£en poldermolen
verdwijnt.,...
De iotrekkiog der
autobusconcessies
Nieuwe Niedorp's gemeentehuis
gerestaureerd
L.T.M. blijft paraat!
Donderdag 22 Augustus 1940
Tweede blad
en het edele gilde der
molentim tnerlieden
sterft uit
Eens sneden sissend de cirkel
zagen zich door het hout, knar-
rend draaide de boor in de ga
ten. Uit ruwe brokken keihard
hout werden figuren en model
len te voorschijn getooverd, die
de kap van de watermolens
draaibaarheid en stremming ver
zekerden.
En nu? Nooit meer zal Yde
Wester, de laatstovergebleven
molentimmerman, zijn oogen
richten op de lucht als hij een
taai karwijtje onder handen
heeft
„Het is een leuk ding. Jammer, dat het
wegraakt. Voor de kanalisatie, hè?"
Het is inderdaad een leuk ding, als we het
beschouwen uit de hooggelegen voorkamer
van de woning, die even over de Huijgen-
dijker brug op liet punt staat, waar vier
waterwegen samenkomen en samen een plek
natuur vormen, die al is er ook al iets van
liet oorspronkelijke verdwenen, toch nog vol
is van oneindige bekoring.
De wolken, rusteloos voortgedreven, spelen
hun spel aan den Augustushetnel, een don
kere bui hangt broeaend in het Noordwes
ten, het zonnetje steekt waterig, sterke wind
vlagen doen het gepluimde riet golven, ver
der op den ringvaart schittert juist in een
open zonnevlak het blank-witte zeil van een
jachtje, dat al la voerende zijn weg zoekt.
Recht vooruit het molentje, dat gedoemd
js te verdwijnen, sloopcrshandcn hebben
reeds één loods gedeeltelijk weggevaagd, van
de andere werkplaats zijn de pannen wegge
nomen, doch liet kot is nog ongeschonden,
in sterke omlijning steken dc groengeverfde
romp en de wieken af tegen den donkeren
hemel.
Plots komt de wensch op: Fotografeeren,
nog eenmaal fotografeeren, voor dit beeld
.voorgoed tot het verleden zal bchooren.
king over een polderbaas met zijn ambachts-
vol k.
We kunnen aannemen, dat zich onder de
ze polderbazen zeer kundige en vakbekwa
me personen hebben bevonden. Het polder
bestuur ging in den regel niet over één nacht
ijs en diegenen, die wel eens de vergaderin
gen van dit bestuur hebben bijgewoond, kun
nen zich voorstellen, dat voorheen de benoe
ming van een nieuwe „baas" dikwijls van
lange voorbesprekingen en deliberatiën is
vergezeld gegaan.
Er is iets veranderd
Er is in de laatste jaren in deze omgeving
waar zich vroeger de Jan Boy es overtoom be
vond en waar begonnen werd met het uitzet-
ten van ringdijk en ringvaart van den pol
der, al iets veranderd.
Een liooiklamp staat nog, waar voorheen
de behuizing zich bevond, het laatst bewoond
door den heer C. Kerkmeer. Eertijds, toen
deze woning met het bijbelioorende erf nog
diende tot schuitenmakerij, bevond zich on
geveer tegenover „dc Hengelaar" een voet
bruggetje, dat de verbinding met den Oudor-
perkant bewerkstelligde.
Een woning van dezelfde structuur en ma
kelij, meer in de richting van de Halvemaens-
brug staande, is eveneens reeds ten offer ge
vallen aan de vcrbrecdïng van de trekvaart.
Ook maakte dc oude Huijgcndijkerbrug
plaats voor een nieuwe, die meer aan de
eischen van het moderne verkeer beant
woordt en waarover bet aantal geoorloofde
kilogrammen per as, niet zoo gelimiteerd is.
Bij het grondwerk van deze nieuwe brug
stuitte, men op zwaar steen werk, dat deed
denken aan den dorpel van een vroegere
doorlaatsluis.
Tevens vond door verbreeding van het dijk-
Hcliaam -aan den Hugowaardschen kant ver
betering der aansluiting van de nieuwe brug
mot Westdijk en Huijgendijk plaats.
Ook de boerenbehuizing vlak tegenover
deze brug zal verdwijnen, terwij,! timmerwin-
kel en woning, die zich naast „den Henge
laar" bevinden, nog in den loop van dit jaar
ontruimd zullen moeten worden.
Binnen niet te langen tijd zal dus
op dit plekske, dat bij den aanvang
der droogmaking van den polder wel
dikwijls in het teeken des tijds ge
staan zal hebben, zich een geheel ge
moderniseerde omgeving bevinden.
„De Hengelaar" blijft.
Alleen café „De Hengelaar" met zijn aan
lokkend uithangbord zal daar dan nog zijn
en een rustpunt bicden aan hen, die recre
atie op en aan het water zoeken. Omgeven
door roei- en andere bootjes zal de oude
nimmer moe wordende vïsschersman, mis
schien een nieuw tijdperk van bloei gaan be
leven als hij een punt van aantrekking weet
te worden voor waterminnend Alkmaar.
Over al deze dingen spreken we en over
de nollen, die van Oudorp af doorloopen tot
in de Hugowaard, waar men op sommige
boerderijen in liet Zuideind nog altijd zand
kan graven, al is hel dan bij kruiwagens
vol en niet meer bij driewielde karren, zoo
als voorheen. Een feit is het, dat bij nat en
vochtig weer liet vee deze nollen echter weet
aan te wijzen. Met vlijt er zich liever op
neer dan in de vochtige omgeving er van.
Het molentje staat nog rustig in zijn ge-
sohonden omgeving. De wieken zullen niet
meer in den wind happen, de zeilen zullen
niet meer worden aangeslagen, het volk in
de werkplaats zal niet meer zeggen: Hoor
dat kleine, nijdige ding eens tekeer gaan.
Waarvoor maalde 't molentje?
Waar diende dit molentje in zijn omgeving
Van riet en water dan eigenlijk voor?
In tegenstelling met sommige andere pol
ders cn waterschappen, die de massa van het
onderhoudswerk aan schoeiïngcn. bruggen,
molens, enz., steeds aanbesteedden,werd dooi
den polder Heerhugo'waard de massa van
dit werk in eigen dienst verricht.
Hiervoor had het polderbestuur de beschik-
In het reeds eerder aangehaalde gedenk
boek vinden we omtrent deze „polderbazen",
thans meer weidsch „opzichter van den pol
der" genoemd, het volgende:
„De „baase" speelden in den polder
een gewichtige rol, zij waren blijk
baar de eerste vertrouwensmannen
van de heeren regenten. Als dijkgraaf
en heemraden hun reis naar den pol
der „gereguleerd"hadden en als zij
dan aangekomen waren per jacht,
dienden de timmer- en molenbazen
van veel technische quaesties en
meestal besloot het college vervol
gens conform".
Aan de technische kwaliteiten van deze
„bazen" dankt naar alle waarschijnlijkheid
ook „liet. molentje" zijn bestaan. De oude
ren in den polder weten nog van „baas Ger-
rits", het geslacht van middelbaren leeftijd
herinnert zich nog „baas Mocjes", zooals hij
op zijn fiets de geregelde tochten langs de
polderwegen en -dijken maakte. Op per rij
wiel onbereikbare plaatsen, waar hekken of
duikers aan een inspectie moesten worden
onderworpen, begaf zijn hooge gestalte zich
„per voet" door de landerijen.
Ongeveer vijftig jaar geleden brandde de
oude werkplaats van den polder af. Uit en
door de samenwerking van de beide genoem
de „bazen", waarvan de laatstgenoemde toen
nog eerste molentimmerman was, kwam „op"
de nieuwe werkplaats „het molentje" tot
stand.
Een edel gilde sterft uit.
Een woord nog voor deze beide mannen.
Met de molens is ook de categorie molen-
timmerlieden aan het verdwijnen. Ieder, die
wel eens een molen van binnen bezien heeft,
zal verwonderd staan van de techniek, die
in sterke, zware balken, proppen, stutten
cn vijzels verscholen is in dit naar buiten
zoo eenvoudig, dik met riet gedekte gebouw-
sel.
Er zijn er nog enkelen, die van hun pril
le jeugd af in dit vak zijn opgegroeid en het
nog beoefenen (we denken b.v. aan de ge
broeders Poland in onze gemeente) en het
molenmaken in al zijn knepen en grepen
doorgrondig verstaan, doch ook hier kan
men met recht spreken van de verdwijnende
oude garde.
De beide genoemde bazen waren liet er
over eens, dat het molentje de kracht van
den wind tot velerlei dienstig moest maken.
En het werd een allemansvrind.
In de eerste plaats dreef het de groote
raam zaag, waarmede het in den tijd, dat de
molenwieken nog van grenenhout waren,
deze gevaarten, wier lengte tusschen 83 en
65 voet schommelde, na afkeuring tot allerlei
kleiner materiaal voor grindhokken, be
schoeiingen en dergelijke maakte, nadat bet
ze met de lier uit het water had getrokken.
Dit was echter maar van korten duur, aange
zien spoedig de techniek ijzeren molenroe
den voorschreef.
Er bleef echter nog genoeg te doen over.
Aan een molen zitten veel onderdeelen, die
een kunstige bewerking vragen, als daar zijn
de vijzels met hun duigen, die zoo gezaagd
moeten worden, dat zij den loop van den vij
zel in zich hebben. Deze duigen, konisêh ge
zaagd, werden tot een geheel met z.g. Zwced-
sohe spijkers rond den vijzelas bevestigd. Al
de daartoe noodige werktuigen werden door
„het molentje" gedreven.
Sissend sneden de cirkelzagen zich
door het hout, knarrend draaide de
boor de gaten. Uit ruwe brokken kei
hard hout werden figuren en model
len te voorschijn getooverd, die de
kap van de watermolens draaibaar
heid en remming verzekerden.
Tn den loop van den tijd werd een verbe
tering aangebracht door aanbrenging van
een vliegwiel. Hierdoor werd verkregen dat
de loop regelmatiger werd, daar de stooten
van den wind werden opgevangen en de
kracht overgebracht in de draaiende bewe
ging van het wiel. Een smidse ontbrak even
min in de werkplaats. Om dc blaasbalg zijn
werk te laten doen, zoodat het vuur vonkend
opspatte, behoefde men slechts een handle
om te draaien en buitenwind werd omgezet
in kracht, die blaaswind teweegbracht.
De tegenwoordige smid, de beer Bult, heeft
voor het laatst aan de smidse aan den Oud-
dorperkant, gestaan.
Ook zal daar het fluitje niet meer klinken,
waarvan de leiding van het polderhuis onder
de ringvaart door naar de werkplaats liep,
zoodat er ten alle tijde verbinding was, als
men met het vlot over wilde.
Noch zal Yde Wester, de laatst overgeble
ven molentimmerman van den polder, zijn
oogen richten op de lucht als hij een taai
karweitje aan de hand heeft, dat, als er maar
wind was, in een oogenblikje voor elkaar
zou zijn.
Ook het rookvat, landsheerlijke gedachte
nis, zal verdwijnen. Want, de polderbazen wa
ren van ouds vischliefhebbers en „fuikten"
achter en om het molentje naar hartelust,
Als dan de vangst eens extra groot was, wer
den eiken krullen bij elkaar geraapt en de
paling nadat zij „doodgeloopen" waren in
een pot met. zout, aan ijzeren roedjes over
het smeulende vuur gehangen en onder een
natte zak tot heerlijke gerookte paling ver
werkt.
Al deze dingen en wat er zoo meer om
de werkplaats en het molentje zweefde, zul
len verdwijnen.
De provincie heeft het terrein noodig voor
den kanaalaanleg. Gedeeltelijk zullen de
werkplaatsen gemoderniseerd weer worden
opgericht nabij het motorgemaal aan den
Huygendijk.
Naar we vernamen is het molentje aan de
vereeniging „De Hollandsche Molen" aange
boden, onder beding, dat deze zelf voor den
sloop zou zorgen.
Geruchten gingen reeds, dat het in den om
trek van Arnhem zou worden opgebouwd,
doch we konden deze geruchten tot nog toe
niet bevestigd krijgen.
(Nadruk verboden.)
DE MOEILIJKHEDEN
NIET ZOO GROOT.
Op bezoek bij de H.A.B.0.
DE MAN, DIE ANDERS UW VA-
CANTIE VERZORGT, HEEFT
THANS ZELF .VACANTIE.
Toen bet bericht bekend werd, dat de
concïessies van de 'autobusdiensten tijdelijk
waren ingetrokken, en dat daarvoor even
eens tijdelijk andere in de plaats waren ge
steld. stelden wij ons in verbinding met de
H.A.B.O., waar dc directeur, de heer Boon,
gaarne bereid bleek ons de.noodige inlich
tingen te verschaffen,
Al dadelijk wees hij. ons er op, dat
er van beperking van het aantal
diensten geen sprake was. Zelfs
was de nieuwe regeling voor de.
H.AB.O. vermoedelijk nog iets beter
dan dc voorafgaande, zoodat er niet
de minste aanleiding was om zich
in het bijzonder over deze laatste
wijziging te beklagen.
Overigen» is het aantal diensten nog het
zelfde als voorheen. Het. verschil met vroe
ger is slechts, dat de verschillende dien
sten met een veel geringer aantal bussen
wordt onderhouden, zoodat slechts het aan
tal gelegenheden is beperkt, vrij sterk be
perkt zelfs.
De heer Boon schreef dit toe aan het. feit,
dat een concessie, vooral de concessies
Noord-Holland, die zijn verleend, niet voor
een bepaalden tijd, doch feitelijk eeuwig
durend, een zeker recht vertegenwoordigen,
dat door de overheid niet zonder meer kan
worden ontnomen. Wel zijn de houders van
de concessies verplicht hun tarief, en dienst
regeling aan de overheid ter goedkeuring
voor te leggen cn langs dezen meer indi-
recten weg kan op den internen gang van
zaken eventueel grooten invloed worden
uitgeoefend. Hetgeen onlangs, in verband
met liet lieerschend gebrek aan vloeibare
brandstoffen ook inderdaad is geschied.
Dat toen op drastische wijze Is ingegre
pen, moge blijken uit het feit, dat de
bestaande diensten thans worden onder
houden door zes bussen tegen 22 voorheen.
Dit, beteekéndè natuurlijk een nadeel voor
bet. bedrijf, al moet dit niet worden over
schat. Eenerzijds is het gevolg, dat de dien
sten tegenwoordig dooreen genomen beter
zijn dan voorheen, terwijl daarnaast de
overheid in zoovere is tegemoet gekomen,
dat het ontslag van 35 man personeel is
goedgekeurd.
Intusschcn heeft ook liet autobusbedrijf
zich moeten aanpassen en men is daarin
betrekkelijk goed geslaagd.
Bij deze aanpassing ging het niet slechts
om het feit, dat bet bedrijf "als gevolg van
het drastisch' beperkte autobusverkeer
sterk is verkleind, daarnaast staat ook
het reisverkeer, dat vooral des zomers lang
zamerhand zulk een enormen omvang had
genomen, vrijwel geheel stil. Welk een om
vang dit laatste had genomen, moge blij
ken uit enkele cijfers, die ons werden ge
noemd. Verleden jaar is bet gebeurd, dat
gedurende een enkele week 80 diensten
werden georganiseerd, hoofdzakelijk in liet
binnenland en enkele in liet buitenland. De
H.A.B.0. zelf verzorgde verleden jaar niet
minder dan 5500 diners en 4500 koffieta
fels. Voor een goed deel was deze drukte
het gevolg van de destijds door den mid
denstand. o.a. in de Zijpe, opgezette recla
mecampagne.
Stilte.
Nu heerscht in bet H.A.B.O-reisbureau een
stilte, die door niets wordt verstoord en 't
is typeerend. dat de chef van de zaak juist
in de maand Augustus gelegenheid had
eenige dagen met vacantie te gaan.
Evenwel, zooals reeds gezegd, liet bedrijf
heeft zich weten aan te passen. Voorname
lijk is dit kunnen geschieden door zich toe
te leggen op vrachtvervoer, ten deele voor
het leger.
De groote moeilijkheid, die daarbij echter
werd ondervonden, was eenerzijds d«e om
standigheid, dat geen nieuwe wagens te
EEN FRAAI GEBOUW. DEGELIJK
EN PRACTISCH INGERICHT.
ALLE EER AAN DE PLAATSELIJ
KE VAKLIEDEN I
Burgemeester Fluister is trotsch op zijn
gerestaureerde raadhuis en hij kan dat zijn!
Het gebouw is van binnen zóó veranderd,
dat het haast niet meer te herkennen is.
Hier past een woord van hulde aan de
plaatselijke vaklieden, die dat allés zoo keu
rig voor elkaar gebracht hebben, aan den
gemeente-opzichter, den heer Strijder en
tenslotte aan den burgemeester zelf, die zijn
kamer naar persoonlijke smaak zoo, we
zouden haast zeggen „magistraal" heeft in
gericht. We kunnen ons voorstellen, dat
collega's den heer Pluister benijden. De
wanden zijn in lichte tint gehouden, liet
bovenste gedeelte in relief-behang, liet on
derste in imitatie Japansch linnen. Er staat
'n fraai Old-Finish ameublement met bureau-
ministrc en conferentietafel. Een enkel
schilderstuk, maar dan ook een kunstwerk,
van de hand van den schilder-burgemeester
Schrijuder uit Gröotebrook, siert den muur
en is zeer gunstig opgehangen boven de
mooie schouw. Het schilderij is een ge
schenk van de Banne.
De raadszaal is onveranderd gebleven, bo
ven op den corridor hangen .foto's van vier
voorgangers van den tegen woord igen burge
meester, wijlen de heeren Van der Stok Sr.
(1859—1899). Van der Stok Jr. (1899—1910),
P. Koopman (19101926), A. Visser (1926—
1931).
Wat nu burgemeesterskamer is, was
vroeger secretarie, de secretarie is naar be
neden verplaatst en betreedt men links van
de met fraaie tegels afgewerkte hall. Het is
een ruim, licht vertrek, waar de gemeente
secretaris. Mr. van der Molen en zijn man-
Een fraai interieur uit de burgemeesters
kamer van het gerestaureerde raadhuis
te Nieuwe Niedorp.
(foto Breebaart).
nen zitten, frisch geschilderd. Er zijn flinke
archiefkasten.
Nieuw is ook de bodekamer, waar de
heer Strijder, die behalve bouwkundige ook
politioneele kwaliteiten bezit, als gemeente
veldwachter cn bode zijn werk doet. De
bodekamer is thans ook distributielokaal.
Achter'dit. vertrek bevindt zich een prettige
werkkamer en deze komt weer uit op een
minder prettig vertrek: de cel.
Toch heeft m<en het den onvrijwilligen gas
ten niet al te ongerieflijk willen maken, er
is een hel, waarmee zij de diensten des be
wakers kunnen inroepen en het vertrekje is
electrisch verwarmd. Aangebouwd is een
magazijn met archiefzolder, een practisch
gebouw, dat zijn diensten wel zal bewijzen.
In den tuin achter het. huis staan
bruine boonen. Als eens weer een andere
tijd aanbreekt, zal men er wat. sierheesters
neerzetten, maar voorloopig kijkt Mr. van
der Molen uit zijn raam iederen dag nog
op dit nationale volksvoedsel.
Vermelden wij nog, dat de heer Fans aan
nemer van het werk was, de heeren Keet
man cn Rezelman het gebouw binnen en
buiten geschilderd hebben, dc heer van
Rossem zorgde voor het electrisch licht en
de heer Toornstra voor dc waterleiding on
het. sanitair. Alle ramen van het raadhuis
hebben thans dezelfde groen-pluche gor
dijnen, wat een rustige sfeer schept.
De totale kosten bedroegen f 12.000.—,
waarvan f 10.000.— bouwkosten en f 2000.—
meubilair.
Gisteren, na de raadsvergadering, is het
gerestaureerde gebouw officieel geopend,
waarvan wij elders in dit blad verslag ge
ven.
krijgen zijn, terwijl daarnaast het feit,
dat Nederland zich in het bijzonder had in
gesteld op het vervoer met Amerikaansche
wagens zijn speciale bezwaren opleverde.
Reeds spoedig waren Ford- en Chevrolet-
onderdeelen bijna niet meer te krijgen, zoo
dat de vervanging groote moeilijkheden
met zich bracht. Dit, alles had ten gevolge,
dat soms moest worden gereden met and/er
en minder materiaal, dan dc maatschappij
zelf zou willen.
Waar echter de wil aanwezig was, bleek
de weg ook hier te kunnen worden gevon
den en niettegenstaande de tellooze beslom
meringen, waaraan het auto vervoerbedrijf
tegenwoordig onderhevig is. zal ook hier de
zakenman zich trots alles, doorheen wor
stelen
Vraagprogramma voor de ten
toonstelling te Hoorn.
L.T.M. wil zeggen „Vereeniging tot het
organiseeren van Land-, Tuinbouw-
Middenstandsbelangen en deze vereeniging
blijft paraat, ondanks den moeilijken tijd,
waarin wij thans leven. De vereeniging be
sloot toch haar jaarlijksche tentoonstelling
te houden en wel op Woensdag 18 Septem
ber a.s. te Hoorn. Het bestuur schrijft ons
als volgt:
De Vereeniging achtte dit besluit ge
rechtvaardigd op de overwegingen, dat ge
tracht moet worden het economische le
ven zoo gewoon mogelijk te doen door-
ïaan, maar ook op aandrang van belang-
ïebbenden uit de fokkerijwereld, zoowel
van rundvee als varkens, schapen en gei
ten
Tengevolge hiervan hebben wij de eer U
hieronder aan te bieden het vraagprogram
ma voor de afdeeling geregistreerd rund
vee.
Rubriek 1. U/2 jarige stieren. Rubriek 2.
2y2 jarige stieren Rubriek 3. Oude stieren.
Geldprijzen voor deze 3 rubrieken in to
taal 100.
Waar momenteel weinig oudere stieren
in de provincie aanwezig zijn, behoudt het
Bestuur zich het reclit voor, óf deze laat
ste rubriek in te trekken, óf alleen me
dailles beschikbaar te stellen.
Rubriek 4. 4 hokkelingen afstammend
van een vaderdier. Geldprijzen totaal 30.—
plus medailles voor de beste individuccle
dieren.
Rubriek 5. 3 melkvaarzcn afstammend
van een vaderdier. Geldprijzen totaal 40.—
Rubriek 6. 3 melkwenters of 3 oudere
melkk. afst. van een vaderdier. Geldprijzen
totaal 50,
Rubriek 7. Melkvaarzen (individueel).
Geldprijzen totaal f 25.
Rubriek 8. Melkwenters (individucel).
Geldprijzen totaal 30.
Rubriek 9. Melkkoeien ouder dan twen
ter (individueel). Geldprijzen totaal 50.—.
Bij onvoldoende inzending in een dezer ru
brieken, kunnen in overleg met de jury de
bedragen der geldprijzen worden gewijzigd.
Inleggeld voor de individuéele nummers
in de rubrieken 1, 2, 3 en 7, 8 en 9 a 1.—
per dier, moet bij dc aangifte direct wor>
den voldaan. Wenscht men dieren uit de'
fokgroepen individueel mee te laten din
gen. dan moet het inleggeld hiervoor be
taald zijn. Hieraan wordt beslist, de hand
gehouden. Aangifte en betaling der inleg-
gelden moeten vóór 1 September plaats vin
den op de daarvoor te verstrekken formu
lieren bij den heer E. Koster Dz. te Berk
hout.
vangen aan 's morgens
De keuringen
9.15 uur.
Het Bestuur van de L.T.M.
J. Sijp, Alkmaar, Voorzitter.
F. Butter, Hoorn, Secretaris.
484ste STAATSLOTERIJ
(Niet officieel)
2de klasse 3de Ijjjst
Trekking van Woensdag 21 Augustus 1940
Hooge Prijzen
f 1000.— 24283
f 100.— 20715 20974
Prijzen van ƒ30.—
1054 1190 1242 1708 2061 2159
2650 2870 3065 3236 3463 4097
5239 5445 5597 5733 6347 6447
7191 7595 7959 8284 8802 S013
9668 10014 10436 10520 11195 11540 44(04
11817 11884 12182 12917 13139 13374 13383 13487
13o37 13653 14094 14161 14269 14559 14577 14834
14857 14989 15454 15526 16419 16536 16701 17044
17081 17277 17498 17597 18243 18409 18801 19319
ÜiÜ 19331 19535 19539 19616 19778 19804 20156
20477 20872 20885 20964 21425 21932 2283.9 22881
24894 23040 23214 23290 23511 23715 24033 24882
2302 2367
4146 4398
6720 6975
9033 9578
11767
Wolhandkrabben aangetroffen
In de Vecht heeft, men de laatste dagen
opnieuw eenige wolhandkrabben aangetrof
fen. Visschers vingen bij Maa'rssen drie, bij
Vreeland twee en bij Breu kelen een exem
plaar van deze gevaarlijke vernielers van
dijken en visschersnettgn.