HERFST....
MODEREVUE
HOLLYWOOD-ELEGA NCE
Afscheid van warmte en licht
Zaterdag 2 November 1940
Vierde blad
De boom heeft zijn bladeren noo-
dig voor de ademhaling en de ver
damping en voor het opnemen yan
belangrijke voedingsstoffen. Dit pro-
de in de cellen van het blad in
groote mate aanwezige microsco-
die werkelijk wonderen kunnen
verrichten. Zij zijn kleine. (lobóra-
toria. waarin Moeder Natuur spe
lenderwijs datgene teweegbrengt,
wat de scheikundige-; ondank-s zijn
gecompliceerde apparaten niet na
kan doen. Onder de inwerking van
het zonlicht is dit bladgroen in staat
Een van de vele filmsterren uit Hollywood
laat zich hier zien in een prachtcostuum
van karmijnroode dikke zijde. De hals is,
hoewel vierkant gehouden, buitengewoon
laag. De armen dragen een rijk paarldecor
en de breede elegant gedrapeerde rok vormt
I met het overige een schoon geheel:
HET VERKLEURINGSPROCES
IN DE NATUUR.
Hoe ontstaan de
herfsttinten eigenlijk?
Nog is het herfst... nog bijna
twee maanden scheiden ons van
het échte winterseizoen. Er zijn da
gen geweest en er komen misschien
nog dagen, dat het herfsflandschap
zich als een verrukelijk schilderij
voor ons uitspreidt. „Sterven der na
tuur" noemen de dichters het, ver
gaan van het zomertij. Maar is dat
niet terzelfder tijd een „sterven in
schoonheid?"
Herfst betcekent afscheid van "den zo
mer en dus afscheid van warmte en
licht. Maar ook in den herfst en win
ter schijnt de zon boven ons landje, doch zij
komt veel later op en gaat veel vroeger on
der dan in den zomer, terwijl baar stralen
vrijwel geen warmte geven. Herfst betcekent
ook: niet meer zonder overjas de straat op
gaan, de schoorsteen schoon laten maken,
nieuwe handschoenen koopen enz. Dit is
vrijwel alles, wat de stedeling van den
herfst merkt, de stedeling, die uiterlijk be
gin September weer in de stad terugkeert
en dan dikwijls vergeet, dat er nog zooiets
als de natuur bestaat.
De natuurliefhebber zal echter in den
herfst bij voorkeur een wandeling maken
door het dichtstbijzijnde bosch en volop
genieten van de bonte kleurenweelde, wel
ke men te zien krijgt. Tusschen de hel
groene esschen, de goudgele beuken en
ahornen en de roodbruine eiken bewondert
men de roode kornoelje, kersenboomen en
enkele hegsoorten, de zilverachtige blade
ren van de meelj^sbooni, of het donkere,
geurige groen van den denneboom.
Wanneer de herfstmaanden mis
tig en regenachtig zijn, is de kiehr-
vorming uiterst zwak; is de herfst
echter zonnig en zijn de nachten
droog en koel. dan worden de kleu
ren bijzonder levendig. Vooral bij
vlierboorrien merkt incn dit vaak
en duidelijk op- één en dezelfde
vliersoort heeft hij een temperatuur
van 5 graden Celsius donker-violet-
te, hij 15 graden lichtrose en bij 30
graden witte bladeren.
En wat geschiedt er eigenlijk tijdens het
verkleuringsproces' in den herfst'? De groe
ne bladkleurstof, het zoogenaamde chloro-
phyl, wordt, v.oordat de bladeren afvallen,
als het ware afgesneden van den weg naar
de bladeren en vloeit gedeeltelijk in den
stam terug Dit geschied bij verschillende
boomsoorten op verschillende wijzen en tij
den. Hoe meer nu het chlorophyl verdwijnt,
des te sterker treden de voor dien tijd be
dekte kleurstoffen, carotine en xantophyl,
naar voren en verschaffen het gebladerte
de goudgele kleur. Hierbij komt nog een
ander verschijnsel!
dé koolzuren van de lucht in zijn
elementen te ontleden.
Daarbij wordt de koolstof in orga
nische substanties veranderd en
door het plantcnlichaam. vastgehou
den, terwijl de zuurstof aan de bui
tenwereld wordt teruggegeven.'
Kunt U dus begrijpen,, dat de kleine
bladgroencellen het uitgangspunt
zijn voor al het organische leven?'
Verbaasd houden wij 'een Verdord hl ad
in de hand, dat niet van de den
boom gevallen is, maar.da,t'door den
boom als een onontbeerlijke, ja zelfs scha-
lelijke overvloed is -afgestootcn. Hoewel, wij
gewend zijn, den herfst te zien als den tijd,
waarin cle bladeren van de. Doornen- vallen,
wordt, dit proces toch reeds in den zomer
voorbereid
Reeds van het tijclstip der zonnewende af
(omstreeks 23 September) kan men vast
stellen, dat onze boomen een v.oor qcn ftun
bladeren verliezen en wel eerst die, welke
door de andere bladen beschaduwd zijn. Rij
minder licht kan slechtsweinig of hcele-
maal niet de hierboven beschreven arbeid
van de assimilatie verricht worden. De ver
kregen voedingsstoffen, vooral stijfsel, sui
ker enz. gaan vanuit.de bladeren naar den
stam en de wortels, en overwinteren daar
als resorvevoedsel, terwijl' ook de blad-
gr'oencellen zich terugtrekken. Daarbij vin
den eigenaardige ontledingen plaats, waar
aan het herfstloof zijn gele, bruine en pur
peren kleuren dankt.
Op welke wijze ontdoet de boom zich nu
van zijn bladeren? Wordt de temperatuur
van den grond in den herfst lager en daar
door de opzuigende werkzaamheid van de
wortels verhinderd, dan kan het door de
verdamping van de bladen veroorzaakte
waterverlics niet aangevuld worden. On
der aan de steel vormt zich dan een cel-
laag, de zgn. „scheidingslaag". Zij bestaat
uit cellen, dje rijk aan sap zijn, en waar
van de onvaste samenstelling maakt,, dat
één windstoot of zelfs het gewicht van het
heeus vroeg vaït de schaduw door het woud.... HerfstI
(Foto archief).
blad voldoende is om het te doen afvallen.
Maar, hoewel wij doorgaans meer van
warmte en zon- en van groen gebladertete
houden, dan van koude en kale hoornen,
tod) zullen weinigen van ons de herfst wil
len missen, «le herfst, die.de bosschen zoo'n
sprookjesachtige entourage geeft en die ons
doet verlangen naar de gezelligheid van de
-huiskamer in den winter. En bovenal de
herfst,, die door zijn komt immers ook be
looft, dat -het volgend jaar de lente weer
de natuur zal doen ontwaken
HET BALLET.
Etm hijzohder verheugend verschijnsel isi
de oprichting vair ,\M'et 'NAtfdfiale Ballet",'
door de Nederlandsche pans-Liga. Maar al
te weinig kansen immers heeft het Neder-
landsche ballet tot voor kort in ons eigen
lahd gehad. Doch spoedig zal hier nu wel
verandering in komen; ja, wij kunnen
eigenlijk heter zeggen, dat er al een groote
verandering heeft plaats gevonden. Het
werd trouwens tijd, dat de kunstzinnige
dans in Nederland niet meer zou worden
achtergesteld hij de doorgaans weinig
kunstzinnige en weinig smaakvolle dansen
van „dans-girls" om dan nog maar te
zwijgen van dc grootendeels volkomen on
kunstzinnige dansen in een „dancing".
De omschrijvingen van hetgeen „dans" is,
komen niet alle op hetzelfde neer. Uitgaan
de van de veronderstelling dat dansen hiei
als een kunstzinnige uiting moet worden
beschouwd, passen we de definitie „gema
terialiseerde en gestyleerde zielsbeweging"
toe. Nemen we aan, dat iedere beweging,
zoowel de vlucht voor een dolle hond als
„het armen uitstrekken en gapen"«een psy
chische oorzaak heeft, dan is elke wille
keurige en onwillekeurige beweging „ziels
beweging, die in de materie zichtbaar
wordt". Is nu beweging gestyleerd, d.w.z.
bewust lot. bepaalde vormen gebracht en
tegelijkertijd bewust tot impressie van
schoonheid verwerkt, dan is er sprake van
„dans". Uit dit alles zou men kunnen con-
cludoeren, dat we piet de omschrijving „ge
styleerde menschelijke lichaamsbeweging"
hadden kunnen volstaan, hetgeen juist is,
maar we prefereoren de andere descriptie,
omdgt we in het bijzonder willen hebben
over het soort dansen, waarbij „bewust" en
vaak „nadrukkelijk" gevoelens, instincten
en zelfs gedachten worden vertolkt. Het
■fpecst opzettqlüke.'is dan .altijd bet streven
naar schoonheid; de verbeelding van het
innerlijk is soms half onbewust, soms ge
heel en al Feitelijk is dus de definitie „ge
styleerde menschelijke lichaamsbeweging"
beter, omdat ze ruimer is. De grcnsvallem
en overgangen zijn uit den aard der zaak
legio. Het kan voorkomen, dat een Russi
sche hoer vol vreugde een nationale dans
begint uit te voeren, typische Slavische
wijze om zij/i gemoed lucht te geven. Hij
vangt aan, half mechanisch maar overigens
met geheel zijn ziel de overgeleverde dans
passen te vertoonen, gaat allengs bewust
trachten dit zoo fraai en krachtig moee-
lijk te doen, en voorts wordt het hem 'tij-
dons liet dansen min of meer duidelijk,
dat hij hier zijn blijdschap aan het „mate-
rialiseeren" is.
Men vermoedt reeds hij de eerste kennis
making met deze en dergelijke verschijn
selen. dat er vele vormen van lichaams
bewegingskunst denkbaar zijn. Daar is om
te beginnen de spontane danser, die pas
achteraf hoort of ziet wat hij gewrocht
heeft, en soms niet eens de moeite neemt
om zich daarvan op de hoogte te stellen.
Daar is de aestheticus, die probeert na te
gaan, welke bewegingen het meest boeien.
Daar is de kunstzinnige theoreticus, die
vaststelt welke bepaalde plastiek corres
pondeert met bepaalde gevoelens, verlan
gens en andere psychische krachten, en
hoe de vertolking er van op het publiek
werkt. Men mag wel aanvaarden, dat som
mige groote dansers zoowel iets van den
spontane, als iets van den aestheticus en
den theoreticus in zich hebben.
In beginsel is het ballet: samendans, in
dien zin, dat men zich één voelt met de
mededansers. Dit sluit echter het zich-be-
wust-zijn individualiteit en individueel
pogen geenszins uit.
EEN AARDIGE „BONTJAS"
LINKS:
Een breede zoom van bont doet het bij
zonder goed bij een eenvoudige, rondgesne-
den getailleerde mantel. Het verdiend daar
bij voorkeur, zooals op onze foto de pels-
manchetten en pelskraag weg te laten,
daar anders het geheel wat druk wordt.
Een bontmutsje zal er daarentegen leuk bij
slaan.
EEN ELEGANT WOLLEN COSTUUMPJI
HECHTS:
Een aardig Weensch modelletje, waarii
de mode van de nieuwe lijn met verlengd
taille duidelijk spreekt. De zakken zijn ééi
met het geheel. De paarlenketting uit ze
ven snoeren is het nieuwste.
Men zal hebben opgemerkt, dat de mees
te ballet-dansers zich Russische namen
aanschaffen, waarschijnlijk omdat het Rus
sische ballet het oudste en meest beroem
de ter werelcl is. Men beweert wel, dat de
eigenlijke balletkunst uit de 18de eeuw
etamt. Zij ontstond ten deele in het thea
ter en de keizerlijke hermitage te. St. Pe
tersburg, ten deele in kasteelen der boja
ren. Het summum van stijleenheid werd
bereikt onder Tsaar Nicolaas. Kenmerken
waren: straffe discipline, strenge vormge
ving. Technisch bereikte men een ongewo
ne hoogte, maar door het tc stelselmatig
toepassen van overgeleverde beginselen be
gonnen de psychische drijfveeren hun
kracht te verliezen.
De verschijning van Isidora Duncan was
dan ook van ontzaglijke beteekenis, voor
al om de nieuwe wegen, die zij insloeg. Dit
nieuwe bestond daarin, dat zij de opvat
ting verkondigde: de dans is niet in de
eerste plaats bewegingskunst, maar wel:
uitdrukkingskunst. Het nieuwe standpunt
had ook nog geheel andere gevolgen: ook
de choreographische tradities van weleer
werden verworpen. Door de toenemende
neiging tot zinnebeeldigheid kreeg de en-
sceneering voor 't eerst een groote beteeke
nis. De schilders kregen gelegenheid om
inet de balletmeesters samen te werken.
Mannen als Goskiej en Fokin stelden Be-
noit, Bakst en Korovin in de gelegenheid
hun impressionistische kunstzin op de
dans bot te vieren. En ook de'begeleidende
muziek kreeg een steeds grooter beteeke
nis en waarde. Zoo is de ballelkunst ten
slotte een kunstuiting géworden, welke
hoewel hoofdzakelijk de dans, ook de mu
ziek- en 'ensceneeringskunst orhvat.
ces wordt mogelijk gemaakt door
pisch-kleine bladgroenlichaampjes,
In de bladeren van vele boom- en struik
soorten bevinden ziqh kleurlooze stof-
fen, welke door zuurstof-onttrekking
veranderd worden in roode kleurstof, hot
bekende anthokyan. Deze kleurlooze pro
ducten gaan waarschijnlk door het zich
afzetten van zuurstof over in gele kleur
stof (antichloor), welke verwant is met de
kleurstoffen van de primula, de gele dha-
lia enz. Doch zooalis wij reeds eerder op- j
merkten moeten de temperatuur, en de.
energie van de zon meewerken om mooie
resultaten te kunnen behalen in dé herfst-
tinten.
In den herfst lijkt hèt zoo vanzelfspre
kend, dat elke stap, welke wij in het bosch
doen, weer vergezeld gaat van het geruiscll
der ontelbare afgevallen bladeren, welke
een mooi herfsttapijt vormen. 'De bladèrcn
vielen af, omdat: zij verwelkten. Dóch waar
om verwelkten dan de bladeren? <Hier wordt
de schijnbare vanzelfsprekendheid reeds i
een. wetenschappelijk probleem. Ieder1 las
tig „waarom" in het dagelij ksche levën is
voor den levensonderzoekcr een aansporing
om bijzondere aandacht te wijden aan het
„hoe". Wat heeft de wetenschap te zeggen
over de oorzaak van het afvallen van het
loof?