MEUBELEN: TI HUUB. Een Boet iel 10 H. 14A. 40 C. Wei- and en 18 H. 91A. 70 C. Hooi- en Riet land Eelepn in het Mveld. Te huur tegen I Mei 1888. TE HEER. TWEE ZWARTE PAARDEN. TE KOOP 15 lippen van 8e tweede lei met één haan. TE KOOP 100 roede eo eeiiie zwarte Aalhessenhooineii, VERMIS T Feuilleton. Lange veld De Rooij. t. Parkstraat No. 294. Burg op Texel. Dienstregelingen. kasten, tafels, spiegels, em, A. BARNEVELD. DE BANNELINGEN. Wette bewerking. Billijke prijzen. FINALE UITVERKOOP van alle voorhanden WEVERSTRAAT. BURG op TEXEL. Te bevragen bij S. DIJKSEN, „Buitenlust," te TEXEL. iiTiW Aan den Burg op Texel in de Weverstraat een huis, bevattende een ruime voorkamer, achterkamer, beide voorzien van alle gemak ken, meidenkamertje, keuken, kelder, plaats en tuin met vruchtboomen. Te bevragen bij den eigenaar K. PONGER. Een net WOONHUIS met 4 kamers, keuken, kelder, regen- en welput en verders alle gemakken. Dagelijks te bezichtigen in de Weverstraat aan den Burg. adres P. RAB. ,Ook genegen om te RUILEN. Te bevragen bij A. BAKKER Jz. Te bevragen bij DIRK VERHOEVEN, OUDESCHILD. 3 jaar oud, staande in het voormalig Hoen derpark van J. Mantje te OOSTEREND. Te bevragen bij Jb. RIJK aan den Burg. FRANCO THUIS. van de zuiderzeedijk EEN SCHAAP, gemerkt zwarte stip op 't kruis, roode streep over den rug en roode stip op den staart; door P. HIN, NOORDKAAP. door E. S. IX. Houdt nog een weinig moed, hernam de jon ge man, aan het eerste dennenboschje, zullen wij halt houden; vlug! vlug! vader Godureau, want de pour ga is ons op de hielen. De grijsaard spande zich in en wandelde nog eenigen tijd naast Nicolaas voort. Maar de nacht was gekomen en de wind blies met woede. Onze twee reizigers volgden den rand van een' hollen weg op hunne met ijzer beslagen stokken vertrouwende, toen een kreet weerklonk te midden van het doffe gebulder der orkaan. Beiden stonden stil. Hebt gij het gehoord? riep Rosow. Men riep. Van deze zijde? Bijna aan onze voeten. Luister! Dezelfde kreet weerklonk op nieuw. Het is bepaald een menschelijke stem, zeide Rosow levendig. Ziet gy niets by dien sneeuwhoop, voegde de oude schrijfmeester er bij. Rosow ging naar het aangewezen voorwerp. Hier is eene slede, riep hij, waarvan de loopers verbrijzeld zijn. De reiziger, die er op zat, zal in de diepte gestort zijn. Dan moeten wij hem er uit halen. Maar het middel om bij hem te komen. Toen Godureau die vraag deed, begon Vulkaan die de lucht opsnuivende, zich over den afgrond gebogen had, te blaffen. Kijk! uw hond ruikt iets, zei Nicolaas. Waarlijk het beest wil naar beneden. Hier Vulkaan! Laat hem gaan, hij kan ons geleiden. De hond talmde inderdaad niet lang met zich langs de helling naar beneden te begeven en de beide reizigers volgden hem. Maar ongeveer halfweg gekomen zijnde, werden zij tegengehouden door een style, gladde helling van ijs; eerst moest er door middel van bijlslagen een trap in worden uitgehouwen. Eindelyk op den bodem der spleet gekomen, bemerkten men een man half onder de sneeuw begraven, en herkende den ontvanger, Michel Kitzoff. Deze verschrikte byna, bij het zien van zijne red ders; evenwel stelde hy zich weer gerust, toen hij opmerkte met welk een spoed zij pogingen aanwend den ter zijner redding. Zijn val was zoo gelukkig mogelijk afgeloopen en zijne wonden bepaalden zich by eenige lichte kneuzingen. De twee bannelingen plaatste hem op zijne voeten en hielpen hem weer uit de diepte klimmen, maar toen zy aan de top van de helling kwamen, had een sneeuwval ze bijna weer terug geworpen. Nicolaas stond zelf eenige oogenblikken besluiteloos. De pour- ga heerschte in zijn volle kracht en de duisternis was zoo diep, dat geen van hen zijn gezel zag zelfs als zy elkaar aanraakten. Michel Kitzoff begon van schrik te schreeuwen en te klagen, terwijl hij steeds gebeden prevelde. Maar Rosow, die bijna dadelyk zyne tegenwoordigheid van geest had herkregen, legde hem het zwijgen op. Blyf tusschen ons in en houdt u stil, zeide hij norsch; uw klagen kan niemand dienen en gij loopt geen grooter gevaar dan wy. Bij voortduring bevelen wij ons beleefdelijk aan tot de levering van verschillende drukwerken voor Gemeente- en Polderadministratiën, alsmede tot het vervaardigen van Trotiwbrieven, Visitekaarten, Adreskaarten, Rouwbrieven, Nota's, Quitantiën, Etiquetten, Facturen, Prijscouranten, Gelegenheids- en Bruiloftsliedereu, Circulaires, Aanplakbiljetten, Strooibiljetten, Adressen, Reglementen, Diploma's, Convocation, Programma's, Briefhoofden, enz. Als wij weer in de diepte terugkeerden, zouden wij daar een goede schuilplaats vinden, merkte de oude schrijfmeester op. Zeg liever graf, hernam Nicolaas, morgen zal de sneeuw die afgrond gevuld hebben en geen men schelijke kracht zou u er uit kunnen halen. Wat dan te doen? Een bosch bereiken, als wij er een kunnen vinden. Laat ons het beproeven, zei Godureau, aan wie het gevaar een oogenblikkelijke kracht had gegeven. Men begaf zich toen op weg. De woede van de pour ga, verre van te verminderen, scheen met ieder oogenblik te verdubbelen, maar langzamerhand en om zoo te zeggen, zonder waarschuwen. Men hoorde noch het fluiten van den wind, noch het dreunen van den donder of het rumoer van verwijderde stort vloeden; alles was stom, stil en onbewegelijk. De twee bannelingen en hun gezel gingen eenigen tijd op goed geluk voort, half verstikt door de sneeuw. Eindelijk bleef Nicolaas, die voorliep, staan. Wij naderen bepaald een schuilplaats, riep hy. Hoe weet gij dat? vroeg Kitzoff. Voelt gij niet. dat de wind hier minder kracht heeft? Inderdaad. Wij moeten rechts bepaald een berg of bosch hebben, dat ons beschut. Gauw dan, laat ons rechts gaan. Nauwelijks hadden ze eenige schreden in die rich ting gedaan, of zij ademden reeds vryer. Naarmate zij vooruit gingen werd het sneeuwen minder, ein delyk hield het geheel op, zy waren aan de grens van een dicht dennebosch gekomen. Een licht, dat zy door de boomen bemerkten, deed hen de pas verhaasten, in de hoop eene woning te vinden. Weldra kwamen zij aan een open plek, waar zich inderdaad de puinhoop van eene i our to verhief. Zij was open en door de overblijfselen van een bijna uitgedoofd vuur verlicht, maar het was gemakkelyk te herkennen door het volkomen gemis van alle huisraad, voor één van die hutten, welke tot schuilplaats moeten dienen voor verdwaalden of de door storm overvallen reizigers. Nicolaas was zeer verheugd, daar de iourte hun schuilplaats [gaf tot aan het aanbreken van den dag en dat zonder gevaar. Nu evenwel herinnerde Go dureau, die tot nu toe al zijn oplettendheid en kracht noodig had gehad, om zijn gezellen te volgen, zich Vulkaan en bemerkte, dat hij niet meer bij hen was. (Wordt vervolgd.) WAGENDIENSTEN: Van Oosterend naar Oudeschild, via de Waal en Burg. Dagelijks behalve Zondags 's middags 1.15 Terug van Oudeschild naar Oosterend dezelfde dagen, na aankomst der laatste boot. Van den Burg naar Oudeschild. Dagelijks: 'srnorg. 3.80, 7 u., 'smidd. 2 uur. Van Oudeschild naar den Burg. Na aankomst van iedere boot. STOOMBOOTDIENST „Ada van Holland." Van Texel 's morg. 4.30, 8 uur, en 's nam. 3 uur. Helder 6,30, 10 4.30. SPOORWEGDIENST, richting Amsterdam. Van Helder 'smorg. 6, 9.15, nam. 1.12, 4.05, 7,30. Aank. 9.09, 11.52, 3.55, 7.14,11,35. STOOMBOOTDIENST Gebr. Zur Mühlen. Heider-Amsterdam en omgekeerd. Vertrek Helder 's morgens 8 uur. Aankomst Helder middags ruim 4 uur. Het POST- en TELEGRAAFKANTOOR aan den Burg is geopend: Op werkdagen van 8—12, 1-3 en van 5.30—7.30. Op Zon- en feestdagen van 8—9 en 1—3. Voor postwissels en kwitantiën alleen op werk dagen van 9 tot 12 en van 1 tot 3 uur. Buslichtingen. Voor Eierland, de Cocksdorp, Vlieland en Ter schelling 's morgens 7.45. Voor Oudeschildden Hoorn, Helder en verder ge legen plaatsen nam. 2 uur en 's avonds 11 uur. Voor de TVaal 's morgens 7.45 en namidd. 5.30. Voor Oosterend namidd. 5.30 en 's avonds 11 uur Geopend de Kantoren: van den Gemeente-Ontvanger Maandag Dinsdag Woensdag en Donderdag van 9 tot 2 uur. van den Rijks-Ontvanger Maandag, Dinsdag, Woens dag en Donderdag van 9 tot 2 uur. Gesloten de eerste en laatste van iedere maand. Snelpersdruk - LANGEVELD DE ROOIJ - Texel mnj. - uiiiave 'imiscm —MM—Mm—

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1888 | | pagina 4