De positie van De Leerlingenschaal Heffingen ten beboete van het Leeningfonifs Nederlandsch Indië GEEN OPHEFFING VAN eeuwenlange grootsche Nederland-België Een verklaring van Amerikaansch minister Zal Denemarken zijn taak beëindigd zien? Zenuwen SCHATKIST NEDERLANDSCH IN DIS VORMT EEN ELEMENT VAN EVEN WICHT IN HET VERRE OOSTEN EEN AANRANDING VAN INDIë ZOU BETEBKENEN EEN „AAN RANDING VAN HET FATSOEN EN DE BESCHAVING". Een antwoord aan Arita De Vereeniflde Staten hebbon een beroep gedaan op andere landen, in het bijzonder op Japan, den status- quo van Nederlandsch Indië te eer biedigen, ongeacht wat er gebeurt ten aanzien van Nederland. Dit is gebleken uit een ofllcieele verklaring, welke Cordell Huil, de Amerikaansche minister van buiten- landsche zaken, gisteren heelt afge legd. „Een inmenging in de binnenland- sche aangelegenheden van Neder- landsch-lndië of eenige wijziging in den status-quo van deze archipel op een andere wijze dan langs vreed- zamen weg, zou schadelijk zijn voor de stabiliteit, den vrede en de veilig heid, niet slechts in de zone van Nederlandsch ndië, maar in het ge- heele gebied van den Stillen Oceaan". Aldus verklaarde de minister, wiens be toog een antwoord was op de j.1. Maandag afgelegde verklaring van den Japanschen minister van buitcnlandsche zaken, Arita, die uitdrukking gaf aan de bezorgdheid van de Japanschc regeering over het behoud van den status-quo in Nederlandsch-Indië. De verklaring van Cordell Huil luidt ver der als volgt: „Elke wijziging in den status quo van Nederlandsch-Indië zou rechtsreeks de be* i langen van vele landen raken. Nederlandsch- Indië is van zeer groote beteckcnis voor de internationale verhoudingen in don gehcelen Stillen Oceaan en vormt tevens een belang rijke factor in den handel van de gehcelc wereld. Ik baseer mijn verklaring op twee belangrijke overeenkomsten, waarvan de een vervat was in de nota's welke in November 1908 zijn uitgewisseld tusschen de Vcreenig- de Staten en Japan, waarin elk der beide regeeringen verklaarde, dat haar politiek er op gericht was den bostaanden status-quo in het gebied van den Stillen Oceaan te hand haven. Do andere overeenkomst was vervat in de nota's, welke de Verecnigdo Staten, Frank rijk, liet Britsche rijk en Japan in Februari 1922 gezonden hebben aan de N e d e r 1 n d- s c h e regecring en waarin elk dezer vier regeeringen verklaarde vast besloten te zijn de rechten van Nederland met betrekking tot diens eilandbezittingen in het gebied ,van den Stillen Oceaan te eerbiedigen." Feu afschrift van de verklaring \an Cor dell Huil zal aan het Japansehe ministerie van huitenlandsclic zaken worden overhan digd hij wijze van hoffelijkheid en ter infor matie. Senator King heeft zijn instemming betuigd met de verklaring van Huil en gezegd, dat een aanranding van Indië een „aanranding van het fat soen en de beschaving" zou bcteeke- nen. Hoe men 't beschouwt, in geen geval zou het „vriendelijk of be schermend" kunnen worden gevon den als een schurk en een dolle hond door de wereld rennen. Dit moet de bezorgdheid opwekken van landen welke de rechten der kleine landen orkennen. ENOELAND HEEFT DEZELFDE OPVATTINGEN. In het Engelsche Lagerhuis was den mi nister-president de vraag gesteld of hij het Scherper controle op vreemdelingen CONTROLE Iv AA R T VOOR NIET VISUM PLICIITIGEN. Ondanks het feit, dat voor het vreemde Hngenverkoer in ons land grensfnciliteiten zeer gewenscht zijn. maken de Ujdsomstan digiicden het noodzakelijk, dat het toezicht op hier te lande verblijvende vreemdelingen zoo doeltreffend mogelijk is. De meeste vreemdelingen, die ons land binnenkomen, zijn visumplichtig. waardoor althans die vreemdelingen niet aan de contröle ont snappen. Doch voor vreemdelingen van Belgische en Italiaansche nationaliteit. Amerikanen en onderdanen van Luxemburg en nog enkele landen is geen visum ver cischt. Met ingang van 1 Mei nu zal voor deze vreemdelingen een verscherpte grens controle worden ingevoerd, welke bestaat in liet invullen van een kosteloozc controlckaart. Hierdoor zal men inzicht ver krijgen in de bedoelingen en dc werkzaam heden van die vreemdelingem CORDELL HULL. huis de verzekering wilde geven dat de Britsche regeering niet voornemens was de handhaving van den vrede in de wateren van Nederlandsch Indië in geval Nederland zelf oorlogstoneel zou worden allen aan Ja pan over te laten. In een schriftelijk antwoord zegt de onder staatssecretaris van buitenlahdsche zaken. Butler, dat „dc Japansehe regeering, voor zoover Halifax bekend is, niet de aanspraak heeft gemaakt alleen verantwoordelijk te zijn voor de handhaving van den vrede in de wateren van Nederlandsch-Indië. In een verklaring aan de bladen heeft de Japansehe minister van Buitenlahdsche Za ken gezegd, dat de Japansehe regecring slechts diep bezorgd kan zijn over eenige ont wikkeling als gevolg van dc verscherping van den oorlog in Europa, welke van invloed zou kunnen zijn op den status quo in Neder landsch-Indië. Ik behoef nauwelijks te zeggen, dat de Britsche regeering ten deze dezelfde opvat tingen heeft." VERKLARING VAN ROOSEVELT. Op een vraag aan president Roosevelt om commentaar te willen leveren op de door Cordell Huil afgelegde verklaring, heeft de president geantwoord, dat het betoog van den staatssecretaris volkomen aan de situatie beantwoordde, t OOK TE PARIJS VEEL AANDACHT VOOR DE POSITIE VAN NE DERLANDSCH INDIë. Inmiddels wordt ook te Parijs veel aan dacht geschonken aan de Japansehe ver klaring omtrent de positie v. Nederlandsch- Indië in geval van een Duitechcn aanval op het moederland. Kerellis, die er een ar tikel aan wijdt, twijfelt er niet aan of Duitschland heeft daar een rol in gos-nccld. Een Japansehe bezetting van Nederlandsch- Indië zou de vrijheid van beweging van de geallieerde vloten in het Verre Oosten im mers leelijk in gevaar brengen. Gelukkig echter voegt Kerellis hieraan toe zijn wij niet de eenigen, die een Japansehe be zetting van Nederlandsch-Indië ongaarne zouden zien. Rusland en dc Verecnigde Staten zouden er al evenmin plezier in hebben en daarin ligt voor ons een nieuwe diplomatieke mogelijkheid. Groenland EEN MERKWAARDIG LAND. EEN MERKWAARDIG VOLK. Do Duitsche bezetting van Dene marken heeft de aandacht w.eer eens gevestigd op de Decnschc ko lonie Groenland. Het bestuur van Groenland heeft reeds medegedeeld voorloopig van Denemarken geen hulp noodig te hebben, daar het voorraden voor twee jaar bad; bo vendien is het economische leven van het land op zelfvoorziening in gesteld. Lord Lothian, de BritscJie gezant in Was hington, heeft dezer dagen verklaard, dat noch Canada, noch Engeland zal trachten Groenland te bezetten, tenzij de Duitschers iets zouden willen ondernemen tegen dit eiland. Doch ook Amerika zal hoogstwaar schijnlijk niet gedoogen, dat Duitschland genoemd eiland zal bezetten of „bescher men"; Roosevelt verklaarde nog dat Groen land een deel van het Westelijk' halfrond was. en dus in geval van nood voor de „Monroc-leer" in aanmerking zou kunnen komen. Maar over verdere plannen laat men zich niet uit. HOE KOMT GROENLAND AAN ZIJN NAAM Menigeen heeft zich waarschijnlijk wel eens afgevraagd, hoe Groenland aan zijn ONDERWIJS OOK DEN MINISTER IS HET NIET MOGELIJK EENIG NIEUW LICHT OP DEZE KWESTIE TE WERPEN. In de Memorie van Antwoord aan de eer ste Kamer over het hoofdstuk onderwijs zegt de Minister, dat het ook hem niet mo gelijk is eenig nieuw licht te werpen op de kwestie van verbetering van de leerlingen- schaal. Hij betreurt het, dat tengevolge van het uitbreken van den oorlog de rcgcering haar voornemen om ten dezen iets te doen niet heeft kunnen verwerkelijken. Verder kan hij slechts herhalen, dat hij in dezen iets hoopt te bereiken. Het denkbeeld om bij benoeming tot on derwijzer den door kweekelmgen met akte doorgebrachten diensttijd voor periodieke salarisverhooging te doen medetellen, mits een schriftelijke verklaring van de inspec tie van het lager onderwijs wordt overge legd, dat gedurende den tijd. welke als diensttijd in aanmerking zal komen, belang hebbenden als kweekeling met akte aan een lagere school zijn werkzaam geweest, is niet voor verwezenlijking vatbaar. In zijn Memorie van Antwoord aan de Tweede Kamer, heeft de minister reeds medegedeeld, dat hij de kwestie van ver laging der leerlingenschaal geheel los maakt van de werkloosheid van de onder wijzers. Evenzeer wenscht hij deze kwestie los te maken van de vraag of de kweeke- lingen met akte aanspraak kunnen maken op het verkrijgen vn een aanstelling. Naar zijn oordeel is dit niet het geval. Het is den Minister bekend, dat de on gunstige financieele toestand van een aan tal gemeenten in sommige gevallen heeft geleid tot het nemen van den maatregel om het onderwijs in de lichamelijke oefening niet meer door onderwijzers te doen geven. Naar zijn incening moet het vak lichame lijke oefening in dc gewone lagere school kunnen worden gegeven door de leerkrach ten, die bij het behalen van de akte van on derwijzer daarin examen hebben afgelegd. Het rapport van de hoofdinspecteurs van het lager onderwijs omtrent het M.U.L.O.- examen van de Verccnigingen heeft den mi nister nog niet bereikt. Hij beperkt zich dan ook tot de 'opmerking, dat hij het zeker mo gelijk acht een verandering in het examen door te voeren, indien de wcnschelijkhcid daarvan zou blijken. Het is den minister zeer tot zijn leedwezen tot dusver nog niet mogelijk geweest om zijn standpunt ten aanzien van de regeling van de onderwijzersopleiding volkomen te bepa len. Inzake het ontruimen van schoolgebou wen door de militairen wordt in vrijwel alle gevallen groote medewerking door de militaire autoriteiten verleend. Dat in eenige gemeenten nog niet een toestand bestaat, waarbij op redelijke wij ze in het onderwijs kan worden voorzien, houdt verband met de bijzondere ligging en militaire beteekenis dier gemeenten. Het is den minister verder gebleken, dat in vele plaatsen de bouw van barakken voor 'de militairen ter hand is genomen. Het is uiteraard niet mogelijk algeheele ontruiming der schoolgebbuwen te verlangen. Vannacht om kwart voor een hoorde een jongmensch, dat in oen portiek aan de Nieuwe Achtergracht te Amsterdam af scheid van zijn aanstaande wederhelft nam, een plons. Hij Jccek in de gracht en zag dat een naar schatting 20-jarig meisje, in nachtgewaad te water was gesprongen. De jongeman sprong haar na om haar te redden, doch ontmoette bij zijn reddings pogingen sterk verzet van de overspannen drenkelinge. Niettemin slaagde hij erin haar op het droge te brengen. Zij was kor ten tijd bewusteloos doch de geneeskundi ge dienst slaagde er door kunstmatige ademhaling spoedig in het bewustzijn te doen terugkceren. De jongedame is daarna met droge kleeren opnieuw onder de wol gestopt. NOOD VAN DE Vrees dat de voorgestelde heffing weldra onvoldoende zullen blij ken. HINDER DRAAGKRACHTIGEN MOGEN NIET ZWAARDER BE LAST WORDEN. In het voorlopig verslag van de Eerste Kamer over het ontwerp van wet tot aan wijzing van heffingen ten behoeve van het Leenigsfonds 1940 betreurden eenige leden dat de regeering nog niet is gekomen met een groot plan, ten einde in den nood van de schatkist te voorzien. Andere leden verwachtten, dat de oor logstoestand allengs zoo zware eischen aan de schatkist zal gaan stellen, dat de hef fingen, welke bij dezen ten behoeve van het Leeningsfonds zijn voorgesteld, dra onvol doende zullen blijken. Verscheidene leden achtten het principieel gewenscht, dat de min der draagkrachtigen niet zwaarder zouden worden belast dan thans reeds het geval is. met name door de helfing van indirecte belasting. Ze waren van meening, dat bij toe passing van de thans voorgestelde heffingen op koffie en suiker dat evenwicht in nog meerder mate zal worden verstoord. In beginsel waren zij van oordeel, dat indirecte belas tingen niet kunnen worden geacht te zijn belastingen naar draagkracht, weshalve bij heffing er van de grootst mogelijke behoedzaamheid dient te worden in acht genomen. Een heffing ineens. Eenige leden verklaarden een heffing in eens gewenscht te achten. De voldoening van de bedragen, daarvoor verschuldigd, zou men huns Inziens over meerdere jaren kunnen verdoelen. Andere leden sloten zich hierbij aan. Ook zij waren van meening, dat het aanbeve ling verdient, de kosten, welke de huidige oorlogstoestand medebrengt, voor een aan merkelijk deel te bestrijden uit een heffing ineens, ongeacht den vorm aan deze te geven. Enkele leden oordeelden het billijk, dat er zoo tot een kapitaalheffing werd over gegaan, daarnaast een speciale heffing op de inkomens zou worden gevorderd. Gevraagd werd, waarom de regeering niet heeft bevorderd dat de voorgestelde heffing op de koffie mede ten laste van de hou ders van voorraden van dat artikel zou wor den gebracht. Men achtte het gewenscht, dat ook die voorraden aan heffing zouden zijn onderworpen. Sommige leden verklaarden, de heffingen op suiker en koffie alleen te aanvaarden, omdat versterking van de rijksmiddelen dringend noodzakelijk is en aan een en an der een tijdelijk karakter is gegeven. Verscheidene leden hadden bezwaar tegen de voorgestelde heffing van opcenten op het successierecht. Zij zouden eer aan verhooging van de vermogensbelasting de voorkeur hebben ge geven. Wat betreft de voorgestelde verboo ging van het bijzondere invoerrecht op benzine, duchtte men, dat daar- aanlokkclijke naam komt. De verklaring hiervoor moeten wij zoeken in den tijd der Noormannen. Omstreeks 't jaar 900 ontdek te de Noorman Gunnbjürn Groenland, waar toen reeds een aantal eskimo's woonden, die in een late uitlooper van het neolithi- cum dc zgn. Thulekultuur leefden. In 984 voer Erik de Roode van Ierland uit naar Groenland, zeilde de zuidpunt om en de westkust langs tot in Straat Davis. En het was deze oude Vikinger, die zijn man nen er toe wilde dwingen, zich op dit uit gestrekte gebied te vestigen, en daar daar om de schoone benaming „Groenland" voor uitkoos, teneinde het verblijf voor hen aanlokkelijker te maken. In het begin van de 11de eeuw werden de Groenlnnders Christenen; in 1110 werd er een bisdom opgericht. De kerstening had plaats vanuit Trondheim, een Noorsche stad, welke langen tijd het Christelijke mid delpunt van dc Arctis was. De koningen van Noorwegen rekenden Groenland tot hun rijk te behooren sedert 1261 en dus kwam het bij de Unie van Kalmar (in 1397) aan Denemarken, toen Noorwegen zijn staatkundige zelfstandigheid verloor NA DE 16e EEUW OPNIEUW ONTDEKT. In de 15e eeuw ging de geregelde verbin ding met Europa verloren, zoodat men eigenlijk wel kan zeggen, dat de weg naar Groenland in do 16c eeuw opnieuw ont dekt werd door Engelschen: Frobis'ner (1576 1578-), Davis (1585—1587) en Hudson (1607), die allen op zoek waren naar de N.W. doorvaart. In 1616 bevoer Baffin Straat Davis en Baffinbaai tot den 7Ssten breedtegraad. En pas in 1721 legden dc De nen weer beslag op de westkust. Inmiddels stierven de Vikingcrs op Groenland uit. IJsland en Groenland ont wikkelden zich onder bescherming van Ko penhagen tot zelfstandige landen. Noonve- genzelf kwam geheel op den achtergrond. Toen Denemarken en Zweden in 1814 (na dc Napoleontische oorlogen) vrede te Kiel sloten, kwam Noorwegen onder de kroon van Zweden en werd met dit land ver- oenigd tot een Personeelc Unie, IJsland en Groenland bleven evenwel hij Denemarken. Hieruit bleek het duidelijkst, dat Noorwe gen in den loop der eeuwen zijn oorspron kelijke zelfstandigheid geheel verloren had. Sedert het echter in 1005 zelfstandig is geworden, is ook het verlangen naar kolonieën weer ontwaakt. Na den wereld oorlog kreeg Noorwegen dan ook Spitsber gen toegewezen. Doch ook op Groenland meende Noorwe gen nog rechten te hebben. Zoo verklaarde het op 19 Juli 1931 Eirik Raudesland (Erik de Roodc's land de naam van een streek aan de Oostkust van Groenland ten Noor den van Scorcsby Sund) te hebben bezet. De Decnsche regeering bracht deze kwestie voor het Permanente Hof van Internatio nale Justitie, welke op 5 April 1933, na zeer uitvoerige pleidooien besliste ten gunste van Denemarken. DENEMARKEN DEED GROOT WERK. Denemarken heeft in Groenland groot werk verricht. De geringe pels- en vischuitvoer dekt slechts voor een klein deel de kosten, die voor de bevolking werden aange wend. Men kan Groenland beschou wen als het grootste natuurreser vaat ter wereld, waarvan Denemar ken alleen de kosten draagt. Doch dit wil niet zeggen, dat Groenland geen enkele andere beteekeneis zou hebben. Reeds Lindbcrgh bijvoor beeld heeft enkele jaren geleden het voorstel geopperd, dat op Groen land verschillende vliegtuig- en ra- dio-statiops aangelegd zouden wor den, die dan tot taak hadden, het luchtverkeer over het Noordelijk deel van den Atlantischen Oceaan .te regelen. De buitengewoon strate gische waarde van Groenland vrijwel het grootste eiland ter we reld behoeft niet nader te wor den besproken: een blik op de we reldglobe toont ons overtuigend aan. welke rol althans de Zuidkust in een tijdperk van vliegtuigen en onderzeebooten kan spelen. Dat vooral de Verecnigde Staten veel in teresse hebben bij een luchtbasis op Groen land. blijkt wel uit het feit, dat er het vorig jnar, vlak voor het uitbreken van den oorlog Deensch—Amerikaansche onderhan delingen hebben plaatsgevonden over de verpachting van stukken grond op het ei land aan Amerika, welk land daar dan radio- en vlicgluigstations zou oprichten, Postvluchten op Indië De positie van de Indiëvliegtuigen was gisteren: Uitreis: „Gier" (Blaak) te Jodh- poer. 21 April te Batavia venvacht. Thuisreis: Nandoe (Smirnoff) te Bas- rah, 20 April te Napels verwacht. Wielewaal (Gravis) te Medan, 23 April te Napels verwacht 1 EERBERICHT DE BILT SEINT» Venvachting; Matige, tijdelijk krachtige, overwegend Z.W, wind. Gedeeltelijk bewolkt, plaatselijk enkele buien, zelfde temperatuur als gis teren. mede de uiterste grens was bereikt. Verdere verhooging zon, zoo meende men, de opbrengst van de bedoelde belasting niet doen stijgen, doch doen dalen. Tenslotte werd bijval betuigd met het geen in de Tweede Kamer was betoogd in zake de wenschelijkheid van het leggen van belasting op inkomens en vermogens van Nederlanders in den vreemde. Na 1 Mei de prijs iets hooger. Er loopen op het oogenblik geruchten over de suiker. De één heeft van zijn kruidenier vernomen, dat dc distributie van suiker per 1 Mei zal ophouden en dat de suiker dan weer vrij komt, Ja, voegt een ander er aan toe, maar dan gaat de suiker veertig cent per pond kosten. En dan schudden de huis vrouwen sombergesteind het hoofd over de zware tijdn, die te wachten staan. Wij kunnen, aldus de „Msb." op grond van inlichtingen van bevoegde instanties, mede- deelen, dat noch het een, noch het ander juist is. De distributie van suiker wordt op 1 Mei niet opgeheven en de prijs van suiker wordt geen f 0.40 per pond. Het eenige wat er op 1 Mei zal gebeuren Is, dat de winklprijse van suiker iets Zal stij gen. Op grond van het wetsontwerp, dat mi nister De Geer op 10 Februari indiende, wordt immers de heffing op suiker per 1 Mei met 10 opcenten verhoogd, d.w.z. met f 2.25 per 100 kilo. Het Rijk heeft nu een maal geld noodig en de f 5.5 millioen, welke uit deze suikerheffing worden verwacht, zul len de Nederlandschc suikrgebruikers in de Meimaand beginnen op te brengen. Ieder kan zelf uitrekenen, dat de gevolgen van de ze extra-heffing niet van dien aard zijn, dat een prijsstijging tot 40 cent per pond ge wettigd is. Zij zal niet meer dan één of twee centen mogen beloopen. Uoei&al DRAEGER VERHINDERD TE SPELEN. De rechtsbuiten van het Neder- landsche eltfal, Dracger, heeft dc keuzecommiserie van den K.N.V.B. bericht, dat hij verhinderd is om a.s. Zondag te spelen in den wed strijd NederlandBelgië in het Olypmisch Stadion te Amsterdam. Dc D W.S.-er zal vervangen wor den door van den Engel (D.H.C.) Bas Paauwe is als aanvoerder van de Oranjeploeg aangewezen. Laatste training op het V.TJ.C' veld. Ondanks den regen heeft het bijna vol ledige Nederlandsche elftal met reserves gisteravond nog op het V.U.C-veld ge traind. Slechts Vroomen en Drager waren afwezig. Na afloop van de training kwa men allen, zooals gebruikelijk, in de V.U. C.-tent bijeen, waar zij door den voorzitter van de keuze-commissie, den heer HerberU werden toegesproken. alsmede de reeds bestaande havens vei* groolen en moderniseeren. DUÏTSCHLAND NIET OP GROENLAND? Tot een definitief besluit schijnen de on derhandelingen nog niet te hebben geleid; beide landen bewaarden er tenminste het diepste stilzwijgen over. Vermoedelijk moet de oorzaak daarvoor gezocht worden in den spoedig daarop uitgebroken oorlog. Doch daar de belangstelling, welke de Ver. Staten voor Groenland koesteren, algemedü bekend is. zullen de Duitschers het wel niet wagen, het eiland te bezetten. Het huiselijk leven van de Grocnlanders is in den loop der jaren weinig veranderd. Hoewel de mannen tegen een uurloon voor de regeering werken (b.v. in traankoke- rijen, hij het lossen der vischladingcn. enz.) zijn zij toch een vrij volk gebleven, zooals zij het als jagers altijd waren. Zij werken gemoedelijk, langzaam, en alleen als zij zin hebben meestal alleen uit nieuws gierigheid voor de nieuwe dingen, die zij te zien krijgen. De Grocnlander is niot blijvend voor het werk te winnen, daarvoor heeft hij zijn vrijheid te veel lief j

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1940 | | pagina 2