ITALIË zaï Rusland
JttJUÜIIll
1
Een kalme Zondag in FINLAND
Generaals zegevierden
over Hore Belisha
NIET AANVALLEN
DAGBLAD VOOR HOLLAND'S NOORDERKWARTIER
Sterke uitbreiding
miltvuur
Vriendschapsband met Hongarije
versterkt
Twee llrkers
jammerlijk
verdronken
EERBERICHT
WAAIj£Vn ot7™ 444 (2 lijnen). Kengetal 2240.
MAANDAG 8 JANUARI 1940. 84e Jaargang. No. 11079.
UHgove der N.V. Uitg.-Mff. „Hollands Noorderkwartier"
Mits Rusland binnen zijn gren
zen blijit. Slechts uitbreiding
van het communisme zal ge
weerd worden.
GEEN SYMPATHIE VOOR ANTI-
RUSSISCHE EXPEDITIE IN DEN
KAUKASUS.
De bespreking tusschen Italië en
Hongarije te Venetië, middels de
ministers van buitenlandsche Za
ken resp. Ciano en Czaky zijn geëin
digd en volgens Ciano is anderhalf
uur in openhartigheid en eensgezind
heid gesproken.
De Italiaansche bladen bevatten
uitgebreide commentaren over het
onderhoud, waaruit zou komen zijn
vast te staan:
1. Dat Italië Hongarije zou helpen in
geval van een Russische poging tot
overmeestering.
2. Dat Italië overigens geen agressieve be
doelingen tegen de Sovjet Unie heeft,
maar dat het slechts de uitbreiding van
het communisme wil stuiten. Als Rus
land zich dus binnen zijn grenzen houdt
zal het Italië niet op zijn weg vinden.
Medegedeeld wordt nog dat men te Rome
met zekere bezorgdheid van de geruchten
over BritsdhFransche plannen in het na
bije Oosten heeft kennis genomen en zeker
geen sympathie zou voelen voor een anti-
Russische expeditie in het Kaukasusgebied.
Italië als grootste Balkanmogend-
heid.
Hoewel de besprekingen over vriendschap
pelijk samengaan als zoodanig niet nieuw
zijn, immers de verhouding tusschen Hon
garije en Italië is reeds zeer goed, dragen
volgens den officieuzen journalist Gayda de
conferenties er wel toe bij de atmosfeer in
Zuid Europa te verhelderen.
De oorlog heeft in Zuidoost Europa groo-
te onrust verwekt, waartoe de omstandig
heid dat en Roemenië en Griekenland eem
zijdige garanties van Engeland hebben ge
accepteerd, terwijl Turkije een militair ver
drag metde geallieerden heeft gesloten,
niet weinig bijdraagt. Dank zij de vastbera
den houding van Italië is 'het voorloopig
gelukt den vrede in dit gebied te bewaren.
Italië, dat thans de grootste Balkanmo-
gendheid is geworden, wil met alle Balkan-
staten en met de landen van het Donau-
bekken in goede verstandhouding leven en
wenscht ook, dat die staten in hun eigen
belang de problemen, welke thans nog aan
leiding tot conflicten zouden kunnen ge
ven, met energie en goeden wil onder oo-
gen zien en oplossen.
Met andere woorden, Gayda zegt hier
zeer duidelijk, dat Italië gaarne zou zien,
dat het Hongaarsch-Roemeenscbe geschil
bij gemeen overleg tot een oplossing zou
worden gebracht en dat ook de verschil
lende problemen, die nog steeds maken,
dat Bulgarije zich in het geheel der Bal
kan staten geïsoleerd voelt, zouden worden
onder oogen gezien. Wederomverzekert
Gayda, dat Italië den tijd allerminst geko
men acht voor een neutraal Balkanblok,
ten eerste omdat Italië, ook al onthoudt het
zich thans van elke deelneming aan den
oorlog, toch een algeheele vrijheid van
handelen wil bewaren en ten tweede omdat
er tusschen sommige Balkanstaten en tus
schen de landen van het Donaubekken nog
onopgeloste kwesties bestaan, die een op
recht samengaan dier landen vooralsnog
uitsluiten.
De geruchten over een dergelijk neutraal
Balkanblok waren een Fransch—Engelsche
proefballon en niets meer. Wel wenscht Ita
lië de goede verstandhouding tusschen de
staten van het Donaubekken en het Bal-
kangebied onderling te bevorderen. Gayda
bevestigt nogmaals hoezeer men het tc
Rome op prijs stelt, dat de betrekkingen
tusschen Boedapest en Belgrade in sterke
mate verbeterd zijn.
Tenslotte wordt gezegd, dat Ciano zou
hebben opgemerkt, dat Italië ook eischcn
heeft en van plan is deze door te zetten,
zoodra er een algemeene regeling is. Ech
ter moeten zoowel Italië als Hongarije het
geschiktste oogenblik afwachten. Zooals be
kend is Hongarije nog"steeds .van mee-
ninge dat het onrecht heeft geleden, toen
Hongaarsche minderheden bij andere lan
den en vooral bij Roemenië werden inge
deeld.
De ministens zijn te Venetië stormachtig
toegejuicht. Czaky vertrok gisteravond per
trein. Ciano is met een vliegtuig weer
naar Rome gereisd.
VOETTOCHT NAAR LEMMER
OVER HET IJS TRAGISCH GE
ËINDIGD.
GROOTE VERSLAGENHEID
OP HET EILAND.
Gistermorgen om zes uur is van Urk een
reddingsvlet met een deskundige beman
ning van de vereening „Hulp en Steun"
vertrokken om te zoeken naar twee vermiste
jongemannen, de neven C. en J. Kaptein die
Zaterdag te voet over het ijs in de richting
Lemmer waren vertrokken om een vriend,
die naar Urk zou komen, tegemoet te gaan.
doch va^n wie sindsdien niets meer was ge
hoord.
Wèl hadden Zaterdag enkele wandelaars
zich naar 'n plek ten Oosten van den dijk
waar hulpgeroep was gehoord, begeven.
Zij hadden echter niemand gezien en wa
ren na op de plaats, waar zij het hulpgeroep
hadden gehoord, een stok met een doek in
het ijs te hebben gestoken, zoo spoedig mo
gelijk naar Urk gegaan. Hier deelden zij hun
ervaringen mede. Een reddingsploeg, be
staande uit familieleden der vermisten, en
gewapend met fakkels, lantaarns en dreggen
is men er toen op uit getrokken, om de
mannen te zoeken, echter zonder resultaat.
De reddingsploeg, welke gistermor
gen met de ijsvlet een tweede po
ging ondernamen heeft beide man
nen gevonden. Het bleek, dat zij op
hun tocht in een wak waren ge
raakt en op jammerlijke wijze zijn
verdronken.
Gevaarlijke bodemgasen.
Ter plaatse was het ijs zeer onbetrouw
baar door- de losgekomen bodemgassen.
Op het eiland waren reeds verscheidene
militairen, die met verlof waren, nat aange
komen, doordat zij op hun wandeling naar
Urk door het ijs waren gezakt, dat op plaat
sen waar bodemgassen loskomen, dun of
bros is.
Het beroemde Britsche viermondige M. G.S. anti-luchtva art geschut ia actie op
feëh Engelsche feijnenleggeti
Vóór de tragische vondst.
De reddingploeg, welke de vermisten ge
vonden heeft, stond onder persoonlijke lei
ding van den burgemeester van Urk, den
heer G. Keyzer. Men is eerst gegaan naar
de plaats, waar het hulpgeroep was gehoord.
Vandaar werd de omgeving afgezocht en toen
ongeveer dertien kilometer ten noorden van
Urk een wak werd aangetroffen, heeft men
gedregd.
Na eenigen tijd werden de lijken aange
troffen. Met de vlet zijn de slachtoffers naar
Urk overgebracht. Op het eiland heerscht
door het gebeurde groote verslagenheid.
J. Kaptein was 24 jaar oud en gehuwd.
Zijn neef, de 22-jarige C. Kaptein, was onge
huwd.
Lijken der fraters gevonden.
De lijken der twee op hel IJssclmcer ver
dronken fraters uit Medemblik zijn in een
eendenbij t gevonden.
BOVEN ALLEN TWIJFEL
VERHEVEN.
De regeeringspersdienst meldt:
Sedert eenigen tijd worden in bui
tenlandsche pex-sorganen tenden
tieuze berichten omtrent Nederland
verspreid, in dier voege dat twijfel
wordt gewekt aan Nederlands vast
beslotenheid om zich niet alle krach
ten, waarover het land beschikt, te
gen eiken buitenlandschen aanval
te verweren.
Naar aanleiding hiervan zij nog
maals verklaard, ter voorkoming
van alle misrekening en ter wegne
ming van verder misverstand, dat
over Nederlands onaantastbaarheid
niet te onderhandelen valt en dat
elke aanrander Van. het Nederland
sche grondgebied den meest hard-
nekkigen weerstand onzer wapenen
zal ontmoeten, van welke zijde de
aanval ook moge komen.
Naar de N.R.Crt. meent te weten, heeft
men zich in een gedeelte van de Amerikaan
sche pers (natuurlijk geenszins het beste
gedeelte) aan de door bovenstaand pers
communiqué bedoelde.onjuiste, dus ook niet
te verantwoorden manier van „voorlichting"
over Nederland schuldig gemaakt.
Ook in enkele Belgische bladen waar
van insgelijks gezegd mag worden, dat zij
niet tot de sieraden van de Belgische pers
behooren schijnt hetzelfde gebeurd te
zijn.
Al moge er geen reden tot klagen be
staan, wat de voorlichting aangaande Ne
derland betreft, door tal van goede pers
organen in het buitenland aan hun lezers
voorgezet, de minder gunstige uitzonderin
gen kunnen niettemin genoeg kwaad stich
ten. Heel gemakkelijk kan dientengevolge
bij sommige personen en groepen in lan
den, waar de hier bedoelde onjuiste be
richtgeving haar werk verrichtte, een ver
keerde en ongewenschte meening post vat-
206 GEVALLEN IN DRIE
WEKEN TLIDS.
Het Hsbl. heeft, naar aanleiding van het
in abnormale mate voorkomen van milt
vuur inlichtingen ingewonnen bij de voor
naamste destructorcn in Nederland, waar
de slachtoffers onder toezicht van den Vee
artsenijkundigen Dienst worden vernietigd.
In de destructie-inrichtingen der N.T.F.
te Bergum (Noorden en Oosten des lands),
Gekro te Overschie, N.C.B. en Sou (N.
Brabant), Barsingerhorn en Purmerend
werden de volgende aantallen miltvuur-
cadavers vernietigd:
1937 96 stuks
1938 137 stuks
1939 (IP/2 maand) 159 stuks
15 Dec.—5 Jan. (3 weken) 206 stuks
In drie weken tijds werden thans dus
aanzienlijk méér miltvuur-cadavers ver
nietigd, dan te voren in ee'n heel jaar!
Uit Den Haag komt van blijkbaar offi-
cieele zijde de mededeeling omtrent de ge
nomen maatregelen tegen verdere besmet
ting van onze veestapel.
Gewezen wordt op het reeds door ons
gesignaleerde afleveringsverbod voor ver
dacht beender- en bloedmeel, terwijl ge
zegd wordt, dat maatregelen van verder
strekkenden aard in voorbereiding zijn.
De moeilijkheid, daarbij is, naar men ons
mededeelde, dat met het oog op de voedsel
voorziening van ons vee, aan vernietiging
van het verdachte voedsel niet kan worden
gedacht.
Hoe tenslotte de oplossing van dit drin
gende vraagstuk zal worden gevonden dient
voorloopig te worden afgewacht.
De verantwoordelijkheid.
Waar deze heele historie echter om
schreeuwt is de vaststelling der verantwoor
delijkheid. Daarop hebben onze boeren al
lereerst recht.
Is hier de schuldige werkelijk den leve
rancier van 't beendermeel of handelde de
ze man precies als alle andere? Overtrad
hij de voorschriften of waren de controle
maatregelen zelf onvoldoende? Ons volk en
speciaal het agrarische deel daarvan heeft
recht op een duidelijker uiteenzetting van
de wijze waarop door de autoriteiten con
trole werd en wordt uitgeoefend op den in
voer van beendermeel en andere dierlijke
producten.
Den Haag spreke in dit opzicht een dui
delijker taal!
Dit nummer bevat 8 pagina's
DE BILT SEINT t
Verwachting: Aanvankelijk
zwakke, later toenemende,
Z.O. tot O. wind. Aanvan
kelijk nevelig tot betrok
ken of zwaar bewolkt, later
wellicht opklarend. Weinig
of geen regen of sneeuw.
Lichte dooi tot temperatuur
om het vriespunt.
ten omtrent Nederland's houding te mid
den van de internationale verwikkelingen.
Verwacht mag worden, dat, na deze of-
ficieele bevestiging van Nederland's vas
ten wil zich in voorkomend geval tegen
iederen aanvaller tot het uiterste tc ver
dedigen, den bedoelden buitenlandschen
persorganen de lust zal vergaan, hun on
juiste voorlichting voort te zetten of te
herhalen. De wereld is in elk geval tegen
onware mededeelingen van dezen aard ge
wapend door het Nederlandsche communi
qué.
Storm van verontwaardiging
in Engeland
Het heengaan, van den zeer populairen en
kundigen minister van oorlog, Hore Belisha,
heeft in^ Engeland een storm van veront
waardiging gewekt en het ziet er naar uit,
dat Chaml>erlain het in de komende parle-
mentszitting zwaar te verantwoorden zal
krijgen.
De veronderstelling, welke wij Zaterdag
reeds uitten, nl. datede Minister heeft moe
ten plaatsmaken voor een ander als gevolg
van intriges van sommige hoogere officieren,
waarmede hij niet goed kon opschieten
wordt vrij algemeen aanvaard.
Ook verneemt men in de perscommenta
ren, de, eveneens door ons genoemde reden,
dat er mccningsverschillen zouden zijn ont
staan tusschen de ministeries van oorlog en
luclUvaart.
En als derde motief noemt men een be
zwaar van sommige adelijke kringen, voort
spruitend uit sociale overwegingen. Men
zou het niet, juist achten, dat het belang
rijke ministerie van oorlog in dezen tijd ge
leid wordt door een jood, inplaats van door
een vertegenwoordiger1 der oude Engelsche
families.
Deze reden vindt echter bestrijding in de
Engelsche onverschilligheid ten aanzien van
raskwesties.
Eerder lijkt het ons, dat ook Winston
Churchill, die wegens persoonlijke redenen
een tegenstander van Hore Belisha is, mede
een duit in het zakje heeft gedaan.
Indertijd heeft de thans afgetreden mi
nister, die voor niemand terugdeinst, het
gewaagd Churohill's schoonzoon, Duncan
Sandys, die als parlementslid en officier, aan
het Lagerhuis inlichtingen had verstrekt
over luchtdoelgeschut, ter verantwoording te
roepen.
Dit schijnt bij Ohurchilï kwaad bloed te
hebben gezet.
Hoe dit alles echter ook zij, zoolang èn
Chamberlain èn Hore Belisha zelf blijven
zwijgen, is het raden naar de reden van de
ontslagname.
Dat dit muisje echter nog een staartje zal
hebben, mag veilig worden aangenomen.
Hevige koude blijft alle actie verlammen
RUSSEN BIJ SALLA IN BENAUW
DE POSITIE. BESLISSENDE
SLAG MOET DAAR GELEVERD
WORDEN.
Zoowel het Russische als het Finsche le-
gerbericht maakt slechts melding van plaat
selijke activiteit. Het bericht uit Moskou
luidt:
Het hoofdkwartier van het militaire district
Leningrad deelt in een communiqué mede-
Op 7 Januari heeft zich aan het front niets
van beteekenis voorgedaan: In de districten
Ukhta en Repola activiteit van verkenners.
In het district Petrasavodsk heeft een dei
Russische patrouilles een vijandelijke afdee-
ling verspreid. In de landengte van Karelië
activiteit van patrouilles en artillerievuur.
Door het ongunstige weer was de activiteit
der luchtmacht gisteren beperkt.
De koude in Finland is op het oogenblik
zeer fel. Zaterdag vroor het te Helsinki 20
tot 23 graden en gisteren was het kwik ge
daald tot 27 graden onder vriespunt. Op
de landengte van Karelië en aan de grens is
de koude nog heviger.
De hevige koude der laatste paar dagen is
voor de Finnen zeer welkom geweest, daar
er slechts plaatselijke activiteit was zoowel
op de landengte van Karelië als aan de ooste
lijke grens aldus het Finsche legerbericht
De activiteit der Russen op dc landengte
was beperkt tot kleine aanvallen en artille
rievuur. Op die wijze konden de Finsche sol-
datsQ een welverdiende rust genieten en wa
ren zij in staat munitie te sparen.
Aan het oostelijk front zijn de Finnen in
staat geweest, eenige troepen in de voorste
linies af te lossen.
Luchtbombardementen.
Zondag heeft de Russische luchtmacht de
steden Kuopio en Lathi gebombardeerd.
Verscheidene huizen werden vernietigd, doch
er zijn geen slachtoffers te betreuren. Het
Finsche afweergeschut heeft acht Russische
vliegtuigen neergehaald (een later bericht
spreekt van 18 vliegtuigen. Red.). De geruch
ten over Finsche luchtaanvallen op Baltisch-
port in Estland zijnvolkomen onjuist en
trouwens door de Estlandsche regeering zelve
tegengesproken. De Russische luchtbasis
daar is te klein, tfon dat men een bombar
dement zou kunnen uitvoeren, zonder het
gevaar, dat Estlandsch gebied getroffen
wordt. Finland wenscht de neutraliteit van
Estland in geen enkel opzicht te schenden.
Het is echter mogelijk, dat de Finsche lucht
macht verkenningsvluchten boven de Rus
sische basis in Estland heeft ondernomen.
Tóch groote veldslagen?
Volgens U.P. onthult dc Finsche mededee
ling over patrouillegevechten en artillerie
activiteit niet ten volle de beteekor.is van
den slag, die op het oogenblik geleverd wordt
in het hooge Noorden op vijf fronten en tc
Kemijacrvi, welken sector de Russen als den
voornaamsten doorgang naar Zweden be
schouwen.
Aan het Sallafront zijn de Russische strijd
krachten op' t oogenblik geconcentreerd ten
Oosten en ten Westen van het dorp Salla,
langs den hoofdweg van Kemijaervi naar
Kuolajaervi. Het zijn deze strijdkrachten
waarop de Finnen hun voortdurende aanval
len gericht houden, teneinde de behaalde
voordeelen te Suomussalime en te Kianta-
jaervi te bestendigen en de Russen over de
grens te drijven.
Hoedanig de sterkte der Russische troe
pen ook is. er blijven den Russen ojf het
Salla-front slechts twee mogelijkheden: „te
rugtrekken of .versterkingen afwachten. De
ze versterkingen zouden bovendien zeer
groot moeten zijn. willen de Russen hier
voorwaarts kunnen dringen. Nu de Finnen
in het bezit zijn van Savukoski in Noord-
West Salla aan de Tennioerivier bevin
den de Russen zich in een veel ongunstiger
positie dan voor den slag aan de Kemi-rivier.
Zij kunnen een oprukken in de richting van
Kemijaervi niet riskeeren. zoolang hun rech
terflank wordt bedreigd door de Finnen via
den weg van Savuko9ki naar Salla.
Wat de Russen ook zullen doen, Salla en
omgeving zal een sleutelpositie blijven in
nemen, zoodat tenslotte 'over het resultaat
der invasie hier zal worden beslist
Het Russische leger moet feitelijk bij Salla
de Finnen aan drie, zelfs aan vier fronten
weerstaan. Het belangrijkste ligt in Noord-
Salla, waar de Finnen den weg van Savu
koski naar Salla beheerschen en de Russen
evaar loopen volkomen te worden afgesne
den van hun basis Kandalaksja.
Dat het Finsche hoofdkwartier zwijgt over
de operaties in de omgeving van Salla, is
volgens U.P dus geen bewijs, dat er daar
geen activiteit zou heerschen. Aan alle
groote slagen, die aan het Noordelijk front
werden geleverd, ging zoo 'n periode van
volkomen zwijgen vooraf. Ook dit behoort
tot de Finsche strategie in dezen oorlog zon
der nauwkeurig aangegeven frontlinies en
gestreden door „onzichtbare legers".