W. a REIJ. J. TRAP, Poelier te Oosterend loopt alle soorten wild, vraagt ooi oude tippen. Bij G. 0. KOOIMAN St. NICOLAASAVOND tan je loei niet op een droogje, BEYEOOND iet de HOOGSTE MEDAILLE voor Tta, L Wat Nieuws! Wat Moois i^VANAF HEDEN ZWMTIS BVL91H Feuilleton. Luxe-Artikelen Galanteriën en Kinderspeelgoederen Taai-taai 16 Ct. Speculaas 40 Ct. per 5 Ons. K. Langeveld. BOLSWARD bij BöLGER&ZOON. Laatste Speeldag 1 December a.s. K. Laneeveld. Gebrs. Broe O ct de» Lift m. BBe ven staande aardige voorwerpen worden verloot onder hen, die vanaf heden tot en met 31 December e.k. voor 30 ■I1 cent bij mij of mijne weder verkoopers koopen, waarvoor een BON wordt af gegeven. Een RUIME VOORRAAD maken eene keuze gemakkelijk, terwijl men niettegenstaande de LAGE PRIJZEN nog bo vendien van nevenstaande aanbieding kan profiteer en. Onder uitnoodiging mijne étalage en neven staande voorwerpen te komen bezichtigen Verblijf ik onder aanbeveling, TJEd. Dw. dienaar, daarom recommandeert zich de ondergeteeken de voor eene kleine Commissie 't zij Wijn, Sirop de Punsch, Witte Punsch, Cognac, Rum, Jenever, Brandewijn, oude Jenever in kelders etc., BeijerschBier, Gerste Bier, Extra Stout, etc. St. Nicola as raadt ieder au, Stap bij Klaas eens even au. TJEd. Dienaar. op de TENTOONSTELLING voor VOEDINGS MIDDELEN te Amsterdam 1887, en is daarbij zeer WATERHOUDEND. Ze wordt in pakjes afgewogen onder ver rekenpakket per post verzonden. Verkoopers, welke prijs stellen op een STEEDS TOENEMEND DEBIETgelieven zich te adresseeren te Een prachtige Rooktafel. Een groot Album. Een Cognacstel. Een Japansch servies. Een Likeurstel met blad en 6 glazen. Twee Inktkokers. Een Werktaschje. Een Cognackruikje met schild. Een Bitterkruikje met schild. Een Mostaard-, Peper- en Zoutstel. Een Suikerpot met plaqué. Een Rookstel. Twee Lepelkistjes en voorts nog TIEN kleinere prijzen. worden door ons aan ieder kooper genummer de BONS afgegeven, waarop onderstaande goe deren ten bedrage van ZEVENTIG GULDEN kunnen gewonnen worden. Voor elke 50 cents gekochte goederen ont vangt men een genummerde Bon CADEAUX. Men wordt verzocht dezelve goed te bewaren. De nummers waarop een prijs is gevallen, zullen twee maal in de Texelsche Courant worden bekend gemaakt worden. De trekking zal omstreeks 't einde van Februari a.s. plaats hebben. De prijzen welke op de nummers kunnen gewonnen worden zijn als volgt 1 beste wollen deken, 1 beste gewatteer de deken, 1 beste molton deken, 10 el best 6/4 wol thibets, 10 el 5/4 idem, 10 el best 5/4 half wol, 5 el heel wol, 10 el best gekleurd katoen, 10 el best paars idem, 5 el best idem, 3 el gekl. idem, 3 el 8/4 best rood baai, 2 el 8/4 best bever, 4 el best molton, 4 el kraan oog, 2 maal 4 el best bruin pilow, 2 maal 4 el idem lama, 4 el flanel en verder een g r o o t e p a r t ij Wollen en Katoenen goederen, alles ten bedrage van IV. Dat is te veel voor den knaap, die toch reeds erg in den brand zit. „Neen, neen mevrouw!" roept hij nokkend „ik weet niets ik kan niets en u zegt dat och wat zal mijne moeder het mijn schuld is beginnen? Mevrouw Curwen is intusschen hoe langer hoe bleeker geworden, klappertandt, zoekt zich nog te grijpen en zinkt plotseling, zonder dat iemand haar kan opvangen, op den grond. „Dat dacht ik wel," zegt mevr. Crashaw, zij wilde zich goed houden, en moet dit nu boeten. Kunt ge niet wat tocht maken. „Er is hier geen raam," zucht de heer Miller, terwijl h\j met de meegebrachten waaier mevrouw Curwen tracht te verfrisschen. Als hij haar onder steunt, rust haar hoofd machteloos op zijn schouder. „Wat zou mijne vrouw hiervan wel zeggen?" merkt hij half luid op. „Zij zou zeggen, dat gij uw plicht doet," zegt mevrouw Crashaw op beslisten toon. „Wees echter gerust, zij komt al bij!" Een oogenblik later slaat de machtelooze werkelijk hare oogen op, ziet verwilderd om zich heen en vraagt, waar zij is? „Nog altoos in den lift," haast de heer Miller, die zich bescheiden heeft teruggetrokken, te antwoorden. „Wij moeten echter iets doen, laten wij eens roepen. Eerst roepen ze allen afzonderlijk. Mej. Lawton om haren papa; mevrouw Crashaw om Agnes; mevr. Curwen om haar man en de jongen uit alle macht: „Hei daar!" „Maar gij begrijpt toch wel," roept de heer Miller „dat dit niet helpt. Zoo kan niemand ons hooren. Wij moeten allen te gelijk „hola" roepen." Zfj doen dit tot driemaal toe, maar te vergeefs: Na een vyf minuten gewacht en geluisterd te heb ben, haalt de heer Miller zijn horloge uit en zegt; „Wij moeten nu eiken halven minuut dit geroep herhalen tot zij ons hooren! Komaan! Een, twee, drie. „Hola!" „Ferm zoo, nog eens!" Zij houden dat een poosje vol, maar toen zij eindelijk wat adem scheppen, zeggen de dames eenparig, dat het niet helpt. Zij hooren niet of zij willen niet hooren!" „Welnu dan," zegt de heer Miller, die het niet op geeft, „zij moeten ons hooren, dan maar driemaal achtereen „hola!" geroepen, dat de wanden er van daveren. „Hola!" klinkt het boven hun hoofd terug. „De hemel zjj dank, men hoort ons," roepen allen als om strijd. De heer Roberts staat intusschen op een portaal op de vijfde verdieping, waarop zijne appartementen uitkomen. Links is de trap, die naar beneden voert en rechts de getraliede deur van de schacht van de lift. Hij kijkt rechts en links maar ontdekt niets. Hij kjjkt naar alle zijden en luistert. Weerklinkt het doordringend „Hola!" hem in het oor. „Wie roept daar?" vraagt hij. „Zijt gij het, Roberts?" klinkt eene stem uit den koker, welke hij dadelijk voor die van den heer Mil ler erkent. „Waar zit je dan toch in 's hemels naam? roept de gastheer in de hoogste verbazing. En nu hoort hij meerdere stemmen, die door elkander schreeuwen. „Wy zijn allen hier, Edward, in de „lift!" „Waarom komt je dan met boven, het eten wordt koud „Wel," roept men weder „als we maar konden, de lift zit vast." „Zit de lift vast," schreeuwt de heer Roberts terug, goede hemel hoe is dat toch gekomen? Hoe lang zit ge daar al? „Sinds het begin der wereld," roept nu de stem van Mevrouw Curwen en de knorrige stem van den heer Miller voegt er bij: „Hoe het kwam, doet hier niets ter zake, help er ons maar spoedig uit, en maak myne vrouw niet aan het schrikken." „Gy kunt voor myn part mijn man gerust aan het schrikken maken, die kan er best tegen," roept Me vrouw Curwen daar weder spottend tusschen. De heer Roberts is uit zyn nedergehurkte houding opgesprongen nadat hij hen allen dringend aanbevolen heeft zich stil te houden, zich niet veel te bewegen en te wachten en geduld te hebben. Nu liy zich omkeert, ziet hij zyn beide gasten, dr. Lawson en den heer Bemis Sr. stom van verbazing achter zich staan. „Tegen wien hebt gy 't toch?" vraagt de dokter. „Wel daar zitten al de verloren schapen in den koker van de „lift" tusschen de beide verdiepingsn. „De Hemel bewaar me, wat voeren zij daar uit?1' roept Bemis, terwyl de dokter staat te schudden van 't lachen. „Wij doen niets! klinkt 't van beneden „we wach ten, totdat gy wat voor ons doet. Och papa," roept mej. Lawson, „help ons toch!" Nadat haar vader zich overtuigd heeft, dat ze niet geschrokken is, komt de dokter bij hem boven en begint hij een volledige diagnose. Hij vraagt als in eenen adem, hoe zy daar komen, wat er aan scheelt en of zij reeds beproefd hebben, de lift te doen rijzen? Daar Miller van uit de diepte vraagt wiens stem dat toch is, stelt de heer Roberts de beide heeren onzichtbaar aan elkander voor en mevr, Curwen plaagt den dokter nog met te zeggen, dat geen van allen ooit aan dit ongemak lijdend is geweest; dat het een geheel nieuw ziekteverschijn sel is. Wordt vervolgd) Snelpersdruk - LANGEVELD &DEROOIJ - Texel Bölger'8 Thee lit tut door door en smaalt

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1887 | | pagina 4