FRIESLAND
Mensch erger je niet.,.
De Kamer vao Koophandel in zware tijden
de eerste viool ia dea
Noordoostpolder
Nieuwjaarsrede van den voorzitter
„WEL ZAL IN NEDERLAND VEEL VER
„ANDERD MOETEN WORDEN. DOCH
„WANNEER TEMPO EN WIJZE VAN SA
MENWERKING GOED WORDEN GEKO-
„ZEN, KAN MEN ER ZEKER VAN ZIJN,
„DAT OOK ONS LAND ZIJN VOLLE BIJ
DRAGE ZAL LEVEREN AAN DE EISCHEN
„WELKE DOOR HET VERANDERDE AS-
„PECT VAN DE WERELD WORDEN GE
STELD."
In zijn gistermiddag gehouden Nieuw
jaarsrede heeft de voorzitter van de Kamer
van Koophandel, de heer S. W. Arntz, al
lereerst de gevolgen van den oorlogstoe
stand voor ons land besproken en er op ge
wezen, dat na de capitulatie verslagenheid
heerschte. welke weldra plaats maakte voor
nieuw initiatief in het bedrijfsleven. .De
heer Arntz vroeg de inzet der heele per
soonlijkheid der leden van de Kamer voor
den opbouw van het economische leven van
ons land.
Als gewoonlijk liet hij daarop de resulta
ten der verschillende bedrijfsgroepen de
revue passeeren.
KAASHANDEL.
Spr. herinnerde aan de regeeringsmaat-
regelen. door welke de Alkmaarsche markt
dreigde te verloopen en zich het in de ge
schiedenis der markt ongekende feit voor
deed. dat op 4 Augustus slechts 4000 Kg.
werd aangevoerd.
Door gebrek aan krachtvoeder en de in
verband daarmede staande mindere melk-
gift. ziet het er met, de zuivelbedrijven en
-handel en dus ook met onze kaasmarkt
voor 1941 niet zoo rooskleuig uit. De aan
voer ter Alkmaarsche kaasmarkt bedroeg
in 1940 2244 stapels wegende 2.9S7.622 Kg.
VEEHANDEL EN VEETEELT.
De prijzen bewogen zich aanvankelijk
op het niveau van het vorige jaar, terwijl
de handel beperkt bleef. Na 14 Mei heeft
het beeld zich echter totaal gewijzigd. Ten
gevolge van de veevoederschaarschte werd
een inkrimping van den veestapel onver
mijdelijk, waarbij men echter eoede ver
wachtingen koestert ten aanzien van de
moderne methoden van voederbewarïne.
Het aspect wijzigde wederom toen de
vleeschdistributie in ons land in werking
trad en kort daarop de verplichte levering
van rundvee volgde Inmiddels waren de
priizen voor alle soorten vee aanmerkelijk
gestegen. Mede tengevolge van de beper
king in de toewijzingen van motorbrandstof
voor het wegverkeer werden vooral paar
den tegen zeer hooge prijzen verkocht.
PLUIMVEEHOUDERIJ.
Na 10 Mei is de situatie voor de pluimvee
houders langzamerhand slechter geworden,
daar niet voldoende voer kon worden be
schikbaar gesteld.
Veel pluimveehouders hebbpn evenwel tot
het najaar hun leggende kippen kunnen
aanhouden, zoodat de inkomsten mede
doordat de eïerorijzen vrij hoog waren
op een behoorlijk peil bleven. Na deze pe
riode is de toestand evenwel beslist on
gunstig geworden, daar nog slechts voor
een klein percentage van den nluimvee-
st^oel voe-r kan worden verstrekt.
De pienkuïkenfokkeri? is onmogeliik ge
worden. De eendcnhouderij is nóg sterker
getroffen dan de kippenhouderij.
GROVE TUINBOUWPRODUCTEN.
Hef koolseizoen van den winter 1999/40 ic
bevredigend te noemen. De geheele oogst
kon worden verkocht, waarbij echter bet
vrije veilingssvsteem gedeeltelijk moest
worden prijs gegeven.
In tegenstelling met vorige iaren kon
thans ook in den zomer èn herfst kool tot
bevredigende priizen naar Duitschland
verladen worden, hoewel de. prijzen voor do
winterkool in December. In het biizonder
met het oog op den geringen oogst van
rnode kool wel wat hoogcr hadden kunnen
zijn.
Het verloop van de marktontwikkeling
voor uien was minder bevredigende
De vroeger aardappelcampagne, welke
voor Noordholland van groot belang is.
verliep zeer onregelmatig vooral tengevol
ge van hef feit. dat in Juni iedere export-
mogeliikheid onfhrak. Drastische maatrege
len waren noodig om de aanvoeren aan te
passen aan de hinnenlandsche vraag.
De aardanneVamnaeme deed handel en
tuinderij voor het eerst met de totaal ge
wijzigde omstandigheden kennis maken.
Tfet vriïe veilingssvsteem werd verlaten en
vac'e priizen werden gesteld.
De totale veilingomzelten in het district
onzer Kamer stegen in 1940 tot f 6.585.781.70.
tegen in 1989 f 5.052.879.92. een niveau, dat
na het jaar 1980 niet meer werd bereikt!
A'hoewei deze opbrengst zeer bevredigend
is. dient men er rekening mede te. houden,
dat de steun aan de tuinders is vervallen
en de productiekosten sterk zijn' gestegen.
De zuurkoolfahrieken waren goed van
orders voorzien en behaalden behoorlijke
resultaten.
BLOEMBOLLEN.
Toen Nederland in den oorlog werd be
trokken, waren de vooruitzichten hopeloos
daar de uitvoer naar Frankrijk. Engeland
en Amerika geheel werd uitgeschakeld- Do
ze landen waren immers de grootst© afne
mers Scandinavië nam veel minder af
Noorwegen 49 minder Zweden 50 min
der. terwiil Denemarken ongeveer hetzelfde
als het vnri"f> iner KetroV B'utsrhland stel
de gelukkig D.M. spon lWi -- evtra voor den
invoer van bloembollen beschikbaar.
Over het algemeen zijn de financieel*1
resultaten ver heneden het middelmatige
gebleven.
VISSCHERIJ EN VISCHHANDEL
TE DEN HELDER EN OMGEVING.
De ruime Zuiderzee- en Waddenharing
vangsten van voorheen zijn na de afsluiting
van de Zuiderzee langzamerhand geregeld
verminderd en dit seizoen is er heelemaal
geen haring meer gevangen.
De eveneens ruime ansjovisvangsten van
voorheen zijn ook sterk achteruitgegaan
doch niet geheel verdwenen. De vooruitzich
ten waren niet ongunstig, maar de inge
treden oorlogstoestand, juist bij het begin
van het seizoen, was oorzaak, dat in de
naaste omgeving van Den Helder niet ge-
vischt kon worden, zoodat deze teelt geheel
verloren ging.
Van Wierineen af langs den Afsluitdijk
tot beoosten Harlingen kon die visscherij,
zij het dan ook beperkt, worden uitgeoefend
en zij leverde voor sommige visschers bevre
digende resultaten op.
De garnalenvangst kon gedurende de
winter- en voorjaarsmaanden, binnen de
zeegaten, het „Marsdiep" enz. met inacht
neming der overheidsbepalingen doorgaan.
De vangst op consumptie-garnalen was niet
groot. De vraag uit binnen- en buitenland
liet veel te wenschen over. Daarentegen
was er veel vraag naar garnalen voor de
drogerijen.
De visscherij op de Noordzee werd ge
durende de winter- en voorjaarsmaanden
door eenige motorbotters uitgeoefend maar
had door de beperktegelegenheid tot vis
sollen weinig te. bettekenen. De grootere
motorkotters, die van elders uit betere ge
legenheid hadden om op de Noordzee te
visschen, boekten gunstiger resultaten. Na
bet intreden van den oorlogstoestand heeft
hier alles wat de visscherij betreft stop
gestaan.
Eerst in het najaar kwam er eenige op
leving en kon de garnalenvisscherij onder
beperkte voorschriften weder beginnen.
De prijzen stegen langzaam en liepen
zelfs tot ongekende hoogte op. De vangsten
waren echter niet groot, daar er te weinig
tiid was om zonder groot gevaar te visschen
Tn November begon de sardiin-(sprot-)
vangst. Deze was bevredigend. De prijzen
van dat artikel waren ongekend hoog. Het
seizoen voor deze vischsoort duurt slechts
kort.
Over het. algemeen genomen is de vis
scherij voor Den Helder dit jaar vooral na
het intreden van den oorlogstoestand on
gunstig geweest.
BOUWBEDRIJF.
Het jaar 1940 heeft bet bouwbedrijf voor
groote moeilijkheden gesteld. Was de toe
stand aan het begin van 1940 door den
oorlog buiten onze grenzen èn de gevolgen
daarvan voor eigen land. al niet zeer gun
stig. de gebeurtenissen nadien hebben de
moeilijkheden doen stijgen. De strenge
vorst gedurende Januari en Februari en
in een gedeelte van Maart had het bedrijf,
zoo niet geheel, dan toch grootendeels stil
gelegd. Het was eerst korten tijd weer op
gang of ons land werd in den oorlog be
trokken en op datzelfde oogenblik vervie
len bijna alle vooruitzichten op werk, ter
wijl vele onderhanden zijnde werken wer
den stilgelegd.
Als gevolg van de beperkte materialen-
voorraden zijn van hoogerhand maatregelen
genomen. Het is verheugend, dat tot alge
meen gevolmachtigde voor den wederop
bouw, aan wieii deze regeling werd opge
dragen. onze oud-stadgenoot Dr. Ir. J. A.
Ringers is benoemd, onder wiens deskun
dige leiding werken van grooten omvang
zijn en worden verricht.
BINNENSCHEEPVAART.
Door de stremming van verkeerswegen
en de beperkipg in het gebruik van motor
brandstof heeft het afgeloopcn jaar voor de
scheepvaart tal van moeilijkheden opgele
verd. Desondanks hebben de eigenaren van
de binnenvaartuigen, die hun bedrijf konden
voortzetten, bevredigende resultaten bereikt
daar. vooral door het beperkte asverkeer. de
vraag naar scheepsruimte aanmerkelijk
grooter was dan voorheen. Zoo steeg het
aantal bevrachte binnenvaartuigen in hel
district van de ten kantore der Kamer ge
vestigde Bevrachtingscommissies- belangrijk.
WIERINGERMEERPOLDER
Ook voor de Wieringermeer is 1940 in meer
dan één opzicht een bijzonder jaar geweest.
Het uitgifteplan van boerderijen, zooals
dit orspronkelijk voor 1940 was opgesteld,
omvatte 52 normale bedrijven, 33 kleine ge
mengde bedrijfjes, waarvoor mededinging
is beperkt tot de arbeiders, die aan hei in
cultuur brengen in de Wieringermeer heb
ben moegewekt en 45 akkerbouw/tuinbouw
bedrijf jes. waarvoor alleen gegadigden uit
de noodlijdende tuinbouwstreken in aan
merking komen.
Onmiddellijk na de verlammende, oorlogs
dagen waren de vooruitzichten ten aanzien
van de uitvoering van het opgezette plan
uiterst somber cn zag het er naar uit, dat
de uitgifte 1940 geheel zou moeten worden
opgeschort. Echter ondanks de moeilijkhe
den, die zich voordeden vooral ten aan
zien van materialenvoorziening, bestemd
voor de stichting van de noodige bedrijfs
gebouwen, kon toch vrij spoedig worden be
kend gemaakt, dat de gewone uitgifte door
gang zou vinden. De veranderde omstandig
heden ten spijt, bleek de belangstelling
niet afgenomen. Niet minder dan 687 gega
digden meldden zich voor deze uitgifte aan.
Alhoewel grootendeels. konden toch niet
alle moeilijkheden, die zich voordeden, vol
ledig ondervangen worden. Daardoor kon 't
bouwprogramma van boerderijen en daar
mede het hiervoor omscheven uitgifte-plan
niet geheel woden uitgevoerd, zoodat p!m.
1500 ha. in eigen exploitatie moest worden
gehouden in plaats van pl.m. 700 ha., zooals
oorspronkelijk vastgesteld. Gehoopt wordt
dit restant in 1041 geheel in particuliere
handen te kunnen brengen. In totaal kon
den in 1940 5S boerderijen in pacht worden
uitgegeven, zoodat de' totale uitgifte thans
392 bedrijven beloopt, waaronder 20 kleine
gemengde bedrijfjes en 9 akkerbouw/tuin
bouwbedrijf jes, met een oppervlakte van
ruim 11000 h.a. Daarnaast is nog ongeveer
1000 ha. als los land verpacht, waarvan
nl.m. 520 h. in handen is van ruim 275
tuinders uit de randgemeenten, die door
den in de Wieringermeer Ier beschikking
gesteld©n grond in staat zijn tot meer--be
vredigende bedrijfsresultaten te komen dan
voorheen. Het restant is voor akkerbouw
of veeteeltbedrijf verpacht aan landbouwers
uit het randgebied, voornamelijk Wieringeri
die eveneens met gebrek aan voldoenden
cultuurgrond in-eigen woongebied te kam
pen hebben. Aan de 22 voor blijvende Staats
exploitatie bestemde bedrijven, werden er
dit jaar pog 15 toegevoegd, zoodat dit plan
thans volledig is uitgevoerd, omvattend 37
bedrijven, met een oppervlakte van ruim
1000 ha. Op de drie dorpen Wieringerwerf,
Middenmeer en Slootdorp deden de veran
derde omstandigheden eveneens haar in
vloed gelden, waardoor de ontwikkeling
geen gelijken tred hield met die in de vo
rige jaren.
In ander opzicht was 1940 voor de Wie
ringermeer echter een verheugend jaar. Op
21 Augustus werd n.1. het feit herdacht, dat
10 jaar geleden op dienzelfden datum de
polder droogviel. Al is door de bijzondere
omstandigheden openlijk feestvertoon achter
wege gelaten, toch noodde deze herdenkings
dag bij uitstek tot een terugblik op wat in
die tien jaren tot stand is gebracht.
BANKBEDRIJF.
Voor het bankbedrijf bracht de gang der
zaken, speciaal de vermindering der goe
derenvoorraden. een vermindering van het
debiteurenbedrijf en een vermeerdering van
dat der crediteuren mede.
De reeds lang in gang zijnde prijsstijging
van onroerende goederen, alsmede de prijs
stijgingen van andere goederen tengevolge
van den oorlogstoestand maken het waar
schijnlijk, dat de banken minder op hare
debiteuren zullen behoeven af te schrijven,
dan zij de laatste jaren hebben gedaan.
MIDDENSTAND.
Oe middenstand heeft een veelbewogen
jaar achter den rug. In de eerste helft van
1940 bevonden zich veie middenstanders on
der de wapenen, waarvan een groot aantal,
vooral de kleinere (de mensehen met een
éénmansbedrijf) ernstige financieele na-
deelen ondervonden, zoodat verschillende
hun met veel zorg opgebouwd bedrijfje za
gen verloopen.
Het uitbreken van den oorlog had een
toeloop op de - levensmiddelenzaken tenge
volge. Het publiek had uitsluitend belang
stelling voor levensmiddelenzaken. De an
dere bedrijven hadden derhalve niets te
doen. Voor de modezaken was dit funest
voor het zomerseizoen, daar de oorlog juist
uil brak toen de verkoop zijn hoogtepunt
moest bereiken. Later kregen de zaken op
het gebied van textiel, kleeding en schoei
sel haar beurt en werden letterlijk leegge-
lcocht. Door diverse overheidsbepalingen te
gen prijsverhooging enz. kwamen vele za
ken voor moeilijke problemen te staan.
De distributie, waarmede nu wel haast
iedereen in meerdere of mindere mate te
maken heeft, en de reeds nu optredende
goederenschaarschte heeft bij velen de om
zet terug doen looperi tot een fractie van
normale tijden. De middenstand waardeert
het evenwel ten zeerste, dat de bedrijven
zooveel mogelijk bij het distributieproces in
geschakeld zijn gebleven.
De wijziging van de omzetbelasting ver
oorzaakte veel werk.
Bij het Middenstandsborgstellingsfonds
Hollands Noorderkwartier zijn in het afge-
loopen jaar 80 aanvragen binnengekomen.
Deze toename was o.m. het gevolg van het
feit, dat verschillende leveranciers er toe
overgingen hun crediet te beperken. Een
overbruggingssteun, in den vorm van een
voorschot van een paar honderd gulden,
kon hen over de eerste moeilijkheden heen
helpen.
In de na-oorlogsche periode werd de
werkzaamheid van het fonds belangrijk uit
gebreid, daar het werd ingeschakeld bij de
hulpverleening aan de door den oorlog ge
troffen middenstanders door middel van
de z.g. molestcredietgeving en als ver-
trouwensinstantie bij de uitvoering der
ontslagverordening.
Tenslotte moge ik hier nog memoreeren,
dat dé pogingen om tot concentratie van
de 3 groote middenstandsbonden te gera-
MERKWAARDIG RAPPORT VAN
EEN FRIESCHE COMMISSIE.
Akkerbouw zal hoofdzaak rijn.
In 1950 tienduizend, op den duur
vijftigduizend inwoners. Liefst
nog geen provinciale indeelingl
De commissie, die op 24 Mei 1940 door Ge
deputeerde Staten van Friesland is geïnstal
leerd. welke commisie tot taak had te advi-
seeren over aangelegenheden. Friesland en
den Noordoostpolder betreffende en uit dien
hoofde deskundigen op verschillend gebied
in zich vereenigde. heeft een rapport uitge
bracht.
Voorop gesteld werd. dat de kolonisatie
van dit gebied in wording niet slechts een
technisch probleem is. doch tevens culturee-
le en maatschappelijke vragen raakt.
De commissie nam kennis van een nota,
opgesteld door de heéren Blink. Tj. de
Jong en de Vries, waarin verschillende
wenschen ten aanzien van de bevordering
van Friesrhe agrarische belangen in den
Noordoostpolder maar voren werden kp-
braeht. Rnkele punten mogen hier genoemd
worden:
De commissie bevordere: het in het' leven
roepen van een geregelde en uitgebreide
voorlichting over alles, wat op den Noord-
oost pol der betrekking heeft, met gebruik
making van alle bestaande mogelijkheden.
Het houden van specïa'e cursussen aan
vangende in den winter 1940/41. voor dege
nen, die over vestiging in den polder den
ken.
Deze punten van het werknrogramma had
den de volle instemming der oomm'ssie.
evenals het voorstel, om zich daarbij de
hulp te verschaffen van iemand met een
zekere landbouwkundige scholing en in
zicht in de vraagstukken, die zich bij ves
tiging in een nieuw gebied voordoen. In de
volgende punten is zeer in het kort het
oordeel van de commissie over de te ver
wachten betrekkingen tussrhen Friesland en
dpn Noordoostpolder samengevat:
Over enkele jaren zal een nieuw gebied
ontstaan ten deele grenzend aan Friesland,
waar hoofdzakelijk landbouw zal worden
bedreven.
De verwachting is uitgesproken, dat de
Noordoostpolder op den duur een inwonertal
van ongeveer 50.000 zal verwerven. Gezien
de ontwikkeling in de Wieringermeer kan
worden aangenomen, dat bii een eenigszins
normaal verloop van de werkzaamheden in
den nieuwen nolder. het aantal inwoners in
1950 omstreeks 10.000 zal bedragen, hetgeen
gedurende een tiidperk van tien jaren ge
middeld een vestiging van 1000 personen
oer in ar heteekent.
Tn Friesland heerschte steeds groote
„landhonger". Dit heeft tengevolge, dat de
ondernemende bevolking het grootste ver-
trekoverschof nor 1000 heeft van ons land.
Meer dan 2000 Friezen vertrekken ieder jaar
voorgoed naar elders.
VERGELIJKING MET
WIERINGERMEER
Na Noordholland volgt Friesland in de rij
van de provincies, die inwoners naar de
Wieringermeer zagen vertrekken. Gezien de
belangstelling voor cursussen, die in Fries
land worden gehouden voor jonge boeren,
met het oog op de werkzaamheden in den
Noordoostpolder, is het te voorzien, dat het
aantal gegadigden voor het pachten van
een boerderij in den Nooroostpolder en het
aantal landarbeiders, dat daar werk hoopt
te vinden, in Friesland zeer groot zal ziim
I-Ict is Ie verwachten, dat de veeteelt in
den polder in sterke mate onder invloed
zal komen te staan van hetgeen in Fries
land is bereikt op technisch en organisato
risch gebied.
Gezien de ligging en de erondgesteldheid
van den nieuwen polder en de_ kundigheid
en hein nestel'in g van den Frieschen boer
en zijn oranisatics, zal de akkerbouw in
Friesland in meerdere mate dan die in an
dere gewesten betrokken worden in het
toekomstige landbouwgebied van den
Noordoostpolder.
De industrie, de handel en de verzorgen
de bedrijven staan in Friesland nagenoeg
geheel in dienst van den landbouw, daar
in den polder weinig industrie kan worden
verwacht, zal op verschillend gebied Fries
land' een taak te vervullen krijgen, even
zeer is dit het geval met den handel.
De land- en waterwegen krijgen een be
langrijke functie te verrichten.
Het droogkomen der gronden en het
bewerken en bewonen daarvan zijn
slechts de grondslagen voor een ge
ordende cultureele ontwikkeling en
vormen niet het uiteindelijke doel.
De taak om voorwaarden te schep
pen voor een goede gemeenschap
dient ruim gezien te worden. Daar
de Nederlandsche plattelandsbevol
king allerminst ©en cultureele een
heid is. bestede men groote aan
dacht aan het bevolken van den
polder, waarbij veel, wat waarde
vol is. behouden kan blijven.
De omstandigheid, dat de polder aan
Friesland komt te grenzen, en zeer vele
Friesche inwoners zal krijgen, geeft de ge
legenheid tot het stichten van een hechte
gemeenschap, door te bevorderen, dat de
Friezen zooveel mogelijk in het Noordelijk
gedeelte van den polder komen te wonen.
Het is gewenscht, het landschap in over
eenstemming te brengen met den aard der
bevolking.
Zoowel de rapporten van de commissie-
Vissering als die van den Zuiderzeej-aad.
spreken zich uit voor een krachtig centraal
bestuur, dat ook de provinciale taak kan
waarnemen. Een provinciale indeeling moet
in overeenstemming ziin met de wenschen
van de bevolking en ook zooveel mogelijk
met de economische oriëntatie. Het is vrij
wel onmogelijk een ongewenschte indeeling
weer ongedaan te maken, mede waarom
hef doelmatiger is met de administratieve
indeeling geen haast te betrachten.
Indien ons voorstel betreffende de admi
nistratieve indeeling in de praktijk onuit
voerbaar zou blijken te zijn en de Noorrl-
oostnnider reeds nu bij de bestaande pro
vinciën 7.011 moeten worden ingedeeld, aldus
hesluit hpt rapport, is er alle reden voor
een aansluiting bij Friesland te bepleiten
en te bevorderen.
Wanorde bij hooivorderiog
Veehouders moesten anderhalve
dag wachten.
Vorige week vond te Broek in Waterland
een hooivordering plaats ten behoeve van de
geëvacueerde gebieden. Nu is het op zich
zelf al geen prettige zaak om van het hooi,
dat men zoo hard noodig heeft voor zijn
eigen beesten, nog een deel af te moeten
staan, maar wanneer dan tevens blijkt, dat
de organisatie op geen stukken na klopt,
dan vallen er harde woorden. En die zijn er
dan ook gevallen en niet zoo zuinig ook, al
dus de Prov. N.H. Crt.
In de eerste plaats bleek reeds dat veel
te veel boeren aangeschreven waren om
naar Broek te komen. De twee persen, die
een capaciteit van circa 60 ton per dag had
den, moesten maar liefst 90 ton verwerken.
Bovendien waren alle boeren aangeschreven
om op den eersten dag met hun hooi te ver
schijnen. terwijl er drie dagen beschikbaar
waren. En tot overmaat van ramp koos men
als standplaats voor de persen de ongeluk
kigste plek. die men kiezen kon, hl. het
Kerkplein. En dat tegen de aanwijzingen
van de politie in. Het gevolg was, dat op
den eersten dag het Havenrak vol met zwaar
beladen voertuigen stond, hetgeen een groo
te opstopping teweeg bracht. Zoo zagen we
den arts met zijn auto een uur wroeten om
twee honderd meter af te leggen. Het ge
perste hooi, dat met vrachtauto's het dorp
weer uit moest, kon er ook niet langs. Geen
nood. druk de heggen maar op zij en rij de
takken van de boompjes langs het Haven
rak, de trots van het dorp. er maar af...
We gewagen nu maar niet eens van de
taxatie van het hooi. Wat de eene taxateur
goedkeurde, keurde de ander af. Er is ons
een geval bekend, van een partij hooi, die
voor B kwaliteit getaxeerd werd. maar als
C kwaliteit werd uitbetaald.
Vrijdag zat de zaak dan ook zoo grondig
in de knoop, dat de gewapende macht
moest ingrijpen. Daarna ging de aan- en
afvoer beter, maar in orde was het lang
niet. Stonden er niet boeren langer dan an
derhal ven dag te wachten?
Neen, we wenschen den organisatoren een
volgenden keer beter inzicht, dan zal dit
niet weer voorkomen. En mogen we dan
de tip van de politie hier nog eens aandik
ken: Heeren, perst het hooi op de plaats,
die zij aanraden; er zijn tenslotte verkeers-
deskundigen.
KOLENDAMP
BEJAARD ECHTPAAR BIJ DEN
HAARD DOOD GEVONDEN.
In de Begoniastraat te Almelo heeft zich
een geval van kolendampvergiftiging voor
gedaan, waarbij twee oude menschen zijn
omgekomen.
Buren kwamen gisterochtend tot ontdek
king dat, tegen de gewoonte in. geen teeken
van leven te bespeuren was in de woning
van den heer.en. mevrouw Frank. Toen ook
leveranciers na herhaaldelijk kloppen en
bellen geen antwoord wregen, werd de poli
tie gewaarschuwd. Zij verschafte zich toe
gang tot de woning, welke alleen door het
echtpaar bewoond werd. Man en vrouw za
ten bij den haard, alsof zij sliepen. Men nam
een sterke kolendamp waar. Een genees
heer kon slechts den dood bij beiden con-
stateeren. De man was 71, zijn vrouw 72
jaar oud.
ken, in het afgelopen jaar met succes wer
den bekroond.
WERKZAAMHEDEN KAMER
EN SECRETARIAAT.
In het afgeloopen jaar werden 7 aanvra
gen tot het verkrijgen van vergunningen tot
het houden van opruimingen en uitverkoop-
pen door de desbetreffende commissie be
handeld, welke alle werden toegestaan.
Het aantal bij de Kamer ingediende aan
vragen tot het verkrijgen van een vergun
ning op grond van de Vestigingswet- Klein
bedrijf onderging een verdere stijging en
bedroeg thans 63, waarvan er 5 werden af
gewezen, terwijl 8 aanvragen aan het einde
des jaars nog niet waren afgehandeld. Hét-
aantal omtrent deze wet verstrekte inlich
tingen was ook dit jaar zeer groot.
Het aantal afgegeven certificaten van
oorsprong en legalisaties liep terug.
Het aantal in 1939 afgegeven invoerver
gunningen bedroeg 1365 tegen 500 in het
afgeloopen jaar.
Het aantal opgaven voor het Handelsre
gister bedroeg 2576, tegen 2029 in 1939. Op
1 Januari 1941 stonden -7146 werkelijk be
staande zaken en bedrijven in het Handcis-
register ingeschreven.
Aan de Arrondiasements-Rechtbank te
Alkmaar werd in 8 gevallen advies uitge
bracht terzake van ingekomen verzoeken
tót beëediging als makelaar.
Ik ben hiermede gekomen, aldus voor
zitter aan het einde van mijn beknopt over
zicht. Er rust op mij nog de taak U allen
en de leden, die hier niet aanwezig kun
nen zijn, dank te zeggen voor het zeer vele
en extra moeilijke werk, dat gij, naast de
vele beslommeringen, die Uw eigen bedrijf
thans medebrengt, voor de Kamer en het
bedrijfsleven hebt willen verrichten.
In mijn dank betrek ik tevens den secre
taris. den adj.-secretaris en het verdere per*
soneel der Kamer.
In het verslag van een onzer groote
bankinstellingen las ik de navolgende zin
snede:
„Wel zal in Nederland veel veranderd
moeten worden, nu de geheele wereld aan
het veranderen is. doch wanneer tempo en
wijze van samenwerking goed worden ge
kozen. kan men er zeker van zijn, dat ook
ons land zijn volle bijdrage zal leveren
aan de eischen, welke door het veranderde
aspect van de wereld worden gesteld."
Mijne heeren. laat ik met deze aahaling
besluiten en de hoop uitspreken, dat ook
de Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor Hollands Nn^derderkwartier. die tij
dens haar bijna 100-jarig bestaan reeds 7.00
vele veranderingen van historisch gegroeide
toestanden heeft doorleeft, ook thans haar
medewerking in ruime mate zal kunnen en'
mogen blijven verleenen om voor het be
drijfsleven den weg naar die toekomst
veel mogelijk te doen effenen.