De Koekoeksklok
j
De domme kip
De Torenvalk
OM ZELF TE MAKEN
Een boot
Yitih jxuiyeni en meiwei.'
,,'t Heerlijk avondjeia dan de vorige
week inderdaad gekomen. Niet voor alle
maal... maar toch wel voor het merendeel
van m'n vrienden en vriendinnen. Al de brie
ven, die ik van de week gekregen heb gaan
natuurlgk over het feest. En .11e verhalen
gaan over de cadeaux. Nu, dat is te begrij
pen. Waar zou je het anders over hebben
dan over de goede gaven, die de grijze Bis
schop voor jullie heel uit Spanje meebracht.
Óver het algemeen is het, dat begrijp iv
wel, gewéldig meegevallen, Er zijn oot?'-
ba.ie boeken taai-taais gegeven. En ook
wanten en schortjes en scnoenen, en teken
boeken ën potloden en étui'a en cnocolsoe...
kortom, al die fijne dingen, aie je mei de
Sinterklaas graag wil hebben.
Ik vind het heer'rjk, dat jullie zo veel
kregen. Ik heb dan ook voor jullie allemaal
bij den Bisschop een goed woordje voor
jullie gedaan!
En nu... de prijswinnaar. Voor deze week
is dat:
LIENKE EN ZUSJE FERWERDA,
Strook 61, Kolhorn.
Marietje Eriks, St. Maartij.- vlotbrug.
Was er een goochelaai op het feest Marie
tje Dat was zeker wel verbazend aardig,
niet? Ik kon er vroeger nooit genoeg van
krijgen, van lie tovenaars. Jij had een
beste Sint, zeg. Is het een mooie atlas En
het poezie-album Dat krig ik zeker wel
eens toegestuurd hè
Ato Vader, Callant-soog. Kolossaal
Ato, wat heb jg een week achtei de rug.
Eerst de prijs van de raadselkrant gewon
nen, toen een fijne Sinterklaas met een
heleboel cadeaux en het feest van school.
Jij hebt niet te klagen, zeg. Dat is zowaar
een extra felicitatie waard, vind ik. Dag!
Grietje Maigret. En hier al weer een
vriendin die me vertelt waar ze allemaal
mee bedacht is door den goeden Bisschop.
Ja, ja, die heeft jou niet vergeten. Nu. mij
trouwens ook niet, Grietje. Ik had niet al
te hoog gespannen verwachtingen, maar
het viel erg mee. Gelukkig maar.
Bep Tjjsen, Wieringerwerf. Brrr.hoe
zit dat met die naam van jou beste Bep,
die niet bij de goede oplossers stond... ik
weet het heus niet. Ik kan het ook niet
meer nakijken. Enfin... dat is weer voorbij.
Volgende maal beter Bep.
Nu, ze hebben jou niet vergeten met het
feest van den Sint, zeg. Wat een geweldige
hoeveelheid verrassingen. Een tafeltje vol,
denk ik. Fijn vind ik dat voor je. Ja, er
stond een verschrikkelijke storm vorige
week en ik kan me voorstellen dat de kam
men uit je haar zijn gestormd. Dag!
Trien Tjjsen, Wieringerwerf. En Trien...
nu, dat is te begrijpen, die werd ook niet
vergeten. Integendeel, die kreeg eveneens
een massa cadeaux. Of ik een goede Sint
had? Ja, dat ging best. Ik kreeg eer. nieuw
overhemd, en een sigarenaansteker, en ciga-
retten. en een presse ,»apier (dat is een
ding om op papieren te liggen, zodat die niet
kunnen wegwaaiend en een vulpotlood. Nu,
ik mocht niet mopperen, hè
Lien ke en Zusje F er werd a, Kolhorn.
Heerlijk Ferwerda-tjes, dat hét zo'n fijn
feest voor jullie geweest is. Die wanten van
vader en moede., die kun je nu gebruiken,
zeg. met dat coude weer van alle dagen. Jij
bofte maar. En al die andere cadeaux. Ze
hebben jou en je zusje ducifig verwend, vind
ik. Jammer, dat moeder ziek geworden is. Is
zg al iets beter? En dan, vooral namens m'n
vrouw, heel hartelijk bedankt voor de bonnen
Daar waren we echt big mee. Dat was voor
ons een extra Sinterklaas-cadeautje. Wil je
moeder daarvoor heel hartelijk danken?
Fancy Yergaay. En de brief van Fancy
die schrijft vier kantjes vol over alles wat
ze gekregen heeft. Nu... daar sla ik van
achterover, om het zo maar eens te zeggen.
Zoveel heb ik vroeger van de Sint nooit ge
had, Ik denk dat ik daar niet zoet genoeg
voor was... Dag Fancy!
N. Lageveen, Medemblik. Inderdaad, je
had zeker een reuze Sinterklaas, en wat je
kreeg was zeker heel wat meer dan je ver
wacht had, niet? Dus je trekt Bep Tijsen
aan haar haar... ik bedoel aan haar arm. Ja,
die zal wel opkijken. Schrijf me maar eens
wat ze gezegd heeft. Doen hoor!
Aagje Borst, Keins. Het poëziealbum
Aagje, kun je van kantoor komen halen. Ik
zal zorgen dat het er ligt. Dat weet je dus.
Je postpapier vinu ik bijzonder aardig. Wees
er zuinig op. Die olifantenkop kun je best
eens in het groot natekenen. En... stuur je
die tekening dan aan mij
NeWe Pauw. Kolhorn. Nog 7 maal schrij
ven en is dan het papier op Nellie? Dat is al
gauw! Ik hoop dat je tegen die tijd weer
nieuw papier krijgt. Bestaat daar een kansje
op...? Je had een goede Sint hè? Zeker heel
het jaar goed opgepast, niet?!
Geri Kuiper, Moerbeek. Ja, ik heb het
gehoord Geri, dat de Sint op een schimmel
gekomen is. Wat zat hij nog kranig te paard,
hé En dat ondanks het feit dat de Bisschop
toch ook al een aardig jaartje oud is. Wat
heeft hij jou best bedacht, Geri. Ik vind het
echt fijn voor je. Dag!
Niesje Westdorp, Texel. Allemensen
Niesje, wat heb jij iets verschrikkelijks mee
gemaakt. Door de ruzie-zoekende jongens
van Den Brug en de Waal met een steen
tegen je hoofd gegooid en toen een groot gat
in dat hoofd. Daarom naar de dokter die het
heeft gekramd. Ik wilde dat ik die boosdoener
die dat op zijn geweten heeft eens in m'n
handen kreeg. Wat zou ik hem heerlijk over
de knie leggen en het stof uit z'n broek slaan.
Reken er op dat ik hem van dik hout gaf,
Niesje!
Gerrit Westdorp, Texel. Zo. was het ge
heim een radio-kast. Nu, dat was een prach
tig cadeau, Gerrit. Daar zullen ze wel blij
mee geweest zijn, denk ik. Voor mij heeft de
Sint, zoals je wel gelezen hebt, ook goed ge
zorgd. Ik had niets te klagen! O zo.
Coosje Barten, Bergen. En ook Coosje
kreeg een buiten verwachting goede Sint.
met heel veel cadeaux en heel veel fijne ver
rassingen. Jij bofte maar zeg. Zijn de boeken
mooi? En heb je ze al iit? Ik denk van niet.
Ja, het was verschrikkelijk slecht weer. Ik
ben bijna driemaal van de weg gewaaid.
Brrr....:
Knopje Brtpman, .-»<• .agen. Het boek
..Alleen op de wereifl" óat een van jouw vele
cadeaux i» Kooaje. heo ik zcif ook. Een
praciuig boek. Be waai net zuinig, want je
kunt het wel 10 maal lezen. Het blijft altijd
mooi. Een beste Sinterklaas had jij
vriendin! En wat je schrijft over hem, waar
van je denkt dat ik het ben... ja, ja, slim
merik, nu zou je zeker wel eens heel graag
willen dat ik ja of nee zei. Maar...'ik zeg
niets! (gemeen he??)
Annie Keesman, Kolhorn. L"st feest...
Annie schreef 3 kantjes vol met alle cadeaux
die zij en de\ overige huisgenoten gekregen
hebben. Nu, dat is me daar een tafeltje wel
bereid geweest. Als ik het geweten had was
ik vast en zeker even langs gekomen die
avond. En dan had ik vast mee mogen snoe
pen. Is 't niet zoo? Maar fijn was het!
Corrie Keyzer, Schagen. - - Alsjeblieft...
een kantje vol cadeaux schrijft Corrie me.
Dat is me nog eens wat. Wat zul je lekker
ruiken Corrie met al die crème en Boldoot
Of gebruik je dat alleen maar op Zon- en
feestdagen? Dat was een goed idee met
die spaarpot Corrie! Als ik eens aankom
zal ik er ook wat in deponeren. Afgespro
ken
Jan-Plet, Nel, Trijntje en Betsie Hoen-
son, Barsingerhorii. Heerlijk, jongens, dat
jullie allemaal wat gehad hebben. Want
waar er zoveel zijn. daar valt het voor de
Sint niet mee. Ja, ik had ook een goede
dag hoor. Dat was best in orde. Het poezie-
album mogen jullie opsturen. Ereng het
maar even.
Jack v. d. Cappelle, 'chagen. Kolos
saal, heb jij een fototoestel gekregen? Is
me dat even een cadeau. Ik ben jaloers op
je, want het mijne is stuk. Dus nu krijg ik
van de zomer een fotr van 'iet witte konijn.
En... van jezelf toch zeker ook een.foto,
hè?
Grietje Stapel. Sijbekarspel. Jij hebt
ook lang niet te klagen. Grietje. En nu had
je nogal gedacht dat het niet mee zou val
len. Zo zie je maar: nooit geen zorgen voor
de tijd. Wat heb je toch een aardig post
papier. Wees er maar zuinig op.
Tiet» van Je Cappeie, Schagen. Nee,
Tiets, ik ben niet boos op je hoor, dat ik
van de week zo'n klein briefje van je krijg.
Ik begrijp dat je ditmaal neus geen tijd
hebt kunnen vinden. Maar... ik reken op
een extra grote volgende week huor. Ja...?
Wim Mantel, Nieuwe N'.edorj.. Jij bent
me ook een mooie. Daar somt die Wim een
hele lijst op van caaeaux en vraagt dan
tenslotte wanneer hij de .taart zal winnen.
Ik weet het heus niet beste kerel, maar ik
zou eerst al m'n taai taai en die andere
lekkernijen maar eens verwerken. Als je
dan nog geen buikpijn heb, nu dan komt de
taart misschien.
Rikus Hagenaar, Dirkshorn. - Hoe dat
zit met die prijs van jou weet ik niet, maar
ik zal het onderzoeken hoor. Dat is te gek.
Fijn dat de Sinterklaas tenminste zo mee
viel. Je hebt een massa gehad Rikus en
daar ben ik echt big om.
Beste vrienden en vriendinnen, ik ben er
door. Volgende week krijg ik zeker de andere
brieven. Van al die jongens en meisjes, die nu
nog geen gelegenheid hadden?
Tot wederschrijven!
Oplossing raadsel vorige week
1. Krab-bark.
2. Bon-bons.
Goede oplossingen ontvangen vam
Fancy Vergaay. Tuien Trjsen. Lienke en
Zusje Ferwerda, Nellie Pauw, Coosje Bar
ten, Annie Keesman, Gerrit Westdorp,
Niesje Westdorp, Bep Tijsen, Ato Vader,
Grietje Maigret, Marietje Eriks, Koosje
Bregman, Wim Mantel, Grietje Stapel, Ri
kus Hagenaar, Corrie Keyzer.
Een sprookje door Gerric Koenraads
vlogen
Nieuwe Raadsels
Welke ezel kan niet trekken?
Met v-elke vleugels wordt niet ge-
Jullie kennen ze wel hé, die leuke hou
ten klokjes, waarin een koekoek „woont",
die zich ieder half uur en ieder uur ver
toont en vrolijk „koekoek" roept. Die klok-
ips komen mep=fal uit het Zwarte Woud,
daf in hel: Zuiden van Duitschland' ligt.
In de buuri van een klein dorpje in dat
Zwarte Woud woonde eens een houtsnij
der. Zijn huisje luug vol met klókken. De
hele dag werkte hij, zodat zijn voorraad
steeds groter werd, al verkocht hij er ook
verscheidene. Als de klokken tegelijk sloe
gen, begon er aan de andere kant van de
kamer een gezang en getjilp, zodat het
leek alsof je in het bos verzeild was ge
raakt. Daar hingen de vogelkooitjes met de
vogeltjes van den houtsnijder. Die vogel
tjes waren alles wat de houtsnijder had.
Als ze begonnen te zingen klaarde zijn hele
gezicht op. Elke dag deed hij een paar keer
de ronde: dan sprak hij tegen elk vogeltje
alsof het een mens was en de beestjes ke
ken hem zo verstandig aan, alsof ze zeg
gen wilden: „Wij luisteren graag naar je,
wij zijn beter dan de mensen."
Maar er brak een moeilijke tijd voor den
houtsnijder aan. Hij verkocht steeds min
der van zijn klokken en zijn gezicht werd
met de dag magerder van de zorgen.
Op zekere dag ging hij naar zijn vogel
kooien. deed van allemaal het deurtje open
en zei: „Vriendjes, vlieg naar buiten, naar
het bos! Ik kan niet meer voor jullie zor
gen. want ik heb geen kruimeltje brood
meer in huis en ik heb geen geld om iets te
kopen." De tranen liepen den ouden man
over de wangen, terwijl hij dit zei.
Voorzichtig huppelden de vogeltjes hun
kooi' uit, gingen op de vensterbank üitten,
keken nieuwsgierig naar buiten en vlogen
toen weg, de gouden vrijheid tegemoet.
Alleen een vinkepaartje kon niet aan hun
vrijheid wennen. Ze waren op een boom
gevlogen en hielden daar een kleine ver
gadering.
„Die arme man moet toch geholpen wor
den". zei het mannetje. „Wist ik maar hoe
we hem konden helpen. Maar ik ben bang
dat we niet knap genoeg zijn om iets te
vinden. We moeten een knapper iemand
om raad vragen. Maar wie?"
Een poosje was het stil. Man en vrouw
vink dachten na. Eindelijk zei het vrouw
tje: „de koekoek is zo bereisd. Die komt
overal en ziet zo veel: misschien weet die
wel raad. Laten we maar eens naar hem
toegaan." Haar man knikte instemmend en
even later belandden ze bij de koekoek.
Zonder moeite ging dat niet. want de koe
koek vliegt van de ene plaats naar de an
dere: hu houdt 't nergens lang uit.. Maar ze
vonden hem eindelijk in een denneboom.
Man en vrouw vink vertelden hem van den
armen man en vroegen of hij geen raad
wist.
„Als ik dien man eens zag, zou ik wel op
een idee komen", zei de koekoek, „want ik
ben erg knap. Maar ik heb op 't ogenblik
geen tijd, want ik wil een ei leggen en dat
kan ik toch niet zomaar in de steek laten."
„Als het anders niet is", zei vrouw vink,
„dan kunnen we je wel even helpen. Geef
dat ei maar aan mij: ik broed 't wel uit en
zal wel voor je kind zorgen, tot je weer
terug komt."
Dat vond de koekoek een uitstekende op
lossing en dus vloog hij direct naar het
huis van den houtsnijder. Het raam stond
wijd open. zodat hij in de kamer kon kij
ken. Er was juist een rijke meneer bij den
houtsnijder, die een klok wilde kopen.
„Heeft u niet een bijzondere klok, die
niemand anders heeft?" hoorde de koekoek
hem Vragen, „zoiets zou ik direct kopen en
ik zou u er goed voor belslen."
..Komt il morgen nog eens terug", zei de
houtsnijder, „misschien kan ik u aan »eis
bijzonders laten zien."
„Goed", zei de heer en ging weg.
Toen hij weg was, ging de houtsnijder in
een stoel zitten en zuchtte moedeloos. Hij
had al zo veel verschillende klokken ge
maakt, dat hij nu heus niets nieuws meer
wist. Zuchtend keek hij op en zag tot *.'ijn
grote verbazing een koekoek in de venster
bank zitten. Dat was heel merkwaardig,
want de koekoek is anders zo schuw, dat
hij zich nooit in de buurt van mensen waagt.
„Ik wou dat je me helpen kon", zei de
houthakker. En tot zijn grote verwondering
antwoordde de koekoek: „Daarom ben ik
hier!"
„Wat zullen we nu hebben?" vroeg de
houtsnijder wanhopig. Op dit ogenblik be
gonnen de klokken te slaan en de koekoek
vloog naar binnen, ging in een lege klok,
die nog geen raderwerk had. zitten, stak
zijn kop uit het gat. waar de wijzerplaat in
moest en riep zijn naam „koekoek" zo dik
wijls als de klokken sloegen. Toen huppel
de hij weer de klok uit. vloog het raam uit
en riep: „Dag houtsnijder! Ga nu je gang!"
Toen ging de houtsnijder met een opge
wekt gezicht aan 't werk. Hij bouwde een
klok met een houten deurtje en stopte er
een houten koekoek in. Elk half en elk heel
uur ging dat deurtje open, kwam de koe
koek te voorschijn en riep zijn naam. zo
veel keer als het aantal uren dat de wijzer
aanwees. De houtsnijder werd hoe langer
hoe vrolijker, want hij voelde dat dit. wat
hij nu maakte iets bijzonders was en dat de
rijke heer wel tevreden zoü zijn. Hij werkte
ijverig door en toen de zon onderging, was
de klok klaar.
Toen de rijke heer de volgende dag terug
kwam. kon hij zijn oren en.... ogen niet
geloven. Eerlijk gezegd had hij niet ge
dacht dat de houtsnijder in zo'n korte tijd
iets bijzonders presteren zou. Maar zijn
verwachtingen werden overtroffen. Hij was
meer dan tevreden en betaalde niet alleen
een hoge prijs, maar bestelde nog een groot
aantal „koekoeksklokken."
De arme. houtsnijder werd nu een be
roemd man en verdiende veel geld. Maar
hij bleef bescheiden en dankbaar als hij
was, vergat hij nooit brood te strooien voor
de vogeltjes die in de vensterbank kwamen.
Maar de koekoek zelf was niet zo be
scheiden. Hij was zo trots geworden dat hij
zich te hoog vond om z'n eigen eieren uit
te broeden en dit aan andere vogels over
liet. En zo is het altijd gebleven.
DE LANGSTE DAG.
De langste dag ter wereld duurt V/2
maand, Daar genieten alleen de IJslanders
Op een mooie, mooie dag
Weet je wat ik toen eens zag?
Moeder kip die met haar spruiten
Wandelen ging in 't zonnetje buiten.
Al wandelend, stel j"e even voor zeg!
Liepen de kuikentjes een voor een weg,
Tot moeder kip eens keek in 't rond
En toen geen van haar kinderen vond.
Radeloos liep ze heen en weer
En riep haar kinderen keer op keer
Tot ze plots vanuit het water
Hoorde een heel luid gesnater.
Even later brak ma kip
Van verbazing haast een rip.
Want daar ZWOMMEN al haar spruiten
In het heldere water buiten.
Kinderen wat was ma kip dom
'T is duidelijk dat er geen kuiken zwot
Het waren eendjes! lief en klein
Die altijd in het water zijn!
TIPO,
HOEVEEL VLIEGEN ZIJN ER?
In de tijd van een jaar zijn er 12 genen-
ties vliegen.
„In het stadje T. streek vanmorgen een-
torenvalk neer; hij greep een hondje
vloog ermee de lucht in", las ik laatst
een krant. Is dat waar? Ik weet het te,
ik heb 't zelf niet gezien, maar het is ttt
mogelijk.
De torenvalken leven van muizen, maar
ook voor rondvliegende duiven zijn ze ge
vaarlijk en als ze honger hebben durven
ze ook haasjes en konijntjes aan te vallen.
Ze zijn sterk genoeg om zulke beesten in
hun klauwen naar hun nest te dragen.De
toren valk in T. had zeker honger en dacht
misschien dat 'ri hondenboutje even lekker
zou smaken als dat van een haasje of ie-
nijntje.
De valken, die in torens en hoge gebou
wen wonen, zijn heel mooi. Ze hebben
kringen om hun verstandige en b ij zonder
scherpe ogen. Hun rug en hun vleugels zijn
roodbruin, de kop is grijs en hals, bont
en buik zijn wit, maar versierd met lang
werpige. grijze vlekjes. Dezelfde vlekje»
vind je ook op de rug en de vleugels, maar
daar zijn ze zwart. De slagpennen zijnoot
zwart en de staart is grijs met een zwsrli
band. terwijl het uiteinde helemaal wits
De poten zijn geel. In het nest, dat var.
takjes, mos en hooi gemaakt is, legt bel
wijfje, vier, vijf of zes bruin-gemarmerde
eieren. Als de jongen uit het ei komen, zijn
hun ogen dicht, net als bij jpnge katjes et
ze schijnen heel lang hulp nodig te hebben,
want weinig vogels worden zo lang gevoed
als de torenvalkjes.
Als een valk op prooi uit is. heeft h(j ees
merkwaardige vlucht. Heel hoog in it
lucht ziet hij zijn prooi al en terwijl hij
hem bespiedt, weet hij door korte vleugel
slagen bijna op dezelfde plaats boven zijn
prooi te blijven. Als hij denkt dat het tijd
is hem te grijpen, schiet hij met een ont
zettende snelheid neer en voor 't arme dief
weet wat er gebeurt, wordt het al tus?ee
de klauwen van de valk de hoogte in gt-
voerd.
De valken behoren dus tot de rocfvogdJ
en wel tot die, welke bij dag op roof uit
gaan.
In de winter zie je ze niet, want in het
najaar trekken ze naar het Zuiden om in 't
voorjaar terug te komen.
Vier kleine puntige papie
ren zakjes vormen de schoe
pen van de propeller, die
over twee assen de twee
tandraderen van een oude
wekker, de schroef in het
water moet voortbewegen.
De wind maakt de propel
ler aan 't draaien, omdat hij
in de zakjes blaast; de vleu
gels van de propeller met de
haakjes voor de zakjes en het
geraamte waarop ze staan,
zijn van ijzerdraad. Het ijzer-
draad kun je aan elkaar ma
ken door het op die plaatsen
stevig te omwikkelen met
heel dun ijzerdraad. Nog be
ter is het om ze te solderen.
Hiervoor zijn bepaalde pasta's in de handel,
die je er gewoon op moet doen en dan bo
ven een gasvlam moet houden. Zo soldeer
je ook de twee tandraderen en de schroef
op de assen; de schroef snijd je uit het blik
van bussen, groentebussen bijvoorbeeld-
Hoe groter de „windvangers" zijn, des lJ
groter kun je de schroef natuurlijk