Oost en Zuidgrens:
DAGBLAD VOOR HOLLAND'S NOORDERKWARTIER
één gordel van
stellingen en
versperringen
Drie dagen langs de grens
630 millioen pond voor
de Britsche defensie
Heden afkondiging Britsche
dienstplichtwet verwacht
Laan, Schagen, Tel. 20.
WOENSDAG 26 APRIL 1939. 83e Jaargang. No. 10864.
Uitgave tfe* W.V. Urtg.-Mif „HoKond* Noofderkwortier" 4
Langs het Niemandsland,
waar de Dood de wacht
houdt
Veel ernst en... veel humor
Aan de grens is men klaar
(van onzen specialen verslaggever)
Iedere brug een vesting.
In deze drie dagen staan we bij vele
bruggeu, Tientallen overgangen over rivie
ren, kanalen en beken. Het is frappant
zooveel bruggen er in grens-land zijn. Tel
kens stuit men er weer op een. Iedeïe brug
wordt bewaakt. Iedere brug is een vesting,
een stelling, bewaakt door soldaten, mitrail
leurs en versperringen. Bij iedere brug
stuit men op „asperges", op prikkeldraad,
op betonnen putten. Als er i e ts goed be
waakt is, zijn het de waterovergangen in
ons land. Een mogelijke indringer zal hier
wanm ontvahgen worden. En ziet hij kans
de stellingen te doorbreken dan zal hij wei
nig plezier van de bruggen beleven. Onder
bijna iedere bevinden zich springladingen.
In enkele seconden kunnen deze millioe-
nenwerken, deze prachtige uitingen van de
Hollandsche brugbouw-industric, in de
lucht vliegen.
Over de rivieren glijden pontons. Onder
de pontons... springlading. Het zou kun
nen gebeuren dat ze vernietigd moesten
worden. Er wordt wel eens smalend ge
sproken over ons leger. Wat moeten die
paar menschen doen bij een overval! De
beste remedie tegen deze opvatting is een
kruistocht door grensland. En te zien welk
een voortreffelijk werk door het Nederland-
sche leger is verrichta Soms in enkele da
gen.
Harde noodzaak.
Langs de dorpen en gehuchten trekken
wij, Overal liggen de stellingen. Soms ziet
men ineens een weg, ter hoogte van het
wegdek, een kier gluren. Daarin glanzen
mitrailleurloopen. Eronder liggen menschen.
Heel den dag cn heel den nacht. Ze lossen
elkaar af. Geen minuut van den dag, of
er zit een man bij. Er zou iets kunnen ge
beuren.
Het is niet alles oven prettig wat men
ziet.
In een klein dorp in het zuiden heeft
men een kerkhof gebruikt als stelling. Het
is een strategisch punt. De bevolking vond
het niet leuk, maar zij begrijpt de noodzaak.
En er is met piëteit door de verantwoorde
lijke instanties gewerkt. Men heeft de be
volking niet gekwetst. Tact is iets van
groote waarde en vooral in deze dagen van
gewicht bij de grensbevolking.
Zoo trekken wij langs de grens. Van pro
vincie tot provincie. Langs heel dien keten
van versperringen. Langs kilometers en
kilometers prikkeldraad, langs steeds maar
weer de „bultjes', die kazematten zijn, langs
kazerne's en keukenwagens.
Er ligt machtig veel volk aan de
grens. Men kan haast niet rijden of
men ontmoet soldaten. Maar ze lig
gen niet in het gras en kauwen niet
op de paarse Pinksterbloemen. Ze
werken. Ze sjouwen den dag door
met graven, met spitten, met wroe
ten in den grond. Er worden oefe
ningen gehouden. Er wordt alarm
geblazen op onbepaalde tijden. Uit
alles blijkt dat men thans „klaar"
is. Klaar, indien er iets mocht ge
beuren, wat enkele weken geleden
verwaoht werd, doch waaraan we
thans al haast niet meer kunnen
gelooven.
De ideale grens.
Maar bij al deze grensvercledigingcn, hij
al de mitrailleurs, de kazematten, de ver-
horgen stellingen is er een andere grensver-
dediging, die op ons een nog dieperen in
druk gemaakt heeft.
Dat is liet grensland, waar zich de moe
rassen en veenvelden uitstrekken. Er zijn
veel moerassen en veel veenvelden aan de
Xederlandsche grens.
Kapitein Paters heeft, ze ons ge
wezen: de eindelooze streken land,
met wild en warrig onkruid er op.
Bruin en grauw, met overal plassen,
meertjes, beekjes en stilstaande wa
tertjes. Het zijn de landen, waar
over men in de oude boeken leest,
de landen waarin diep, diep onder
den bodem het skelet van menig Ilo-
meinsch centurio verborgen ligt. En
menig leger-deel, dat zich waagde in
de verraderlijke hel der Nederland-
sclie grensmocrassen.
Er is geen sprake van dat een modern
leger deze grenzen passeert. Noch tanks,
noch vechtwagens, noch cavallerie of artil
lerie hebben hier eenige kans. Ze zullen het
enkele honderden meters ver brengen cn het
dan moeten opgeven. Hier aanschouwt men
een stuk land, dgt feitelijk geen land is.
Een drassig niemandsland, waarin men
tientallen nieters wegzinkt. Waar een groen
gras-mozaiok slechts een huichelachtig be-
deksel js van een modder-vla, waaruit ge
U nimmer meer zult kunnen opwerken.
Dit is het domeiu. van -den-Dood.
Hij ligt hier verscholen achter gele
brem, achter dotters cn rietpluimen.
Hij neemt het graag op tegen alle
tanks en vechtwagens van een groot
en modern leger. Hij weet dat hij
onoverwinnelijk is.
Kapitein Paters heeft ons er ernstig van
verteld, Over de rijke defensieve waarde van
dit grensland, dat zich langs verscheidene
provincies uitstrekt. En hij heeft er ook op
gewezen hoe betreurenswaardig het is, dat
deelen van dit land ontgonnen zijn, hoewel
de opbrengst van deze ontginning niet ver
antwoord was. Hierdoor is voor millioenen
schade berokkend aan de Nederlandsche de
fensie. Millioenen die bespaard hadden kun
nen blijven.
Het is begrijpelijk dat er thans maatrege
len genomen zijn. De landen worden voor
defensie bewaard cn alleen de individueele
boer krijgt permissie z'n turf uit te steken.
„Ruwlvervenen" noemt men dat.
Het is feitelijk officieel werk, dit turfste
ken, omdat iedere boer bij het uitgraven een
nieuw meertje, een nieuwe ven maakt, en
het land daardoor nóg meer ondoorgaan-
baar...
Waar dood en leven elkaar be
grenzen.
Weer een ander deel van grens-land. Een
stuk moestuin, Volop in bloei. De aarde
perst het leven bijna zienderoogen naar bo
ven. Maar naast liet trillend en onihoogstre
vend leven ligt de Dood op loer. Aan weers
kanten van het veld zien wij de kanonnen
6-veld, valscli-glinsterende vuurmonden 'cn
daarachte rhet blankgeschuurd mechanisme
steeds twee man.
Boerenwagens en prikkeldraad als versper
ring langs verschillende Nederlandsche
grenswegen, welke thans onder zware be
waking staan.
De geheele grensstreek met de
haast onzichtbare smokkelpaadjes,
met de glinsterende vennen en het
warrige kreupelhout, staat in bloei.
Overdadige bloesemtrossen hangen
in de fel-blauwe lucht, waarin hoog
witte wolken voortgestuwd worden
door een milden voorjaarsbries*
Wij zijn in een hoek van het
land. Op gezichtsafstand zien we
het nabuurland. Vlakbij staan
krom vier boerderijen. Rieten da
ken, kleine ruitjes met grauwe
gordijnen, mestvaalten met ner
veus koerende kippen-kinderen er
op.
Iedere boerderij is een soldaten-
home geworden. En het is de moei
te waard om de jongens te zien.
Hoe ze hun geïmproviseerd bivak
hebben opgeslagen. Boven de geiten
en de dartele lammeren, die zich
maar nauwelijks in het schemer
duister van de schuur koest kun
nen houden. Hier liggen ze in het
stroo en in hun bonte dekens.
Warm en knus.
Luxueus Het lijkt er niet op,
maar het zijn ferme kerels en als
men soms denkt dat ze hier den
ganschen lieven dag loopen te pro
testeeren tegen de maatregelen der
Nederlandsche regeeriug, heeft men
het mis. Het lijkt er niet op!
Ze nemen de zaken zooals ze zijn:
officieren en manschappen. Ze voe
len de noodzaak, de harde nood
zaak. Ze begrijpen, dat deze maat
regelen hoognoodikj waren cn heb
ben er zich bij neergelegd. En het
is prettig telkens weer te mogen
constateeren, dat men hier beseft
een taak te hebben. Inderdaad,
hier aan de grens een zéér belang
rijke.
Eén commando, en deze monden zullen
vuur braken. Van verschillende kanten zul
len deze perfect verdeelde stellingen hun
nrojeetielen wegslingcrèn om diegenen tegen
te houden die het wellicht zou probecren dc
grens te doorbreken.
Maar wie denkt aan zoo iets in de lente,
tusschen de bloesems en het prille leven?.
Ernst en humor.
Daar is veel ernst aan de grens. Het zijn
moeilijke weken geweest voor de officieren.
Van wie veel, zeer veel, geëischt werd. Ten
slotte stond wèl alles op papier, maar in de
praktijk moest ontzaglijk veel in record-tijd
klaargemaakt worden. Het voornaamste
was dat men kon bouwen op de menschen,
op de soldaten. Op de Rotterdammers, de
Noordhollanders, de Limburgers, op al die
jonge kerels, die daar aan de grens liggen
en waarvan ieder voor zich een belangrijke
taak heeft. Op de strategische meest belang
rijke punten ligt zorgvuldig geselecteerd
personeel, doch waar is een grens-punt, dat
niet strategisch van belang is...?
Maar naast de ernst is de humor. Die
prachtige soldaten-humor, waarvan wij ge
hoord hebben in de mobilisatie en die thans
weer tot volle ontplooiing gekomen is.
Het is maar ongekuischte en meest wat
„dubieuze" humor, maar ze doet weldadig
aan. Omdat waar humor is. geen plaats kan
zijn voor gedachten van wrevel en défaitis
me. Geen plaats voor kanker-geest en onte
vredenheid.
De geest aan de grens hoe kunnen wij
hem bettfr illustreeren dan met dat eene,
Belastingbetalers moeten 942 milli
oen pond opbrengen, terwijl 380
millioen pond uit leeningen moet
worden gevonden.
Geen verhooging der
inkomstenbelasting, maar....
In het Engelsche Lagerhuis heeft
Sir John Simon, de minister van Fi
nanciën, gistermiddag zijn met groo
te spanning verbeide begrootingsre-
de gehouden. Hij begon met te zeg
gen, dat de begrooting twintig maal
zoo groot is als die van Gladstone in
1853. Het totaal der ontvangsten
wordt geraamd op 942.600.000 pond.
De uitgaven worden begroot op
942.444.000 pond. Dit geeft een ge
raamd overschot van 165.000 pond.
Het oorspronkelijke cijfer van 580
millioen pond veor de defensie is
gestegen tot ongeveer 630 millioen.
De uitgaven sluiten in een bedrag van
247.7:18.000 pond voor de verdediging. Deze
gelden worden gedekt door ontvangsten. Bij
dat bedrag zijn niet inbegrepen ongeveer
342.5 millioen pond, waarvoor de regeering
merkwaardige geval, dat ons overkwam in
een verlaten oord, ergens in Limburg. Wij
hadden met interesse een mitrailleurstelling
bekeken en werden plotseling aan ons jasje
getrokken. Een dikke soldaat, met de mod
der van vele dagen aan z'n poetie's, het
zweet langs z'n gezicht en de kepi in een
hoek van 160 graden op z'n verwarde ha
ren: „of meneer effies mee wilde gaan om
ook naar z ij n stelling te kijken. Die was
minstens net zoo mooi als „de andere".—
Kijk, zóó is het aan de grens. Zóo werkt
thans de Nederlandsche soldaat. Het is de
geest waarmede iets te bereiken valt.
Laten wij hopen, dat die geest geconsoli
deerd blijft!
Kabinet zou reeds besloten heb
ben vandaag het Kabinet in te
lichten.
In welingelichte perlementskrin-
gen verklaart men, dat het kabinet
gisteravond heeft besloten tot in
voering van een verplichte militaire
vorming voor jongemannen van 18
tot 21 jaar, die een eerste opleiding
van vier maanden zullen ontvan
gen en daarna voor vier jaar bij het
territoriale leger zullen worden inge
deeld.
Naar verluidt zullen bij de eerste
maatregelen der regeeringsplannen
voor verplichten militairen dienst
de jongemannen van 18 tot 20 jaar
betrokken zijn.
Men is er vrij algemeen van overtuigd
dat de regeering hedenmiddag in het parle
ment een verklaring zal afleggen, Men
verwacht, dat op deze mededeeling dan
spoedig de indiening van een wetsontwerp
zal volgen, waarbij volmachten worden ge
vraagd voor den specialen vorm van dienst
plicht, waartoe waarschijnlijk zal worden
overgegaan.
Labour zal dienstplicht verwer
pen.
De nationale raad van den arbeid, welke
bestaat uit de Labour partij, de onafhanke
lijke arbeiderspartij en het vakvereenigings-
congres, heeft een motie aangenomen, waar
bij dc dienstplicht van de hana wordt ge
wezen. De volgende verklaring werd afge
legd: Wij hebben niet het minste bewijs,
dat het stelsel van vrijwillige inschrijving
is mislukt, hetgeen een nieuw beroep ten
gunste van dienstplicht zou hebben gerecht
vaardigd. Dienstplicht zal de verdedigings
kracht niet doen toenemen, doch den ergsten
slag toebrengen aan de eenheid en het eco
nomische leven des lands ontwrichten.
Onverschilligheid in Duitschland.
Het Engelsche dreigement, den algemee-
nen dienstplicht in te stellen, wordt door
dc Berlijnsche bladen weinig effectief geacht.
Wat men ook beslissen zal in Engeland,
zoo schrijft dc „Dcutsch Allgemeine Zeitung',
het zou in ieder geval dwaas zijn te mee-
nen, dat de Britten daarmede de Duitschc
regeering een verrassing zouden kunnen be
reiden, of haar van den ingeslagen weg af
brengen. Zoo veel moest men toch eindelijk
ook ginds van de politiek van Adolf Hitier
begrepen hebben.
De „Angriff" schrijft, dat het den Duit-
schers volkomen onverschillig is, hoe Enge
land zijn landsverdediging organiseert. „Wij
Duitschers, zorgen er voor, dat onze eigen
landsverdediging zoo hoog mogelijk wordt
opgevoerd. Dat is onze eenige zorg."
Dit nummer bevat 8 pagina's
DE BILT SEINT»
Verwachting: Meest matige N
wind. Licht tot half bewolkt
Weinig of geen regen. Kou
de ochtend. Overdag zelfde
temperatuur.
Alg. vooruitz.: Aanhouden van
het gure weer met toene
mende kans op nachtvorst
Marinevliegtuig
neergestort
Korporaal-vliegtuigmaker breekt
beide beenen. Officier-vlieger
licht gewond.
Gistermiddag omstreeks een uur is een
marineverkenner, afkomstig van de Mok,
dat kort tevoren van het vliegkamp Schel-
lingwoude was opgestegen, nabij üitdam,
naar beneden gestort. De bestuurder, officie
vlieger W. de Groot, werd licht gewond, de
waarnemer korporaal-vlicgtuigmaker E. .T.
ten Bosch, bekwam zware kwetsuren. Het
vliegtuig is vrijwel geheel vernield.
Hoe het gebeurde.
Verschillende personen in de omgeving
van Schellingwoude en Durgerdam, zagen,
hoe een watervliegtuig ten noorden van Dur
gerdam, in de buurt van den Ouddamnierdijk
snel omlaag schoot, zoodat weldra gealar
meerd werd, dat een marinevliegtuig was
neergestort.
De arts M. H. Bokslag, wonende aan den
Schellingwouderdijk, begaf zich onmiddellijk
per auto naar Uitclain, evenals politiebeamb
ten uit verschillende omliggende plaatsen,
terwijl de gemeentelijke geneeskundige
dienst te Amsterdam eveneens werd gewaar
schuwd cn met een ambulance-auto uitruk
te naar de plaats van het ongeval. Deze ligt
zeer geisoleerd en is moeilijk te bereiken.
Inmiddels hadden reeds eenige personen,
die het ongeluk zagen gebeuren de inzit
tenden uit hun netelige positie bevrijd en
was de gemeentearts van Broek in Water
land gekomen om de eerste hulp te verlee-
ncn.
Eenige vrouwen van Uitdam, die
de vorige week door den burgemees
ter van Broek in Waterland waren
gcinstalleerd als geoefende ver
pleegsters bij de luchtbescherming,
waren eveneens ter plaatse om hulp
te bieden.
Het toestel lag ongeveer duizend meter
beoosten den dijk van Uitdam in het water
dat gelukkig slechts twee meter diep was,
zoodat de redding geen al te groote moeilijk
heden opleverde. Toch moest de korporaal,
die bekneld zat nog worden uitgezaagd. Hij
bleek beide beenen te hebben gebroken.
Bovendien had hij een hersenschudding
opgeloopen, evenals de officier-vlieger de
Groot.
De beide gewonden zijn naar het burger-
ziekenhuis te Amsterdam vervoerd en daar
ter verpleging opgenomen.
Een Amsterdamsche politieboot heeft met
een motorbarkas van de marine het verniel
de toestel naar de haven van Uitdam ge
sleept.
machtiging heeft een leening aan te gaan.
Indien dit geheele (laatstgenoemde) bedrag
zou worden uitgegeven. In het financicele
jaar, dat op 1 April is begonnen, zouden de
totaal uitgaven het enorme bedrag van
1285 millioen pond bereiken.
Uitgaven voor de landsverdedi
ging behcerschen het begroo-
tingsbeeld.
„De openbare financiën worden, aldus
merkte Sir John Simon, in het verloop
van zijn rede nog op, momenteel geheel be-
heerscht door dc uitgaven voor de landsver
dediging. Uit de inkomsten werden het af-
geloopcn jaar. de uitgaven voor de lands
verdediging gedekt tot een bedrag van
254*4 millioen en uit leeningen tot een be
drag van 128 millioen, een totaal derhalve
van. 382*/2 millioen.
Tengevolge van de vorming van levens-
middelenvoorraden en de luchlbeschermings
maatregelen waren de defensie-uitgaven in
het afgeloopen jaar op 400 millioen ge
bracht. Simon deelde voorts mede, dat 20
millioen was besteed voor de aflossing van
de nationale schuld, het egalisatiefonds
voor de wisselkoersen^ bleef een batig saldo
vertoonen. De totale uitgaven, die door de
inkomsten moeten worden gedekt, bedra
gen naar Simon verklaarde, 922*4 milliófen
pond, waarbij nog gevoegd moeten worden
de extra-uitgaven voor de defensie, die. de
minister als een hoogst ernstige en belang
rijke kwestie en als het kardinale punt
van de tegenwoordige kenmerkte.
liet totaal der geraamde uitgaven voor
nel uch(bescherming is 42 millioen, waar
van 37 millioen zal worden geleend.
De uitgaven voor de voorraadsdienston
(supply services) waarbij inbegrepen de
ramingen voor het leger, de vloot, de lucht
macht en de burgerlijke verdediging, wor
den geraamd op 675 millioen pond.
Het totaal der inkomsten op de bestaande
belastingbasis wordt op 918 millioen ge
raamd.
Met betrekking tot de uitgaven voor de
defensie zeide Simon nog, dat 223 millioen
beschikbaar was, om de defensie-uitgaven
van dit jaar te dekken, vergeleken met een
oorspronkelijke raming van 230 millioen
doch het oorspronkelijke cijfer van 580 mil
lioen voor dc defensie over dit jaar 350
uit leeningen cn 230 uit de inkomsten
was gestegen tot omstreeks 630 millioen voor
dc defensie in alle ondcrdeelen cn het zou
nog meer kunnen worden.
„Alles tezamen, aldus vervolgde Simon,
zullen de belastingbetalers 942 millioen pond
moeten opbrengen, terwijl 3S0 millioen pond
uil leeningcn moeten worden'gevonden.
Geen verhooging der inkomst
belasting.
De regeeriug heeft evenwel beslo
ten, riiet over le gaan tot een ver-
Uooging van de inkomstenbelasting"
zoo merkte Simon op. Een applaus
volgde op" deze verklaring, dat even
wel verstomde, toen dc minister mee
deelde, dat de automobielbelasting
met ingang van- 1 Januari j.1. met
10 shilling tot 25 sh. per P.K. was
verhoogd en hij tevens nog enkele
andere helastingverhoogingen aan
kondigde o.a. een verhooging der ta
baks- en successiebelasting en zwaar
dere heffing.op,Jilms.
Sir John Simon besloot met de opmerking,
dat.allen hun deel van de last moeten dra
gon, hoe zwaar die ook is. Het is bet ge
deelte van dén prijs,, die liet land bereid
is te betalen voor de zaak van den wereld
vrede en de nationale veiligheid (applau»)