N#. 74. Zondag 17 Juni. A0. 1888. Nieuws- en Advertentieblad. OFFICIEEL GEDEELTE. Binnenland. Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 3 maanden Voor den Burg 30 Cts. Franco per post door ge heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere landen met verhooging der porto's. Advertentiën vóór 10 uur op den dag der uitgave. Prijs der Advertentiën Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer. ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGE VELD DE ROOIJ, ParkstraatBuna op Texel. KENNISGEVINGEN. De BURGEMEESTER van TEXEL brengt ter kennisse van de ingezetenen, dat er een gevulde granaat van 3,7 cM. is geschoten op het strand aan de Hors en niet is terug gevonden. Hij waarschuwt hen, ter voorkoming van on gelukken, bij terugvinden dezelve niet aan te raken of mede te nemen, daar zulks zeer gevaar lijk is. Texel, den 15 Juni, 1888. De Burgemeester voornoemd, Bij afwezen De Wethouder, CONINCK WESTENBERG. De EURGEMEESTER van TEXEL brengt ter kennisse van belanghebbenden, dat de landmeter van het Kadaster binnen eenige dagen deze ge meente zal bezoeken. Zij, die genoemde ambte naar verlangen tot opmeting van perceelen etc., zullen binnen 3 dagen daarvan kennis moeten geven ter Secretarie met opgave van sectie en nommers der perceelen. Texel, den 16 Juni, 1888. De Burgemeester voornoemd, Bij afwezen De Wethouder, CONINCK WESTENBERG. De BURGEMEESTER van TEXEL brengt ter algemeene kennis, dat in den loop der volgende week eene collecte aan de huizen der ingezetenen op dit eiland zal worden gehouden, ten behoeve van het Fonds tot aanmoediging en ondersteuning der gewapende dienst in de Nederlanden. Texel, den 16 Juni, 1888. De Burgemeester voornoemd, Bij afwezen De Wethouder, CONINCK WESTENBERG. TEXEL, 16 Juni 1888. Dondei dagmorgen werden per boot en per verdere scheepsgelegenheid pl. m. 1100 lam meren verscheept, benevens 7 paarden en eenige koeien en schapen. Voor het meeren- deel was het verscheepte vee voor Leiden bestemd. De heer S. F. Kleinbentinck, hoofd der school voor m. u. 1. o. alhier, komt voor op de voordracht van hoofd eener dergelijke school te Ylissingen, de heer G. Yeenman, vroeger te Texel thans te Lekkerkerk, komt op dezelfde voordracht voor. Aan het door ons in een vorig nummer i vermelde omtrent de kermis, kunnen wij nog 1 toevoegen, dat in het „Café Parkzicht" op 1 een der dagen van die week een komiekzanger I zich zal doen hooren, zijn wij goed onderricht, I dan zal daarbij pianinomuziek ook niet ont- I breken. De heer M. Langeveld te Eierland, die I thans een drietal steppenhoenders heeft, zal daarvan een tweetal afstaan aan de Amster- I damsche dierentuin, Als begin van de hooibouw zagen wij op het erf van J. Kuiper gisteren reeds het gras gemaaid. De hooiveilingen zullen dus spoedig in aan tocht zijn. Moge de hooibouw reden geven tot tevredenheid. Omtrent het ontdekken van petroleum te Oudeschild, in ons vorig nummer vermeld, ontvingen wij geene nadere bijzonderheden van onzen gewonen berichtgever. Yan ver trouwbare zijde vernamen wij echter, dat er voorloopig eene afwachtende houding zal worden aangenomen. Ook buiten ons eiland schijnt de vondst zeer de aandacht te trekken. Donderdag j.l. was iemand van elders naar hier overgekomen, die met veel belangstelling informeerde naar alle bijzonderheden op de ontdekking betrekking hebbende. De vloeistof is opgezonden tot verder onderzoek. Volgens sommigen moet het niet onwaarschijnlijk zijn, dat er een nader onderzoek zal worden ingesteld door het slaan van nortonpijpen. Bij Kon. besluit i van 10 Juni, is ter voorbereiding van de bij de Grondwet gevor derde wet betreffende 's lands verdediging, op de gemeenschappelijke voordracht van de mi nisters van oorlog, van marine en van binnen- landsche zaken, aan eene staatscommissie op gedragen het instellen van een onderzoek naar en het uitbrengen van een advies met betrekking tot de wenschelijke grondslagen voor de wettelijke regeling, welke ingevolge de tweede alinea van art. 181 der Grondwet getroffen zal moeten worden. Naar aan de Zwolsclie Ct. wordt mede gedeeld, moet bij de Regeering het voornemen bestaan om op de begrooting voor 1889 geen gelden uit te trekken voor de voorbereidende klassen bij de rijksnormaallessen. Volgens het Vaderland is bij de besturen der kweekscholen voor onderwijzeressen te Haarlem en Arnhem van het ministerie van binnenlandsche zaken aanschrijving ontvangen, dat zij van het jaar 1890 af niet langer op rijkssubsidie kunnen rekenen. 's Rijks middelen hebben opgebracht in Mei 1888 f 10.172.263 tegen f 8.436.505 in Mei 1887; in de eerste vijf maanden van het loopende jaar f 43.875.199 tegen f41.402.135 in die van het vorige jaar. Het Via der raming is f 45.037.264. Thans is aan de Tweede Kamer ingediend een wetsontwerp tot goedkeuring der op 16 No vember 1887 te 's Gravenhage gesloten interna tionale overeenkomst tot het tegengaan der mis bruiken, voortvloeiende uit den verkoop van ster ken drank onder visschers op de Noordzee buiten de territoriale wateren. Deze conventie moet beschouwd worden als het noodzakelijk complement van de overeenkomst van 1882. Nederland, zegt de Regeering in haar toelichting, heeft bij deze zaak niet alleen het zelfde belang als de overige Noordzee-mogendheden dat visschers door dronkenschap niet van het uitoefenen van hun bedrijf worden afgehouden en de reeders geen schade lijden door den ruil van netten en ander vischtuig tegen sterken drank maar Nederland heeft by deze zaak nog een staat. kundig belang uit een zedelijk oogpunt. Niet geheel ten onrechte werd Nederland beschouwd als de hoofdschuldige in deze aangelegenheid en van die blaam behoort het te worden gezuiverd. De Nederlandsche Regeering van 1881 heeftin deze zaak een zeer besliste houding aangenomen en de tegenwoordige regeering stemt daarmede volkomen in. Ons belang brengt mede dat wij onder de eersten behooren die orde en regel onder de visschers op de Noordzee willen doen heerschen en die uitspattingen en misbruiken bij dat, in zekeren zin, ruwe bedrijf wenschen tegen te gaan. Door eenige invloedrijke personen uit ver schillende plaatsen des lands, is nabij Harskamp en Otterloo, onder de gemeente Ede, een groot stuk heidegrond (255 hectaren) aangekocht, met het doel werk te verschaffen aan landloopers en bedelaars, door ontginning van heidevelden enz. Aan het Atjeh-verslag, loopende van 17 tot 27 April, is het volgende ontleend: Groot-Atjeh. De posten en blokhuizen in de linie werden nu en dan meer of minder hevig beschoten. Yan Koewala Gigieng deden Atjehers nu en dan aanvallen op visschersprauwen van kampong Dja- wa, die ter hoogte van Koewala Atjeh ter visch- vangst uit waren. Ook maakten zij jacht op een Chineesch vaartuig, dat met hout geladen van pinang komende, Koewala Gigieng passeerde, doch dit vaartuig gelukte het, onder bescherming van het geschutvuur van Kota Pohama, Oleh-leh te bereiken. Buiten de linie maken benden van Tengkoe di Tiroe het weer onveilig. Maandag 11 Juni werden de eerste nieuwe Andijker muizen naar de Amsterdamsche markt verzonden. De prijs was 14 Juni: groote f5,50, kleine f3.50 per kwart mud. De minister van oorlog heeft aan de post duiven-sociëteit „De Zwaluw," teRozendaal, eene medaille met brevet en twee diploma's als prijzen geschonken, voor de in dezen zomer te houden groote wedvluchten van Berlijn en Straatsburg; doch aangezien Duitschland weigert de duiven ter oplating te ontvangen, zal voormelde sociëteit den minister verzoeken, de prijzen te mogen bestem men voor de wedvluchten van Arlon en Luxem burg. In de te Amsterdam gehouden vergadering der afdeeling Taal- en Letterkunde van de Kon. Academie van Wetenschappen, werd door den heer Fruin medegedeeld dat prof. M. De Yries wenschte te bedanken als lid van de commissie tot onderzoek van het Volapuk, ingesteld op verzoek der „philosophical Society" te Philla- delphia, zijnde dit meer eene zaak van de practijk dan van de wetenschap. Ook van de heeren Moltzer en Cosiin was een schrijven ingekomen die meenden dat het ideaal van eene algemeene spreektaal op teleurstelling zou uitloopen. Ove rigens vroeg hij, of het Latijn niet de algemeene diensten zou kunnen bewijzen, die men aan eene wereldtaal stelde. De schrijver achtte deze taal vooral geschikt voor de geleerde wereld en het Engelsch de taal te zijn voor den handel en de industrie. Ook prof. Kern bracht een gevoelen uit in gelijken geest. Te Nijeholtwolde (Fr.) is Zaterdag jl. door den heer M. Groen, een hert levend gevangen. Het dier, willende vluchten, sprong in een veenput en werd daarin bemachtigd. De heer G. zal het beest in leven houden en heeft het in zyne boer derij gestald. Volgens een later bericht is het dier reeds dood TEXELSCHE COURAMT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1888 | | pagina 1