Een lachende stad weent thans Wij lazen voor U OE BENZINE DISTRIBUTIE Beveiliging van manschappen in den oorlog Buiteogewone verloven weder verleend Het Noorsche leger herstelt zich Japan en Ned. Indië Radioprogramma KOPENHAGEN, STAD VAN KUNST EN SCHOONHEID ONDER VREEM DE HOEDE. „De lachende hoofdstad" werd Kopenhagen vroeger vaak genoemd; de inwoners waren allen even be minnelijk en elegant, oorlog kende men er alleen uit geschiedenisboe ken, inflatie uit dagbladen, en de zorg voor het dagelijksch brood kwam weinig voor. Veel is hier tij dens de laatste dagen in veranderd. De Deensche hoofdstad mag bogen op het bezit van rijke kunstschatten, verzameld in het heerlijk gelegen Rijksmuseum, dat o.m. werken van Rubens .Jordaens en Breug- hel bevat, het Nationaal en het Thorvald- senmuseum. Daar zijn ook de rijk voorziene rie, dieren en kruidtuinen. De vele open musea voor nijverheid en natuurlijke histo- bare parken hebben in hun schaduw de schoonste monumenten en bronzen groepen, terwijl de bevalligheid van de meren en vijvers wordt verhoogd door artistieke fon teinen. De schoonheid van dit alles komt nog beter uit in het bevallige kader van zeld zaam stedeschoon. In het oude gedeelte treft u bovendien het schilderachtige tafereel van sloepen en vis- schersboten op grillige kanalen, het typi sche leven op de markten en kaden, de drukke bedrijvigheid aan de haven. En bij dit alles geven de dagbladvcnters met hun ne blauwe kapmantels, de postboden met hun roode jassen, en vooral de cavaleristen met hun azuurblauwe uniform en witten bandelier, het heele stadsleven een bijzon dere bekoring. Tot Kopenhagen behoort thans ook het vroegere Amager, waar alles nog de sporen van Nodorlandschen invloed verraadt en welk gebied wel eens de „moestuin van Ko penhagen" wordt genoemd. Hier immers kwamen zich de Nederlanders vestigen, be staande uit landslieden, gekomen op ver zoek van Koning Christiaan II, om er den landbouw te bevorderen. De geschiedenis van Kopenhagen is vrij rustig geweest op enkele woelige gebeurte- niassen na. Een korte periode van onrust beleefde de stad in 1533, toen zij door de Hanzeaten werd ingenomen. Een zwaardere strijd voerde zij in 165S— 1659, toen zij werd verdedigd tegen den Zweedschen koning Karei X Gustaaf. Vanaf dien tijd echter ook dateert de NEDERLANDSCHE VERBONDENHEID MET DENEMARKEN. Een Nederlandsche vloot onder Wasse- naer Obdam versloeg namelijk in 1658 de Zweedsche op den Sont; daardoor was het eenigen tijd onmogelijk voor Zweden, om de belegeraars geregeld van levensmidde len en krijgsvoorraad te voorzien. Het volgend jaar konden wederom door Nederlandsche schepen troepen van Dene- markens bondgenooten In Duitschland naar Flinen en Seeland worden overgebracht, waardoor de Zweden van daar werden ver dreven. Op 2 April 1801 werd de Deensche oor- logsmarine in den slag bij Kopenhagen door de Engelsche vloot onder Nelson ver nield. omdat Denemarken zich bij Ruslands Verbond van Gewapende Onzijdigheid had willen aansluiten. Het meest heeft de Deen sche hoofdstad wel geleden in 1807, toen zij van den 2den tot den oden September werd gebombardeerd door een Engelsche vloot. In 1880 werd Kopenhagen tenslotte tot een sterke vesting gemaakt, waarna deze stad een lange periode van welvaart en rust genoot. „KLEIN PARIJS" Niet voor niets wordt. Kopenha gen dikwijls „Klein Parijs" ge noemd; deze eervolle bijnaam kreeg het in den regeeringstijd van den Zonnekoning Lodewijk XIV, toen Denemarken drukke en levendige diplomatieke betrekkingen met Frankrijk onderhield. Bovendien is de Deen ook heden ten dage nog al tijd de meest elegante bewoner der Noordelijke landen. Hij is uiterst charmant, voorkomend en welbe spraakt en in het geheel niet geslo ten zooals de meeste andere Noorde lingen. Zijn gastvrijheid schenkt hij U met zulk een beminnelijke en onge dwongen gratie, dat u niets anders kunt doen, dan hem direct tot een uwer beste vrienden bestempelen. En hoe kostelijk kan een Deen ver tellen! Geen enkel ander Europeaan behalve de Franschman kan zoo intensicf-spannend de een of andere gebeurtenis voor den geest van den luisteraar halen. Het schijnt werkelijk wel, of er inder tijd iets van den Franschen geest in den Deen is overgegeaan. Dé Kopenhager houdt bijzonder van ont spanning en vermaak. Dat kan men aflei den uit het groote aantal dancings en bioscopen, die in alle stadsgedeelten tot zelfs in de afgcloopen wijken te vinden zijn. Doch bovenal houden de inwoners van Kopenhagen van kunst; benevens vier of vijf variété-theaters telt de Deensche hoofd stad vijf schouwburgen en talrijke concert zalen, waar men het beste kan genieten wat op vocaal en instrumentaal gebied ge geven kan worden. De groote, in 17-18 ge stichte schouwburg, welke in 1874 geheel gerestaureerd is, is hoofdzakelijk gewild aan de Deensche dramatische kunst en opera's. De grootste aantrekkelijkheid blijft echter het wondere Tivoli. Men wandelt graag en onderneemt gaar ne een uitstapje naar bosch of kust, die gelegenheid bieden tot een genoegelijken picknick, waarop de Denen zeer gesteld zijn. 's Winters is ijsvermaak op de dicht gevroren meren de geliefkoosde sport van arm en rijk. Doch 's zomers trekt heel het drukke leven zich samen in de tuinen van het Tivoli, op de Kongens Nytorf, of aan de Langelinie. Prachtig zijn ook de ver schillende parken bij Frederiksborg en Osterbro, en niet te vergeten de tallooze zee- en strandbaden, welke Kopenhagen rijk is. luiten wij hopen dat de Kopenha- gers en hun stad voor het vernielend oor logsgeweld gespaard zullen blijven. De plannen van de regeering. In de Nederlandsche staatscourant van 18 Maart j.1. no. 55 is bij beschikking van den minister van economische zaken bekend ge maakt, dat binnenkort aan eiken houder van een motorrijtuig en aan houders van een ben zine- of benzolmotor, niet dienende tot het voortbewegen van een motorrijtuig een iden titeitsbewijs zal worden uitgereikt. Ter toe- lichttng van deze maatregel kunnen de vol gende bijzonderheden over de voorbereiding van een cventueelc benzinedistributie wor den medegedeeld. Bij het gekozen distributieplan is men uit gegaan van de twee groote categorieën van vervoer, waaruit het motorwegverkeer be staat, n.1. het goederenvervoer en het perso nenvervoer. Bovendien is in de eerste plaats rekening gehouden met: a. De militaire vervoeren; b. het vervoer door burgerlijke overheids diensten; c. het vervoer ten behoeve van de levens middelen- en de brandstoffenvoorziening; d. het vervoer van dokters, veeartsen, e.d. en e. het vervoer yap geestelijken. Aan de hand van de door de houders van motorrijtuigen in den loop van het vorig jaar ingevulde formulieren is thans door het rijks bureau voor aardolieproducten voor beide ca tegorieën een basis aantal k.m. vastgesteld. Voor het bepalen van deze basisaantallen zijn voor het geheele goederen- en personen- voer voorzoover dit laatste het beroeps vervoer betreft d.w.z. autobussen, taxi- ondernwningon. verhuurinrichtingen, e.d. de aangiften van de autobezitters als maatstaf genomen, tenzij in bepaalde ge vallen gerechte twijfel bestond aan de juistheid van de verstrekte gegevens. Wat het overige personenvervoer betreft, heeft de regeering het in dit stadium van voorbereiding nog niet noodig geoordeeld verschil te ma ken tusschcn het luxe-vervoer en het vervoer voor zakelijke doeleinden (afgezien van de hierboven genoem de urgente vervoeren). Voor dit ge deelte van het personenvervoer is als basishoeveelheid voor personen auto's 850 km. en voor motorrijwielen 400 km. per maand vastgesteld. Uitgaande van het hierboven bedoelde ba sisaantal k.m. per maand is voor elk motor rijtuig aan de hand van het brandstofver bruik van den betreffenden motor «en basis- verbruik por maand in liters motorbrandstof vastgesteld. Het basisaantal k.m. is zoodanig bepaald, dat, indien 100% wordt toegewezen, het benzineverbruik reeds wordt beperkt. Het zou zich dus kunnen voordoen, dat de voorraadpositie een hooger percentage mo gelijk maakt. BIJ l^et goederenvervoer en het beroepspersonenvervoer (autobussen, taxi's e.d.), waarbij het basisaantal k.m. op het normale verbruik is bepaald, zal zich dit laatste niet voordoen. De Regeeringspersdienst meldt: De minister van Defensie heeft bepaald, dat de buitengewone verloven, be doeld in artikel 61 van het reglement voor de militaire ambtenaren der koninklijke landmacht en in par. 10 van bijlage c. van het aanhangsel van het reglement op den inwendigen dienst der koninklijke land macht weder verleend worden. Dit zijn verloven, die verleend worden in gevallen van ernstige ziekte, huwelijk, overlijden, voor het afleggen van examens, enz. Vader van Keesje de Ruyter veroordeeld Gisteren heeft de kantonrechter te Maarlem schriftelijk vonnis gewezen in een zaak te gen den vader van het veertienjarige biljart- wonder Keesje de Ruyter, die ten laste was gelegd, dat hij een demonstratie van zijn zoontje in een café te Aalsmeer had toegela ten, en aldus in de hand had gewerkt, dat de jongen arbeid verrichtte, zonder daartoe den bij de wet vereischten leeftijd te hebben bereikt. De caféhouder was door den kantorechter reeds eerder veroordeeld tot een boete van f 15.— De vader werd gisteren door den kan tonrechter veroordeeld tot vijfentwintig gul den boete, subs tien dangen hechtenis. De ambtenaar van het O.M. had een boete van f 100.subs. vijftig dagen liechtenis- straf geëischt PROCLAMATIE VAN DEN OP- PERBEVELHEBER. Het Noorsche telcgraaf-agentschap „er gens in Noorwegen"' meldt, dat de Noorsche opperbevelhebber, generaal Ruge. een pro* clamatie heeft gepubliceerd, waarin hij zegt: Wij werden verrast, hetgeen de verwar ring der éerste dagen verklaart, doch wij beginnen de orde aan liet front en daar achter te herstellen. Wij hebben vele harde klappen gekregen en zullen er nog meer krijgen, doch wij zijn niet meer alleen, daar Engeland en Frankrijk tusschcnbcide zullen komen. De Britsche troepen bevin den zich reeds in het land. Onze taak is, weerstand te bieden tot dc hulp doeltref fend is geworden. Wij zullen succes heb ben als wij volhouden en één zijn. De krijgsverrichtingen. Omtrent de krijgsverrichtingen deelt de opperbevelhebber o.a. mede, dat de Noor sche troepen in het Zuidoosten door sterke Duiteche afdeelingen aangevallen zijn en zich in Oostelijke richting teruggetrokken hebben. De strijd duurt voort ten Westen van Kongsvinger, aan het Mjoesanieer en nabij Hakedal, waar afdeelingen Noorsche skitroepen met succes de Duitschers in de flank zijn aangevallen. Twee Duitsche vliegtuigen werden neergehaald. Nieuwe valschermtroepen zijn vernietigd of gevan gen genomen. Engelsche troepen zijn in het Noorden van Noorwegen ontscheept en hebben con tact gekregen met de Noorsche troepen. De Britsche troepen In Noorwegen Spoed vereischt. Reuters militaire medewerker schrijft, dat de voorhoede van het geallieerde expeditie- leger zich thans in Noorwegen bevindt, doch dat de basis, die de afdeelingen hebben uit gekozen, geheim moeten blijven, omdat dc Duitschers in het onzekere moeten blijven tot de troepen aan de kust vasten voet hebben gekregen. Naar verluidt zenden de Duit schers reeds per vliegtuig versterkingen in Westelijke richting, naar hun geisoleerdc garnizoenen te Bergen en Drontheiin. Onder deze omstandigheden is snelheid daarom voor beide partijen van zeer groot belang. LIJKVERBRANDING. In aansjuiting op een C.H.- bsschouwing, welke wij on der deze rubriek over de mo- reele zijde van lijkverbran ding gaven, citeercn we nog een beschouwing uit de „Standaard" (A.R.) „De Chineezen en Egypte- naren hebben de lijkverbran ding nooit gekend. Alleen bij een dieper verzinken in het paganisme kwam de crema tie op, zoodat toen het Chris tendom de wereld inging, het alom bij de volkeren stiet op de gewoonte der lijkverbran ding. Maar van meet af heb ben de Christenen zich tegen deze heidensche zede verzet. En stellig in verband met hun geloofsovertuiging, het begra ven in volle eere hersteld. Deze Christelijke traditie is, zooals de Regeering terecht op merkt, diep in het leven der Christelijke volken ingedron gen De „Opntarsch" geeft dc Ka. tholieke visie en zegt: Voor den Katholiek is dc zaak heel eenvoudig. Ten eer ete is hij'doordrongen van de Christelijke traditie en op de tweede plaats weet hij, dat de Kerk lijkverbranding uitdruk kelijk verbiedt. Wij hebben nog nimmer ge hoord van een principieel be zwaar tegen begraven. De ar gumenten voor lijkverbran ding zijn niet bepaald duide lijk. meest wel zéér bijkom stig. Geldloochenaars doen hun stoffelijk overschot verbran den om daardoor de wederop standing te loochenen; zij wil len er mede te kennen geven, dat met dit ondennannsrho bestaan alles is afgeloopen. De armen! Ook do vrijzinnige Rotter damscbe predikant «Is. G. VV'estmijse, heeft zijn kijk op de zaak uiteengezet. In een rede voor de Buitengewone Algemeene Vergadering van de Arbeiders Vereeniging voor lijkverbranding. Zondag in Amsterdam gehouden heeft ds. Westmijse volgens het „Volk" (S.D.) o.a. gezegd: Het lijkt in de tegenwoordi ge tijd een spel van „Recht- 'taberei" om thans samen te komen om over dit onder werp te spreken. Maar voor spr. bad dit vraagstuk te ma ken met de vragen van Chris tendom en democratie en juist nu moet men deze vraag onomwonden aan de orde sellen. Wat er gebeurt met het stoffelijk overschot worde*zon der kronkelwegen in de wet vastgelegd. Om de urn be hoort geen gordijn, maar het zachte, licht -'«r piëteit. Zoo gezien, heeft deze actie der lijkverbranders thans een ethi sche zin, zegt spr. Straks zal het begraven als z.g. Chris telijke zede, een nadruk krij gen, die, tiaar spr. op histori sche gronden meent, te zwaar zal zijn. Een kerk, die niet dient, maar heerscht, zal baal loden kunnen dwingen, maar dan tegen Christus' wil. Spr zag in bet wetsontwerp een inmenging van staatswege in zaken der kerk, waartegen de Christenen in dc totalitaire landen, juist bezwaar hebben. De minister zal juist door be ualingen op het cremceren van onvolwassenen, een nieu we doolhof scheppen. Een tee- re zaak als crematie zal al leen gediend zijn met waar heid en vrijheid. Men kicze bij het vastleggen der crematie in de wet, de rechte weg en niet de vele dwaalwegen van dit wetsontwerp. Heeft de staat ook zooveel scrupules bij de militaire dienstplicht? vraagt spr. Moge de overheid in deze tijd dc rechten van het indivi du hooghouden, zoo eindigde spr. EEN OOG. DAT ALLES OP DE AARDE ZIET. SCHEPEN DIE NIET ZINKEN KUNNEN. Berichten van wnderlijke uitvin dingen bereiken ons dikwijs. Maar zóóvele daarvan blijken na korten tijd onbruikbaar, dat men tegen over berichten van nieuwe vindin gen in den regel zeer sceptisch staat. Bovendien er zijn onder de wel toegepaste uitvindingen enkele zoo afschuwelijk men denke aan de gifgassen b.v. dat men over mededeeling van nieuwe uitvindin gen in eerste instantie niet tot veel enthousasme geneigd is. Het spreekt van zelf, dat in tijden van oorlog uitvindingen, die bruikbaar zijn voor den oorlogstechniek, geheim worden gehouden. Een bekend geval is dat van de in Duitschland geconstueerde magnetische mijn. De Engelsche admiraliteit was overi gens al spoedig de constructie bekend, na dat de eerste magnetische mijnen aan land waren gespoeld. HET „ELECTRISCHE OOG" BO VEN HET VIJANDELIJKE FRONT. Een in tegenstelling met de electrische mijn zegenrijke uitvinding is het „electri sche oog", het oog dat alles op de wereld ziet. Over de toepassingsmogelijkheden daarvan in den oorlog heeft een zeer be kend Amerikaansch vakman, de radio-in genieur Arthur Goldsmith, in de Ameri- kaansche dagbladpers enkele interessante mededeelingcn gedaan. Wat een „electrisch oog" is, weet heden ten dage iedereen wel zoo ongeveer; het is een selenium-cel, die reageert op lichtverande ringen, die lichtgolven in electrische gol ven omzet en zoodoende apparaten in wer king stelt, die accoustieke, photografische of louter mechanische werking verrichten. Etn roltrap zet zich op deze wijze in bewe ging of blijft stilstaan, alarmbellen worden in werking gesteld, wanneer iemand voor een dergelijke cel staat, en de betreffende Dersoon wordt zonder dat hij het weet, of er iets van merkt in 'n lichtbeeld op een linnen doek geprojecteerd, zoodat men dus meteen een duidelijk portret van den inbreker (want meestal wordt het „elec trische oog" gebruikt ter beveilinging van een safe eener bankinstelling) heeft. Doch wat geschiedt er, wanneer zulk een photo-electrische cel op een vliegtuig wordt gemonteerd, en wel zoo, dat het „electri sche oog" naar beneden „kijkt"? Dan re gistreert het apapraat geheel op eigen houtje en zelfs ook op een automatisch vér-besturbaar vliegtuig zonder piloot! alle gebeurtenissen en panorama's op de aarde. Daarbij komt nog, dat het er niets toe doet of er een goed uitzicht is of niet. Terwijl het menschelijke oog op de photo grafische lens nevel en wolken natuurlijk niet kunnen doordringen, gaan de Infra- roode stralen zonder meer door de dichtste nevellagen; bij mistig weer ziet het „elec trische oog" de aardoppervlakte tot in dc kleinste details als bij het helderste, zon nigste weer. Het zendt, ononderbroken elcc- tro-magnetische radiogolven uit, welke zich in den ontvanger weer in lichtgolven om zetten. Deze ontvanger echter staat kilometers ver, in volkomen veiligheid in do comman do-staf van den tegenstander; de man schappen op deze post loopen niet het ge vaar, dat een piloot aan het stuur van zijn waarnemingsvliegtuig loopt. Zij zien op een lichtgevende linnen doek al dc voorvallen, welke zich afspelen binnen het bereik van het. „electrische oog"; en deze bespieding wordt pas onderbroken wanneer het vlicg- tuig wordt neergehaald. Maar ook in dat geval is er alleen sprake van materiaal- verlies, en niet van een menschenleven. SCHEPEN DIE NIET ZINKEN KUNNEN. OOK TORPEDO'S OF MIJNEN HEBBEN ER GEEN VAT OP! HET PRINCIPE IS: SAMENGEPERSTE LUCHT. De zee-oorlog heeft tot nu toe de mees te slachtoffers gemaakt in de klasse der handelsschepen, die op mijnen loopen, of getorpedeerd worden. Geen wonder dus, dat het oude proWeem, hoe men het zinken van beschadigde schepen verhinderen kan. weer bijzonder actueel is gworden. Twee in Parijs wonende Russische ingenieurs schij nen dit probleem althans in principe te hebben opgelost. En de oplossing, welke zij daarvoor hebben gevonden, lijkt veel op het beroemde ei van Columbus. En dat de vin ding werkelijk waarde heeft, blijkt wel uit het feit, dat reeds de „Lloyds" zich heeft geïnteresseerd voor de ideeën der in genieurs; en alle vooraanstaande marine- experts dezer groote Engelsche zee-verzeke ringsmaatschappij hebben ze als practisch realiseerbaar verklaard. Do beide uitvinders gingen er van uit, dat men herhaaldelijk voor de berging van ge zonken schepen samenqcyerste lucht ge bruikte. Wanneer de scheepsromp tenniin- sto niet gedeeltelijk vernietigd is, kan men in gunstige gevallen dit gedeelte met lucht volpompen, hetgeen het gezonken schip dan altijd naar de oppervlakte doet drijven. Hoe zou het nu zijn, wanneer men bepaalde declen van elk schip eens aanvulde met samengeperste lucht, welke onder zwakke druk gehouden wordt en hermetisch van de andere scheepsdeelen afgesloten is? Men stelle zich voor, dat alle doelen onder de waterlijn zoo met lucht gevuld zijn Een tor pedo kan in deze deelen doordringen doch het water niet! Of in ieder geval maar heel weini- water, oindat immers de lucht de waterdruk tegei werkt. Het schip zal misschien een beetje overhellen, doch zinken zal het niet. tenzij de explosie zoo sterk is geweest, dat het schip middendoor breekt. Dit is het, zooals men wel merkt, zeer eenvoudige principe. In de praktijk zal men verschillende, van elkaar gescheiden en hermetisch gesloten „luchtdruk-kamers" moeten maken, die als evenzoovele „drij- vers" werken. Alleen in een uitzonderlijk geval zullen al deze kamers gelijktijdig ge troffen worden en alleen in dit. geval zal het schip direct zinken. In vredestijd ech ter, wanneer er geen torpedeeringsgevaar bestaat, kan deze uitvinding practisch allo schepen (behalve in geval van brand) voor het zinken behoeden. In zake het onderhoud tusschen den Ja- panschen viceminister van Buitenlandsche Zaken Masavoeki Tani, en den Nedcrland- schen gezant in Tokio, generaal J. C. Pabst, deelde de woordvoerder van het Japansche departement van Buitenlandsche Zaken gis termorgen in de gebruikelijke persconferen tie mede, dat het onderhoud niet in verband stond met de verklaring, welke de Japansche minister van Buitenlandsche Zaken, Arita, Maandag had afgelegd betreffende de Ja pansche houding tegenover de mogelijkheid, dat Nederland betrokken zou worde.i bij den Europeeschen oorlog en den weerslag, welke dit zou hebben in Nederlandsch Oost- Indië, doch dut Tani en Pabst integendeel over dagelijkschc aangelegenheden gespro ken hadden. Op de vraag of dc verkluring van Arita een nieuwe bevestiging beteekent van het vier- mogendhedenverdrag van 1922, erkende de woordvoerder, dat het pact van kracht blijft, doch voegde eraan toe, dat de verklaring van Arita ten doel had te verhinderen, dat de vijandelijkheden in Europa op het gebied van den Stillen Oceaan overslaan. Arita's verklaring is van de grootste betec- kenis voor de economische betrekkingen tus schen Japan en Nederlandsch Oost-Indië, zooals gezegd in het antwoord van den mi nister op interpellaties in den landdag, waar in Arita op ondubbelzinnige wijze verklaar de. dat de Japansche regeering alleen een economische belangstelling heeft voor de ge bieden in de Zuidzee, inclusief voor Neder landsch Oost-Indië. Brand in Italiaansche kostschool In een jongenskostschool te Bologne (Italië) is brand uitgebroken, welke groote vernielingen aanrichtte. Met vuur was waar Sehijnlijk ontstaan door kortsluiting in de slaapzaal der kinderen. Gelukkig slaagde men er in alle knapen in veiligheid te brengen, uitgezonderd één, die in den brand omkwam, terwijl nog een andere knaap zware brandwonden opliep. VRIJDAG 19 APRIL 1940. Hilversum I. 1875 en 414,4 m. Algemeen programma, verzorgd door de NCRV. 8.00 Berichten ANP. 8.05 Schriftlezing en meditatie. 8.20 Gramofoonmuziek. (9.309.45 Geluk- wenschen). 10.30 Morgendienst. 11.00 Gramofoonmuziek. 11.15 Pianovoordracht en gramofoonmuziek. 12.00 Berichten. 12.15 Gramofoonmuziek. (Om 12.15 Ber. ANP) 12.45 Toespraak. I.00 „Quintolia" en gramofoonmuziek. 2.30 Christelijke lectuur. 3.00 Orgelspel en gramofoonmuziek. 3.45 Haagsch strijktrio en gramofoonmuziek. 4.50 Gramofoonmuziek. 5.155.55 Zang met pianobegeleiding en gra mofoonmuziek. 6.00 Gramofoonmuziek. 6.30 Tuinbouwpraatje. 7,00 Berichten. 7.15 Letterkundig halfuur. 7.45 Gramofoonmuziek. 8.00 Berichten ANP, Internationaal over zicht en herhaling SOS-berichten. 8.25 Koninklijke Christelijke Oratorlum-ver- eeniging „Excelsior", het Rotterdamscb Philharmonisch orkest en solisten. 9.10 Declamatie en gramofoonmuziek. 9.35 Vervolg van 8.25. 10.30 Berichten ANP, actueel halfuur. II.00 Gramofoonmuziek. Ca. 11.5012.00 Gramofoonmuziek. Hilversum II. 801.5 m. 8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 12.00 AVRO. 4.00 VARA. 7.30 VTRO. 9.00 VARA. 10.40 VPRO. 11.00—12.00 VARA. 8.00 Berichten ANP, gramofoonmuziek. 10.00 Morgenwijding. 10.20 Gramofoonmuziek. 11.00 Declamatie. 11.20 Orgelspel. 12.00 De Palladlans. 12.45 Berichten ANP, dansmuziek (gr.pl.). I.00 AVRO-Amusementsorkest en Duo Ja. 2.00 Voor de huisvrouw, 2.10 Disco-causerie. 3.00 Voor tuinliefhebbers. 3.20 AVRO-dansorkest. 4.00 Gramofoonmuziek met toelichting. 4 30 Cello en piano. 5.00 Voor de kinderen. 5.30—5.55 Orgelspel. 6.00 De Ramblers. 6.30 Letterkundig overzicht 6.50 Zang met piano-begeleiding. 7.00 Cyclus: „Grondslagen van het democra tisch socalisme". 7.18 Berichten ANP. 7.30 Berichten. 7.35 Jeugdhalfuur. 8.00 Viool, cello en plano. 8.30 Cyclus: „God roept den mensch". 9.00 Radiotooneel. 9.25 Rosian-orkest en solist. 10.00 Radiotooneel met muziek. 10.40 Avondwijding. II.00 Berichten ANP. 11.10 Jazz-muziek (gr.pl.). 11.30 Esmeralda. 11 55—12.00 Gramofoonmuziek.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1940 | | pagina 6