Buitenland.
Een heer te Rotterdam verloor Vrijdag bij
het verlaten van het „Café du Passage", zijne por
tefeuille. Een knaap die kranten ventte, raapte
ze op en stelde ze den verliezer ter hand. Deze
scheen hiermede ten hoogste verblijd te zijn ten
minste hij nam den jongen die niet rijk in zijn
plunje zat mede naar een kleedermagazijn waar
hij eene jas en broek voor hem kocht om met de
Paasdagen netjes voor den dag te komen. Do
jongen is van oordeel dat hij een goeden Vrijdag-
heeft gehad.
Uit Renkurn meldt men Sedert de laatste
dagen is de Rijn opnieuw meer dan 1 meter ge
wassen en de was houdt onafgebroken sterk aan.
Dientengevolge zijn dan ook alle uiterwaarden,
die nauwelijks van het water waren bevrijd, ge
heel overstroomd. Vele steenfabrieken liggen in
het water ingeslotende werkzaamheden zijn
reeds grootendeels gestaakt. Daar de weg aan
de overzijde der rivier is overstroomd, is de ge
meenschap voor rij- en voertuigen met de Betuwe
geheel verbroken; voor passagiers overtocht met
roeibooten. Aan het Lekkerveer, een half uur
van hier, kan de overtocht met de gierpont nog
geregeld plaats hebben.
Te Oudeschoot (Fr.) had iemand een geit op de
weekmarkt te Wolvega gekocht en deze in zijn
woonplaats aan een paal gebonden. De geit ge
raakte los en verdween zonder dat iemand wist,
waar ze was gebleven. Dit geschiedde op den
14n Maart op een erg sneeuwachtigen dag. Den
24n Maart kwam zij weder levend te voorschijn;
zoolang was ze ingesneeuwd geweest. Zij had dus
in 10 dagen geen voedsel gehad en gedurende
dien tijd de koude getrotseerd.
Bij een hevig on weder dat Woensdag avond
omstreeks half zes boven de gemeente 's Heerenberg
losbrak werd in het nabijgelegen Lingel de woning-
van den landbouwer Bisselink door den bliksem
getroffen en in korten tijd geheel in de asch ge
legd.
Dienzelfden avond sloeg de bliksem in een pas
gebouwd nog onbewoond heerenhuis staande even
buiten Delden. Het dak werd voor een gedeelte
uit elkander geslagen.
Op den grintweg te Borsele (Zeeland) is een
vrouw door het onweder gedood.
Te Groenloo sloeg de bliksem in den toren dei-
hervormde kerk. De brand was spoedig gebluscht.
Te Renswoude kwamen twee mannen bij
een daglooner om oudheden op te koopen. Onder
voorwendsel, dat zij een goeden koop konden doen
indien ze voor één dag eenig- geld konden leenen,
wisten zij van de oudjes f 50 mee te krijgen, onder
voorwaarde, dat zij die met f80 winst den vol
genden dag zouden teruggeven. De politie heeft
de oplichters nog niet op het spoor kunnen komen
en de bedrogenen zullen hunne zuur verdiende
spaarpenningen wel voorgoed kwijt zijn.
In de Westl. Ct komt voor het navolgend
schrijven uit Vlaardingen
„waar velen de meening zijn toegedaan, dat
het niet wenschelijk is, visch, uit het rivierwater
waarin zij gewoon is te leven, over te brengen
in kunstmatig gezuiverd water, ja zelfs er van
meenen overtuigd te zijn dat deze overgang leiden
moet tot zekere vernietiging der visch, is het dei-
opmerking waardig hoe deze winter proefonder
vindelijk bewezen is, dat hiervoor niet het minste
bezwaar bestaat en juist het tegendeel blijkt.
Aan boord onzer vischschepen namelijk heeft men,
op visscherij zijnde toen het sterven der prikken
van beteekenis werd, en de nog levende beweging
loos in het dikke en stinkende water voor dood
in de bakken lagen, het gewone rivierwater er
af laten loopen en de bakken gevuld met leiding
water.
De uitwerking hiervan was verrassend daal
de prikken even sterk weiden als te voren en tot
aan het einde der reis leefden.
Vooral wanneer liet rivierwater dik en drabbig
is kan het wel niet anders, of spoedig vormt
zich eene laag bezinksel op den bodem en aan
de plankjes der prikkenbakken waardoor, ver-
eenigd met de door de prikken losgelaten slijm,
een allesbehalve frissche waterplas wordt gevormd,
welke bij het openen der prikbakluiken eene zeer
onaangename geur verspreid. Het is dan ook
zeker om die reden dat de prikkenbakken van een
onlangs tot vertrek gereed makende logger, direct
uit de waterleiding werden gevuld. De hiermede
verkregen uitkomst is voor onze visscherij zeker
niet zonder belang en levert ons bij vernieuwing
het bewijs, dat goed gezuiverd water zoowel voor
mensch als beest een eerste behoefte is en blijkt
ook hieruit de nuttige en praktische werking van
onze waterleiding."
De nieuwe gemeenteraad van Hoensbroek
wil aan de roepstem des burgemeesters maar
geen gehoor geven. Hij is sedert zijne verkiezing
achtmaal opgeroepen, waaronder driemaal krach
tens art. 49 der gemeentewet. Maandag jl. was
andermaal eene oproeping gedaan, doch ook thans
weder zonder gevolg. De reden der niet verscho
ning bestaat enkel en alleen hierin dat de oude
zondebok nog altoos op de oproepingsbriefjes voor
komt, nl. „behandeling proceskosten in zake W.
Dreesen contra de gemeente."
Telken dage, waarop do Raad ingevolge den
oproepingsbrief moet vergaderen, wandelt de bur
gemeester, door den veldwachter Bisschoffs bege
leid, naar de raadskamer, vertoeft daar een half
uur en neemt dan afscheid van de ledig gebleven
zetels der raadsleden.
Voor liefhebbers van visschen. Op eenige
uitzonderingen na, bijten nu alle visschen. Daar
deze maand zeer dikwijls veranderlijk weer met
storm, regen en sneeuw brengt, kieze men tot
de visclivangst nog niet het vroege morgenuur,
maar neme liever de warmere dagen met zachten
regen en nevel.
Als de nachten een weinig zachter worden,
doet men goed om door middel van lantaarnlicht
wormen te verzamelen en ze te bewaren in groote
kisten met mos; van tijd tot tijd moet men echter
de doode en zieke er uit halen. De grootste ge-
bruike men om te peuren, de middelmatige voor
den hengel en de kleinste tot lok voeder.
Veel vangst moet men zich in April nog niet
voorstellen, doch voor het eerste gebruik toch
licht voldoende.
Als een bewijs hoe groot de ijver der bijen
is om honing te verzamelen, kan hieruit blijken
dat men heeft berekend, dat 125 bloemen van
wilde of witte klaver nog geen grein honing be
vatten. Om een kilogram te verkrijgen moet
men dus meer dan 125,000 bloemen hebben; elke
bloem bestaat uit ruim 60 kelkjes, zoodat de bijen
minstens zeven millioen vijfhonderd duizend zulke
kelkjes moeten uitzuigen, om een kilogram honig
te verzamelen.
Zooals reeds vroeger kortelijk gemeld werd,
maakt men in Groot-Britannië toebereidselen tot
de plechtige herdenking' van twee ook voor Neder
land gewichtige feiten. Men zal er nl. den 800en
gedenkdag vieren van het vernielen der „Onover
winlijke Vloot," door Spanje tegen Engeland en
Nederland uitgezonden, en tevens den 200en ge
denkdag der „tweede Hervorming" zooals men
het noemt, nl. het herstel van de Protestantsche
dynastie in Fngeland; door de troonbeklimming
van onzen Stadhouder, Prins Willem III.
28, 29, 30 en 31 Mei a. s. zullen te Londen
en elders feestelijke bijeenkomsten en voordrach
ten worden gehouden.
In haar mail-overzicht van 6 Maart schrijft de
Zuid-Afrikaan. „Nog is er geene otficieele
afkondiging van de stemming over het Transvaal-
sche presidentschap maar dat Paul Kruger her
kozen is, daaraan is geen twijfel meer en behalve
uit Barberton waar men algemeen voor generaal
Joubert heet gestemd te hebben zijn er geene
berichten uit eenig district die den generaal meer
dan eene kleine minderheid geven. Verder zijn er
slechts twee punten van groot belang uit de Z.-A.
Republiek meê te deeleu. Het ééne is, dat niet
slechts de goudberichten over het algemeen goed
zijn maar dat bepaaldelijk in het land benoorden
Vaalrivier en bewesten Potchefstroom zich moeren
meer goudrijkdom openbaart iets wat het duide
lijk maakt dat juist dit de streek is door welke
op den duur de hoofdspoorweglinie van Zuid-Afrika
die van Delagoabaai naar Kaapstad loopen
moet. Het andere is van kerkelijken aard.
In de nadere berichten omtrent de over
stroomingen wordt uit Elbing, onder dagteekening
van 29 Maart, gemeld, dat het water in de laatste
24 uren nog een voet was gestegen en in den
omtrek reeds meer dan 80 plaatsen overstroomd
waren. In het Haff waren de pioniers nog druk
bezig met het ijs te doen springen.
Tegelijkertijd is uit Posen bericht ontvangen
dat de Warthe nog altoos bleef stijgen. Tenge
volge der hieruit ontstane verdere verspreiding
van het water hebben nog 146 gezinnen, tezamen
661 personen, de vlucht moeten nemen.
Met welk een geweld de dijk aan den rechter
Elbe-oever in het district Bleckede is doorgebro
ken, blijkt onder anderen hieruit, dat het stevig
gebouwde hotel Rautenkranz, hetwelk op betrek
kelijk grooten afstand van de dijkbreuk verwijderd
lag, binnen weinig tijds totaal verdwenen was.
Te Wittenberge zijn 800 vluchtelingen opgeno
men, die meest allen have en goed hebben ver
loren. Nabij Sommerau lagen eergisteravond 400
anderen, die niet verder konden komen, op een
dyk gekampeerd, met veel vee bij zich. Van den
linker Nogat-oever is het wel gelukt, hun eenig
proviand en voeder te doen toekomen, maar voor-
loopig moesten zij er blijven.
Evenals uit Elbing zijn er gisteren te Berlijn
ook uit Koningsbergen, Dantzig en verschillende
andere plaatsen, ten gevolge der overstroomingen
geene posten ontvangen.
Aan 500 landverhuizers, die door het stoom
schip „Brittannia" van de Middellandsche-Zeeha-
vens werden aangebracht, werd te Nieuw-York
verboden aan wal te gaan, op grond dat een geval
van pokken aan boord van het schip was gecon
stateerd.
De meeste berichten die in den laatsten tijd
uit Spanje zijn ontvangen luiden zeer ongunstig.
In alle provinciën heerscht bittere nood en ten
gevolge daarvan verbittering, terwijl de misdaden
schrikbarend toenemen. De nood is een gevolg
van den stilstand van zaken, maar wordt ver
zwaard door den voorbeeldeloos strengen winter.
De sneeuwstormen en de overstroomingen hebben
groote schade veroorzaakt. De staat kan geen
hulp bieden want de schatkist is leeg.
Broodelooze werklieden houden vergaderingen
en leenen het oor aan socialistische opruiers en
niet zonder grond is men voor opstand beducht.
Te Barcelona, waarheen de aanstaande tentoon
stelling al het gespuis van Spanje schijnt te
lokken, worden op straat menschen aangevallenen
beroofd. De bladen van Andalusië melden iederen
dag bloedige daden. Te Madrid heeft een soldaat
zijn kapitein met messteken gedood. Corunna is
in gisting omdat drie eskadrons kavallerie zijn
verlegd naar Santiago de Compostella welke stad
door den stilstand van den handel is te gronde
gericht. Te Motril verbrandden 4000 werklieden
de suikerfabrieken omdat hun loon was verlaagd.
Te Rio Tinto en in de nabij gelegen mijnen ziet
men ieder oogenblik onlusten te gemoet. In het
zuiden van Valencia verrotten millioenen sina's
appelen, omdat zij niet naar de havens kunnen
worden vervoerd.
Te Richhill, in Missouri, heeft eene ontplof
fing plaats gehad in een kolenmijn. Honderd
mijnwerkers zijn bedolven. Reeds veertig lijken
zijn gevonden.
De werklieden die werkzaam zijn aan het
doorgraven van de landengte van Korinthe, heb
ben den arbeid gestaakt.
De „Times" verneemt uit Weenen dat de
Russische generaal Arczenikoff eene vliegende ko-
lonne organiseert, welke bestaat uit infanterie,
lichte ruiterij en berggeschut, en dienen zou bij
eene eventueele bezetting van Bulgarije, Aan het
zelfde blad wordt uit Sofia bericht dat de spoor-
weglijn Vacarel - Sofia - Tjsaribrod den 6den April
zal geopend worden.
Een paar ondernemende tooneeldirecteuren te
New-Orleans laten zich naar men bericht, een
drijvenden schouwburg bouwen welke als eene
schipbrug op groote booten zal staan. Zij zullen
met dien schouwburg alle steden aan de Mississippi
bezoeken en later als het goed gaat ook die aan
de Missouri en de Ohio.
Een Engelsche onderneming heeft weder
beproefd, door de IJszee de monden van de Je*
nisseï te bereiken en daar handel te drijven.
Zij is daarin geslaagd en de uitkomsten zijn
bevredigend. 4
De heer Joseph Wiggins is onlangs uit Kras
noyarsk naar Engeland teruggekeerd, in gezelschap
van den heer Sullivan, chef van het handelshuis
Henry Norton, en de bemanning van het stoom
schip Phoenix", waarmede de expeditie onder
nomen werd, en dat thans in de wateren van
de Jeneseï overwintert. De geheele lading van
dat schip werd verkocht en de handelaren van
Krasnojarsk en Jenisseïsk hebben vrij belangrijke
bestellingen gedaan aan de reederij der „Plioenix"
voor de aanstaande zomer, wanneer een groot
schip met Engelsche artikelen naar de monden
derJenisseï zal worden gezonden. Die goederen
zullen dan verder worden gezonden op een groote
bark, welke thans gebouwd wordt te Jenesseïsk
en die door de Phoenix" de rivier zal worden
opgesleept.
De Engelschen hopen in Siberië voordeelige
inkoopen te kunnen doen van koren, zout, leder,
wol, boter, varkenshaar, paardehaar enz. en aan
den anderen kant binnen kort in geheel Oost-Si-
berië en in de stad „Irkutsk hunne waren af te
zetten. De reederij van de „Phoenix" moet van
de Russische regeering het previlege gekregen
hebben van den vrijen invoer in Siberië voor
den tijd van drie jaren.
In een onzer bladen lezen wij: Nu Amerika
niet alleen, maar schier geheel Europa door ge
weldige sneeuwstoimen is geteisterd, kan het
zijn nut hebben, eens op het feit te wijzen, dat