Boerenhoogtijdag in Hoorn De Landbouwjongerendag De droom van Wouter Sluis ...ENWATNU! Fokveetentoonstelling en Laodbouwjongerendag Verrichtingsproeven Middenmeer verwezenlijkt Donderdag 19 September 1940 Tweede blad FR. VAN DEN WIELEN OVER: „DE NIEUWE TIJD". Van vrijhandel tot gesloten economische ruimte VOOR NEDERLAND BLIJVEN DE PIJLERS: LANDBOUW EN VEETEELT, MET EEN INDUS TRIE DAAROP GERICHT. HOORN, Woensdag. Wie vandaag door West-Friesland rijdt, is getuige van een stertocht naar de oude Zuiderzeestad Hoorn en het plein voor liet station is vol bakwagcns, vrachtauto's en fietsen. De heel landbouwende en veetelen- de bevolking is vanmorgen op het rad ge klommen en heeft zich Hoornwaarts ge spoed. Want in Hoorn is wat te doen vandaag! De vereeniging Landbouw- Tuin bouw- en Middenstand organiseert een tentoostelling van rundvee, paarden, scha pen, varkens en gieten, en aan deze tentoonstelling is verbonden een hippisch sportfeest. Verder wordt op dezen dag de landbouwjongeren dag gehouden, zoodat al met al het voor Hoorn een schoon feest is! Bij de officieele opening in de „Roskam" spreekt de voorzitter, de heer J. Sijp, en ge- Jvaagd van de moeilijke omstandigheden, waaronder deze dag plaats vindten dankt ook degenen die bij de voorbereiding hebben geholpen. De burgemeester van Hoorn, de heer Leemhorst roemt de eenheid van stad 'en land, welke dagen als dezie mogelijk inaakt, zwaait den initiatiefnemers lof toe en daarna verspreiden de officieele men- schen zich tusschen de bezoekers op de Veemarkt, waar het al spoedig gezellig druk is. Vele fokkers uit onze omgeving waren aanwezig met fraaie inzendingen, waarvan ide volgende werden bekroond: Frans 2-43 van Groenhoven, eig. Hoog land, Paarlberg en Brak, Dirkshorn, fok ker, Groneman, Wieringerwaard, eerste prijs; Frans 242 van Groenhoven, eig. Reïjne en Spaans. Barsingerhorn, fokker Groneman, Wieringerwaard, derde prijs. Stieren, geboren in 193S: Pel Roland, eig. K. Groot Pzn., Hoogwoud, fokker J'b. Kaan* Szn., Wieringerwaardtweede prijs; Bonk jes Frans, eig. D. en N. Kaan, Wieringer waard, fokker Jb. Kaan Kzn., Wieringer waard, eerste prijs. Stieren, geboren in 1937 of vroeger: Aag jes Lindy, fokker-eigenaar P. Donker, Hoog woud, eerste prijs. Drie melkvaarzen. afstammend van één vaderdier: Juliana 17, Dieuwertje 20, Auike 25, fokker-eigenaar P. Donker Jzn., Hoog woud, derde prijs. Drie melkvaarzen, afstammend van stier- Frans 14: Jannetje 1G, P. Hoogland, Scha- gerwaard, Greta 35, R. Vader, Dirkshorn, Greta 36. A. Francis, Schagen. fokker R. [Vader, eervolle vermelding. Drie melktwenters, stier Lux v. Marie 18; Auke 20, Juliana 14, Dieuwerjte 16, fokker- eig. P. Donker Jzn., Hoogwoud, eerste prijs. Drie melktwenters van stier Frans A 23: Betsy 17, Tessel 11. Dieuwertje 66, fökker- eig. Jb. Kooij Ozn., Nieuwe Niedorp, twee de prijs. Melktwenters: Catricn 10. fokker-eig. W. J. Keesom, N. Niedorp. vierde prijs; Betsy 17, fokker-eig. J. Kooij Czn., Nieuwe Nie dorp, tweede prii.s Oudere melkkoeien: Prinses, foktker-eig. R. L. Waiboer, Anna Paulowna, derde prijs Prinses II, id., eerste prijs; „Anna Pau lowna", id., vijfde prijs; Klaasje 11. fokker- eig. P. Hoogland Dzn., Scliagerwaard, vier de prijs. Melkvaarzen individueel: Maartje 8. fok ker-eig. Gebr. Grootes, Nieuwe Niedorp, eervolle vermelding; Catrien 11, fokker-eig. W. J. Keesom, Nieuwe Niedorp, eervolle Vermelding; Jannetje 16, fokker-eig. P. Hoogland, Sohagerwaard, eerv. verm. Paarden. Van de 3-jarige en oudere paar den behaalde een vierde prijs Unianta, eig. C. Mooij. St. Maarten. gehouden in de groote Parkzaal is druk be zocht. Onder de aanwezige autoriteiten mer ken wij naast de burgemeester van Hoorn en burgemeesters van omliggende gemeen ten o.m. op de heeren Ir. Smeding, burge meester van Wieringermeer, Ir. Lienesch, de heer N. Iluizinga, inspecteur van den landbouw en het" landbouwonderwijs, mevr. VisserVen uit Bergen het bestuur van de bond van oud-leerlingen R.L.W.S. te Schagen. Voorzitter van deze vergadering is de heer P. S. Eenhoorn te Heerhugowaard, vroeger te St. Maarten. De heer Eenhoorn zegt o.m. het volgende, na een overzicht van de we reldgebeurtenissen te hebben gegeven: Dat onze organisatie, nog onaangetast haar werkzaamheden kan voortzetten, is naar m'n bescheiden meehing, een bewijs, dat. hoewel nog wel wat valt te verbeteren, de grondslag waarop zij berust, goed is. Dat. ook de geest onzer leden gezond is, getuige het feit. dat op onze laatste Algemeene Vergadering met algemeene stemmen be sloten werd, deze Landbouwjongerendag doorgang te doen vinden. Wij zullen ons ten volle hebben te con- centreeren en wanneer wij zulks niet van boven af willen zien opgelegd, dan zal het zaak zijn, dat zelf te doen. Ons streven, dat naast uitbreiding van onze wetenschap pelijke alswel cultureelc vorming van het individu, is thans dan ook meer dan eens geboden. Ik zou dan ook gaarne zien, dat b.v. de kleinere afdeelingen, meer contact zochten tot samenwerking met grootere afdeelingen ofwel dit ware mogelijk nog beter, met af deelingen ter plaatse der bestaande stands organisaties. Zoo voortbouwende, moeten we trachten een stapje nader tot het beoogde doel te geraken. De infase, waarin we verkeerden, was niet alleen van materieelen, doch ook van moreelen aard. Wanneer het zal mo gen gelukken, tot, betere gelijkschakeling met andere groepen te komen, dan kunnen en dan zullen, wij onze taak in deze nieuwe tijd aanvaarden. „DE NIEUWE TIJD." Di\ van den Wielen, secretaris van het volkshoogeschoolwerk in Nederland, en thans secretaris van de Ned. Unie houdt in de ochtendvergadering een inleiding over „den nieuwen tijd." Spr. vangt aan te zeg gen, dat nu zooveel geleden is en nog gele den zal worden het moeilijk is op den ach tergrond den nieuwen tijd te zien. De wereld worsteling voltrekt zich nog iederen dag, lie ver zegt spr. daarom „De toekomst tegemoet" Spr. gelooft aan een verandering der tijden, die voor den 10e Mei haar beslag reeds heeft gekregen. Deze tijd kondigde zich reeds lang geleden aan; Ondanks dat kwam de brochu re van Dr. Colijn. „Op de grens van twee we relden" uit. Inderdaad de oude wereld ver dwijnt, de nieuwe komt langzaam op. Voor wat ons land betreft ziet spr. de ontwikke ling als volgt. Om deze te begrijpen moet men eerst in de geschiedenis va nons land grijpen, die niet. alleen een geschiedenis van jaartallen en feiten is, maar eerder de bron waaruit, de nieuwe geschiedenis is te putten. Spr. behandelt de punten in ons land, Mid deleeuwen, hoog kapitalisme en de periode die thans is aangevangen. De middeleeu wen gaven ons volk als landbouwers en veetelers te zien, met de dorpskernen als economische knooppunten. Men produceerde voor zich zelf en dreef, met de overschotten ruil-handel. In de kleine provinciesteden ontwikkelde zich de macht en het ambacht, welke beide gaandeweg grootere beteekenis kregen. De boeren .ginggen produceeren voor de in dustrie als "laken ban del enz., de landbouw kreeg een breedere functie, 'n gedeelte van den boerenstand, vooral in het Noorden vormde zich om tot de stand van schippers- kooplieden, die Europeesche handel ging drijven. In andere landen, ontstonden Nederland- sche schipperskolonies,. De Nederlandsche samenleving kenmerk te zich door de ecuwen en thans nog door landbouw en scheepvaart, de twee pijlers van ons maatschappelijk leven, als derde pij- ter kwam de industrie, die aan landbouw en scheepvaart verbonden is. Als gevolg van een en ander kwam van zelf de imperiale ontwikkeling, de Nederlan dors werden ontdekkingsreizigers, de grond leggers van het Nederlandsche factorysys- teem; Nederland werd een wereldrijk. De kleine republiek bloeide door het groo te koloniaal bezit, het kapitalisme in ons land ontwikkelde zich. Naast ons land ont wikkelde zich Engeland, dat ons langza merhand overvleugelde en vele factoryen van Nederland veroverde. Na de Napoleonistische tijd was onze rol voor een groot gedeelte uitgespeeld, in de 19e eeuw kwamen Duitschland en ltalic tot een eenheid, en al deze landen hadden het zelfde doel: het vormen van grondstoffen- reservoirs. Spr. beschrijft de tragische bot singen tusschen de landen, welke daarvan het gevolg zijn geweest. Ook het conflict van thans moet men beschouwen tegen de ze achtergrond, grootere economische een heden zullen gevormd worden, niet meer in het raam van den vrijhandel, maar veeleer gevormd op het Europeesche con tinent Nieuwe markten vragen een andere ver deeling van de grondstoffen, niet alleen in Europa maar ook in de gekleurde landen, in welk verband spr. de geschiedenis van Japan behandelt. Het voortschrijdende in dustrialisatieproces als gevolg van de be volkingstoename eischt beheersching van de wereldmarkten, ons land staat midden in de geweldige veranderingen welke zich vol trekken, door de concurrentie gingen van ons land de industrieën grootendeels ver loren de textielnijverheid, de houtbewerking, de kurkindustrie enz. Slechts door contin- genteeringen kon Nederland zich voor den tienclen Mei op de heen houden. Het pro ces van de gesloten economische ruimte is in de gansche wereld merkbaar en voor de landen noodzakelijk op het Europeesche continent zal deze zich vervolmaken. In ons eigen land zullen de twee typische elemen ten op den voorgrond blijven staan, land bouw en scheepvaart. Onze industrie zal zich moeten instellen op eigen behoefte, nu een gedeelte van onze wereldindustrie ver loren is gegaan. Noodgedwongen wijzigt zich de landbouw en past zich dan aan de Ne derlandsche en Europeesche huishouding, aan de Nederlandsche en Europeesche marktmogelijkheden. Reeds voor den lOen Mei waren er regeerings-instituten als de technologische dienst en de centrale te Wageningen, welke de mogelijkheden in deze richting onderzochten. Op het grasland bouwt zich een eigen industricele mogelijk heid, de vlasindustrie richt zich naar eigen behoeften. Onze industrie zal zich verder blijven richten op de scheepvaart. Wat zich ontwikkelt op het gebied van de economie, ontwikkelt zich ook in het maatschappelijk leven. Na 1S80 zagen wij de enorme groei van de stedensamenleving, van arbeiders en ondernemers, die de agrarische bevolking voor een deel opzoog. Tegelijk kwam het platteland uit zijn ge bondenheid, door de inschakeling van den boer in de stedelijke markt de dorpssamen leving vervalt, de bedrijfsgemeenschap treedt uit het patriarchale, de georganiseerde af zonderlijke gemeenschappen van boer en landarbeider kwamen, met alle goede en kwade gevolgen van dien. Ook de verscheidenheid op geestelijk en cultureel gebied hangt met deze verschijn selen samen. In den laatsten tijd tracht men de dorpsgemeenschap te herstellen. Welke mogelijkheden en noodzakelijkheden zijn er nu? Voor den landbouw is er meer dan ooit te voren een plaats in Europa, hij zal het fun dament zijn; het leven van den landbouwer zelf zal naar voren treden, de Nederlandsche samenleving moet den landbouw en den landbouwer een goede economische, tech nische en geestelijke ontwikkeling waarbor gen. Daaraan moet echter in de eerste plaats de landbouwer zelf medewerken. De landbouwer heeft een groote taak, zich zelf bewust te worden, aldus eindigt de in leider; de landbouwer moet onderzoeken wat noodzakelijk en nuttig is voor zijn gezin, in het raam van het groote geheel, de landbou wer moet geen instrument blijven, maar zijn taak bewust worden in de gewéldige ontwik keling van dezen tijd. Boer en arbeider moe ten samen optrekken voor hun plaats in de komende, nieuwe samenleving. DE MIDDAGVERGADERING. Zich ontwikkelen is voor alles: zich ontdoen van windselen! In de middagvergadering van de provin ciale landbouw-jongerendag sprak mej. H. van der Heide te Blaricum over het onder werp „Hoe verkrijgen wij een open oog voor het leven?" Als grondshema ziet spr. de vraag hoe het mogelijk is die krachten in het leven te roepen, waardoor de mensch scheppend en ontvankelijk is. Zonder deze beide eigen schappen kan de mensch niet waarlijk mensch zijn. Spr. gaat op deze beide factoren diep in. Men moet het leven weer bevruchten met al wat tot ons gekomen is, dit vermogen sluimert in ieder mensch, en dit vermogen moeten wij trachten tot ontwikkeling te brengen. Hierbij zal men soms terug moeten gaan tot de primitiviteit van het kind, dat gemak kelijk opneemt en bouwend in de fantasie van zijn wereldje, zich ook weer gemakkelijk uitleeft. Bij den ouderen mensch over- heerscht te vaak het verstand, waardoor van elk der beide waarden veel verloren gaat Slechts de sterken en gaven komen hierdoor zij vereenigen beide groote krachten in zich. Op den gemiddelden mensch hebben de fac toren van het mechanisme, de berekenzucht het wantrouwen-door-de-ondervinding te veel ingewerkt. Daartegen moet de mensch thans, nu een nieuwe tijd is aangebroken zich verzetten. Hij kan dit doen door alle verschijnselen in het leven in zich op te ne men, en zich niet trachten te ontwikkelen door encyclopedische kennis op te stapelen. Ontwikkelen is niet alleen veel weten, maar vooral veel begrijpen, zich ontdoen van windselen. Op boeiende wijze werkt spr. dit thema verder uit. Men moet niet, verstikt ra ken in de tradities, opdat men in de beste deelen van zijn scheppende ontvankelijkheid het brandende van zich zelf, braak blijft liggen. Te veel stelt men zich veilig in de be staande zekerheid! Spr. zet uiteen, dat waarlijk groote men- schen niet alleen gevonden worden onder de intellectucele élite, in welk verband spr. noemt de stichter van het. vol'kshoogeschool werk, de Deensche plattelandsonderwijzer Christian Kolt, die de sluimerende krachten in het Deensche volk wist te wekken. In het verdere gedeelte van haar hoog staande inleiding betooogde spreekster, dat in dezen geest, het losmaken van het starre, het zic'h zelf zijn in de hoogste be teekenis van het mensch zijn, de volkeren moeten worden opgevoed. Een strijd dus van het Leven, tegen den Dood! Scheppen de ontvankelijkheid als drijfveer van het Le ven. Nadat enkele vragen waren behandeld, sloot voorzitter dezen goedgeslaagden dag. Vroe§ donker de avonden lang buiten storm en regen van uitgaan geen sprake 1 Leert NU vreemde talen in Uw eigen huis kamer. De Linguaphone brengt de buiten- landsche sprekers via de gramofoon bij U thuis. Zij leeren U de vreemde taal vol ledig beheerschen, dus ook spreken en verstaan. Wij brengen 29 talen en verhuren onze cursussen voor f 20.- per 4 maanden. Ook gramofoons in huur beschikbaar. JlXGLAPHOXE A'dam, N.Z. Voorburgwal H4U^e'- 31749 ONDANKS HET GURE WEER EEN GOED GESLAAGDE DAG. Heden werden hier vanuit boerderij „Ce- res" aan dc Alkmaarsche weg de verrich tingsproeven gehouden. Aan deze proeven konden deelnemen, stamboekpaarden, heng sten en merriën, van 4 tot en met 12 jaar, tliuisbehoorcnde in deze provincie. Hengslen van 4 tot en met 6 jaar, die in de betreffende provincie zijn gestationneerd, zijn tot deelname verplicht. De verrichtproeven bestonden uit: le. Uithoudingsproef onder den zadel. 3000 meter in draf af te leggen in binnen 12 minuten. 500 meter in stap af te leggen binnen 6 minuten. 3000 meter in draf af te leggen binnen 12 minuten. 500 meter in stap af te leggen binnen 6 minuten. 3000 meter in draf af te leggen binnen 12 minuten. In het laatste drafgedeelte galop1 ove# 800 meter. 2e. Aangespannen verrichtingsproef in één span, voor belaste boerenwagens, uitslui tend voor paarden die aan de eerste proef hebben voldaan. De paarden dienen een met 500 kg beladen boerenwagen (bij luchtbanden het dubcle ge wicht) over een afstand van maximaal 5 km en minimaal 2 km binnen 50 minuten, resp. 20 minuten, te kunnen voortbewegen; daarna 500 meter draf. Vervolgens 500 kg. bijladen en deze last bewegen over een afstand van 1000 meter, waarin tweemaal of meermalen op bevel halt gehouden moet worden en weer aangetrok ken. Elke deelnemer moet zelf zorgen voor tuig en wagen. 3e. Gezamenlijke geschiktheidsproef onder den zadel in stap, draf en galop. Voor een behoorlijk getraind paard is deze proef niet te zwaar. Maar dat er training noodig is bleek toch ook een enkele maal zeer duidelijk, zoowel onder den zadel als voor de wagen. En dit. geldt zoowel voor ruiters-menners als voor de paarden zelf. 't Is de eerste maal dat deze verrichtings proeven op zoo uitgebreide schaal zijn ge houden. Maar zij die dezen nog hebben mee gemaakt, hetzij als deelnemer, hetzij als toe schouwer, zullen het ongetwijfeld met ons eens zijn, dat zij niet alleen nuttig, maar zelfs onontbeerlijk zijn. Wat heb ik aan een mooie fokmerric als zij niet goed stapt, niet vlot draaft, misschien zelfs niet eens wil trekken, of als zij niet goed aanlegt of mis schien blijkt niet mak te zijn. Hetzelfde geldt voor de hengsten. Hier volgt de uitslag (in catalogusvolgorde) Klasse A: Vazelle van H. C. Kooij, Haren karspel; Uranie van I\. Reijne, Barsinger horn; Tellusa van F. A. Melchior, Winkel. Klasse B: Hengst Zonnevorst van Heng- stenvereeniging W'ieringen, Wieringermeer; Hengst, Adelborst van Gebr. Kuiper, Heer- Hugowaard: Zoka I van C. Muys, Heiloo; Ruchie van C. Rotteveel. Boekelermeer; Rio- ra van F. A. Melchior, Winkel; Zelie van Ja- cob Lont, Wieringen; Zowine van J. Nieuw- hof, Middenmeer; Zonjaa van P. Saai, Wie ringerwaard; Aldova van N. Donaberger, W'aardpolder; Uici van C. Donker, Schellink hout; Uluma van N. Appel, Schagen; Zonne- kindje van H. C. Kooij, Harenkarspel; Zan- dra van P. D. de Graaf. Schagerbrug. Klasse C.: Winta van Wed. D. N. Mulder, Wieringen, Sclda I van Jb. Dekker Pz.. Wie- ringen; Vola van J. Kooij Cz„ Wieringen; Vroziena van K. Reyne Kz., Barsingerhorn. Wij willen dit verslag.niet besluiten alvo rens de familie Smit van „Ceres" onze har telijke dank te betuigen voor de buitenge wone medewerking om dezen dag te doen slagen. Zoowel buitenshuis als in huis was de gastvrijheid onbeperkt. Onrustige zenuwen Mijnhardt's Zenuwtabletten maken U spoe dig weer weldadig kalm. Buisje 40 en 75 ct. Een bijzonder fraai exemplaar, dat den eersten prijs verwierf, van de stieren geboren in 1938: „Boukje's Frans", eig. burgemeester Kaan te Wieringerwaard, fokker Jb. Kaan Kzn., Wieringerwaard. t— Foto; FRED. GROOT. Het Deutsche Hofje" in de Beemster De landhoeve waar Wouter Sluis Neerlands groote boer werktt en zocht. Als wij iets willen schrijven over het „Deutzen Hofje" aan den Nëckerweg in dc Beemster, dan zijn wij verplicht terug te gaan naar het jaar 1858. Want liet „Deut zen Hofje" en Wouter Sluis, die zich in dat jaar als jonge boer op deze landhoeve ves tigde, zijn onverbrekelijk met elkaar ver bonden. Aldus vangt een interessant artikel in de Prov. N. L. Crt. aan dat zeker ook onze boeren belang zal inboezemen. Wouter Sluis, de pionier op landbouw- en zuivelgebied, veeveredeling, tuinbouw- en waterschapsterrein, de man, die steeds op de meest onbaatzuchtige wijze zijn beste krachten ten dienste van het algemeen heeft gesteld, heeft voor altijd z'n stempel op de ze plaats gedrukt. „Een mensch kan sterven, maar z'n geest blijft leven". Als wij nu staan in het, zuivel- lokaal van het. „Deutzen Hofje" en wij zien naar den gedenksteen, die daar als 'n blij vend aandenken aan den grooten mensch Wouter Sluis is geplaatst, dan beseffen wij de waarheid van dit gezegde. In de jaren dat Sluis hier arbeidde, zijn vreemdelingen uit alle landen naar liet „Deutzen Hofje" gekomen om te aanschou wen en te onderzoeken alles wat Wouter Sluis daar had gewrocht. En dat was heel veel: een veredelde veestapel, verbeterde kaasbereiding, praehtige ruime en lichte vcestalling, betere watervoorziening voor het vee, doelmatige ontwatering voor z'n landerijen, enzoovoort, te veel om op te noemen. Toen is daar historie gemaakt. Toen de Ridderlijke Duitschc Orde „1 lije van Utrecht" in het jaar 1927 eigenaresse werd van het „Deutzen Hofje", was het de heer J. H. Kóhne van den Jisperweg. die als pachter z'n intrede deed op deze groote land hoeve. Daar behoorde in die jaren moed toe. „Jo", sprak de oude heer Köhne, „weet wat je doet, het is een groot spul, het is een heele waag". Maar Jo en z'n vrouw waren jong en als je jong bent, dan zie je tegen geen strijd op. Dus de combinatie „Deutzen Hofje" en J. H. Köhne was een feit geworden. En het was een goede combinatie. Een voor uitstrevende jonge boer en boerin eenerzijds, daar moest veel goeds uit geboren worden. En daar ?ijn in den loop der jaren ook prachtige dingen tot stand gekomen. Alles, wat Wouter Sluis in zijn tijd heeft getracht te verwezenlijken en waarvoor hij den grondslag heeft ge legd, is nu werkelijkheid geworden, omdat de techniek en wetenschap hier de beslissende factoren waren. Een last om te zien. Electrificatie van de beweegkracht voor pompen, kam, hooielevator, giervulling, elec- trisch melkkoeien, volledige verwarming met brongas (ook dat was een ontdekking van Wouter Sluis, waar hij verschillende proeven mee heeft genomen), de schitterend ingerich te stal voor 64 beesten, alles voorzien van. automatische drinkwaterbakken, luchtzui- gers en lichtramen, je valt er als vreemde ling steil van achterover. Een prachtig zuivellokaal, waar vele zin rijke gezegden van Wouter Sluis zijn aange bracht. alle betrekking hebbende op de kaas makerij. Paardenstallen, verblijven voor de varkens, alles ruim en doelmatig ingericht. Een groo te doorrijstal waar land- en akkerproducten worden ingereden en electrisc.il in de groote bergruimte gebracht. Dit alles is in den loop der jaren, dat Köhne hier de scepter zwaait, tot stand gekomen. En nog altijd gaat het door. De Ridderlijke Duitsche Orde weet dat hier een boer aan het hoofd staat, uit het goede hout gesneden. De tijd van Wouter Sluis is voorbij, hier is medewerking en be grip. De architect, de heer Bovenkamp, eigen lijk de vertrouwensman der Orde, heeft een open oog voor alles wat op land- en akker bouw plaats vindt. Want de heer Köhne is ook akkerbouwer en werkt natuurlijk met moderne akkerbouw-gereedschappen. Op breede schouders..* Landbouw, veeteelt, akkerbouw, is dat niet te veel voor één man? De heer Köhne staat echter niet alleen: z'n vrouw, die in alles wat het boerenleven betreft meeleeft, z'n zoons en dochter, schouder aan schouder staan zij allen voor hun taak, daarin ter zijde gestaan door toegewijd personeel. Dat klopt wel. Als de groote kudde stamboekvee huiswaarts keert om gemolken te worden, dan slaat de zoon de motor aan, de electri- sche mclkapparatcn komen blinkend op de melkstal en ieder doet z'n plicht. Weer an deren komen met de groote wagens met de bclzen er voor met den oogst van de akker. Weer anderen brengen de mest over het land. Menschcn, dieren, gewassen en werktuigen, accoorden van het machtige „lied van den arbeid". Keerde Wouter Sluis nog eens terug. Het zou een schoon gezicht zijn wanneer Wouter Sluis nog eens terug keerde en hij dat alles kon aanschouwen, hoe o.a. het vraagstuk van de bemesting, waarvoor hij zich zoo interesseerde, hier op het „Deutzen Hofje" een oplossing vindt. Want in samen werking met ir. Liepesch heeft de architect Bovenkamp een stelsel van gierloozing ont worpen, waardoor het stikstofverlies lot een minimum beperkt wordt. Momenteel zijn ver schillende vaklieden bezig deze op weten schappelijke wijze geconstrueerde loozingen aan te brengen. En als dan de zoeker van 1858 zou staan naast z'n opvolger van 1940 en hij overzag de 'plaats waar hij zelf had gestreden en geleden, dan zou hij z'n hand op den schou der van Köhne leggen en zeggen; „Jongen, je hebt veel bereikt, veel waar ik zelf naar heb gezocht en gestreefd. Het is goed. Ik ben tevreden, ik heb niet vergeefsch geleefd.*

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1940 | | pagina 5