6. J. LAÜffERS. GEfflTKlME 61II j|
Staande met zjji haam, Meiwei Groeneplaats.
Min vertoap hooi
Verhuring LAND.
Publieke Verkooping en Verhuring
Heerea Repten van liet Algemeen Weeshuis
PUBLIEK te VERKOOPEN en te VERHUREN:
II ZWALUW,
MUZIEKINSTRU M ENTEN KRAAM
BIEREN
uit le Brouwerij BE GEKROODE VALK,
LEG EL,
BRUSSEL.
Arys-depaepe, Aalst-Alost (België),
Feuilleton.
CABRIELLE DE MEYRAN.
t
van: Gariiiiohamv vQorzfen van alt a sta n van H. H. Doctoren?
publiek verkoopmi
Publiek verhuren
Coninck Westenberg
BELANGRIJK BERKSHIV,
spoedig terug te bezorgen.
neemt bij deze de vrijheid aan het geachte publiek te berichten, datvv7>
riveerd met ziine GROOTE VERZAMELING optische instrumenten als BRILLEN, PINGE-NEZ
in 't GOUD en ZILVER, STAAL enz.VERREKIJKERS, MICROSKOPEN en eene groote collectie
BAROMETERS
Daar zijn soliditeit sedert jaren bekend is, acht hij alle aanbeveling overbodig.
Hopende op een ruim bezoek van het geëerde publiek.
en
Het Bestuur van de 30 Gemeensch. Polders
zal op DONDERDAG 38 JUNI 1888, voormiddags
11 uur in het Logement de Vergulde Kikkert
aan DEN BUPv.G
Het KLAVER en LUCERNE GEWAS staande
in het 3de blok van den polder het
Noordenin diverse perceelen.
Plet IIOOIGEWAS van twee perceelen Zee
dijk en een perceel Weg.
22 Heet. 53 A. 80 Cent. LAND, gelegen
in het Noorden bij Oost, afkomstig van
W. Koning.
De KADE langs de Waterboezem van Waal
en Burg nevens voormeld perceel.
Texel 23 Juni 1888.
Namens het Bestuur,
Sd.KEIJSERPz., Secr.
1
2.
3.
4.
van
te TEXEL presenteoren op DONDERDAG
JULI a.s. des voor middags 10 uur, in het
Weeshuis aan den Burg,
Ten overstaan van den Notaris
H. A. C. Het Hooigewas van
6.88.10 land gen. Haanstuk(in 2 perceelen.)
Het nagras daarvan (in 1 perceel.)
Plet hooigewas en nagras van
7.50.90 land genaamd Kooistuk
1.90.80 „Dorde-PartjeN
6.87.- het Waterschip(in
2 perceelen.)
Het hooigewas van het Oostelijke
gedeelte in
3.26.20 land genaamd Groenstuk
het nagras van dat perceel.
Het hooigewas van
1.44.80 land gen. Weezenland(Oude Schild,
het nagras van dat perceel.
Het hooigewas en nagras van
den Dijk van het Weezenspijk
Het hooigewas van
8.50.— land gen. het Weesensp. in 4 perc. als
A. Bij het Molentje groot
B. Bij het Hek
C. Daaraanvolgende
D. de Bol
liet nagras van het geheele perceel
Plet hooigewas van ongeveer
9.58.50 land gen. „Spijkerboren1'{in 4 perc.) als:
A. Van den Ruigendijk tot aan het Sluisje
B. Van het Sluisje tot aan de Kaai.
C. Van de Kaai tot aan de Oude Sloot.
D. Van de Oude Sloot tot. aan deRietbol.
het nagras van het geheele perceel.
Het hooigewas van
3.44.90 land gen. „De Schaaru(in de Hemmer,)
het nagras van dat perceel.
ZEGT HET VOORT.
2.08.60 Heet,
1.99.90
1.88.70
2.52.80
MUZIEKINSTRUMENTMA
KER van AMSTERDAM, be-
richt het geëerde publiek van
Texel, dat hij gedurende de
kermis aldaar geplaatst is met zijn net ingerichte
en zich belast met het stemme», repaiecreu
c» ruilen van alle voorkomende muziekinstru
menten.
VOORHANDEN: Blaas-en Strijkinstrumenten,
Violen, Italiaansclic Vioolsnaren, Ariston-orgels,
prachtige Specliloozen, Ilarmonika's, enz.
Kinderspeelgoed in alle bcnoodigdlieden.
[opvolger van de Brouwerij de liaan en Sleutels)
verkrijgbaar bij
H. KOPPEN.
OUDESCEILD Juni 1SS8.
Agent.
Beleefd doch d r i n g e n d
verzoekt de ondergeteekende de
hem toebehoorende
611
S. KE1JSER Jnz.
l l< I IIIIII IX A I.I I VISCIISOORTEN,
Factoor in alle Zee- en Riviervisch.
Commissie en Consignatie.
XXI.
Vaudeuil maakte een beweging om zich op Lucien
te werpen, maar lip hield zich in.
Gij zyt een verrader, herhaalde Lucien. Op uw
beurt verdacht, niets meer van de Republiek ver
wachtende, in ernst aan uw titel van echtgenoot van
Gabrielle de Meyran geloovende, hebt gij u in den
Haag met uit Frankrijk gevluchte personen verbonden
om tegen uw land te vechten en gij hebt hun uwen
steun aangeboden. Een briefwisseling tussclien u
en lien was er het gevolg van.
De gevangenneming van één dezer door de haat
tegen de Omwenteling verblinde mensclien heeft uwe
brieven in mijne handen doen vallen; voor u is het
de dood, een smadelijke dood. Gy ziet wel, dat ik
reden heb, u te zeggen, dat gij niet kunt weigeren
Als Vaudeuil een wapen by zich had gehad, zou
hij Lucien vermoord hebben. Echter niet tot krach
tige maatregelen kunnende overgaan, nam hij zijn
toevlucht tot list.
Gij zijt wreed, mijnheer, zeide liij, kunt gij my
niet laten leven. Ik ben voor u niet meer te vreezen
Uw leven, mijnheer, zal het voortdurend ongeluk
zijn van Ivonne, wie gij nooit zult vergeven, dat zy
niet op het schavot is omgekomen.
Vaudeuil boog het hoofd, maar richtte het spo edig
weder op.
Gy hebt gelijk, mijnheer, riep hij vastberaden
uit, ik moet er een einde aan maken.
En zicli aan zijn schrijftafel zettende, schreef liij
een briefje, dat liij aan Lucien ter hand stelde.
Het briefje luidde aldus„Mijnheer de proviand
meester Vaudeuil verzoekt mijnheer de kolonel Lucien
Civry hem de eer aan te doen, morgen by hem te
komen ontbijten. Men zal zich ten elf uur precies
aan tafel zetten."
Lucien keek Vaudeuil stijf aan.
De pistolen zullen klaar zijn, mijnheer, mom
pelde de proviandmeester.
Tot morgen dan, mijnheer en dat God u morgen
vergeve, zooals ik het heden doe.
Lucien groette en vertrok.
Hoofdst. XXI.
Den volgenden morgen te elf uur waren de gasten
van Vaudeuil in de eetzaal vereenigd.
Het ernstige gelaat van kolonel Lucien en de matte
bleekheid van den gastheer vormden een vreemd
contrast met de opgewondenheid en vroolijkheid dei-
gasten. Dat verhinderde niet, dat de dwazen lachten
en de mannen, maar vooral de vrouwen, elkander
over den hekel haalden.
De hoofden waren verhit en niemand, behalve de
kolonel en Vaudeuil, was goed bij zijn verstand.
Om één uur ging men in een klein salon, waar
Vaudeuil de koffie had laten opdienen. Op een speel
tafel trokken een paar pistolen de aandacht.
Het waren kostbare wapens; prachtige figuren
versierden de kolven, die iedereen kwam bewonderen.
De kolf van één der pistolen was echter door een
of ander toeval een weinig beschadigd, waardoor het
gemakkelijk van het andere was te onderscheiden.
Gij hebt daar mooie wapens, zeide een jonge
kommandant.
En niet minder goede ook, zeide de proviand
meester, het beschadigde wapen opnemende. Wil
iemand het beproeven, heeren? Gij bijvoorbeeld,
Guillebois
En Vaudeuil begon op dengene, dien hij juist ge
noemd had, te mikken.
De verschrikte gast, het was een burgerlijk ambte
naar, deinsde plotseling terug.
Maak daar geen gekheid mee, zeide hij, men
weet nooit wat gebeuren kan.
Baantwoordde Vaudeuil, deze wapens zijn
niet geladen, kijk maar.
Hij haalde, terwyl liij het pistool aan Guillebois
liet zien, de haan over. Het wapen was inderdaad
niet geladon en had geen slaghoedje.
Dat is hetzelfde, hernam de voorzichtige ambte
naar, het is altijd gevaarlijk met vuurwapens te
spelen. Een mijner vrienden is op zoodanige wyze
gedood.
Vertel ons dat, Guillebois, riep men uit, wij
beloven u te beven als riet, wanneer het geval ver
schrikkelijk is.
Daar men Guillebois kende als een goed verteller)
ging men rondom hem zitten.
Lucien bleef staan, met den blik de bewegingen
van Vaudeuil volgende. Hij zag hem achteloos het
pistool neerleggen en het andere zonder aandoening
uit de handen van een der gasten nemen, die het
nauwelijks bemerkte.
De proviandmeester zag doodsbleek. Het koude
zweet stond op zyn voorhoofd, dat hij met den rug
zijner hand afveegde.
Guillebois was bij het belangrijkste van zijn ver
haal gekomen.
Het oogenblik scheen gunstig. Vaudeuil had het
pistool werktuigelijk aan zyne lippen gebracht, als
een man, wiens geest elders is en die met de han
den werkt, zonder zich van zijne handelingen reken
schap te kunnen geven.
Het -was eenvoudig en natuurlijk voor eenieder^
behalve voor Lucien. Vaudeuil ging sterven; Lucien
wist het. Al was de jonge man nog zoo schuldig,
toch gevoelde hij medelijden met hem.
Hij keerde zich om, ten einde de ontstelde trekken
van Vaudeuil niet te zien. Deze hield zyn pistool
recht voor het gelaat, zooals men in een duel zijn
wapen houdt om zich te dekken. Hij stond volmaakt
onbewegelijk.
Guillebois kwam aan het einde van zyn vertelling.
Alle aandacht was op hem gevestigd en niemand
zag, dat Vaudeuil langzaam zijn wapen liet zakken
in de richting van Lucien, die het hoofd naar den
tegenovergestelden kant had gericht.
Ja, mijnheeren, riep Guillebois, het wapen was
geladen, het schot ging af en
(Slot volgt.)
Snelpersdruk LANGEVELD &DE ROOIJ TexeU