hpary pickford Het natuurwonder van den Golfstroom keert tot de film terug DE DUIKER Vierde blad traditioneele lieveling CENTRALE VERWARMING FA. J. MODDER EN Z\ ponderdag 15 Juni 1939 Amerika's MARY PICKFORD. yAN DE „STOMME FILM" VIA DE POLI TIEK NAAR DE GELUIDSFILM. Een simpel bericht van de Atneri- ïaansche pers heeft wel verrassing maar geen verbazing gewekt, het be richt dat Mary Piclcford, 's werelds lieveling" tot de film terugkeert. Amerikaansche dagbladen deelen mede dat Ifary Pickord, Amerika's lievelingsster, -lie jarenlang als nummer een straalde op de lijst der „kóninginnen van het witte doek", lot de filmstudio terugkeert na vele jaren ip ander terrein te zijn werkzaam geweest, "en bericht dat ons moge verrassen, maar lat anderszins niet behoeft te verwonderen, [liet gebeurt regelmatig dat filmacteurs en actrices-die door de opkomst van de spreken de film op den achtergrond gedrukt werden, irdat zij slechts beeldende maar geen „ge- ids-kwaliteiten" meenden te bezitten, later de film terugkeerden. En waarom zou de kans van deze „world's darling" ge- igcr zijn dan die van anderen? Er is ten )tte nog niemand die deze vrouw met het rachtige blonde haar die zulke onvergelijke- ijkft triomfen vierde, vergeten heeft. Mary 'ickford's naam is en blijft verbonden aan en reeks voortreffelijk geslaagde films als: Molly", „Madame Butterfly", „Een arme leine rijke", „De roman van Mary' en bij United Artists', waarvan zij geruimen tijd e leiding had. het onvergelijkelijke succes Daddy Longlegs" (Vadertje Langbeen). Zij zorgde voor verrassingen. Intusschën lieeft Ma'ry Pickford het Ameri- laansche publiek meer dan eens versteld loen staan door mcdedeelingen die haar unbities op gansch ander terrein dan dat der film verrieden. Zoo konigde zij enkele 'jaren geleden, eind 1935, aan dat zij zich can- dièiit wilde stellen voor het Amerikaansche wrleraènt, kort nadat zij de leiding op zich jomen had van de „United Artists Film lorporation", waarmee zij zich als eerste rouw ter wereld aan de spits stelde van en film-onderneming die de beschikking ccft over millioencn dollai's. Iedereen in Amerika stond natuurlijk stom ferbaasd te kijken bij dit bericht. Men vond iet zoo eigenaardig dat het aanvankelijk als en reclametruc werd beschouwd, hetgeen ge- ogenstraft werd door het feit, dat het juist lary Pickford en niet een andere actrice om wie het ging. Toen moest men wel annemen dat het Miss Pickford ernst was. )e intieme vrienden van de kunstenares en ooral zij die het, kort daarop gescheiden gelukkigste echtpaar ter wereld" van na- j kenden, waren minder verbaasd. Zij wis- cn dat de scheiding die in 1934 uitgesproken ras tusschen Mary Pickford en Douglas !airbanks niet veroorzaakt was door een noodlottige „verkoeling". Alleen voelde de zes en veertig-jarige Mary plotseling den drang in zich, op te treden als strijdster voor het volk. In een vergadering te St. Louis kwam zij op tegen de onderdrukking der persoonlijkheid in de Vereenigde Staten. Amerika nam deze impulsieve daad toen niet al te ernstig op, maar haar echtgenoot kon zich niet vereenigen met deze nieuwe werk kring en ambitie en daarmee was het con flict geschapen. Douglas Fairbanks die op dat oogenblik nog immer tot de groote filmsterren behoor de, dacht aan de sprookjesachtige carrière van de kleine Mary en dan kan het geen verwondering baren, dat deze verandering hem allerminst behoorde Haar levensloop. Mary Pickford werd te St. Petersburg in Illinois geboren als de dochter van een bur gemeester. Op zestienjarigen leeftijd ging zij aan liet tooneel. Zij was slechts één meter twee en veertig groot, maar juist haar sier lijk figuurtje trok sterk de aandacht. Bo vendien was zij mooi, temperamentvol, be zat zij een aantrekkelijke glimlach en bleek zij fotogeniek. Sam Goldwyn haalde haar naar Hollywood, waar zij optrad in twee kin derfilms die beide een buitengewone sensatie voor het filmpubliek werden. Het geluk duurde wel tien jaar. Toen Sam Goldwyn in 192-1 uit de „United Artists Company" trad, nam Mary Pickford zijn aandeelen over, waardoor zij tegelij kertijd de rollen zelf kiezen kon die zij graag wilde spelen. Al haar films, zonder eenige uitzondering, werden een wereldsuc ces; „Little bird", en „Rosita" maakten haar wereldberoemd. In 1924 trouwde zij met Douglas Fairbanks. wiens roem in die da gen in de verste verte niet zoo groot was als de hare. Zij bouwden toen de meest ge fotografeerde villa ter wereld in Beverley Hills, de „Pickfair", waarvan de groote zwembassins met de prachtige palmboomen die ze omzoomden herhaaldelijk gecopiecrd maar nimmer geëvenaard werden. En ter wijl het in die jaren mode was, dat een hu welijk in Hollywood, tusschen filmsterren gesloten, na enkele maanden weer ontbon den werd, bleef bet echtpaar Pickford-Fair- banks gelukkig tien jaren lang. In wezen bleef Mary eenzaam. Twee kinderen kregen zij. Maar beide een dochter en een zoon .stierven kort na de geboorte. (Douglas Fairbanks Jr. is een zoon van Fairbanks uit diens eerste huwe lijk.) Zoo bleef de gevierde kunstenares, rijk aan roem, liefde, vriendschap en vereering, in wezen toch eenzaam. En toen vervolgens de sprekende film zijn intrede deed, kwam ook aan haar werk een einde, terwijl haar echtgenoot voortging sucessen te boeken, Jarenlang had het werk haar geheel ver vuld, had zij zich eraan overgegeven met een ernst en een toewijding die zeldzaam wa ren in haar vak en wat restte haar toen? Een leven dat niets meer te maken zou hebben met film en publiciteit. Zij schiep zich een nieuw doel: de poli tiek en terstond stelde zij zich daarmee op nieuw in het brandpunt der belangstelling. Zij kondigde aan een actieve propaganda te willen voeren voor de verbetering van het moreele levensniveau in Amerika. Inder daad won fcij veler harten tijdens de spreek beurten die zij op verschillende plaatsen vervulde, maar een blijvende carrière in deze" nieuwe, „diplomatieke" loopbaan schiep zij zich toch niet. Oude liefde roest niet. Men zegt, dat het bloed kruipt, waar het niet gaan kan en dat schijnt dan ook o.p filmspelers van toepassing te zijn. De blon de Mary, eenmaal aanvaard als 's werelds „liefste en lieftalligste filmactrice", heeft de band. die haar met de studio's verbond, toch niet voorgoed kunnen breken en zij gaat haar plaats onder het licht van de schijnwerpers opnieuw>innemen. Haar suc cessen in de „stom-me periode" van de film leven in veler herinnering voort. Of zij erin slagen zal in het licht van de tegenwoordige, nieuwe eischen van het filmvak en de groo te concurrentie der sterren onderling, nieu wen luister bij te zetten aan haar ouden roem? Dat zal de toekomst moeten leeren. Een ding staat reeds nr vast bij deze merk waardige terugkeer. Mary Pickford zal zon der twijfel geen „studio-vrees" hebben, zij kent het vak van haver tot gort G. H. W. WATER UIT DE GOLF VAN MEXICO VERWARMT DE NOORDKAAP. HET NATUURWONDER VAN DEN GOLFSTROOM. In de laatste weken is weer herhaal delijk sprake geweest van een na tuurverschijnsel, dat de mcesten on zer nog wel van de schoolbanken kennen: den golfstroom. Aan den golfstroom wordt een grooten, zoo niet beslissenden invloed op het weer in Europa toegeschreven en dit •is dan ook de reden, waarom men zich thans weer met hem bezighoudt. Want aan den golfstroom en zijn gedrag in dit jaar wordt het niet in de laatste plaats toegeschreven, dat wij zoo lang op het warme voorjaarsweer moesten wachten. Toch zal het voor velen niet overbodig zijn, de oude schoolkennis nog eens op te frisschen en na te gaan, wat men eigenlijk onder den golfstroom verstaat. In het kort gezegd, is de golfstroom onder de buitengewoon talrijke zeestroomingen de grootste, belangrijkste en merkwaardigste, een stroom, die nooit veran dert en nooit versaagt. Afmetingen van den golfstroom. Om te beginnen maken de meeste men- schen zich al een zeer onjuiste voorstelling van de breedte van den golfstroom. Men meent veelal, dat een strooming ter breedte van een groote rivier door den Atlantischen Oceaan trekt, zooals de Rijn bijvoorbeeld door het Meer van Constanz stroomt. In wer- EEN VERTROUWD ADRES VOOR EEN GOED WERKENDE SINT PANCRAS. TEL. 193. Talrijke referenties. kelijkheid is de golfstroom op zijn smalste plek 40 K.M. breed en deze breedte groeit, kort nadat de stroom Straat Florida verlaat, aan tot 70 K.M. Bij Charleston is de golf stroom al 150 km. breed en tegenover Kaap Hatteras op 35 graden Noorderbreedte, zelfs 250 km. Deze breedte wordt steeds grooter, hoe dieper de golfstroom in Noordoostelijke richting den Atlantischen Oceaan inkomt. Tegelijk neemt echter ook zijn aanvankelijk buitengewoon groote oppervlaktesnelheid af. Deze bedraagt in Straat Florida VA km. in het uur, een snelheid, die groote is dan die van den Rijn bij hoogwater. De gemid delde diepte van den golfstroom bedraagt omstreeks 400 meter, doch de temperatuur van het water is zelfs op 800 meter diepte nog buitengewoon hoog, namelijk 12M gr. Celsius. De golf van Mexico is het stuwbekken van den stroom: door Straat Yucatan, die een maximum diepte van 2000 meter heeft, stroomt het water van de Caribische Zee in dit zeebekken. De hoogste temperatuur van den golfstroom. De hoogste temperatuur van den golf stroom is 30 graden Celsius; deze werd waar genomen bij Kaap Hatteras. Het is onge veer 5 graden meer dan de temperatuur van den Oceaan op deze breedte eigenlijk be hoort te bedragen. Tien breedtegraden Noor delijker heeft de stroom nog maar 1 graad van zijn temperatuur verloen en dadat hij 4500 km. in Noord-Oostelijke richting is ge vloeid, heeft hij zelfs in den winter nog altijd een zomertemperatuur. Dikwijls heb ben de boven den stroom gelegen luchtla gen een temperatuur om het vriespunt, ter wijl het water van den stroom 25 tot 28 gr. C. warm is. Als gevolg daarvan treden in deze streek van den Oceaan dichte nevels op, die de scheepvaart in de wateren van Newfoundland zoo belemmeren en gevaar lijk maken. Het warmste water komt door gaans aan de oppervlakte voor of een wei- nigdaar beneden. Hieraan is het toe te schrijven, dat de geweldige breede, warme stroom gewoonlijk de erboven gelegen lucht lagen zeer sterk verwarmt. Invloed op het klim a at Deze warme en daardoor opstijgende lucht stroom, die in het algemeen met dén golf stroom gepaard gaat., verwekt de diepe At lantische depressies, die beslissend zijn voor het klimaat van Europa en zonder welke Midden- en Noord-Europa even koud zou den zijn als de gebieden van Britsch-Noord Amerika op dezelfde breedte. De golfstroom en de door hem verwarmde luchtlagen, die hem over het algemeen volgen, houden de zee nog bij de Faroër-eilanden ijsvrij en ma ken de Westkust van Ierland gemiddeld 2 graden warmer dan de Oostkust. Zoo heeft de Westkust van Ierland op 62 graden Noorderbreedte een temperatuur, zooals aan de Oostkust van Noord-Amerika pas op 38 graden Noorderdbreedte wordt aangetrof fen Bij IJsland heeft de golfstroom in Ja nuari een temperatuur van meer dan 12 graden Celsius en aan het Noordelijk deel van de Noorsche kust bewerkt hij, dat de gemiddelde temperatuur in Januari daar niet lager is dan in Sofia. Kan de stroom verlegd worden. Herhaaldelijk hebben speculatieve Ameri kanen in de laatste jaren de theorie ontwik keld dat de koude Labradorstroom, die uit de Davisstraat komt en langs de Oostkust van Noord-Amerika naar het Zuiden gaat, door dén aanleg van een machtigen dam in zee, afgeleid zou kunnen worden, teneinde aldus den golfstroom toegan gte verlcencn tot de kust der Noordelijke Amerikaansche staten. Dergelijke theorieën behoeven ons Europeanen echter geen vrees aan te jagen De golfstroom is in werkelijkheid de resul tante van de warmteverhoudingen in den Atlantisschen Oceaan in verbinding met de invloeden der aardrotatie, en zoo lang de Amerikanen noch de tropische zonnehitte kunnen afschermen, noch den aardbol uit haar hengsels kunnen lichten, behoeven wij ons over de hypothetische constructie van een gigantischen sperdam in den Oceaan ter wering van de Polaire strooming niet druk te maken. ZAL HIJ HET HALEN? Deze vraag houdt op het oogenblik doktoren en ver pleegsters in een hospitaal ernstig bezig. De baby op de foto is zoo klein en zoo zwak, dat hij met een oogspuitje gevoed moet worden. tIni koAt u-e>iAacd door Jac. Roelofs De jonge scheepsdokter Wanders, die zijn eerste reis naar Indië maakte, stond op het kleine bordes aan den voorkant van het promenadedek. Over het voordek heen had hij een vrij uitzicht op het vaarwater, dat voor het schip lag. De mailboot naderde den smallen weste lijken ingang van Keppel Harbour de haven van Singapoer. Gleed even later tus schen de bakens door, halve kracht varend tegen den sterken stroom in, die kolkend en wielend, het binnenkomende schip uit zjjn koers trachte te gooien. Langzamer en langzamer ging het dan aan gemeerd liggende schepen voorbij, die kop aan staart aan de langgerekte kade lagen. Schepen uit alle deelen der wereld zware breede vrachtzoekers meest en kele hoog opgebouwde, slanke passagiers- vaarders ertusschen. Ook een Nederlander lag er een boot van de DeliChina-lijn waarop zich Chineesche dekpassagiers in dichte rijen aan de reeling verdrongen, om een blik op den binnenvarenden mail- stoomer te werpen. Aan stuurboord donkerde groen, op korten afstand, het eiland Belakang Mati het vissscherseiland. Dan lag de „Brederode" gemeerd. Dokter Wanders liep het promenadedek aan den voorkant op, waar een gezellige drukte heerschte. Vele passagiers waren in walkleeding, gereed om de stad in te gaan. Ook in den salon, waar hij even later doorliep, was het een lachen en pra ten een gaan en komen en een lichte, blijde opgewondenheid, die aanstekelijk werkten. Maar aan den anderen kant van bet promenadedek was het betrekkelijk rustig, tenminste waar het het schip zelf betrof want van buitenboord klonk luid geroep, gelach en het plassen van water. De jonge dokter haastte zich naar de reeling. Daar in het water schoten kleine, snellfe één-Dersoons prauwen daareen, bemand door Maleiers, wier wittQ en roode en bont gebloemde zwembroekjes scherp af staken bij het donkerbruin van de glim mende huid. En ineens ging er een rechtop in z'n kano staan dook in het water, zoo behendig, dat zijn ranke, heupbreede vaartuigje zonder te kantelen, schomme lend op het water bleef liggen. Een oogen blik nog waren de naakte, vreemd-licht gekleurde voetzolen van den duiker zicht baar... Dan was hij verdwenen... De over de reeling hangende passa giers aan boord van de mailboot keken elkaar aan. Nu moest hij toch minstens al een minuut onder water zijn!... Hij was verdwenen en... bleef verdwenen... Maar daar!... ineens... een zwarte haar- pruik een hoofd boven water... bijna in het midaen van de vaargeul. „Daar is hij!" riep een klein meisje met een hoog stemmetje, waarin de spanning nog naklonk. Met snelle slagen zwom de duiker naar zijn afgedreven bootje klauterde erin. Kwam dan met lange halen van zijn pa gaai weer aangeschoten. Intusschën waren een paar anderen een soort tennisspel begonnen. Op eenigen afstand van elkaar in hun bootjes gezeten, sloegen zij met het blad van hun pagaai een kleinen bal heen en weer. De kano in evenwicht houdend retourneerden ze de moeilijkste ballen. ÜPats!... petste de kleine natte bal op het hout, Pats!... van den anderen kant... Heen en weer... heen en weer... Het zonlicht gloeide in felle schittering op het dansend golvende, rimpelende water vlak. Plekte heet op de bruin-naakte, snel- bewegelijke lichamen der Maleiers scheen vonken te slaan uit de vliegende, nat- druipende pagaaien. Toen wierp een hofmeester een blinkend geldstukje in het water. En op slag gle den drie, vier rappe gedaanten uit hun prauwtjes. Even een golving aan de op pervlakte een krioelen van schimmiger en schimmiger wordende lichamen in de donkere diepte... Dan herinnerden alleen de leegschommelende bootjes nog aan de behendige duikers. Daar ineens... een hoofd boven water... een proesten... een met een ruk van het hoofd naar achteren werpen van de haren, waarna de onfortuinlijke duiker terug- zwom naar zijn kano. Daar... weer een hoofd... weer een terugzwemmen. Toen, eindelijk kwam de overwinnaar aan de oppervlakte. Tusschen duim en wijsvinger liet hij het kleine geldstuk zien beet er eens op, om te voelen of het echt was. Een grijns van witte tanden in het don kere gezicht. Hij zwöm naar zijn bootje wierp met een onverschillig gebaar den buit op den bodem van het kleine vaar tuig. Zat dan al weer klaar voor een vol genden duik. En dan wierpen ook de passagiers de een na den ander blinkende munten in het water: Meest dubbeltjes leken het. Sommigen slingerden hun geldstuk met kracht in het water, zoodat het pijlsnel wegschoot, de diepte in. Dan waren er maar aen paar jagers de behendigste die er naar doken. Maar de kinderen vooral, en de meer bezadigden, lieten hun muntjes met een sierlijken boog naar be neden zeiien vlakbij een bootje soms en dan was het een algemeen geduik en geschommel van leege kano's. Soms ver dwaalde een onhandig weggeworpen dub beltje direct in zoo'n kleine ranke prauw en werd dan door een lachenden Maleier van den bodem opgeraapt. Dokter Wandeis gooide ook een munt stukje in de richting van den behendigsten duiker een altijd lachenden, gespierden knaap, die in het water beter thuis scheen dan in zijn boot. Het geldstukje vloog hoog over het hoofd van den op den loer liggenden jongen. Een blinkend puntje was het in de lucht... meters en meters van den lenigen duiker af, vie' het in het water. Maar door den machtigen druk van de pagaai was de kleine kano al voor- uitgevlogen... De jager schoot het water in... Het bootje dreef weg op den stroom... Dan plotseling een schreeuwen van de andere duikers! Kreten van ontzetting der andere toekijkende passagiers!... De gil van een vrouw!... Dokter Wanders rende op hetzelfde oogenblik het dek over! Gauw, gauw een der booten moest worden gestreken!... Rais wist, dat hij de rapste duiker was. Ha, hg en zgn boot waren een, Den kleinen bal slaan duiken geldstukjes visschen, wie zou het hem verbeteren?! Ha, het leven was mooi!... Wat schitterde de zon in het water!... De passagiers daar op die groote, grijze "boot, ze keken naar hem het meest naar hem, hij wist het. De toeans en de njonja's o, vooral de njonja's!... Daar moest hij ook wat voor bieden! En hij pagaaide sloeg den bal zwom dook... en het hoopje geldstukjes in zgn kleine bootje werd grooter en grooter!., Kijk... daar!... Daar gooide er weer een wat!... Oei!... Hoog over zijn hoofd! Vooruit!!... Een druk op de pagaai uit alle macht!... Nu!... Hij schoot het water in... En dan plotseling!... Een donkere schim!... De kronkel van een machtigen staart!!... En in het volgende oogenblik de vuil-grijze gaping van een enormen muil!... Een haai!! M'n mes!! flitste het Rais door het hoofd. Maar zijn mes lag in de boot. Wie verwachtte hier haaien in de haven!... Bewegen, wist hij! Hij spartelde met armen en beenen schoot naar de op pervlakte... Het monster zwom, half op den rug liggend, om hem heen! En daar!!... Rais voelde een ruk aan zijn been zgn rechterbeen. Maakte instinktief nog zwembewegingen met zjjn armen. Kwam aan de oppervlakte... De... haai... is... weg!!, kwam nog flauw in hem op... was zich heel even be wust, dat krachtige armen hem omvat ten... dan wist hij niets meer... Maar eenigen tgd later, op het vis- scherseiland Belakang Mati in zijn hut op een gevlochten mat liggend, kwam hg weer tot bewustzgn. Z'n been deed on dragelijke pijn felle scheuten, alsof er witgloeiende staven doorheen gestoken werden... Hij wilde ernaar kgken... had niet eens de kracht het hoofd een weinig op te heffen!... Oei!... Weer zoo'n scheut! Zgn vingers klauwden in den grond Dan ineens door alle pijn heen, luis terde hg. Stemmen... stemmen! Hij herkende de stem van de ouden doe koen. „De blanke dokter van het groote schip komt niet bij den jongen! ik wil het niet!" En Rais hoorde, hoe andere stemmen bijval betuigden... Een krachtige stem in gebroken Maleisch eischte toegang tot de hut. Neen! Neen!" schreeuwden de an deren. Daar, plotseling, begreep Rais! De doekoen van het groote schip! Een blanke doekoen wilde hem helpen!... En ineens voelde hij het zag hij het klaar en duidelijk die kon hem helpen!.... En hij schreeuwde het uit: „Laat de toean komen!! Laat hem bfl mij komen!!"... Maar het tumult daarbuiten was te hevig, dan dat zijn stem gehoord zou kun nen worden. En nog eens riep hij; „Laat de toean...!!" Slaakte ineens een kreet van pijn. Het was, als werd hem het been van het lichaam gescheurd... En dan werd het geluid der stemmen vager en vrager... De blanke doekoen ging weg, wist Rais. Hij ging weg!!... Weg! Dan ver loor hij weer het bewustzijn... Eenig' weken later meerde de „Brede rode" weer in Singapore. En weer was het een pagaaien en zwemmen een lachen en schreeuwen van de geldduikers buiten boord. Dokter Wanders leunde over de reeling. Hield een gulden in de hoogte. Beduidde een der oudere mannen aan boord te klim men. Van hem vernam hg, dat de jonge duiker die door een haai was aangevallen, twee dagen na vertrek van het schip gestorven

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1939 | | pagina 11