e. J. 0. D. DIKKERS, Dagelijks verkrijgbaar G. J. 0. D. DIKKERS, G. J. O. D. DIKKERS, Alles voor drie jaren. aan den Burg. Tooneelvoorstelling' ©e Styctemt TMs* Na afloop Bal. Feuilleton. adres G. DrOS Pz. Die verwenschte Eerepostjes. DE BANNELINGEN. Notaris te TEXEL, zal op Donderdag' 36 Januari 188S, 's avonds 7 ure, in het logement „HET WAPEN VAN AMSTERDAM" te OOSTEREND, PUBLIER VERKOOPEN: 1. 1.25.20 Hectaren WEILAND Hooikoog 2. 0.82.00 idem WEILAND Boordke 3. 0.71.50 idem WEILAND Boetstuk Alles gelegen in polder Oosterend op Texel. Eigendom van den Heer W. P. KONING. Notaris te Texel, zal op Maandag 6 Februari 1888, 's avonds 7 ure, in het Café „PARKZICHT" a/d. Burg aldaar. PUBLIER VERKOOPEN: 1. Een WOONHUIS en ERF, in de Parkstraat aan den Burg, groot 2.30 Aren. 2. Een WAGENHUIS met ERF, naast voor gaand perceel, groot 1.60 Aren. 3. Een SCHUUR, waarin Stalling met ERF, in de Parkstraat aan den Burg, groot 2.88 Aren. 4. Een ERF, aan de Warmoesstraat, groot 95 Centiaren. 5. Een perceel WEILAND, genaamd Zoutmeer in den polder Noord-Haffel, groot 1.72.40 Hectaren. 6. Een perceel WEILAND, genaamd de Bui tendijk in den polder de B u i t e n d ij k, groot 2.67.80 Hectaren. 7. Een perceel A-VEIL AND, genaamd Gerrits- land in Gerritsland, groot 2.54.00 Hectaren. 8. Een elfde gedeelte in een BOSCH, genaamd den Nieuwen Aanlegvoor 't geheel groot 6.59.60 Hectaren. Eigendom van de Mej. de Wed. M. Laugeveld. Notaris te Texel, zal op DINSDAG 7 FEBRUARI 1888, 's avonds 7 ure, in het logement „DE ZAVAAN" aan den Burg aldaar PUBLIEK V E li IIU It E N A. Voor het R. C. Par. Armbestuur a/d. Burg. Eene HUISMANSWONING en ERVE met 14.97.30 Hectaren WEI- en HOOILAND, staande en gelegen in den Polder De AVaal. B. Voor het R. C. Par. Kerkbestuur a/d. Burg. 1. 1.04.39 WEILAND, Boetstuk met Boet 2. 1.29.90 Voorste stuk. 3. 1.16.40 Benoorden de Boet. 4. 1.31.20 t Achterste stuk. gelegen beoosten den Burg. Combinatie perceelen 1 tot en met 4. 5. 3.09.60 AVEILAND, Bij den Kruisweg. 6. 1.45.80 in Hollewal. 7. 0.87.20 idem. ten huize van de Wed. J. RAVEN, op Don derdag 3 Februari e. k., des avonds ten 7 ure om p r ij s en p r e m i e in CONTANTEN. INLEGGELD 50 cents. Zegt li e t voort. N.B. Eenigen hebben zich reeds doen inschrijven. BESTE GROVE i\ 75 et. per IIL. CONTANT. HAVEN OUDESCHILD. Zondag 5 Februari 1888, 's avonds half acht, in het lokaal „De Vergulde Kikkert." OP TE VOEREN STUKKEN GEVOLGD DOOR ENTREE 49 cents de persoon. fMgT" Personen beneden den leeftijd van 16 jaren worden niet toegelaten. door E. 8. XIII. Ikstamelde de ontvanger bevende, wie heeft u gezegd, wie u doen denken? Deze rekening van hetgeen gij aan Daniël de koopman verkocht hebt. Kitzoff wierp een snelle blik op het papier en kon een beweging van verwondering niet onderdrukken. Drie duizend huiden! hernam Lerfosbourg met zijn vuist op de tafel slaande, en ik die mij verwon derde dat men zoo weinig voordeel van de belasting en de bannelingen trok. De onbeschaamde hield alles Hij wilde mij plunderen, my tot armoede bren gen, mij er toe brengen het water van de Sosva te drinken Dit denkbeeld scheen de kommandant te doen trillen. Hij vulde zijn glas weer met kirsch en verzwolg het in een teug. Kitzoff wilde spreken om zich te verdedigen. Ik luister niet, viel Lerfosbourg hem in de rede weder op de tafel slaande, gij hebt my drieduizend huiden ontstolen, ik wensch dat je gehangen wordt Kommandant. Gij zult mij verantwoording doen van alle dief stallen ten nadeele van de boeren en bannelingen begaan. Maar kommandant, gy hebt toegestaan. Op voorwaarde van een gelijk gedeelte. Dat weet ik. En gy hebt my bedrogen. Dat is te zeggen. Bedrogen voor drie duizend huiden. roover Daarom ook geen genade; ik moet de onder mij staande personen wreken, hunne belangen zijn de mijne. Gy zult gehangen worden, zeg ik u en zonder verwyl, want ik ga de rechter waarschuwen. Sorman? Dadelyk zal hy hier zyn. Kitzoff werd bleek, hij wist dat hij alles van dien man die zijn vyand was, te vreezen had en die hem met een zoodanige verklaring moest ten onder bren gen. De deelname van den gouverneur aan zijne afpersingen hielpen hem niets, het was daarenboven onmogelijk te bewyzen, daar die afpersingen direct door hem waren bedreven en de belangelooze ver draagzaamheid van Lerfosbourg voor onwetendheid zou kunnen doorgaan. Michel begreep al het gevaar van zyn toestand en hoeveel het hem waard was de aangekondigde vervolging te voorkomen. Er niet aan kunnende denken Lerfosbourg, wien de toorn en de dronkenschap bijna niet in staat maakten iets te hooren, te overtuigen of te vertede ren, besloot hy hem te verschrikken. Hij hief dus het hoofd stoutmoedig op, deed zijn gewoon gegrin nik hooren en riep uit Kom, kommandant Lerfosbourg gy zult my laten veroordeelenmaar dezelfde straf zal ook u treffen, daar gy het gouvernement van Beresow niet zonder mij zult kunnen houden. Hoewat zegt gy riep de gouverneur. Ik zeg, hernam Kitzoff, dat ik de eenige ben, die weet wat om u gebeurt. Gy? Wie heeft de plannen van desertie uwer Ko zakken ontdekt? Omdat gij het door een toeval aan deweetzijt gekomen. Wie heeft u voor de komst van die, door de keizerin gezonden inspecteur gewaarschuwd? Weer een toeval. 't Zij zoo, maar er zijn andere gevaren hangende, kommandant Lerfosbourg en wij zullen zien of het toeval u in het vervolg ook zoo goed zal dienen. De duitscher sloeg zijne doffe blikken op Kitzoff. Door het als bij instinct weten van zijn onmacht achterdochtig geworden, was hij door den zekeren toon van den ontvanger verschrikt. Andere gevarenhernam hij, leugen, leugen Wel, zeide Michel, de toekomst zal bewijzen, wie zich bedriegt eh! eh! eh! laat eerst het geval komen. Lerfosbourg keek opnieuw Michel aan. Het geval mompelde hy. Er kan niets plaats hebben. Wie weeteh! eh! eh! de bannelingen b.v. kun- een opstand bewerken. Hm? wat de bannelingen? riep de gouverneur zich herstellende uit. Het is een veronderstelling eh! eh! eh! Zoudt gij wezentlyk vernomen hebben? Wat gaat u dat aan, kommandant? het toeval zal u op uw beurt wel onderrichten. Ik beveel u, u te verklaren. Niets kommandant. Het grootste gevoar is daarenboven misschien niet van de bannelingen. Het kan van St Petersburg komen. Hoe! Is de graaf Passig uw beschermer niet? Welnu? Ik veronderstel, dat hij zich door uwe schuld aan ongenade ziet blootgesteld. Hij Dat de bloedverwant, die hy hierheen heeft ge zonden en op welke hij u verzocht heeft het oog te houden er b.v. in is geslaagd een verzoekschrift aan de keizerin te doen toekomen. Dat is onmogelijk, riep Lerfosbourg die zich verwonderd oprichtte. Het is gedaan, zeide Kitzoff vastberaden. --• Wat! een verzoekschrift aan de keizerin? Het is onderweg, maar gy kunt de aankomst nog verhinderen. Ach, wat moet ik doen riep de kommandant uit; zeg het dadelijk, red my Michel! Gij vergeet dat ik een beschuldigde ben die zyn rechter wacht. Lerfosbourg verbleekte, Welnu, zeide hy, dat zullen wij schikken. Gy zult my de drieduizend huiden geven en ik zal niets zeggen. Belooft gy me dat? Hier is de rekening die als bewys tegen ukon dienen. Hy gaf hem het papier. Maar in 'shemels naam! dat verzoekschrift? De post is immers slechts een uur geleden ver trokken Ja. Laat die vervolgen, hij bevat het request van Nicolaas Rosow. Toen de ontvanger het verzoekschrift ten gunste van Nicolaas Rosow, aan de keizerin gericht, van Godureau ontvangen had, was hij niet van plan het aan de kommandant Lerfosbourg over te leveren en het bewijs daarvan was dat hij het geschrift gevoegd had bij de berichten voor het hof; maar de gevaar lijke toestand waarin hij plotseling gevallen was, had hem tot dit verraad gebracht. De kozaken, die den koerier moesten vervolgen^ hadden hem weldra achterhaald en brachtten hem spoedig terug met de berichten onder welke de gou verneur het verzoekschrift vond. Hy liet dadelyk Nicolaas zoeken, die gelyk met den ontvanger in de stad gekomen, nog niet vertrok ken was. Ondertusschen had Godureau, na eenige uren in de iourte van Eter Rokop gerust te hebben zich op weg naar de stad begeven, gezeten op een der ren dieren van den Ostiak. Zijn eerste zorg daar aan komende was naar den gouverneur te gaan. Hy vond de kommandant met een papier in de hand en bevelen gevende aan twee onderofficieren der ko zakken. Geen genade! riep hy woedend uit. Ik eisch een voorbeeldige straf, Gaat, gy zyt voor alles ver antwoordelijk. De soldaten maakten het millitair saluut en ver. trokken. Wordt vervolgd.) Snelpersdruk LANGEVELD DE ROOIJ Tex.eU MUI MILKOll Eelerijtataier „011"

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1888 | | pagina 4