N#. 16. Zondag 27 November. A\ 1887. Nieuws- en Advertentieblad. Wanneer moeten de boomen gepoot worden? Binnenland. Dit blad verscliijnt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 3 maanden Voor den Burg 30 Cts. - Franco per post door ge heel Nederland 45 Cts. - Naar Amerika en andere landen met verhooging der porto's. Advertentiën vóór 10 uur op den dag der uitgave. Prijs der Advertentiën Van 1 tot 5 regels 30 Cts. - Iedere regel meer 6 Cts. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer. ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOIJ, Parkstraat, Burg op Texel. In No. 5 van onze Courant namen wij een artikeltje op over „aanleg ven dennenbosschen." Als 'gevolg daarvan werden in drie ver schillende nummers ingezonden stukken opge nomen, waarin de wenschelijkheid van aan planting van boomen op ons eiland werd be- toogd. Tot aanvulling van een ander, deelen wij mede het onderstaande, dat voorkomt in de N.Gr. CL: n v „Omtrent de vraag: wanneer is het de beste tijd, in den herfst of in 't voorjaar, dat de ooft- en andere boomen gepoot worden? heerscht over 't algemeen niet dezelfde meening, noch bij de practici noch bij de theoretici, o. i. een bewijs dat men zich bij beide goed bevinden kan. Voor het poten in den herfst halen vele vak mannen en boomkweekers als een voordeel aan, dat de herfst-aanplant nut trekt van de vochtigheid van den winter en dat de aaide zich vaster rondom de wortels zet. Dit is gedeeltelijk waar, maar hiermede behoeft men dan toch alleen daar rekening te houden, waar het aanslempen der aarde noodig is. De meening, dat de wintervochtigheid den in den herfst gepoten boomen ten goede komt is in zooverre valsch, dat men ten allen tijde de boomen kan aanslempen, waardoor de aarde spoediger en beter rondom de wortels zich vastzet dan wanneer wij op de vochtigheid van den winter wachten, terwijl anderszijds die vochtigheid den in het voorjaar gepoten boomen zoo niet meer dan toch in even groote mate ten goede komt. Een boom die in den herfst verpoot wordt stoort men in zijnen wasdom, de afgesneden of beschadigde vezel worteltjes lijden in den nieuwen grond, of zoo als men in 't dagelijksch leven zegtzij verkleumen. Hier komt bij dat de booin door de herfst- en winterstormen en door het slechte weer dikwijls zoodanig wordt heen en weer geschud, dat de ter nauwernood en met moeite vastgezette wortels weder losraken, wat ten hoogste schadelijk is. Verpoot men daartegen een boom in het voorjaar, zoo wordt de levenskracht het minst gestoord, doordat hij kort voor het begin van den groei gerooid, zoo spoedig mogelijk daarop weer gepoot en aangeslempt wordt, waarop hij in den groeikrachtigen bodem nauwelijks eenigen hinder van het verpoten ondervindt, en om die reden is het verplanten in 't voor jaar te verkiezen boven dat in den herfst. I.aat men echter in 't voorjaar boomen ui eene boomkweekerij komen, dan zal men toch in den regel geene boomen ontvangen, die eerst in 't voorjaar gerooid zijn, daar de boom kweekers in den herfst verschillende groepen moeten opruimen en daarom de te verkoopen boomen inkuilen, d. i. men graaft een kuil, legt de boomen met de wortels er in, zoo dicht mogelijk op elkaar, en werpt er aarde op. Moge deze handelwijze ook zoo nauwkeurig mogelijk geschieden, toch is het niet te ver mijden, dat tusschen de wortels openingen Mijven, die zeer nadeelig zijn, en het ligt voor de hand, dat wanneer de boomen met hunne verwonde wortels tot aan het voorjaar in zulk eene opslagplaats liggen, onderhevig aan droogte en natte, aan vorst en zonne stralen, dat zij niet meer zoo levenskrachtig zijn, als wanneer zij kort na het rooien in den herfst gepoot en aangeslempt worden. In dit opzicht is dus de herfstaanplanting te verkiezen boven het planten in het voorjaar. De slotsom, waartoe wij dus komen, is dezekan men boomen verkrijgen, die in het voorjaar gerooid worden, dan is het beter in 't voorjaar dan in den herfst de boomen te verpoten, in het tegengestelde geval is het poten in den herfst beter. Dit geldt ook voor conifeeren, die echter ook zeer goed in den zomer verpoot kunnen worden als de wortels door een kluit aarde omgeven worden, terwijl de boom tegen de zengende zonnestralen be schut en des morgens en 's avonds met frisch water besproeid wordt. TEXEL, 26 November 1887. Vrijdagmorgen vertrokken weder eenige personen van ons eiland, met bestemming naar Amerika. Zeker is de ramp, welke de Schotten trof, geen bemoedigend voorval voor hen, welke thans die reis ondernemen. Moge echter dezen, zooals reeds zoo velen, eenen voorspoedigen overtocht ten deel vallen en het nieuwe vaderland hun in hunne ver wachtingen niet teleurstellen. Ook thans zal op den aanstaanden Nieuwjaarsdag gelegenheid bestaan tot over brenging, per telegraaf, van Nieuwjaarskaar ten, in het onderling verkeer der Nederlandsche telegraafkantoren. De formulieren (van 1 De cember af bij alle Rijkstelegraafkantoren a 10 cent verkrijgbaar) kunnen op 31 December en 31 Januari zonder verdere kosten ter over seining van den inhoud worden aangeboden. Elke nieuwjaarskaart mag ten hoogste 10 woorden bevatten (behalve nog de plaats van afzending). Bij het onderzoek in de afdeelingen der Tweede Kamer van het ontwerp om bestaande wetten in overeenstemming te brengen met de nieuwe wetgeving, werd er wederom de aandacht op gevestigd, dat door eene telkens herhaalde gedeeltelijke wijziging van hoogst belangrijke wetboeken en wetten de kennis neming daarvan zeer bezwaarlijk wordt, niet slechts voor leeken, maar ook voor deskundigen. Beter achtte men het, indien voor iedere wet op elk wetboek een afzonderlijk ontwerp ware voorgedragen, houdende de veranderingen dooi de ingevoerde wetboeken van strafrecht en strafvordering noodzakelijk gemaakt. Het ge voelen dat het aanbrengen dier veranderingen gevoegelijk bij kon. besluit zou kunnen ge schieden, ontmoette echter bij de meerderheid tegenspraak. Andere leden drongen aan op eene nieuwe uitgave van regeeringswege in hun gewijzigden vorm van de verschillende wetboeken en wetten, die tengevolge der nieuwe strafwet geving veranderd zijn. Bij zijn antwoord op het verslag der Tweede Kamer, vraagt de Minister van Oorlog nog f 350.000 aan voor een nieuw geweer. Voor deze som zou den in den loop van het volgend jaar 37000 zijn gereed te maken. Met het oog op den toestand van Europa, acht de Minister het niet raadzaam hiermede te wachten tot 1889. Tegenover deze meerdere uitgave stelt de Minister voor besparing te brengen op eenige andere uitgaven, doorhem zeiven aangegeven (de kampdekens, veldflesschen, kustgeschut, vestingstelsel enz) ten bedrage van 235.500. De vuursnellieid van het nieuwe ge* weer is twee maal grooter dan van het bestaande. De aanzienlijke Haagsche dames, die zich de moeite hebben gegeven gedurende twee achtereen volgende dagen en avonden een bazar te houden ten voordeele van het kinderziekenhuis aldaar en de zendelingen in Indië, hebben hare pogingen met den besten uitslag zien bekronen. De opbrengst van den verkoop en de tentoonstelling bedraagt voorloopig ongeveer f 16.000. Naar vernomen wordt, zal tusschen Am sterdam en Indië eene Nederlandsche zeilvaart maatschappij worden opgericht. Aan den heer Dixon te Londen of Liverpool zou, in conbinatie met de lieereu Duinker en Goedkoop te Amster dam, de organisatie zijn opgedragen. Verder wordt vernomen dat de Nederland-In dische Stoomvaartmaatschappij, bij eventueele continuatie van haar contract, eene Stoomvaart lijn tusschen Indië en Nederland, in concurrentie met de bestaande lijnen, zal oprichten. De kamer van koophandel te Rotterdam zal aan den minister van waterstaat vragen, met 1 Januari a s. het verplichte lakken van aangeteeken- de brieven af te schaffen en aan de postkantoren evenals in Engeland, bijzondere omslagen voor aangeteekende brieven verkrijgbaar te stellen. Voor den heer Payn „Coroner of the Dover Borough" legde de heer Franz Moritz, tweede stuurman van de W. A. Schotten, de volgende verklaring af: De W. A. Scholten vertrok van Rotterdam des Zaterdags 19 Nov., des ochtends ten 7 ure, en werd de reis zonder eenige bijzondere gebeurte nis voortgezet tot des avonds 8 u. 30, toen het stoomschip ongeveer 6 a 8 Eng. mijlen beoosten South Sandhead ten anker kwam. Het weder was te mistig om door te varen, en bleef men ongeveer een uur aldaar liggen, tot het weder opklaarde, ofschoon het nog eenigszins heijig bleef. Men ging toen anker op, en de gezagvoerder, op perstuurman, derde stuurman en de kwartier meester die aan het roer stond, en hij zelf, waren op de brug. Hij ontdekte op de brug bijna recht vooruit twee witte lichten. Het eene scheen een ankerlicht te zijn en het andere een licht achter aan het schip, naar gissing op vier of vijf scheeps lengten afstand, waarop onmiddelijk het bevel werd gegeven, „hard bakboord het roer" en waren de beide lichten spoedig uit de koerslijn van de W. A. Schotten. Hij dacht dat het schip het welk de vuren vertoonde ten anker lag, doch texelsche courant.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1887 | | pagina 1