in nieuwe banen
Hulpverleeniag
aan een Eogelschraan
Nationaal-socialistische
grondslagen
De raad voor volkshuishouding der na
tionaal-socialistische beweging in Neder
land heeft sedert zijn oprichting, nu een vijf
tal jaren geleden, een aanzienlijke hoeveel
heid practischen arbeid en studiewerk ver
richt.
Nu deze raad. vooral na de oorlogsdagen
van Mei 1940, meer en meer het punt is ge
worden, waaromheen zich de krachten groe-
peeren, die de Nederlandsche volkshuishou
ding in nieuwe banen zullen leiden, werd
het oogenblik gekomen geacht om aan zijn
uitgewerkte plannen en aan zijn voorgeno
men werkwijze ruime bekendheid te geven.
Ter bereiking van dit doel werd in het Wil
lem de Zwijgerhuis in Den Haag, waar deze
raad zetelt, een persconferentie gehouden.
Dc heer W. O. A. Koster, leider van ge
noemden raad, heeft in deze samenkomst
een schets gegeven van het tot nu toe ver
richte werk en van de grondslagen, waarop
verder kan worden gebouwd.
Wij hebben ons, zoo zeide dc heer Koster,
die van den aanvang af dezen Raad in sa
menwerking met Mr. Dr. H. J. von Bruc-
ken Fock, leider van 'sraads bureau, heeft
geleid, in dien tijd beziggehouden met de
bestudeering van economische vraagstuk
ken met het oog op den tijd. die 'komen
ging en dien wij thans gekomen achten. De
periode der economische herorganisatie is
ingetreden en onze voorarbeid, aldus spre
ker, is gereed. De algemeene beginselen
.icener Nederlandscjie Nationaal-Socialisti-
ische Volkshuishouding, zooals die in 1937
zijn vastgesteld, zijn ongewijzigd gebleven,
doch de pers heeft toenmaals weinig aan
dacht eraan geschonken. In herinnering
moge worden gebracht, dat volgens dat pro
gram de nationaal-socialistische volkshuis
houding wordt beheerscht door zedelijke be
ginselen (gebondenheid aan God en van den
individueeicn mensch aan gezin, grond en
volk), dat zij als grondslag den eigen aard
aanleg en geschiedenis van het Nederland
sche volk aanvaardt, en dat de nationaal-
socialistische staat door middel van den
corporatieven opbouw de volkshuishouding
moet richten op de hoogere doeleinden der
vol ksgemeenschap.
Er bestaat nu een verheugende be
langstelling voor nieuwe organisa
tie van het bedrijfsleven, maar tege
lijkertijd heerscht er grooto verwar
ring, omdat velen den koers niet we
ten te vinden. Men kent hier te lan
de de vier „zuilen": de roode, de ka
tholieke. de protestantsch-christelij-
ke en de neutrale geestesstrooming.
Maar men kan geen werkelijke een
heid bereiken, wanneer men die
zuilen laat staan, wg^it, zoo ging de
heer Koster voort, dan zou het
slechts een schijneenheid blijken tc
zijn.
De Raad voor Volkshuisvesting der N.S.B.
gtelt. zich op het standpunt, dat de bedrij
ven als zoodanig moeten worden samenge
bonden en dat de klassenstrijd niet mag tc-
rugkeeren. De rechten van den arbeider zul
len in het. nieuwe stelsel een grootere ey-
kenning vinden dan zij ooit hebben gehad,
Niet de strijd in de bedrijven, waardoor dc
rechten van den arbeider in het. gedrang ge
naakten, maar de corporatieve opbouw van
het bedrijfsleven dient het fundament te zijn,
waarop onze economische organisatie be
hoort te worden opgebouwd.
Een j,algemeene" werkgevers-organi
satie van bedrijven, die met elkan
der niets te maken hebben, zooals
schoenenfabrikanten met sigarenfa
brikanten of baksteenproducenten,
kan een heel gezellige sociëteit
vormen, maar daadwerkelijke resul
taten mag men van zulk een orga
nisatie niet verwachten, zeker niet
ten bate van de volksgemeenschap.
Ook de middenstanders vormen geen
afzonderlijk menschdom.
Slechts wanneer vakbelangen samengaan,
kan men tot behoorlijke regeling komen van
productie en distributie, waarbij echter
steeds het gemeenschapsbelang boven het
groepsbelang in het oog dient te worden ge
houden. Fabrikanten en winkeliers in het si-
garenvak bijvoorbeeld kunnen een groeps-
eenheid vormen, met een eigen leiding, doch
deze zal weder worden overkoepeld door de
tabak. De leiders der groepen zullen bij voor
keur uit het vak worden gekozen en dan zal
steeds de beste en meest deskundige de aan
gewezen figuur zijn. Zoo wenscht men een
.viertal hoofdgroepen te zien gevormd, t.w.
voeding, kleeding, woning en bouw en ver
keer. Wellicht is nog een vijfde hoofdgroep
noodig voor de cultureele bedrijven, zooals
radio en film, omdat deze naast cultureele
waarden ook bedrijfsbelangen hebben te be
hartigen.
Daarboven dient een economische raad te
staan, die voor het geheel verantwoordelijk
is aan den leider der volksgemeenschap.
Wij zullen, aldus spreker, met dezen op
bouw slagen, alleen al omdat wij gelijk heb
ben gekregen door de feiten, die voor ieder
zichtbaar zijn. Reeds hebben vooraanstaande
personen uit verschillende bedrijven hun in
stemming met dezen opzet betuigd. Wij zoe
ken geen bepaalde personen, doch wij zijn
overtuigd, dat uit de bedrijven zelf de ge-
wenschte leiders naar voren zullen treden,
die erkennen, dat het eigen belang achter
staat bij het groepsbelang en dit laatste we
der bij het algemeen belang. De landslei-
ding heeft uitsluitend het landsbelang in
het oog te houden.
Het Nederlandsche volk, aldus de heer
-Koster, is in zijn eenlingen een volk, dat
er zijn mag, maar de organisatie van dat
volk heeft vele jaren in tal van opzichten
te wenschen overgelaten, omdat de leiding
zwak en verward was door verdeeldheid.
De heer von Bruckcn Fock voegde hieraan
nog eenige inededeelingen toe betreffende
Nederlandsche nationaal-socialistische han
delsvoorlichting.
Het spoedig weder op gang bren
gen van het internationale handels
verkeer, aanvankelijk beperkt tot den
contincntalen goederen- en dienst-
ruil, is zoo zeide hij voor Ne
derland van het grootste belang,
doch evenzeer ook voor zijn voor-
naamsfe handelspartners op het Eu-
ropeesche vasteland: Duitschland en
Bclgic.
Op het oogeniblik is het de militair-politie
ke constellatie, die in Duitschland, Neder
land en Belgic op het handelsverkeer tus
schen die landen haar zeer bijzonderen stem
pel drukt. Ook daarna zal het kader, waar
binnen in een herordend continentaal Euro
pa het handels- en zaken-verkeer tusschen
de genoemde landen zich zal afspelen; voor
schriften, formaliteiten, vergunningen enz.
noodzakelijk maken, die een nauwkeurige
kennis daarvan vereischcn.
Alleen een organisatie, die door de perso
nen harer leiders den waarborg biedt, dat
met de nieuwe opvattingen omtrent de rol
van het internationale handelsverkeer bin
nen het systeem van geleide volkshuishou
dingen ten volle wordt rekening gehouden
zal, volgens spreker, in staaat zijn, met de
in aanmerking komende instanties in ge
noemde drie landen op doeltreffende wijze
het noodzakelijk contact op te nemen en
te onderhouden.
Op grond van bovenstaande overwegingen
werd mede in overleg niet de leiding van
den Raad voor Volkshuishouding der N.S.B.
besloten de „Nederlandsche Nationaal-So-
cialislische Organisatie voor Handelsvoor
lichting" Niederlaendischer Nationalsozialï-
tischer Wirtschaftsdienst) op te richten, met
kantoren te Den Haag en Berlijn, en eer
lang ook in de hoofdsteden van andere, daar
voor in aanmerking komende landen.
RECHTSZAKEN
BOSCHARBEEDERS HIELPEN EN
GELSCHE PILOOT ONTVLUCHTEN
HOOFDSCHULDIGE KRIJGT
DRIE JAAR TUCHTHUISSTRAF;
VIER ANDEREN TWEE JAAR;
ééN WERD VRIJGESPROKEN.
Verslag van ontsnapping uit
Zeister bosschen
Gistermorgen werd door het Deutsche
Kriegsgericht te Utrecht de zaak behandeld
tegen zes boscharbeiders uit Zeist en om
geving, die er van verdacht werden op Don
derdag 27 Juni j.1. een Engelschen piloot
hulp verleend te hebben en hem daarna te
hebben ontvoerd, nadat er kort te voren een
luchtgevecht tusschen Engelsche en Duit-
sche vliegtuigen boven de gemeente Zeist
was geleverd.
Het Engelsche vliegtuig was neergestort
en aan den piloot was het gelukt, op eenige
honderden meters boven den grond uit het
brandende toestel te springen en zich met
behulp van een parachute in veiligheid te
stellen. De vliegofficier werd het eerst op
gemerkt door de boscharbeiders vanS. uit
Zeist, van U. uit Utrecht en M. uit Zeist.
Zij liepen op den Engelschen vliegofficier
toe, hielpen hem van zijn brandende para
chute af en brachten hem in een in de na
bijheid gelegen schatkeet. Intusschen hadden
Duitsche en Hollandsche militairen maat
regelen genomen om het terrein, waarop het
toestel was neergekomen, af te zetten.
De boscharbeider H., die zag, dat er ge
vaar voor den Engelschman dreigde, gaf
dezen den raad, zich voorloopig ergens in
het bosch te verbergen. De ai-beiders de J.
en van K. begaven zich op behoedzame wijze
met den vliegofficier in de richting van Aus-
terlitz, in de hoop, geen Duitschers te ont
moeten. Toen zij evenwel toch een Duitschen
officier tegenkwamen, die hen vroeg, of zij
een Engelschen vlieger hadden gezien, ant-
woordden zij ontkennend en brachten den
Duitscher op een valsch spoor.
Inmiddels had de arbeider van U., op ge
zag van H. de vliegerkleeding van den En
gelschman verborgen en ook alles opgex-uimd,
wat er op kon wijzen, dat de boscharbeiders
den vlieger in de keet hadden gebracht en
zijn wonden hadden schoongemaakt. Ande
re ai'beiders, die ook toeschouwer waren
geweest bij het luchtgevecht, opperden het
denkbeeld, den vlieger niet alleen voor het
onmiddellijke gevaar te verbergen, doch
hem zoo mogelijk voor altijd uit de hand
van de Duitschers te houden. Eerst maak
ten een paar arbeiders bezwaren, doch een
van hen, van S.t drong er sterk op aan te
helpen. Hij zelf nam den vlieger mee naar
zijn woning, verkleedde hem met een van
zijn eigen confectiepakken en gaf hem bij
zijn vertrek nog een gulden mee. Een kilo
meter bracht van S. den Engelschen piloot
den weg naar Utrecht op en toen zei hij
tegen hem: „hier is de tramhalte, en zie
maar, dat je je verder redt".
Later kwam uit, dat de vliegofficier de
wijk had genomen naar Den Helder en
sindsdien heeft men niets meer van hem ge
hoord. De arbeiders echter werden door de
Duitsche politie gearresteerd, en gistermor
gen kwam de zaak voor het kriegsgericht.
Ter zitting werd allereerst gehoord de
jongste boschax-beider H., die had meegehol
pen bij de blussching van het neergestorte
toestel. Hij was ook aanwezig geweest in
de keet en had den vlieger vei'bonden. Toen
andere arbeidei's den Engelschman wegvoer
den, had hij de kleeren van den piloot bij
eengeraapt, om ze daarna ergens in het
bosch te begraven.
Verdachte erkende zich schuldig gemaakt
te hebben aan een ontoelaatbax-e daad, doch
vertelde, dat hij op het moment van het on
geluk de gevolgen van zijn houding niet
had overzien.
De volgende verdachte, de gehuwde arbei
der van S., werd door den px-esident geducht
aan de tand gevoeld. Verdachte moest
nauwkeurig vertellen, wat hij met den pi
loot in zijn huis had gedaan. Op een vraag
hoe de Engelschman er uit zag en hoe oud
hij was, antwoordde S'., dat het een jongen
was van achttien jaar en dat hij zoo mager
was als brandhout.
President: „Waarom heeft u den vlieger
in uw huis verzorgd?"
Verdachte: „Mijn menschelijk gevoel
schreef mij voor, dat ik dien man moest
helpen. Als het een Duitsch officier was ge
weest, die in handen van de Engelschen ge
vallen zou zijn, zou ik net zoo goed gehol
pen hebben".
President: „U begrijpt toch wel, dat u hier
handelde in strijd met de Duitsche wet?"
Vex'daclite: „Ja, achteraf wel. Maar op dat
oogenblik wilde ik alleen een mensch hel
pen die in doodsgevaar verkeerde".
President: „Hoe wist u dat?''
Verdachte: „Ik dacht, dat hij nu wel dooi
de Duitschers vermoord zou worden, als zij
hem te pakken zouden krijgen".
De volgende verdachte, van lv„ vx'oeg aan
den px-esident of de publieke tribune kon
worden ontruimd en de vorige verdachten
konden worden weggevoerd, omdat hij meen
de, dat er hier een vuile rol gespeeld werd
door een der verdachten.
Op zijn verzoek werden de verdachten weg
geleid en dc publieke tribune ontruimd.
Toen vertelde van K. dat van S. tijdens het
vooronderzoek althans naar zijn meening
leugens aan de Duitschers had opgedischt.
Van S. had wel degelijk den opzet gehad,
den piloot in veiligheid te brengen en of hij
nu verklaart, dat er een derde is, wiens
naam van S. niet wil noemen, het is alleen
S. geweest, die in deze zaak de hoofdi-ol heeft
gespeeld.
De president was van meening, dat de ver
dachte voor deze verklaring niet de zaal had
behoeven te laten ontruimen.
Tenslotte werd toegestaan dat de verdedi
ger van Van S., mr. Mui-man, met zijn cliënt
apart 'n bespreking mocht hebben, om als
nog te trachten op te sporen, wie de „ge
heimzinnige derde" zou zijn.
Voor dit intermezzo'was op last van den
President de zittinggeschoi-st. Na herope
ning werd van S. opnieuw verhoord. De pre
sident vroeg met klem of hij „den derde"
wilde noemen.
Van S. verklaarde, dat hij den geheimzin-
nigen man wel gezien en zelfs met hem ge
sproken had, maar dat hij hem niet bij na
me kende. Veel verder kwam men niet met
dit ondex-zoek. Hierna werden de ax-beiders
van Sch. en van I. gehoox-d, die den piloot
geholpen hebben om over een hek te klim
men. Gezamenlijk Hebben zij den vlieger
naar een keet gebracht en hem daar over
gegeven aan anderen, die den Engelschman
ontkleeden, zijn wonden behandelden en den
vlieger vervolgens in arbeiderskleeren sta.
ken.
Thans werden van de zes beklaagden de
ai'he." der de J. gehoord. Deze had bij de ploeg
arbeiders gestaan, toen de Duitsche officier
hem had gevraagd, waar de Engelschman
was gebleven.
Op dat moment echter vertoefde de ver-
kleede Engelschman te midden van de ar
beiders, maar niemand zei, dat de vlieger
zoo dicht bij was. Integendeel de meest te
genstrijdige meeningen werden den Duit
schen officier opgedrongen. De een riep
„daar heen is hij gegaan", de ander vertelde
„wel neen. hij is den anderen kant uitgeloo-
pen". Hoe het ook zij, de Duitscher kon ex-
geen touw aan vast knoopen, maar had al
lerminst het vermoeden, dat hij den piloot
bij wijze van spreken een hand had kunnen
geven.
De laatste verdachte de J. werd er van be
schuldigd niet gezegd te hebben, waar de
vlieger was, terwijl hij wist, dat de man
naast hem stond. Verdachte erkende het
hem tenlaste gelegde, doch ontkende den
Duitschen officier misleid te hebben.
„Ik heb niets gezegd", luidde zijn positief
antwoord.
De behandeling van de zaak had inmid
dels ruim drie uur geduurd, toen begonnen
werd met het verhoor van de getuigen.
Allereerst werd een beambte van de Grue-
ne Polizei gevraagd, of hij van meening was,
de verdachten de waarheid hadden gespro
ken, hetgeen hij bevestigend beantwoordde.
Daarna werd de rechercheur van politie
E^okland gehoord.
President..." wat denkt U, zou een van
deze beklaagden nog contact hebben met
den Engelschen piloot?"
Handenarbeid bij den aanleg van het
kanaal van Oudkarspel naar Kol
horn
Getuige..." dat is mij niet bekend. Dat lijkt
mij niet waarschijnlijk"
President... „Vreemd, zooveel menschen
hebben zich met den piloot bemoeid en nu
weet niemand, waar hij uithangt en hoe het
hem gelukt is te ontsnappen."
Nadat het getuigëverhoor ongeveer ander
half uur in beslag had genomen, hield de au
diteur-militair een zeer uitvoerig requisitoir.
Hij wees hiex-in op de laakbare handelin
gen, die de verdachten hebben gepleegd en
zeide, dat in Duitschland zeker de doodstraf
op een dergelijk misdrijf zou volgen.
Hij wilde echter voor de Nederlandsche ar
beiders grootmoedigheid betrachten en
eischte tegen de hoofdschuldigen S. en N.
resp. tien en acht jaai*. De andere verdachten
hoorden ieder twee jaar tegen zich eischen.
Verdachte S. is de hoofdschuldige omdat
hij het is, die den piloot in zijn huis heeft
verborgen en hem kleeren verschafte en
geld gaf, opdat hij uit de handen van de
Duitschers zou blijven. H. heeft den En
gelschman van de keet in het bosch wegge
voerd en hem zoodoende in veiligheid ge
bracht.
HET VONNIS.
Na een zitting van meer dan Zes uur heeft
ten slotte het Kriegsgericht uitspx-aak ge
daan.
De hoofdschuldige S. werd veroox-deeld tot
dx-ie jaar tuchthuisstraf.
Vier anderen kregen twee jaar, terwijl
dx-ie jaar tegen hen was geëischt en de
laatste werd vrijgesproken, omdat niet be
wezen kon worden, of hij wel daadwerkelijk
bij de ontsnapping een aandeel had gehad.
Bij de motiveering zeide de president dat
het kriegsgericht voor dit geval de laagste
straffen had gegeven. Volgens de Duitsche
wetgeving kon men niet minder gaan. Men
begreep, dat de arbeiders in spontaniteit
gehandeld hadden en dat zij de draagwijdte
van hun daden niet hebben kunnen overzien.
Daarom zijn zij er thans nog zoo genadig
afgekomen, doch zij moesten als voorbeeld
gesteld worden voor andex-en, die zich mis
schien er toe zouden laten misleiden, Engel
schen te helpen, indien de Duitsche politie
hen wilde arresteeren.
Naïef Wasnington
Het Spaansche blad In formaciones schrijft
het volgende over de conferentie te Havanna:
De aldaar aangeslagen toon is zoo naief,
dat de ware bedoelingen van de Veveenig-
de Staten worden blootgelegd. Amerika
vormt geografisch wel een eenheid, maai'
tusschen Noorden Zuid bestaat een onovex1-
brugbare geestelijke kloof. De Vereenigde
Staten probeex-en een Amerikaansche saam-
hoorigheid aan te kweeken, welke uitsluitend
hun eigen belangen dient. Met het aanbieden
van de rol van beschermer aan het Ameri
kaansche continent, bedoelt Washington ei
genlijk niets andei's dan zijn materieels heer
schappij over Latijnsch Amerika.
MEXICO WENSCHT BUITENLANDSCH
KAPITAAL.
President Cardcnas heeft in een toespraak
tot vertegenwoox-digers van den Bond van
Vakvereenigingen verklaard, dat de regee-
ring er naar streeft den levensstandaard van
het volk te verhoogen. Daarbij kan buiten-
landsch kapitaal een groote rol spelen. Mexi
co biedt tegenwoordig gunstige beleggings
mogelijkheden.
Terugkeer van Duitschers
uit Littauen
In verband met de Duitsch-Russische on
derhandelingen over de verplaatsing der
volksduitschers uit de Noordelijke Boekowi-
na en uit Bessarabië, verneemt de corres- j
pondentie „Dienst aus Deutschland" dat men
ook voornemens is de in Littauen wonendo i
30.000 Volksduitschers naar Duitschland te I
doen terugkeeren. Eerlang zal dit voornemen j
tot uitvoering worden gebracht. Na vol-}
tooiing van cle reeds begonnen nieuwe poli-
tieke ordening in de Baltïsche landen en na
afloop, van de oogstwerkzaamheden zal hier-
mede een aanvang worden gemaakt.
ONDERHANDELINGEN TUSSCHEN
MANDSJOEKWO. MONGOLIë EN RUSLAND
Het departement van buitenlandsche za
ken deelt mede, dat op grond van de over
eenkomst van 9 Juni tusschen Togo en Molo-
tov, op 1 Augustus te Tsjita de onderhande
lingen zullen beginnen over de grensafbake-
ningslijn bij Nomonhan. Mandsjoekwo za|
daarbij door den afdeelingschef fan het de
partement van buitenlandsche zaken Noboe-
sada Hsinomoera, Mongolië door generaal
Dorutsji en Sovjet-Rusland door kolonel
Smirnov. vertegenwoordigd worden.
ANTI-ENGELSCHE BETOOGINGEN OP
CYPRUS.
Naar het Italiaansche blad „de Messagero"
meldt, hebben zich op Cyprijs. en in 't bij
zonder te Kantoon en Micosia heftige anti-
Engelsche betcogingen voox-gedaan. De poli
tie moest ingrijpen. De gouverneur van het
eiland heeft het politiecorps onder militair
bevel gesteld en den uitzondex-ingstoestand
afgekondigd.
DE VERANTWOORDELIJKE FRANSCHE
LEIDERS.
Uit Vichy wordt gemeld ,dat nog niet be
slist is, vooï* welk rechtscollege de personen,
die verantwoordelijk zijn voor het uitbreken
en de voortzetting van den oorlog en voor
de nederlaag van Frankrijk, zullen worden
geroepen. Waarschijn lijk zal dit het Hoogge
rechtshof zijn. Binnenkort zullen de namen
dergenen, die ter verantwoording zullen wor
den geroepen, bekend gemaakt worden.
Goudvcrvoer in de
Vereenigde Staten
Het ministerie van financiën heeft een
bedrag van 1.6 millioen dollar verkregen om
goud ter waarde van vijf milliard dollar van
de Federal Reserve Bank tc New York te
laten overbrengen naar de Amerikaansche
schatkamer in Foi't Knox. Dit goudvex-voer
moet geschieden omdat de gewelven van de
Federal Reserve Bank te New York door den
toevoer van goud uit Europa geheel gevuld
zijn. Het vervoer van het goud geschiedt in
pa'ntsertx*einen, waarvan elke trein goud ter
waarde van ongeveer honderd millioen dol
lar meeneemt. Na dit vervoer zal Fox-t Knox
de helft van het Amerikaansche goudbezit
ter waarde van 20.4 milliard dollar of 40 per
cent van den wereldvoorraad bevatten.
Graafwerk in Hollands Noorderkwartier. Van Oudkarspel naar Kolhorn is een
kanaal van 28 meter breedte in aanleg, waarvoor de werkzaamheden in vollen
gang zijn
De grond, welke gegraven wordt voor het in aanleg zijnde kanaal van Oud
karspel naar Kolhorn wordt per kipkar-trein vervoerd, om vijf kilometer verder
voor wegenaanleg gebruikt te worden