Een lachende stad weent thans
Wij lazen voor U
OE BENZINE DISTRIBUTIE
Beveiliging van manschappen
in den oorlog
Buiteogewone verloven
weder verleend
Het Noorsche leger
herstelt zich
Japan en Ned. Indië
Radioprogramma
KOPENHAGEN, STAD VAN KUNST
EN SCHOONHEID ONDER VREEM
DE HOEDE.
„De lachende hoofdstad" werd
Kopenhagen vroeger vaak genoemd;
de inwoners waren allen even be
minnelijk en elegant, oorlog kende
men er alleen uit geschiedenisboe
ken, inflatie uit dagbladen, en de
zorg voor het dagelijksch brood
kwam weinig voor. Veel is hier tij
dens de laatste dagen in veranderd.
De Deensche hoofdstad mag bogen op het
bezit van rijke kunstschatten, verzameld in
het heerlijk gelegen Rijksmuseum, dat o.m.
werken van Rubens .Jordaens en Breug-
hel bevat, het Nationaal en het Thorvald-
senmuseum. Daar zijn ook de rijk voorziene
rie, dieren en kruidtuinen. De vele open
musea voor nijverheid en natuurlijke histo-
bare parken hebben in hun schaduw de
schoonste monumenten en bronzen groepen,
terwijl de bevalligheid van de meren en
vijvers wordt verhoogd door artistieke fon
teinen.
De schoonheid van dit alles komt nog
beter uit in het bevallige kader van zeld
zaam stedeschoon.
In het oude gedeelte treft u bovendien het
schilderachtige tafereel van sloepen en vis-
schersboten op grillige kanalen, het typi
sche leven op de markten en kaden, de
drukke bedrijvigheid aan de haven. En bij
dit alles geven de dagbladvcnters met hun
ne blauwe kapmantels, de postboden met
hun roode jassen, en vooral de cavaleristen
met hun azuurblauwe uniform en witten
bandelier, het heele stadsleven een bijzon
dere bekoring.
Tot Kopenhagen behoort thans ook het
vroegere Amager, waar alles nog de sporen
van Nodorlandschen invloed verraadt en
welk gebied wel eens de „moestuin van Ko
penhagen" wordt genoemd. Hier immers
kwamen zich de Nederlanders vestigen, be
staande uit landslieden, gekomen op ver
zoek van Koning Christiaan II, om er den
landbouw te bevorderen.
De geschiedenis van Kopenhagen is vrij
rustig geweest op enkele woelige gebeurte-
niassen na. Een korte periode van onrust
beleefde de stad in 1533, toen zij door de
Hanzeaten werd ingenomen.
Een zwaardere strijd voerde zij in 165S—
1659, toen zij werd verdedigd tegen den
Zweedschen koning Karei X Gustaaf. Vanaf
dien tijd echter ook dateert de
NEDERLANDSCHE VERBONDENHEID
MET DENEMARKEN.
Een Nederlandsche vloot onder Wasse-
naer Obdam versloeg namelijk in 1658 de
Zweedsche op den Sont; daardoor was het
eenigen tijd onmogelijk voor Zweden, om
de belegeraars geregeld van levensmidde
len en krijgsvoorraad te voorzien.
Het volgend jaar konden wederom door
Nederlandsche schepen troepen van Dene-
markens bondgenooten In Duitschland naar
Flinen en Seeland worden overgebracht,
waardoor de Zweden van daar werden ver
dreven.
Op 2 April 1801 werd de Deensche oor-
logsmarine in den slag bij Kopenhagen
door de Engelsche vloot onder Nelson ver
nield. omdat Denemarken zich bij Ruslands
Verbond van Gewapende Onzijdigheid had
willen aansluiten. Het meest heeft de Deen
sche hoofdstad wel geleden in 1807, toen
zij van den 2den tot den oden September
werd gebombardeerd door een Engelsche
vloot. In 1880 werd Kopenhagen tenslotte
tot een sterke vesting gemaakt, waarna
deze stad een lange periode van welvaart
en rust genoot.
„KLEIN PARIJS"
Niet voor niets wordt. Kopenha
gen dikwijls „Klein Parijs" ge
noemd; deze eervolle bijnaam kreeg
het in den regeeringstijd van den
Zonnekoning Lodewijk XIV, toen
Denemarken drukke en levendige
diplomatieke betrekkingen met
Frankrijk onderhield. Bovendien is
de Deen ook heden ten dage nog al
tijd de meest elegante bewoner der
Noordelijke landen. Hij is uiterst
charmant, voorkomend en welbe
spraakt en in het geheel niet geslo
ten zooals de meeste andere Noorde
lingen.
Zijn gastvrijheid schenkt hij U
met zulk een beminnelijke en onge
dwongen gratie, dat u niets anders
kunt doen, dan hem direct tot een
uwer beste vrienden bestempelen.
En hoe kostelijk kan een Deen ver
tellen! Geen enkel ander Europeaan
behalve de Franschman kan
zoo intensicf-spannend de een of
andere gebeurtenis voor den geest
van den luisteraar halen. Het
schijnt werkelijk wel, of er inder
tijd iets van den Franschen geest in
den Deen is overgegeaan.
Dé Kopenhager houdt bijzonder van ont
spanning en vermaak. Dat kan men aflei
den uit het groote aantal dancings en
bioscopen, die in alle stadsgedeelten tot
zelfs in de afgcloopen wijken te vinden
zijn. Doch bovenal houden de inwoners van
Kopenhagen van kunst; benevens vier of
vijf variété-theaters telt de Deensche hoofd
stad vijf schouwburgen en talrijke concert
zalen, waar men het beste kan genieten
wat op vocaal en instrumentaal gebied ge
geven kan worden. De groote, in 17-18 ge
stichte schouwburg, welke in 1874 geheel
gerestaureerd is, is hoofdzakelijk gewild
aan de Deensche dramatische kunst en
opera's. De grootste aantrekkelijkheid blijft
echter het wondere Tivoli.
Men wandelt graag en onderneemt gaar
ne een uitstapje naar bosch of kust, die
gelegenheid bieden tot een genoegelijken
picknick, waarop de Denen zeer gesteld
zijn. 's Winters is ijsvermaak op de dicht
gevroren meren de geliefkoosde sport van
arm en rijk. Doch 's zomers trekt heel het
drukke leven zich samen in de tuinen van
het Tivoli, op de Kongens Nytorf, of aan
de Langelinie. Prachtig zijn ook de ver
schillende parken bij Frederiksborg en
Osterbro, en niet te vergeten de tallooze
zee- en strandbaden, welke Kopenhagen
rijk is. luiten wij hopen dat de Kopenha-
gers en hun stad voor het vernielend oor
logsgeweld gespaard zullen blijven.
De plannen van de regeering.
In de Nederlandsche staatscourant van 18
Maart j.1. no. 55 is bij beschikking van den
minister van economische zaken bekend ge
maakt, dat binnenkort aan eiken houder van
een motorrijtuig en aan houders van een ben
zine- of benzolmotor, niet dienende tot het
voortbewegen van een motorrijtuig een iden
titeitsbewijs zal worden uitgereikt. Ter toe-
lichttng van deze maatregel kunnen de vol
gende bijzonderheden over de voorbereiding
van een cventueelc benzinedistributie wor
den medegedeeld.
Bij het gekozen distributieplan is men uit
gegaan van de twee groote categorieën van
vervoer, waaruit het motorwegverkeer be
staat, n.1. het goederenvervoer en het perso
nenvervoer. Bovendien is in de eerste plaats
rekening gehouden met:
a. De militaire vervoeren;
b. het vervoer door burgerlijke overheids
diensten;
c. het vervoer ten behoeve van de levens
middelen- en de brandstoffenvoorziening;
d. het vervoer van dokters, veeartsen, e.d.
en e. het vervoer yap geestelijken.
Aan de hand van de door de houders van
motorrijtuigen in den loop van het vorig jaar
ingevulde formulieren is thans door het rijks
bureau voor aardolieproducten voor beide ca
tegorieën een basis aantal k.m. vastgesteld.
Voor het bepalen van deze basisaantallen
zijn voor het geheele goederen- en personen-
voer voorzoover dit laatste het beroeps
vervoer betreft d.w.z. autobussen, taxi-
ondernwningon. verhuurinrichtingen, e.d.
de aangiften van de autobezitters als
maatstaf genomen, tenzij in bepaalde ge
vallen gerechte twijfel bestond aan de
juistheid van de verstrekte gegevens.
Wat het overige personenvervoer
betreft, heeft de regeering het in dit
stadium van voorbereiding nog niet
noodig geoordeeld verschil te ma
ken tusschcn het luxe-vervoer en het
vervoer voor zakelijke doeleinden
(afgezien van de hierboven genoem
de urgente vervoeren). Voor dit ge
deelte van het personenvervoer is
als basishoeveelheid voor personen
auto's 850 km. en voor motorrijwielen
400 km. per maand vastgesteld.
Uitgaande van het hierboven bedoelde ba
sisaantal k.m. per maand is voor elk motor
rijtuig aan de hand van het brandstofver
bruik van den betreffenden motor «en basis-
verbruik por maand in liters motorbrandstof
vastgesteld. Het basisaantal k.m. is zoodanig
bepaald, dat, indien 100% wordt toegewezen,
het benzineverbruik reeds wordt beperkt.
Het zou zich dus kunnen voordoen, dat de
voorraadpositie een hooger percentage mo
gelijk maakt. BIJ l^et goederenvervoer en het
beroepspersonenvervoer (autobussen, taxi's
e.d.), waarbij het basisaantal k.m. op het
normale verbruik is bepaald, zal zich dit
laatste niet voordoen.
De Regeeringspersdienst meldt:
De minister van Defensie heeft bepaald,
dat de buitengewone verloven, be
doeld in artikel 61 van het reglement voor
de militaire ambtenaren der koninklijke
landmacht en in par. 10 van bijlage c. van
het aanhangsel van het reglement op den
inwendigen dienst der koninklijke land
macht weder verleend worden.
Dit zijn verloven, die verleend worden in
gevallen van ernstige ziekte, huwelijk,
overlijden, voor het afleggen van examens,
enz.
Vader van Keesje de Ruyter
veroordeeld
Gisteren heeft de kantonrechter te Maarlem
schriftelijk vonnis gewezen in een zaak te
gen den vader van het veertienjarige biljart-
wonder Keesje de Ruyter, die ten laste was
gelegd, dat hij een demonstratie van zijn
zoontje in een café te Aalsmeer had toegela
ten, en aldus in de hand had gewerkt, dat
de jongen arbeid verrichtte, zonder daartoe
den bij de wet vereischten leeftijd te hebben
bereikt.
De caféhouder was door den kantorechter
reeds eerder veroordeeld tot een boete van
f 15.— De vader werd gisteren door den kan
tonrechter veroordeeld tot vijfentwintig gul
den boete, subs tien dangen hechtenis.
De ambtenaar van het O.M. had een boete
van f 100.subs. vijftig dagen liechtenis-
straf geëischt
PROCLAMATIE VAN DEN OP-
PERBEVELHEBER.
Het Noorsche telcgraaf-agentschap „er
gens in Noorwegen"' meldt, dat de Noorsche
opperbevelhebber, generaal Ruge. een pro*
clamatie heeft gepubliceerd, waarin hij
zegt:
Wij werden verrast, hetgeen de verwar
ring der éerste dagen verklaart, doch wij
beginnen de orde aan liet front en daar
achter te herstellen. Wij hebben vele harde
klappen gekregen en zullen er nog meer
krijgen, doch wij zijn niet meer alleen,
daar Engeland en Frankrijk tusschcnbcide
zullen komen. De Britsche troepen bevin
den zich reeds in het land. Onze taak is,
weerstand te bieden tot dc hulp doeltref
fend is geworden. Wij zullen succes heb
ben als wij volhouden en één zijn.
De krijgsverrichtingen.
Omtrent de krijgsverrichtingen deelt de
opperbevelhebber o.a. mede, dat de Noor
sche troepen in het Zuidoosten door sterke
Duiteche afdeelingen aangevallen zijn en
zich in Oostelijke richting teruggetrokken
hebben. De strijd duurt voort ten Westen
van Kongsvinger, aan het Mjoesanieer en
nabij Hakedal, waar afdeelingen Noorsche
skitroepen met succes de Duitschers in de
flank zijn aangevallen. Twee Duitsche
vliegtuigen werden neergehaald. Nieuwe
valschermtroepen zijn vernietigd of gevan
gen genomen.
Engelsche troepen zijn in het Noorden
van Noorwegen ontscheept en hebben con
tact gekregen met de Noorsche troepen.
De Britsche troepen
In Noorwegen
Spoed vereischt.
Reuters militaire medewerker schrijft, dat
de voorhoede van het geallieerde expeditie-
leger zich thans in Noorwegen bevindt, doch
dat de basis, die de afdeelingen hebben uit
gekozen, geheim moeten blijven, omdat dc
Duitschers in het onzekere moeten blijven tot
de troepen aan de kust vasten voet hebben
gekregen. Naar verluidt zenden de Duit
schers reeds per vliegtuig versterkingen in
Westelijke richting, naar hun geisoleerdc
garnizoenen te Bergen en Drontheiin. Onder
deze omstandigheden is snelheid daarom
voor beide partijen van zeer groot belang.
LIJKVERBRANDING.
In aansjuiting op een C.H.-
bsschouwing, welke wij on
der deze rubriek over de mo-
reele zijde van lijkverbran
ding gaven, citeercn we nog
een beschouwing uit de
„Standaard" (A.R.)
„De Chineezen en Egypte-
naren hebben de lijkverbran
ding nooit gekend. Alleen bij
een dieper verzinken in het
paganisme kwam de crema
tie op, zoodat toen het Chris
tendom de wereld inging, het
alom bij de volkeren stiet op
de gewoonte der lijkverbran
ding. Maar van meet af heb
ben de Christenen zich tegen
deze heidensche zede verzet.
En stellig in verband met hun
geloofsovertuiging, het begra
ven in volle eere hersteld.
Deze Christelijke traditie is,
zooals de Regeering terecht op
merkt, diep in het leven der
Christelijke volken ingedron
gen
De „Opntarsch" geeft dc Ka.
tholieke visie en zegt:
Voor den Katholiek is dc
zaak heel eenvoudig. Ten eer
ete is hij'doordrongen van de
Christelijke traditie en op de
tweede plaats weet hij, dat de
Kerk lijkverbranding uitdruk
kelijk verbiedt.
Wij hebben nog nimmer ge
hoord van een principieel be
zwaar tegen begraven. De ar
gumenten voor lijkverbran
ding zijn niet bepaald duide
lijk. meest wel zéér bijkom
stig.
Geldloochenaars doen hun
stoffelijk overschot verbran
den om daardoor de wederop
standing te loochenen; zij wil
len er mede te kennen geven,
dat met dit ondennannsrho
bestaan alles is afgeloopen.
De armen!
Ook do vrijzinnige Rotter
damscbe predikant «Is. G.
VV'estmijse, heeft zijn kijk op
de zaak uiteengezet. In een
rede voor de Buitengewone
Algemeene Vergadering van
de Arbeiders Vereeniging
voor lijkverbranding. Zondag
in Amsterdam gehouden heeft
ds. Westmijse volgens het
„Volk" (S.D.) o.a. gezegd:
Het lijkt in de tegenwoordi
ge tijd een spel van „Recht-
'taberei" om thans samen te
komen om over dit onder
werp te spreken. Maar voor
spr. bad dit vraagstuk te ma
ken met de vragen van Chris
tendom en democratie en
juist nu moet men deze vraag
onomwonden aan de orde
sellen. Wat er gebeurt met het
stoffelijk overschot worde*zon
der kronkelwegen in de wet
vastgelegd. Om de urn be
hoort geen gordijn, maar het
zachte, licht -'«r piëteit. Zoo
gezien, heeft deze actie der
lijkverbranders thans een ethi
sche zin, zegt spr. Straks zal
het begraven als z.g. Chris
telijke zede, een nadruk krij
gen, die, tiaar spr. op histori
sche gronden meent, te zwaar
zal zijn. Een kerk, die niet
dient, maar heerscht, zal baal
loden kunnen dwingen, maar
dan tegen Christus' wil. Spr
zag in bet wetsontwerp een
inmenging van staatswege in
zaken der kerk, waartegen de
Christenen in dc totalitaire
landen, juist bezwaar hebben.
De minister zal juist door be
ualingen op het cremceren
van onvolwassenen, een nieu
we doolhof scheppen. Een tee-
re zaak als crematie zal al
leen gediend zijn met waar
heid en vrijheid. Men kicze bij
het vastleggen der crematie
in de wet, de rechte weg en
niet de vele dwaalwegen van
dit wetsontwerp. Heeft de
staat ook zooveel scrupules
bij de militaire dienstplicht?
vraagt spr.
Moge de overheid in deze
tijd dc rechten van het indivi
du hooghouden, zoo eindigde
spr.
EEN OOG. DAT ALLES OP DE
AARDE ZIET. SCHEPEN DIE
NIET ZINKEN KUNNEN.
Berichten van wnderlijke uitvin
dingen bereiken ons dikwijs. Maar
zóóvele daarvan blijken na korten
tijd onbruikbaar, dat men tegen
over berichten van nieuwe vindin
gen in den regel zeer sceptisch
staat. Bovendien er zijn onder de
wel toegepaste uitvindingen enkele
zoo afschuwelijk men denke aan
de gifgassen b.v. dat men over
mededeeling van nieuwe uitvindin
gen in eerste instantie niet tot veel
enthousasme geneigd is.
Het spreekt van zelf, dat in tijden van
oorlog uitvindingen, die bruikbaar zijn
voor den oorlogstechniek, geheim worden
gehouden.
Een bekend geval is dat van de in
Duitschland geconstueerde magnetische
mijn. De Engelsche admiraliteit was overi
gens al spoedig de constructie bekend, na
dat de eerste magnetische mijnen aan
land waren gespoeld.
HET „ELECTRISCHE OOG" BO
VEN HET VIJANDELIJKE FRONT.
Een in tegenstelling met de electrische
mijn zegenrijke uitvinding is het „electri
sche oog", het oog dat alles op de wereld
ziet. Over de toepassingsmogelijkheden
daarvan in den oorlog heeft een zeer be
kend Amerikaansch vakman, de radio-in
genieur Arthur Goldsmith, in de Ameri-
kaansche dagbladpers enkele interessante
mededeelingcn gedaan.
Wat een „electrisch oog" is, weet heden ten
dage iedereen wel zoo ongeveer; het is een
selenium-cel, die reageert op lichtverande
ringen, die lichtgolven in electrische gol
ven omzet en zoodoende apparaten in wer
king stelt, die accoustieke, photografische
of louter mechanische werking verrichten.
Etn roltrap zet zich op deze wijze in bewe
ging of blijft stilstaan, alarmbellen worden
in werking gesteld, wanneer iemand voor
een dergelijke cel staat, en de betreffende
Dersoon wordt zonder dat hij het weet,
of er iets van merkt in 'n lichtbeeld op
een linnen doek geprojecteerd, zoodat men
dus meteen een duidelijk portret van den
inbreker (want meestal wordt het „elec
trische oog" gebruikt ter beveilinging van
een safe eener bankinstelling) heeft.
Doch wat geschiedt er, wanneer zulk een
photo-electrische cel op een vliegtuig wordt
gemonteerd, en wel zoo, dat het „electri
sche oog" naar beneden „kijkt"? Dan re
gistreert het apapraat geheel op eigen
houtje en zelfs ook op een automatisch
vér-besturbaar vliegtuig zonder piloot!
alle gebeurtenissen en panorama's op de
aarde. Daarbij komt nog, dat het er niets
toe doet of er een goed uitzicht is of niet.
Terwijl het menschelijke oog op de photo
grafische lens nevel en wolken natuurlijk
niet kunnen doordringen, gaan de Infra-
roode stralen zonder meer door de dichtste
nevellagen; bij mistig weer ziet het „elec
trische oog" de aardoppervlakte tot in dc
kleinste details als bij het helderste, zon
nigste weer. Het zendt, ononderbroken elcc-
tro-magnetische radiogolven uit, welke zich
in den ontvanger weer in lichtgolven om
zetten.
Deze ontvanger echter staat kilometers
ver, in volkomen veiligheid in do comman
do-staf van den tegenstander; de man
schappen op deze post loopen niet het ge
vaar, dat een piloot aan het stuur van zijn
waarnemingsvliegtuig loopt. Zij zien op een
lichtgevende linnen doek al dc voorvallen,
welke zich afspelen binnen het bereik van
het. „electrische oog"; en deze bespieding
wordt pas onderbroken wanneer het vlicg-
tuig wordt neergehaald. Maar ook in dat
geval is er alleen sprake van materiaal-
verlies, en niet van een menschenleven.
SCHEPEN DIE NIET ZINKEN KUNNEN.
OOK TORPEDO'S OF MIJNEN HEBBEN
ER GEEN VAT OP!
HET PRINCIPE IS: SAMENGEPERSTE
LUCHT.
De zee-oorlog heeft tot nu toe de mees
te slachtoffers gemaakt in de klasse der
handelsschepen, die op mijnen loopen, of
getorpedeerd worden. Geen wonder dus,
dat het oude proWeem, hoe men het zinken
van beschadigde schepen verhinderen kan.
weer bijzonder actueel is gworden. Twee in
Parijs wonende Russische ingenieurs schij
nen dit probleem althans in principe te
hebben opgelost. En de oplossing, welke zij
daarvoor hebben gevonden, lijkt veel op het
beroemde ei van Columbus. En dat de vin
ding werkelijk waarde heeft, blijkt wel uit
het feit, dat reeds de „Lloyds" zich heeft
geïnteresseerd voor de ideeën der in
genieurs; en alle vooraanstaande marine-
experts dezer groote Engelsche zee-verzeke
ringsmaatschappij hebben ze als practisch
realiseerbaar verklaard.
Do beide uitvinders gingen er van uit, dat
men herhaaldelijk voor de berging van ge
zonken schepen samenqcyerste lucht ge
bruikte. Wanneer de scheepsromp tenniin-
sto niet gedeeltelijk vernietigd is, kan men
in gunstige gevallen dit gedeelte met lucht
volpompen, hetgeen het gezonken schip dan
altijd naar de oppervlakte doet drijven. Hoe
zou het nu zijn, wanneer men bepaalde
declen van elk schip eens aanvulde met
samengeperste lucht, welke onder zwakke
druk gehouden wordt en hermetisch van
de andere scheepsdeelen afgesloten is? Men
stelle zich voor, dat alle doelen onder de
waterlijn zoo met lucht gevuld zijn Een tor
pedo kan in deze deelen doordringen
doch het water niet! Of in ieder geval
maar heel weini- water, oindat immers de
lucht de waterdruk tegei werkt. Het schip
zal misschien een beetje overhellen, doch
zinken zal het niet. tenzij de explosie zoo
sterk is geweest, dat het schip middendoor
breekt.
Dit is het, zooals men wel merkt, zeer
eenvoudige principe. In de praktijk zal men
verschillende, van elkaar gescheiden en
hermetisch gesloten „luchtdruk-kamers"
moeten maken, die als evenzoovele „drij-
vers" werken. Alleen in een uitzonderlijk
geval zullen al deze kamers gelijktijdig ge
troffen worden en alleen in dit. geval zal
het schip direct zinken. In vredestijd ech
ter, wanneer er geen torpedeeringsgevaar
bestaat, kan deze uitvinding practisch allo
schepen (behalve in geval van brand) voor
het zinken behoeden.
In zake het onderhoud tusschen den Ja-
panschen viceminister van Buitenlandsche
Zaken Masavoeki Tani, en den Nedcrland-
schen gezant in Tokio, generaal J. C. Pabst,
deelde de woordvoerder van het Japansche
departement van Buitenlandsche Zaken gis
termorgen in de gebruikelijke persconferen
tie mede, dat het onderhoud niet in verband
stond met de verklaring, welke de Japansche
minister van Buitenlandsche Zaken, Arita,
Maandag had afgelegd betreffende de Ja
pansche houding tegenover de mogelijkheid,
dat Nederland betrokken zou worde.i bij
den Europeeschen oorlog en den weerslag,
welke dit zou hebben in Nederlandsch Oost-
Indië, doch dut Tani en Pabst integendeel
over dagelijkschc aangelegenheden gespro
ken hadden.
Op de vraag of dc verkluring van Arita een
nieuwe bevestiging beteekent van het vier-
mogendhedenverdrag van 1922, erkende de
woordvoerder, dat het pact van kracht blijft,
doch voegde eraan toe, dat de verklaring
van Arita ten doel had te verhinderen, dat
de vijandelijkheden in Europa op het gebied
van den Stillen Oceaan overslaan.
Arita's verklaring is van de grootste betec-
kenis voor de economische betrekkingen tus
schen Japan en Nederlandsch Oost-Indië,
zooals gezegd in het antwoord van den mi
nister op interpellaties in den landdag, waar
in Arita op ondubbelzinnige wijze verklaar
de. dat de Japansche regeering alleen een
economische belangstelling heeft voor de ge
bieden in de Zuidzee, inclusief voor Neder
landsch Oost-Indië.
Brand in Italiaansche kostschool
In een jongenskostschool te Bologne
(Italië) is brand uitgebroken, welke groote
vernielingen aanrichtte. Met vuur was waar
Sehijnlijk ontstaan door kortsluiting in de
slaapzaal der kinderen. Gelukkig slaagde
men er in alle knapen in veiligheid te
brengen, uitgezonderd één, die in den
brand omkwam, terwijl nog een andere
knaap zware brandwonden opliep.
VRIJDAG 19 APRIL 1940.
Hilversum I. 1875 en 414,4 m.
Algemeen programma, verzorgd door de
NCRV.
8.00 Berichten ANP.
8.05 Schriftlezing en meditatie.
8.20 Gramofoonmuziek. (9.309.45 Geluk-
wenschen).
10.30 Morgendienst.
11.00 Gramofoonmuziek.
11.15 Pianovoordracht en gramofoonmuziek.
12.00 Berichten.
12.15 Gramofoonmuziek. (Om 12.15 Ber. ANP)
12.45 Toespraak.
I.00 „Quintolia" en gramofoonmuziek.
2.30 Christelijke lectuur.
3.00 Orgelspel en gramofoonmuziek.
3.45 Haagsch strijktrio en gramofoonmuziek.
4.50 Gramofoonmuziek.
5.155.55 Zang met pianobegeleiding en gra
mofoonmuziek.
6.00 Gramofoonmuziek.
6.30 Tuinbouwpraatje.
7,00 Berichten.
7.15 Letterkundig halfuur.
7.45 Gramofoonmuziek.
8.00 Berichten ANP, Internationaal over
zicht en herhaling SOS-berichten.
8.25 Koninklijke Christelijke Oratorlum-ver-
eeniging „Excelsior", het Rotterdamscb
Philharmonisch orkest en solisten.
9.10 Declamatie en gramofoonmuziek.
9.35 Vervolg van 8.25.
10.30 Berichten ANP, actueel halfuur.
II.00 Gramofoonmuziek.
Ca. 11.5012.00 Gramofoonmuziek.
Hilversum II. 801.5 m.
8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 12.00
AVRO. 4.00 VARA. 7.30 VTRO. 9.00 VARA.
10.40 VPRO. 11.00—12.00 VARA.
8.00 Berichten ANP, gramofoonmuziek.
10.00 Morgenwijding.
10.20 Gramofoonmuziek.
11.00 Declamatie.
11.20 Orgelspel.
12.00 De Palladlans.
12.45 Berichten ANP, dansmuziek (gr.pl.).
I.00 AVRO-Amusementsorkest en Duo Ja.
2.00 Voor de huisvrouw,
2.10 Disco-causerie.
3.00 Voor tuinliefhebbers.
3.20 AVRO-dansorkest.
4.00 Gramofoonmuziek met toelichting.
4 30 Cello en piano.
5.00 Voor de kinderen.
5.30—5.55 Orgelspel.
6.00 De Ramblers.
6.30 Letterkundig overzicht
6.50 Zang met piano-begeleiding.
7.00 Cyclus: „Grondslagen van het democra
tisch socalisme".
7.18 Berichten ANP.
7.30 Berichten.
7.35 Jeugdhalfuur.
8.00 Viool, cello en plano.
8.30 Cyclus: „God roept den mensch".
9.00 Radiotooneel.
9.25 Rosian-orkest en solist.
10.00 Radiotooneel met muziek.
10.40 Avondwijding.
II.00 Berichten ANP.
11.10 Jazz-muziek (gr.pl.).
11.30 Esmeralda.
11 55—12.00 Gramofoonmuziek.