Nieuwjaarsrede van den Voorzitter
Ons volk zij in
veriiouwen waakzaam
Kamer van Koophandel
Ons bedrijfsleven in oorlogstijd
Koning George wenscht
Frankrijk ge'uk
Onderwijzer
is onderwijzer
„Geen regeeriogskliek
in Polen"
In de gistermiddag te Alkmaar ge
houden vergadering der Kamer van
Koophandel en Fabrieken voor Hol
lands Noorderkwartier, heeft de
Voorzitter, de heer S. W. Arntz, de
traditioneele nieuwjaarsrede uitge
sproken.
Spr. begint met te zeggen, dat hij er zich
toe zal bepalen, een korte beschrijving te
geven van onze economische positie, na Au
gustus 1939. daar er voor hetgeen vóór Sep
tember j.1. in het bedrijfsleven voorviel,
weinig belangstelling meer zal bestaan.
Men zal zich herinneren, dat vóór het uit
breken van het conflict de meeste goederen
markten een kalm aspect boden, welke loo-
me stemming, na het uitbreken van den
oorlog, aanstonds in een „willige" omsloeg.
Het Nederlandsche bedrijfsleven, dat zich
ind en laatsten tijd door allerlei crisismaat
regelen al min of meer gehandicapt waan
de, ervoer ras, dat al die oude narigheid
verre werd overschaduwd door de vérstrek
kende binnen- en buitenlandsche Overheids
maatregelen, die zoowel in het belang van
de militaire als van de economische defen
sie, werden getroffen.
Geleerd door de ervaringen van 1914
1918 was het echter ook voor ons land een
gebiedende eisch om aanstonds de noodige
maatregelen te treffen tot het goed blijven
functionneeren van de Nederlandsche volks
huishouding.
Zoodra op 3 September J.1. de oorlog was
uitgebroken, bleek de internationale handel
immers totaal ontwricht. Het verkeer stag
neerde en de door verschillende Rijken ge
troffen beperkende maatregelen (als in- en
uitvoerverboden, deviezencontróle, prijsvast
stellingen, enz.) leidden tot een verdere be
perking van den toen toch al zoo beknotten
vrijen goederenruil. Van een internationale
markt kan na Augustus 1939 bezwaarlijk
meer gesproken worden. De toonaangeven
de marktplaatsen hadden haar positie vrij
wel verloren. Dat ook de Nederlandsche
markten den terugslag in hevige mate zijn
gaan gevoelen, is begrijpelijk. Eveneens is
het duidelijk, dat de zoo bij uitstek kwets
bare exporlhandel van ons district, zijnde
die van zuivelproducten, visch, bloembollen
en grove tuinbouwproducten, in een uiterst
moeilijke positie is geraakt. Ook zij, die hun
goederen uit het buitenland plegen te be
trekken, ja zelfs zij, die gewend zijn in het
binnenland te koopen, zagen zich alras voor
allerlei problemen gesteld.
Al acht ik, aldus spr., bij vergelij
king van den toestand in het win
kelbedrijf gedurende de periode '14—
1918 met dien. welke wij sinds ein
de Augustus 1939 kennen, den hul
digen toestand in vele opzichten te
prefereeren, toch moet verklaard
worden, dat ook deze bedrijfstak
door de nieuwe situatie met tal van
moeilijkheden o.a. tengevolge
van de wijze van toepassing der
Prijsopdrijvingswet te kampen
heeft gekregen.
Aan een voorspelling van hetgeen, zelfs
de allernaaste toekomst, brengen zal, waagt
spr. zich niet.
Spr. geeft vervolgens een overzicht van
den gang van zaken in eenige bedrijfstak
ken van ons Gewest:
ZUIVELPRODUCTEN.
Wat den'kaashandel betreft, staat het
Jaar 1939 geheel in mineur-stemming. Tot
aan het uitbreken van dpn oorlog was de
handel - evenals in 1938 sleepend.
Eenigszins redelijke prijzen bleven onbe
reikbaar.
De regeeringssteun. die nog steeds onmis
baar wordt geacht, werd. nadat de kaas-
- prijzen 50 pet. waren gestegen, tot de helft
teruggebracht. Het is evenwel gewenscht,
dat, nu de prijzen weer zoo laag zijn ge
worden, de steun op het oude hoogere ni
veau hersteld zal worden.
De uitvoer van 40 plus Edammer kaas
bedroeg in:
Jan.—Nov. 1938: 14.912 tons, ter waarde
van f 7.580.000— en in:
Jan.—Nov. 1939: 13.750 tons, ter waarde
van f 6.608.000
De aanvoer ter Alkmaarsche kaasmarkt
bedroeg in: 1938 3506 stapels, wegende
4.267.752 Kg. en in 1939: 3246 stapels, we
gende 4.101.758 Kg.
Slechts één fabriek bleef In 1939 zijn
product ter beurs te Alkmaar op monster
aanbieden, waarop 312.914 Kg. verkocht
werden.
ZUIVELBEREIDING EN LANDBOUW.
Het jaar 1939 was voor de zuivelbereiders
geen gunstig jaar. Toen de oorlog uitbrak,
trad een belangrijke prijsverhooging in.
Ten onrechte werd door enkele speculanten
verwacht, dat deze verhooging zou door
gaan, zoodat met deze speculatie veel geld
werd verloren.
Maatregelen tegen kaasmelkpas-
teurisatie bleven achterwege, zoodat
de nadeelige gevolgen voor de
kwaliteit van de kaas niet afna
men. Kwaliteitsverbetering van de
kaas, met hulp van de regeering,
blijft voor ons nationaal product
de kaas van veel belang. Voor
de verbetering van de kwaliteit
der boter wordt gelukkig krachti
ger gewerkt en naar verwacht
wordt op de buitenlandsche
markt met goed succes.
Door een lange droogte-periode was de
grasgroei niet gunstig en bleef de hooi-op-
brengst beneden het gemiddelde. Tenge
volge van de stijging der veevoederprijzen
werden de uitkomsten van het zuivelberei-
dersbedrijf ook nadeelig beïnvloed. De prij
zen van het vee, bestemd voor den afzet,
werden door het mindere veevoeder ook
gedrukt. Het vanwege de Regeering aan-
koopen van vee uit de markt kwam voor
een groot deel helaas te laat.
De opbrengsten van de varkenshouderij
waren mede tengevolge van den oorlogstoe
stand gunstiger dan in 1938.
De uitkomsten van de schapenhouderij
waren beter dan die van het vorige jaar,
waarmede niet gezegd mag worden, dat dg
Uitkomsten goed waren.
De resultaten van de landbouwbedrijven
waren gunstiger dan in het vorige jaar.
GRAANHANDEL.
De markten voor binnenlhndsch graan
in Hollands Noorderkwartier behielden tot
aan de afkondiging der mobilisatie ten-
volle haar beteekenis. Door haar uitsteken
de hoedanigheid blijven verschillende
graansoorten, in ons Gewest geteeld, in
binnen- en buitenland gezocht. De export
van gerst en haver was voor onze streek
niet zonder belang. Te dien opzichte waren
de vooruitzichten voor het nieuwe seizoen
zeker niet ongunstig.
Na het uitbreken van den oorlog heeft
het beeld van den graanhandel in Neder
land zich echter grondig gewijzigd. Aan
het einde van het jaar zag de graanhan
del zich tegenover vele moeilijkheden ge
plaatst. Naast, de'algemeene bezwaren, die
iedereen, "én ieder bedrijf in oorlogstijd on
dervinden, staat de graanhandel tegenover
de zeer ingrijpende overhèids-maatregelen,
die alles overtreffen, wat reeds op dit ge
bied is geschied en die volgens het be
grip van den graanhandelaar-van-den-ou-
den-stempel vaak wel heel ver gaan.
In het jaar 1939 vernietigde de
oorlog den graanhandel in zijn
oude functie. Er is veel optimisme
noodig oni te durven hopen, dat de
vrede dezen handel weer op zijn
oude plaats zal oprichten.
GROVE TUINBOUWPRODUCTEN.
De oorlog heeft tot nu toe weinig invloed
op den Noordhollandschen handel gehad De
roode-kool-export naar Engeland stagneer-,
de. in den aanvang. Vanuit Zwitserland
kwam méér vraag. Het binnenland was vrij
goed aan de markt.
Daar de clearingpositie met Duitschland
aanzienlijk verbeterd is, wordt algemeen
op grootere uitvoermogelijkheden naar' dat
land gehoopt.
GROENTENCONSERVEN.
Gedurende het geheele jaar was de han
del zeer levendig. Indien er zich geen on
voorziene belemmeringen gaan voordoen,
zullen land- en tuinbouw van de opleving
in deze industrie zeker voordeel kunnen
trekken.
BLOEMBOLLEN.
In verband met de politieke positie van
Europa, is het moeilijk een juist beeld
van den toestand in het bloembollenvak te
geven. De oogst van alle bolgewassen was
dit jaar buitengewoon goed, met uitzonde
ring van crocussen, waarvan het gewas be
neden het middelmatige bleef. De prijzen
van tulpen en hyacinthen liepen dan ook
terug tot de door de regeering vastgestelde
minimumprijzen.
Tengevolge van het uitbreken van den
oorlog werden de grenzen van Engeland,
Frankrijk en Finland voor bloembollen ge
sloten verklaard. Dit bracht groote versla
genheid in de bloembollenstreek teweeg.
Men hoopt, dat regeeringssteun 'n débacle
in het bloembollenvak zal voorkomen.
De navolgende hoeveelheden bloembollen
(incl. knolsiergewassen etc.) werden naar
het buitenland verzonden:
Jan.Nov. 1939 40.343 tons, ter waarde
van c.a. f 23.155.000.
Jan.Nov. 1938: 50.903 tons, ter waarde
van c.a. f 30.600.000.
EIEREN.
De pluimveehouderij gaf in 1939, ondanks
de strubbelingen, ontstaan ten gevolge van
den oorlogstoestand, bevredigende uitkom
sten, althans voor hen, die het bedrijf op
vakkundige wijze weten te beheeren.
De uitkomsten van het speciaal voor
Noordholland nogal belangrijke „pieipkui-
kenbedrijf" waren dit voorjaar (in het
eigenlijke seizoen dus) niet onbevredigend.
Het na-seizoen was echter slecht- Na Mei
zijn er dan ook belangrijk minder slacht-
kuikens gefolft. Dit najaar was er vrijwel
heelemaal geen vraag voor de produc
ten van dit bedrijf. Dit betreft, zoowel de
broedeieren en de ééndagskuikens. als de
slachtdieren. De vooruitzichten lijken dus
voor de piepkuikenfokkers verre van gun
stig.
VISSCHERIJ EN VISCHHANDEL
TE DEN HELDER.
De achteruitgang in de vis-
scherij en den vischhandel te Den
Helder is nog niet tot staan geko
men. Integendeel, dit jaar is de
aanvoer van nagenoeg alle soorten
verminderd, waardoor de totaal
opbrengst op nog geen 130.000 gul
den tot slechts circa 2/3 van de
voorafgegane reeds zeer ongunstige
jaren is gedaald.
Haring en ansjovis, de voornaamste soor
ten, zijn vrijwel niet meer aangevoerd,
De aanvoer van alle soorten platvisch
en ook van sardijn was veel minder, ter
wijl de aanvoer van garnalen ongeveer ge
lijk bleef. Daarentegen is de aanvoer van
ondcrmaatsche visch, de zoogenaamde ,puf'
tot circa W* millioen kilo gestegen. Dit
belooft weinig goeds voor de aanstaande
vangsten van marktwaardige visch, die
voor menschelijk voedsel zal kunnen die
nen.
De Noordzeevisscherij, die met flinke mo-
torkotters wordt uitgeoefend, heeft over het
algemeen bevredigende resultaten geboekt.
Deze vaartuigen markten grootendeels el
ders. Helaas kan Den Helder daarvan der
halve geèn vruchten plukken.
Door de geringe aanvoeren en de export-
moeilijkheden als "gevolg van den huidigen
oorlogstoestand verkeeren de vischhandel
en zijn nevenbedrijven in een zeer precai-
ren toestand.
BANKBEDRIJF.
Voor het bankwezen was het een jaar
van beroeringen,ook wegens eenige on
verwachte débacles. Verder golden als on
gunstige factoren nog steeds: de geringe
vraag naar crediet en de te lage rente
voor kort geld.
De gewone effectenomzetten waren tijde
lijk wel iets beter dan in 1938. Op conversie
gebied was er echter veel minder te doen.
SCHEEPSBOUW EN BINNEN
SCHEEPVAART.
De scheepsbouw-nijverheid. die zich In
het laatst van 1937 en in het begin van 1938
eenigszins kon herstellen, is gedurende het
kalenderjaar 1939 weer aanmerkelijk min
der geworden.
De zoogenaamde „particuliere vaart" was
vrij goed te noemen. Voor de schepen van
30—80 tons blijft het in normale tijden
moeilijk emplooi te vinden'. Hoewel de beurt
vaart aanvankelijk iets scheen op te leven,
zijn na September veel diensten ernstig ge
dupeerd door het gewijzigde goederenver
voer.
In de maanden Januari—November 1939
werden in het district der Bevrachtings
commissie „U" 1161 schepen bevracht/ met
een totaal van 113.782 tons goederen. De ge
maakte vracht bedroeg f 189.383. Boven
dien werd een aantal schepen voor. onbe-
paalden tijd gecharteerd.
Dit aantal bevrachtingen is ruim 200 hoo
ger dan dat van dezelfde periode in het
vorige jaar. Hoofdzakelijk als gevolg van
het toegenomen vervoer van suikerbieten
en vlas uit den Wieringermeerpolder.
WIERINGERMEERPOLDER.
Naarmate de nog jonge polder „ouder"
wordt, consolideert zich het leven in dit
nieuwe land: Op het oogenblilc zijn in
pacht uitgegeven 307 bedrijven met een ge
zamerilijke oppervlakte van ongeveer 11.650
ha., terwijl pl.m. 1000 ha. blijvend als
Staatsbedrijven zullen worden geëxploi
teerd. Het afgeloopen jaar bracht over het
algemeen bevredigende uitkomsten voor
den landbouw in de Wioringermeer.
De door vestigingsvoorwaarden bescherm
de middenstand in dé 3' dorpen, Sloot-
doi*jf, .Middenmeer en Wjeringerwerf, weet
in gunstigep' zin voordeel' té' trekken' van de
toenemende vestiging der pachfer'sgézinrièn
evenwel moet rekening worden gehouden
met concurreerende handeldi'ijvenden, wel
ke vanuit de randgemeenten op 't „oude
land" hun relaties in de Wieringermeer
pogen te behouden, of uit te breiden.
Een groot aantal telefoonaansluitingen,
op de boerderijen kwam tot stand. Het be
zoek aan de wekelijksche graan- en zaken-
beurs nam belangrijk toe, zoodat de dit
jaar in gebruik genomen nieuwe beurszaal
te Middenmeer in een behoefte voorziet.
Een compliment voor den middenstand in
de Wieringermeer moet spr. nog van het
hart. Bij de jongste stemming voor de
Kamer van Koophandel werden bij elk stem
district tal van onjuist ingevulde stembil
jetten ingediend, behalve in de Wieringer
meer, waar alle middenstanders zonder on
derscheid feilloos gestemd hebben.
MIDDENSTAND IN HOLLANDS
NOORDERKWARTIER.
Ook nadat de eerste koopwoede in Sep
tember geluwd was. bleef het in vele za
ken drukker. Met uitzondering van de
uitgesproken luxezaken, was de St. Nico-
laasverkoop goed te noemen Wél is de nog
steeds slechte gang van zaken in land- en
tuinbouw duidelijk merkbaar in het Mid-
denstandsbedrijf.
Door de oorlogstoestand is het cadeau
stelsel blijkbaar over zijn hoogtepunt heen
gekomen. Misschien is nu de tijd rijp om
tot een algeheele afschaffing ervan te ge
raken?"
Naast een zeer groot aantal inlichtingen,
dat omtrent de toepassing van de Vesti
gingswet Kleinbedrijf werd verstrekt, wer
den 33 aanvragen tot het vestigen, of voort
zetten. van bedrijven in behandeling geno
men. Na zorgvuldig onderzoek werd op 29
aanvragen gunstig beschikt.
In het slot van-zijn rede brengt spr; dank
aan zijn. nicdewerkers voor den ondervon
den steun en spreekt hij de beste wenschen
uit voor het jaar 1940.
„Schatgravers" krijgen
zware straffen
HU had millioenen in Duitsch
land
De Amsterdamsche rechtbank heeft
drie recidivisten wegens een brutale
en geraffineerde oplichting elk tot
anderhalf jaar gevangenisstraf met
aftrek van de voorloopige hechte
nis, veroordeeld.
Het drietal had een Amsterdammer, ze
keren K., voorgespiegeld, dat zij een groote
schat, sieraden ter waarde van twee milli
oen, uit Duitschland moesten smokkelen
voor een van hen, die voor emigrant speel
de. Als K. deze smokkelpartij wilde finan
cieren zou hij twee ton aan sieraden krij
gen. De man liet zich overhalen, gaf f250
en later f 1000. I ruil daarvoor ontving hij
een pakje met waardelooze rommel en na
gemaakte sieraden,
RADIOREDE VAN ONZEN
MINISTER-PRESIDENT.
ALLEN HEBBEN WIJ EEN
TAAK VAN REDDING.
De Jaarswisseling bestormt ons dit
maal meer dan ooit met vragen,
aldus zeide gistermiddag minister
president, jhr mr. de Geer, in een
radiorede, na goede wenschen te
hebben geuit namens de regeering,
vragen, waarop wij graag een ant
woord willen hebben, doch het niet
ontvangen. Zal de duisternis, die
over de wereld gevallen is, zich ver
dichten en straks ondraaglijk wor
den? Wij rekenen met de mogelijk
heid daarvan. Maar tegelijk klem
men wij ons vast aan ieder symp
toom dat van betere dingen spreekt
en houden brandende de hoop op
een nabij zijnde redding.
MINISTER DE GEER.
De oorlog is een zichzelf voorttelend
kwaad. Hij laat ruïnes achter, ook in de
gezindheid der menschen, die geen vrucht
baren bodem vormen voor het opbloeien
van een waarachtigen vrede. Een vrede, als
alle belligerenten oprechtelijlc en vurig na
streven, kan niet een kind zijn van den
oorlog, maar slechts de vrucht van goeden
wil en begrijpend overleg.
Laat ons hopen, dat, voordat het te laat
is, dit zal worden ingezien.
Dè minister zeide, dat wanneer de volke
ren zich thans aan de conferentietafel zou
den zetten, met het vaste besluit om elkaar
te vinden, er dan een veel grootere kans
bestaat op een duurzamen vrede, dan wan
neer straks een zieltogende overwinnaar,
bloedend uit duizend wonden, zijn zooge-
Nieuwjaarswensch van Engelschen
koning aan president van Frankrijk.
Beide landen zien de toekomst
met optimisme tegemoet.
Ter gelegenheid van het nieuwe jaar heeft
de president der Fransche republiek van
den koning van Engeland een telegram
ontvangen, waarin koning George zijn bes
te wenschen uitspreekt voor het welzijn
van de president en van het Fransche volk.
„Met het grootste vertrouwen, zegt
de koninv o.m. in zijn telegram,
verwacht ik het bereiken van een
gemeenschappelijke overwinning,
die onze respectieve landen in
staat zal stellen, te genieten van
de zeseningen van een vrede, die
niet meer verstoord zal worden
door herhaalde bedreigingen met
geweld van de zijde van hen. die
hun buren zoo duidelijk blijk heb
ben gegeven van hun afkeer van
iederen anderen vrede dan dien
van onderwerping en verdrukking."
Pesident Lebrun heeft geantwoord met
een telegram, waarin hij aan zijn nieuw-
jaarswcnschen o.a. het volgende toevoegt:
„Tot den strijd geroepen door hun ge
lijke onvatlmg van eer en menscheliike
waardigheid, hun ga'iikcn eerbied voor het
"eveven woord rn hun o-elijke liefde voor
de vrijhei, zijn Frankrijk en het verbon
den Engeland met ziin dominions van
°onze!fde vastbeslotenheid, een einde te ma
ken aan de misdadige agressies, die zooveel
onschuldige volken in rouw en slavernij
gedomneld hebben en ik heb de vaste over
tuigine, dat hun pogingen, onvermoeid
voortgezet tot de gemeenschappelijke over
winning, Europa een vreedzame en vrije
toekomst zullen verzekeren."
naamden „vrede" aan den overwonnene opi
legt.
Als het intredende - jaar ons binnenkoïj
dat oogenblik van bevrijding brengt, dan
zal 1940 het begin kunnen worden van een
vernieuwd Europa.
Bezinning
Het is daarom, dat verschillende stem
men. zoowel uit Europa als uit Amerika,
opgaan die tot bezinning roepen. Wij mo
gen onderstellen, dat die stemmen ook in
de belligerente landen niet zonder weer
klank blijven, al moet men daar, om een
indruk van zwakte te vermijden, zich er
voor hoeden hiervan ontijdig 'te doen blij
ken.
Wat ons land aangaat, wij mogen
met dankbaarheid gedenken, dat het
tot dusver voor de oorlogsramp be
waard is gebleven en dat het van
de omringende belligerente mogend
heden de verzekering heeft ontvan
gen, dat ook verder onze neutrali
teit zal worden ontzien, indien wij
haar zelf zullen handhaven. Dat
omtrent dit laatste alle twijfel uit
gesloten is, daarvoor staat de on
wrikbare wil van regeerijig en volk
borg.
Waakzaamheid en vertrouwen,
De algemeene houding, die aan ons neu
trale volk te midden van de heerschende
onzekerheden past, is in twee woorden sa
men te vatten: waakzaamheid en
vertrouwen. Wij moeten, zoowel
economisch als politiek, van dag tot dag
op alle eventualiteiten voorbereid ziin.
maar tegelijk een kaïmen en opgewekien
geest bewaren. Een tegenstelling bestaat
hiertusschcn niet. De zelfde Schrift, die
ons maant: „Weest in geen ding bezorgd"
en de vraag stelt: „Wie uwer kan met be
zorgd te zijn één el tot zijn lengte toe
doen?" leert ons óók, „voorzichtiglijk te
wandelen, niet als onwijzen maar als wij
zen, den tijd uitkoopende, dewijl'de dagen
boos zijn".
De bedrijvigheid van een Martha willen
wij naren aan de stilte overgave van een
Maria.
Deze paraatheid en gemoedsrust zijn zóó
weinig tegenstellingen, dat zij integendeel
elkander stutten. De ervaring immers leert,
dat wie in bange uren tot de zwaarste taak
geroepen, het gemakkelijkst zij'n even
wicht pleegt te bewaren. Indien een schip
in nood is, zijn het niet de kapitein en
het scheepsvolk gespannen op het red
dingswerk die het meest vatbaar zijn
voor een paniekstemming.
Allen een taak van redding.
In den nood van deze dagen hebben wij
allen een taak van redding. In kleinen of
in grooten kring. Tegenover eigen omge
ving of tegenover het volksgeheel. Wie
zich het ijverigst daaraan wijdt, zal het
minst gevaar loopen zijn kalmte te verlie
zen.
Ik wensch u allen toe, den zegen hier
van te ervaren. Devbeste weg daartoe is, u
te stellen onder de hoede van onzen He-
melschen Vader, aldus besloot jhr. de Geer,
die op wonderlijke wijze beproevingen tot
zegeningen maakt en cjje hetzij het dan
oorlog is of vrede ook in dit jaar bereid
is ons te schenken Z ij n vrede, die, naar
het Paulinische woox*d, alle verstand te
boven gaat.
Jeruza'em heeft weer
een Ghetto
Betere verstandhouding tusschen
Joden en Arabieren.
De Jodenwijk van Jeruzalem, welke in de
laatste jaren in Verband met de ongere
geldheden verlaten was, heeft het oude
schilderachtige aanzien herkregen. Men ziet
weer de bevolking met de bekende groote
hoeden en kaftans op straat. Dit is een
sprekend bewijs voor de verbetering van
de betrekkingen tusschen Joden en Arabie
ren,
Voor de uitsluiting van het raads
lidmaatschap van een onderwijzer
is het niet noodzakelijk, dat de be
trokkene een hoofdfunctie als zoo
danig vervult.
Bij Kon. Besluit is een beslissing gegeven
op het beroep ingesteld door mr. E. J. H. A.
Jansen, advocaat en procureur te Venlo,
tegen het besluit van Ged. Staten van LimJ
burg, waarhij gehandhaafd is de beslissing
van den raad der gemeente Venlo, dat de
appellant een betrekking vervult, welke
met het raadslidmaatschap onvereenigbaar
is De raad heeft daarbij overwogen dat de
appellant tevens onderwijzer bij het middel
baar onderwijs is. Ged. Staten, bij welk col
lege mr. J. in beroep ging, verklaarde dat
beroep ongegrond uit hoofde dat de heer J.
5 uren per week les geeft aan een R.K.
Hoogere Burgerschool.
De appellant ging in beroep bij de Kroon
en stelde van meening te zijn, dat het
woord „onderwijzer" in de betreffende wets
bepaling niet moet worden opgevat in den
zin van „iemand, die een ander onder
wijst", doch in den zin van „iemand, wriena
beroep is het geven van onderwijs". Voorts
betoogde hij, dat zijn beroep advocaat is en
hij tal van nevenfuncties bekleedt.
De Kroon heeft nu appellants beroep on
gegrond verklaard. o.m. op grond, dat de
meening, dat de wetgever in het betreffende
wetsvoorschrift slechts zou hebben ge
doeld op leerkrachten, die als zoodanig een
hoofdbetrekking vervullen, daarin geen vol
doenden steun vindt.
Goede voornemens van de PooL
sche regeering in Frankrijk.
De Poolsche minister-president, gene
raal Sikorskl, heeft door middel van de
Fransche radio medegedeeld, dat de poli
tiek van de Poolsche regeering in de toe
komst zal rusten op de volgende beginse
len:
Volledig breken met het denkbeeld van
een regeering, welke geen acht slaat op de
openbare meening en de regeeringsfuncties
moeten worden vervuld door de personen
die het best geschikt zijn, een regeering^
kliek wordt niet langer geduld.