N E ZO KEUKENZOUT uit eigen ként! KRISTAIrZUIVERlf Het GeHeim unn vuren van Tohr Goed spel van Helder 2 'AKKERTJE BKC 1-HRC 3 3-0 TARZAN en de De oorlog gevolg van menschelijke onzuiverheid Atlas-Helder 2 1-4 Evenals Schagen, kan ook Atlas het niet tegen Helder H bolwerken, die gisterenmorgen wel met een bijzonder sterke bezetting in het veld verscheen. Het was dan ook te voorzien, dat Atlas alle zeilen zou moeten bijzetten om tegen dit Helder II een behoorlijk resultaat te halen. Atlas echter was bij lange na niet opgewas- schen tegen het veel betere spel van Helder II, die vrijwel over alle linies sterker was dan haar tegenstanders. Alleen doel verdediger De Ruiter was geweldig op dreef. Aan zijn magnifiek keepwerk is het te danken, dat het bij 41 bleef. En dan was er nog Dossie Snijders, die ondanks alles, bleef spelen voor wat hij waard is. De Helder-ploeg was voor eerst geheel op „oorlogssterkte". Ze lieten dan ook zien wat er bereikt kon worden met een volledige op elkaar ingespeeld elftal. Vooral Van Tongeren en v. d. Boogaerde lieten een samenspel zien, dat het een lust was om naar te kijken. Na de rust kwam dat nog meer tot zijn recht, herhaaldelijk waren zij de A.-backs te vlug af. De wedstrijd begint met een duidelijke veldmeerderheid van Helder, die haar dan ook al in de eerste vijf minuten twee doelpunten opleverden. Het eer ste ontstaat als men Quant geheel ongehinderd laat schieten naar den vrijstaanden De Leur, die zich handig vrij maakt en De Ruiter op slechts eenige meters afstands passeert, 01. Er zijn nauwelijks drie minuten na dit doelpunt verstreken, of het is weer De Leur die den voorsprong vergroot. Ditmaal uit een goed ge nomen corner van v. d. Boogaerde, die hij met een inschiet, 02. Atlas komt dan even in den aanval. Het is wel niet lang, maar juist voldoende om een tegenpunt te scoren, zy het dan ook door een groven blunder van De Schipper, die een ver schot van Gersen uit zijn handen laat glippen. Wel doet hij nog alle moeite om den bal te bemachtigen, doch tevergeefsch; de bal is de doellijn reeds gepasseerd, 12. Atlas vergroot de voorsprong van Helder. Het is linksbinnen Mos, die het na eenige vergeefsche aanvallen van Helder gelukt, uit een scrimage den stand op 13 te brengen. Atlas probeert den achterstand nog voor de rust in te loopen. Haast gelukt het, maar won der boven wonder wordt de bal toch nog weg gewerkt. Na de rust. Nog meer als voor de rust is Helder, gesteund door den wind, in den aanval. Al direct moet De Ruiter weer redding bren gen bij schoten van v. d. Bogaerde en Mos. Na een kwartier spelen zien wij het mooiste moment van dezen wedstrijd. Bij een Helder-samenspel wordt er zoo goed gespeeld door v. Tongeren en v. d. Boo gaerde, dat geen A.-speler er aan te pas Neem'n FEUILLETON door: Roy Vickers Torrartce Esdale 13. „Het was niet tot mij doorgedrongen, dat u het zoo zou opvatten," begon hij. Toen: „Natuurlijk kunnen wij ieder de helft betalen, als u daar op staat. Maar juffrouw Esdale, voordat wij dat doen, is er iets waar ik u op wilde wijzen." Zonder iets te zien, keek hij uit het raampje naar* de straten van Parijs, waar zij doorreden; klaarblijkelijk kostte het hem moeite zich te uiten en deed het hem leed. „Mijn houding tegenover u werd vele jaren voor uw geboorte al vastgesteld door iemand, die ik boven alles Hef had mijn moeder. Sedert haar dood hebben de vrou wen zich voor mij in twee soorten verdeeld: die, welke zy in haar huis welkom geheeten zou hebben en de anderen. Zij zou het zeer op pry's gesteld hebben, fndien ik u, op welke wijze ook, zou mogen helpen." „O, dank u!" Het trof Torrance en zij had spijt van haar woorden. „Ik vrees dat ik wel ontactvol ben geweest; natuurlijk zal ik deze reis graag van u aannemen. Vergeef mij." „U vergeven, juffrouw Esdale!" „Ja. En als bewijs moet u mij Torrance noemen. Wilt u dat doen?" „Een zeer ongewone en mooie naam," lachte meneer Massiter en beiden traden weer opgewekt gestemd het hotel Joryce binnen. Toen Torrance het hotel bekeek, voelde zij er zich toe aangetrokken. Het was niet zoo enorm als het Parnasus hotel, zelfs waren de karpetten op enkele plaatsen een beetje ver sleten; maar de gérant gaf meneer Massiter dadelijk enkele ineenloopende kamers en toen hy hoorde, dat zijn zaken cenigen tijd zouden duren, stelde hij een Engelsch-Fransche ty piste tot zijn beschikking. „Niet noodig. niet noodig. Juffrouw Esdale is mijn secretaresse. Maar wacht eens even u heeft het niet goed genoteerd, de suite is voor juffrouw Esdale. Een kamer met bad- komt. Het schot, dat v. Tongeren hierna inzendt, is zoo hard en zuiver, dat iedereen denkt aan een doelpunt. De Ruiter denkt er anders over en op wel buitengewoon fraaie wijze weet hij een doelpunt te voor komen. Bravo De Ruiter! Het wordt 41. Toch moet hy op het laatst zwichten voor een zuiver schot van Van Tongeren, die uit een trekbal van v. d. Boogaerde Helders vierde doelpunt zorgt, 14. Na dit deolpunt zijn er nog 10 minuten te spelen. In welke .minuten Atlas sterk komt opzetten. Ze stellen alles in het werk om nog een doelpunt te maken. Doch wat zij ook pro- beeren, het wil niet lukken. Eerst was er een hard schot van Snijders, dat De Schipper op de juiste plaats vond. Even later was het J. Wyker die twee mooie kansen krijgt. Het eerste schot gaat naast. Maar by het tweede schot was De Schipper reeds kansloos geslagen. De bal sprong van de paal jammeriyk voor Atlas, terug in de handen van De Schipper. Kort hierna fluit scheidsrechter, v. 't Hof, het einde. Als men alleen kennis neemt van den uitslag 30 voor BKC zou men kunnen denken, dat BKC zich keurig en volledig heeft hersteld van de nederlaag tegen Oudesluis. Dat is echter maar ten deele waar. Het vlotte by BKC alweer niet erg best en waar ook Raclng maar met een matig elftal ver scheen, was het een wedstryd, die maar weinig kon boeien. Tenminste vóór rust. Niettegen staande BKC den straffen bries toen meer had en HRC 3 in de verdediging gedrongen werd, waren de werkelijke gevaarlijke aan vallen op de vingers van één hand te tellen. Deze kwamen dan meestal van De Schipper, die enkele goede schoten en kopballen heeft gegeven, maar toch geen succes boekte, om dat keeper Goudswaard In prima vorm was. Eenmaal was BKC niet erg fortuinlijk, toen De Schipper een voorzet van Van Wee ver buiten Goudswaard's bereik tegen den paal kopte. HRC 3 stond vry behooriyk te verde digen. Spil Schoenmaker schaduwde De Schip per nauwgezet, wat ^n Racing's kant goed bekeken was. HRC 3 heeft het tegen wind slechts tot enkele vry ongevaarlijke tgeenaanvallen kunnen brengen. Tauber's meespelen is toch duideiyk een versterking! De tweede helft was interessanter dan de eerste. Doordat BKC er toen wat beter in kwam en... goals maakte, werd de stryd in eens weer met aandacht gevolgd. Reeds 3 min. na rust schoot Jan van Wees bij een algemee- nen aanval ineens hoog in (10) en er leek wat meer actie in te komen. Die kwam ook, maar niet alleen van BKC. HRC maakte zich het windvoordeel zooveel mogelgk ten nutte en gaf Tauber c.s. de handen vol. Mede dank zij de goed spelende halflinie waarin Llg- tendag en De Wilde opvielen en de terugge keerde Van der Goes liet zien nog steeds een bruikbare kracht te zijn kwam er geregeld opluchting en de voorhoede heeft dan ook ballen genoeg gehad. Vlot ging het daar echter allerminst en de belofte, die Jan van Wees' goal inhield, scheen niet te worden ingelost. Waar ook HRC 3 het net maar niet kon vinden, dacht ieder den wedstryd in een 10 zege voor BKC te zien eindigen. HRC blijk baar zelf ook. Ze drong tenminste tegen het slot nogal gedurfd op, wellicht om den gelijk maker te forceeren. Dit werd den bezoekers noodlottig, doordat Jan de Schipper 7 min. voor tyd kans kreeg om met een trough-pass er tusschen door te breken en Goudswaard na een korte dribbel geen schijn van kans te geven (20). Nog geen minuut later was het 30 toen De Schipper een voorzet van links op fraaie wyze inzette. Zoodat de BKC-aanhang nog vrij voldaan het veld kon verlaten. De heer Freeke leidde goed. DTS 1-Nieuwe Niedorp D.T.S. wint de toss en het is N. Niedorp, dat den bal aan het rollen brengt. By D.T.S. zün er 2 van de gemobiliseerden aanwezig, n.1. Tromp en Carnas, zoodat D.T.S. met een goed elftal den strijd aanvangt. Met de rust leidde D.T.S. met 10, hetgeen een paar min. voor het einde door een off-sidebal in een geiyk spel werd omgezet. Direct na den aftrap neemt D.T.S. den bal over en de keeper van N. Niedorp krijgt eenige harde schoten te verwerken. N. Nie dorp zit echter ook niet stil en is een tijd lang in den aanval. De D.T.S.-verdediging kan den bal, ondanks dert wind in den wind in den rug, maar niet weg krygen, zoodat het er een tydje slecht uitziet. De wind heeft echter veel afbreuk aan het spel gedaan. Vooral de ballen, die op de vleugels gespeeld werden, waren voor de buitenspelers bijna niet te krijgen. Na een minuut of 25 krygt Carnas den bal vanuit de half-line toege speeld. Hy passeert met een paar van zijn handige trucjes, een stuk of 3 Niedorpers en besluit dit met een goed schot, onhoudbaar voor den keeper (1—0). Wat de Niedorpers ook doen, het gelukt ze niet om voor de rust geiyk te maken. Na de rust zetten de Niedorpers alles op alles om gelijk te maken. En het ziet er een tydje critiek voor de Deetjes uit. Eindelijk, een minuut of tien voor het einde, weten ze gelijk te maken. De grensrechter appelleer de. maar het mocht niet baten. Zoo kwam het einde met gelijken stand. De scheidsrechter hebben we wel eens beter gezien. Wieringerwaard 2- Petten 2 1-6 Petten kreeg meer dan haar toekwam; Wie- ringerwaard was erg ongelukkig met het schieten. Beide ploegen vonden een hechte ver dediging tegenover zich; vooral de keepers, óók van Wieringerwaard, war engoed op dreef. De doelman van Wieringerwaard was even te licht voor het werk. Het samenspel van Petten was goed ver zorgd en daardoor aardig om aan te zien. Wieringerwaard treuzelde voor het doel der gasten wel eens te lang, en gaf daardoor de gasten gelegenheid om in te grypen. „Meer schieten" moet het parool zyn, heeren Wie- ringerwaard-reserves Vóór de rust kon de Wieringerwaard-doel- man éénmaal gepasseerd worden; daarna wis ten de zeekustbewoners nog vyf maal te scoren. Wieringerwaard slaagde er slechts in de eer te redden. De wedstryd begon over tyd, omdat de scheidsrechter niet kwam opdagen. Blauw-wit A.D.O. 0-3 In een op behoorlijk peil staanden wedstrijd heeft ADO verdiend van Blauw Wit gewon nen, al zyn de cyfers ongetwyfeld wat ge flatteerd. Vooral in de tweede helft waren de Amsterdammers sterk in de meerderheid, er waren perioden, waarin het Haagsche doel belegerd werd. Wy telden niet minder dan negen hoekschoppen op het doel van Koek, driemaal trapte of kopte een der achter spelers van de bezoekers den bal nog uit het doel, toen de keeper reeds gepasseerd was. Een strafschop werd door Wilders precies in de handen van Koek geschoten, feiten, waar uit blgkt, dat het den Amsterdammers niet meezat. Een overwinning met een doelpunt ver schil zou een beter resultaat zyn geweest. De zege hebben de Hagenaars wel verdiend, dank zij wat vlotter samenspel, een beter verband tusschen de linies en het feit, dat zy beter van de kansen, die voor hen minder talrijk waren, hebben geprofiteerd. Het was een forsche wedstryd, waarin scneldsrechttr Boekman enkele waarschuwingen moest uit- deelen, doch gelukkig bleef het daarby. De spanning in deze afdeeling is door dit resul taat sterk toegenomen, want Blauw Wit leidt nu nog maar met twee punten vóór D.W.S. en A.D.O., met nog twee wedstryden te spe len voor deze drie vereenigingen kan alles ge beuren. Voor de rust scoorde J. Evcrsteyn na keurig samenspel met den rechtsbuiten Vreken. BI. Wit was over het algemeen iets meer in den aanval en enkele malen ontsnapte het Haag sche doel op het nippertje aan een doorboring. De Haagsche aanvallen waren wat minder talrijk, doch door de snelheid en het zuivere aangeven waren deze eigenlyk gevaarlijker dan die van de thuisclub. In de tweede helft verhoogde De Heer den voorsprong na vyf minuten, een doelpunt, dat eenigen twyfel wekte in verband met buiten spel, doch de heer Boekman was zeer beslist by het toekennen van dit doelpunt. Er volgde een belegering van het ADO-doel, de midden linie van de Hagenaars bleef achter, terwijl zelfs de binnenspelers in teruggetrokken posi tie opereerden, teneinde de verdediging in haar taak te verlichten. Talryke hoekschoppen wer den genomen, enkele doelworstelingcn hadden geen resultaat, een paar zuivere schoten hield door Edgar Rice Burroughs Rutang lachte grimmig, terwyi hij Tarzan het wapen overhandigde en hem beval naar Zwarte Malluk te gaan. Tot verbazing van de toeschouwers liet de aapman de speer vallen en wandelde rustig naar het woedende dier toe. De jonge reus keek hem nydig aan. Ongewapend naderde Tarzan het hok. „By den God van Rathor!" riep Ukah, „hy gaat zyn dood tegemoet. Dat dier is een doder." En alsof hy de woorden van Ukah tot waar heid wilde maken, kwam Malluk een paar passen naar voren, zyn slurf hoog opgeheven, gereed voor de aanval. Maar Tarzan maakte geen beweging om te vluchten. Inplaats daar van sprak hy tot den olifant op een kalme manier. „Tantor! Vando Tantor!" Zwarte Malluk bleef staan, aarzelde, flapte met zyn grote oren. Weer sprak Tarzan in de taal van de apen, een taal, die door vele dieren van de jungle op verschillende manieren wordt verstaan en begrepen. De olifant kwam weer dichterby, doch zyn hele woede was op eens verdwenen. Hy liet zyn slurf weer zak ken. Tarzan streelde hem. Zo won de aapman een nieuwen vriend, die voorbestemd was in de opwindende gebeurtenissen van de komen de nacht een buitengewone rol te spelen. keeper Koek goed uit doel en toen tenslotte Wilders een wegen hands toegekenden straf schop miste, was de stryd beslist: de Amster dammers lieten den moed zakken en zoo kon midvoor P. Eversteyn enkele minuten voor het einde na een uitval den stand op 30 brengen. TOESPRAAK VAN DEN' PAUS. Tijdens de heiligverklaring van twee per sonen heeft de Paus gisterochtend in de Sint Piter een toespraak gehouden, waarin hij o.m. zeide „Er zijn zooveel menschen tegenwoordig, die niel streven naar het eeuwige geluk, maar aardscho genoegens najagen, en zoo veel menschen. die hun fouten niet trach ten -te herstellen en hun ziel trachten te zuiveren. Het gevolg van dat alles is: de oorlog, die reeds acht maanden lang het kamer op een hoogere verdieping is voor my al voldoende." „Nu heeft u hen heelemaal in de war ge bracht," zei Torrance zachtjes, terwyi zy in de lift naar boven werden gebracht. Ondanks haar zorgen, kon zy nog lachen om zyn ver warring. „Juffrouw Esdale, Torrance, ik zou, liever dan jou eenig ongemak te bezorgen, met het grootste genoegen In een ander hotel gaan logeeren." Torrance lachte nu hardop. „Maar als je het nu werkelijk prettig vindt, dat Ik hier blyf", voegde meneer Massi itcr er aan toe, „dan blyf ik. Het is fyn om je weer eens te hooren lachen. HOOFDSTUK XV. Angst. De suite, die Torance kreeg, was wel met smaak ingricht, doch had betere dagen ge kend en was in overeenstemming met haar gedachten, doch niet met haar garderobe. Terwyi zy haar bagage aan het uitpakken was, bekeek zij het eenvoudige mantelpak, dat zy aanhad en de zwarte avondjurk, die In Torquay zoo geschikt was geweest, zy zuchtte diep, spreidde de jurk uit op het lage bed en plotseling had zy er een h$kel aan. „Ik heb een hekel aan al myn kleeren!" Zy ontdekte dit met een gevoel van op luchting. Vele jaren, vanaf het tydstlp dat zy zich met Ge raid verloofde, had zy zoo wei nig mogeiyk voor zichzelf uitgegeven en nu uitte haar diepe teleurstelling zich in bet verlangen, haar schoonheid te kunnen toonen en de mooiste kleeren te bezitten, die Parys haar kon verschaffen. Gerald had haar ge negeerd hy "kon zeggen wat hy wilde, hy had een ander boven haar verkozen. Waarom zou zij dan eiken cent sparen? Zy had zin, alles uit te geven wat zij bezat en op zoek te gaan naar een ryken man waarom niet? Andere meisjes deden het toch ook! Rijkdom was niet iets laags, het gaf macht en naam. Ook dit kwade oogenblik ging voorby. Zy liet zich boven op de zwarte avondjurk vallen en verborg haar gezicht in haar handen, daar het huilen haar nader stond dan het lachen. Zy schaamde zich diep, Gerald hield nog van haar en omdat hy haar nog liefhad, mocht zy hem niet teleurstellen. In gedachten was zy nog steeds de zyne; zelfs misschien nog meer dan vroeger. zy stond op, verfrischte en verkleedde zich en ging naar haar zitkamer. Meneer Massiter zat op haar te wachten. „Het is te laat om nog koffie te drinken en te vroeg om te gaan dineeren," zei hy, „dus heb ik maar een uitgebreide thee com plet besteld. Ik heb eigenlyk juist bedacht, dat je waarschyniyk niet ontbeten hebt en als we gegeten hebben, vind ik, dat we met een taxi naar de villa van professor Ellister moesten gaan." „Heeft het Amerlkaansche consulaat..." „Weet niets. Heb ik juist opgebeld." Een kellner, die zoo precies op een Engel- schen butler leek, dat zyn Fransch gemompel haar deed schrikken, bracht een serveer-boy met allerlei gebak er op. binnen. Meneer Mas siter, voor wien het verboden was zulke heer lijkheden te eten, zuchtte en keek vastbe raden het raam uit. „Wat slappe thee en wat citroen." verzocht hij haar, „en een droog biicuitje, als er een by is. Ik had eigenlyk dien slagroom niet mo gen nemen, voordat we vertrokken. Maar al dat gepraat over oude mannen. werkeiyk oude mannen heeft my overmoedig ge maakt." Plotseling richtte zyn blik zich op een bepaald punt op straat en zei hy niets meer. Toen Torrance hem zyn thee bracht, zag zij dat hy naar een man keek, die aan de overzijde van de straat tegen een deur ge leund stond en schynbaar aandachtig zyn courant las. „Ik heb dien kerel op het vliegveld gezien, terwijl hy bezig was de taxi te bestellen. Hy verdween om den hoek van een loods, maar ik ben verziende en merkte nog juist zyn lan gen neus op." Hy keek Torrance aan. „Het heeft er alle schyn van, dat wy moeten we ten met wien wy te maken hebben, voordat wij ergens mee beginnen, Torance. ï-aat eens kyken zou er iets zyn, dat jy even tjes ik weet het, het postkantoor. Ga even naar het dichtstbyzynde postkantoor en bel daar... het Amerikaansche consulaat en vraag hen... wat je maar wilt! Maar let er op of men je volgt en kom dadeiyk terug. Beneden wisselen zy wel geld voor je. Wacht even. je thee." Maar Torrance vond, dat haar thee best kon wachten. Binnen de drie minuten had zy haar hoed op en jas aan en wandelde met flinken stap naar het postkantoor. De ver zoeking om achterom te kijnen naar den man met de courant was groot, maar zy weer stond haar en ging een zystraat in. Zy kende den weg in Parijs tameiyk goed. maar de zystraten brachten haar In de war en enkele oogenbltkken later moest zij den weg aan een voorbyganger vragen. Juist toen zy hem bedankte, passeerde de man haar. Hij liep recht tegen een vrouw op, die een ^roote mand droeg en maakte atjn excuses. bloed doet vloeien onder de menschen die ons zoo dierbaar zijn; de oorlog, die reeds onmetelijke rijkdommen heeft vernield en zooveel landstreken in vuur en vlam heeft gezet". Singapore had rumoerig Meifeest De politie te Singapore heeft vuur gegeven op een Chineesche menigte van eenige hon derdon personen. De menigte had twintig politiebeambten aangevallen tijdens hier ge houden 1 Mei-hetooginpen. Drie Chineezen worden getroffen. Er zijn twee ernstig ge wonden. Men gelooft, dat plaatselijke com munisten tot de betoogingen hebben aange zet. Verscheidene politiebeambten werden ge wond. De toestand is nu rustig. Zy hoorde zyn stem, die heel hoog en heesch klonk. De man liep door en ging een sigarenwin kel binnen. Door een toevallige omstandig heid waren de etalagespiegels zoo geplaatst, dat zy, In het voorbijgaan, een oogenblik zyn gezicht zag. Een bleek gezicht, als van een rat, met een neus, waar een lachwekkend lange punt aan zat, met een teruggedrongen kin; zyn handen waren juist omhoog geheven om zyn sigaret aan te steken en zy zag dat zy enorm waren, totaal buiten verhouding met zyn andere ledematen. Enorm en beenig. Rillend liep zfl door. Plotseling werd zy doodeiyk bang zy kon nauweiyks den eenen voet voor den anderen plaatsen. Enor me handen en ze hadden Oom Julius ge wurgd enorme handen had Annabelle met haar kindergezichtje er by gestaan en gekeken hoe het gedaan werd Zy bracht haar eigen hand omhoog en trok aan de hooge sluiting van haar Jurk die zat veel te strak... Zy moest en zy zou zich beheer- schen. Toen stond zy ineens voor het postkantoor. Gelukkig was de telefooncel leeg en kon zy cr dadelijk gebruik van maken; zij trok de deur achter zich dicht en leunde er tegen. Haar hart bonsde; zy had nauweiyks de kracht het telefoonboek open te slaan en het nummer van het consulaat op te zoeken. Zy had moeite met de ongewone geldstukken en de telefoon, die iets anders werkte dan zy gewend was. Alles leek wazig. „Consulat Américain!" hoorde zy een za kelijke stem zeggen. Het gaf haar weer moet, goeie hemel, zy moest ongeveer zenuwziek zyn, als zij zoo nerveus werd by het zien van de handen van een man. Zy vroeg om de „afdeeling Algemeene Za ken" en hoorde weldra een Amerikaansche stem, die haar aan meneer Massiter deed denken. „Met wie spreek ik?" Maar opnieuw kon zij niets zeggen. Dcor het zyraam van de telefooncel, had zy den man naar het postzegelloketje zien gaan. In zyn ecne enorme hand hield hy een munt stuk raapte er een postzegel mee op. de andere hing. als by een aap, recht omlaag, de vingers gekromd. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1940 | | pagina 7