. Berlijn interes seerde zieli op opvallende wijze voor de behandeling, der Duitsche •minderheden in Polen, hetgeen de ervaring heeft ons dat langzamerhand geleerd - een voorbode is voor al of niet gerechtvaardigde eischen. Even -leek het, te zullen komen tot een ex plosie, toen volgde ook hier een zekere ont lading. Polen bleek bereid te strijden, zoo liet moest cn ook de regeering te Warschau zal wel de beschikking hebben gehad over toezeggingen hulp te verleenen in geval van oorlog. Onder intimidatie van Berlijn' durft War schau zich niet openlijk te bekennen voor de Westersche democratieën en voor de buurlanden. Dit zou door Hitier worden opgevat als een anti-Duitsche uiting, die Polen blijkbaar wenscht te vermijden. Toch behoeft men allerminst te raden omtrent de richting, welke de Poolsche sympathieën uitgaan cn Berlijn schijnt even huiverig de bom te laten barsten als Warschau. Zoo zou men kunnen zeggen, dat Duitsch land zijn heele Oostfront heeft afgetast om een zwakke plek te vinden, waarlangs het zijn opmarsch naar het Oosten kan voort zetten. Deze gang van zaken voert tot een voor Duitschland onaangename consequentie. Immers, er is niet de minste twijfel aan of de Duitsche handelwijze bevat een waar schuwing voor de Oostelijke buurstaten, die door een en ander in eikaars armen moeten zijn gevoerd. Hen allen dreigt het zelfde gevaar en het feil, dat Duitschland blijkbaar nergens een bres heeft kunnen slaan, zou kunnen bewijzen, dat ze te sa- mcn,.,ec» hecht front vormen om aan den Duitschen drang naar het Oosten-een halt te bicden. Zóoals we reeds: eerder opmerkten is een dergelijk eenheidsfront een eerste ver- eischte om hulp te kunnen verwachten van andere zijde. Slechts diegenen, die in staat zijn zelf den eersten stoot op te vangen, komen in aanmerking voor steun. De zwakken zullen onherroepelijk in den steek worden gelaten. In het Westen heeft Daladier den Duce van repliek gediend. Dit antwoord is straf fer geweest, dan menigeen had verwacht en in Italië schijnt men er een tikje door uit- het-veld-gcslagcn te zijn. De kwestie zal ver moedelijk wel zijn, dat men zich in Frank- rijk zekerder begint te gevoelen in de we tenschap, dat Engeland nauwer aan het land verbonden is dan ooit, terwijl de bewa pening langzamerhand op zulk een peil is gebracht, dat men Italië, omtrent welks mi litaire macht de berichten den laatsten tijd minder luiden, in geen geval behoeft te vreezen. Wel liet Daladier de deur open voor cventueele besprekingen, maar het prestige van Mussolini schijnt het noodig te maken deze gelegenheid niet te zien. De Fransche minister-president had zijn betoog overigens goed opgebouwd, hij toon de aan, onder overlegging van de betreffen de correspondentie, dat de Duce nimmer wenschen omtrent Tunis, Djibouti of het Suez-kanaal kenbaar had gemaakt en de genen, die objectief tegenover de zaak ston den, zullen zonder twijfel den indruk heb ben gekregen, dat Frankrijk het recht aan zijn zijde had. In Italië werd de rede sterk verkort weer gegeven, terwijl, vermoedelijk bij gebrek aan officieele aanwijzingen, geen commen taar werd geleverd. Duitschland, dat in deze zijn bondgenoot goedkoop ter wille kan zijn, bewaart, in afwachting van de Italiaansche mfeeningsuiting, eveneens het stilzwijgen. Vrijwel overal elders echter had Daladier een gunstige pers. Engeland en Amerika juichten zijn woorden hartelijk toe en, ook al is de rede door de tegenstanders in mid den-Europa onprettig ontvangen, er is nau welijks twijfel aan of ze heeft grooten in druk gemaakt. De krachtige houding van De ladier, waarbij Italië zich overigens schijnt neer te leggen, bewijst, dat de Westersche mogendheden pal staan, zoodra de autori- tairen het tegen hen zouden willen opne men. Hier valt blijkbaar noch voor Italië, noch voor Duitschland iets te halen. Kan dit de reden zijn geweest, dat men. te Berlijn toch nog een snelle en onverwach te coup tegen Polen zou hebben overwogen Hoewel Chamberlain in het Lagerhuis uit drukkelijk zeide geen officieele bevestiging te hebben ontvangen van de geruchten over een eventueele aanval op Polen, wekt toch de spoed waarmede Engeland en Frankrijk zich achter Polen hebben geplaatst, sterk den indruk, dat de Britsche geheime dienst wel degelijk verontrustend nieuws uit Oost- Europa heeft gemeld. Was dit niet het geval, dan had Charri.- berlain zeker gewacht met zijn verklaring tot hij den Poolschen minister van buiten- landsche zaken Beek had gesproken. De verbintenis welke Engeland en Frank rijk tegenover Polen op zich nemen (zie el ders in dit blad) is wel zeer verstrekkend. De beslissing oyer een wereldoorlog wordt in handen' gelegd van Warschau. Immers, zegt Chamberlain, indien Polen zich gewa- pender hand wil verzetten tegen de aantas- lig van zijn onafhankelijkheid, dan zullen Frankrijk en Engeland dit land ter hulp snellen. Krachtiger maar toch ook handiger kon het moeilijk. Krachtig omdat Hitier nu precies weet hoever hij met Polen en de andere Oost- Europeesche Staten gaan kan, zon der oorlog met Brittannië, handig omdat de Britsche verklaring zóó is gesteld, dat de Führer zijn snoode plannen verbaasd en nijdig kan ont kennen cn van verdere aanvalspogingen kan afzien zonder zijn prestige te verliezen. Er zal ongetwijfeld een fiksche scheldpar tij uit Berlijn volgen, maar of Hitier de on getwijfeld voorgenomen aanval op Polen zal durven doorzetten valt toch wel te be twijfelen. 't Risico, mede ook door de niet zeer geruststellende houding van Rusland, is voor het Derde Rijk zeer groot. Welvaart in Warmenhuizen sterk afgenomen Ook Sint Maarten geeft een ongunstig beeld Het aantal belastingplichtigen een betrouwbare barometer. Wezen de fiscale gegevens in vo rige jaren steeds weer opnieuw op terdere inperking van den welstand in onze omgeving, zoo juist be kend geworden cijfers over het laatstverloopen belastingjaar ver- toonen een gansch ander beeld! In Schagen is een geringe verbetering merkbaar en in sommige omliggen de dorpen heeft de neerwaartsche lijn zich scherp omgebogen en is een I aanmerkelijke welstandsvermeerde- ring ingetreden. Helaas zijn er ech ter ook nog enkele gemeenten in onze streek, waar de teruggang zich nog verder en op pijnlijke wijze voortzette. Belastingplicht en welstand loo pen parallel. Zooals bekend, laat ons belastingstelsel een zeker bedrag aan inkomen van elke heffing, vrij, omdat dit bedrag dat o.a. varieert, naar het kindertal slechts toe reikend wordt geacht voor het meest nood zakelijke levensonderhoud. Daarenboven pas, zoo neemt de fiscus aan, is een zekere mate van welstand aanwezig, die het mo gelijk maakt om in de gemeenschappelijke lasten van rijk, provincie of gemeente bij te dragen. Belastingplicht en (betrekkelijke) welstand loopen dientengevolge parallel en hoe algemeener deze betrekkelijke wel stand over de bevolking verbreid is, des te hooger zal verhoudingsgewijze het aantal belastingen zijn. Omgekeerd weerspiegelt zich een inéénschrompeling van den plaatse lijken welstand het duidelijkst in een da ling van dit aantal belastingplichtigen. Want terwijl andere statistieken, zooais die betreffende de werkloosheid, de armenzorg e.d., ieder slechts een tfeperkt deel van den maatschappelijken teruggang registreeren, komt in dc cijfers over den belastingplicht elke welsfandsverandering tot uitdrukking, onverschillig door welke oorzaken van maat schappelijken of individueelen aard ze ook ontstaan moge zijn. Aantal belastingplichtigen gestegen. iets Blijkens de nieuwe fiscale cijfers is in '38 het aantal aangeslagenen in de rijksin komstenbelasting voor het geheele land ten opzichte van 1937 met twintigduizend, dwz met 1.5 pet., toegenomen. Waar echter ook de bevolking van Nederland in aantal toe nam, geeft dit "percentage wan 1.5 een ge flatteerd beeld van de welstandsvermeerde ring. Juister is het dan ook om na te gaan, welke verandering het aantal aangeslage nen per duizend inwoners onderging. Dit nu blijkt van 150 tot 151 te zijn gestogen, zoodat in dit cijfer voor het geheele land een toename van 0.6 pet valt vast te stellen. Hoe gering deze toename ook is, in aanmer king genomen dat zij volgt op een jaren lange reeks van voortgezette dalingen, geeft ze toch reden tot eenige voldoening. In Noord Holland. In Noord-Holland steeg het aantal belas tingplichtigen met 2632: Deze stijging hield gelijken tred met de bevolkingstoename in onze provincie, zoodat het aantal belasting plichtigen per duizend inwoners onveran derd 201 bleef. In SCHAGEN daalde het aantal in de rijksinkomstenbelasting aangeslagen inge zetenen van 786 tot 764. Hierbij moet even wel in aanmerking worden genomen, dat ook het zielental tengevolge van de beëin diging der kanalisatiewerkzaamheden, van 1937 op 1938 is terug geloopen. Het gevolg van een en ander is geweest, dat het aantal belasting plichtigen per duizend inwoners daalde van 189 tot 188. Dit verloop is dus wel iets ongunstiger dan het rij'ksgemiddelde aangeeft, maar daar tegenover staat, dat het Schager cijfer van 188 vrij ver boven het Ne derlandsche (151) uitsteekt. Ten on zent blijkt de welstand dus algemee ner over de bevolking verbreid te zijn dan in Nederland gemiddeld 't geval is. Anna Paulowna en Callantsoog. In Anna Paulowna vertoonde het aantal belastingplichtigen cenige stijging. Ilot klom van 714 lot 73o, hetgeen per duizend inwo ners neerkomt op een toename van 121 tot 124, derhalve met 2.4 pet. Hier ontwikkelde de toestand zich dus reeds gunstiger dan het rij ksgemiddelde. Nog beter ging het in Callantsoog. Daar waren in het voorlaatste belastingjaar 160 aangeslagenen tegen 171 in het laatste jaar. Omgerekend per duizend inwoners kwamen deze aantallen neer op resp. 156 en 170, zoo dat hier het aantal per duizend ingezetenen met 9 pet is toegenomen. Barsingerhorn maakt een goed iignur. Het sterkst was de relatieve ver betering in Barsingerhorn. In deze gemeente werden per 1 Januari 1938 van de inwoners 182 overgeschre ven naar deWieringermeer. Daar door ging het ziekental netto van 2157 tot 1906 terug, maar desniette genstaande liep het aantal belasting plichtigen nog iets op, n.1. van 328 tot 330. Het aantal aangeslagenen per duizend inwoners steeg daardoor van 152 tot 172 of met 13.1 pet. Dat de toestand in een gemeente er heel anders gaat uitzien wanneer in één enkel jaar het aantal ingezetenen, dat in de ge meenschappelijke lasten zijn deel kan dra gen, met 13 pet. toeneemt, ligt voor de hand! St. Maarten en Warmenhuizen gingen achteruit Helaas moesten terzelfdertijd St. Maarten en Warmenhuizen nog weer een verderen teruggang van de welstands-verbreiding no- teeren. In Sint Maarten liep hot aanttfl be lastingplichtigen terug van 144 tot 124, d.w.z. per duizend inwoners van 109 tot 95, of met 12.8 pet. Zooveel gemakkelijker de toestand voor Barsingerhorn werd. zooveel te moeilijker werd hij dus voor Sint Maar ten! Maar intusschen was de teruggang in Warmenhuizen nog aanzienlijk ernstiger. In deze gemeente toch daalde het aantal in de rijksinkomstenbelasting aangeslagen inge zetenen van 236 tot. 186, of per duizend in woners 'Van 100 tot 80. Hier schrompelde het bevolkingsdeel, over wie de plaatselijke wel stand verbreid was, dus met een vijfde deel in! In een volgend artikel hopen wij een in teressante vergelijking te geven van de in komens der belastingplichtigen van Scha gen en omgeving en die van de belasting- -betalers in land en provincie.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1939 | | pagina 9