Buitenland.
Te Slochteren is door 1G0 arbeiders, die
aldaar een kanaal groeven, het werk gestaakt,
omdat de uitbetaling van hot loon, dat bepaald
was op f 1.25 per dag, niet naar deze bepaling,
maar togen f 1 per dag zou plaats hebben. Nadat
door hen gezanrelijk een bezoek was gebracht bij
den patroon, werd aan hun verlangen, om f 1.25
uit te betalen, voldaan, doch de werkgever be
dankte nu het werkvolk. Alles liep zeer rustig af.
De raad van Stad Deutinchem zal zich meteen
adres wenden tot den Minister van Binn. zaken
met verzoek de rijkssubsidie voor het stedelijk
gymnasium te willen verhoogen met een bedrag
van f 1840, en alzoo te brengen tot f9000, op
grond dat dit gymnasium, een der meest bezochte
in Nederland, alle reden van bestaan heeft opge
leverd, maar dat de daaraan verbonden kosten
wegens latere wettelijke bepalingen de draagkracht
der kleine gemeente te boven gaan.
Bij wijze van napret van het zoo bij uitstek
prachtig geslaagde feest werd Zondagmorgen
naar het „Vliegend blad" meldt te ongeveer 5
uur te Amsterdam door een 500tal personen,
mannen en vrouwen, voorafgegaan door eenige
muzikanten, eene ovatie gebracht aan het hoofd
bureau van politie, waar onderscheidene vader-
landsche liederen werden gespeeld en gezongen.
Na afloop daarvan trok de stoet langs den Klove
niersburgwal naar den O. Z. Voorburgwal, waar
men ook het bureau der Iste sectie een bezoek
bracht. Daarop trok men in vroolijke stemming
de stad in.
Onder Steenderen, bij Doesburg,zijn Zaterdag
morgen in de rivier den IJsel twee personen ver
dronken, beboerende op een schip genaamd „Pro
vincie Drenthe", dat onbewoond en vastzittend in
de rivier is gevonden. Deze twee personen
hadden dat schip bevaren als schipper en knecht
en heetten "Willem v. d. Veen en Harmannes
"Winkelman, beiden van Gasselternijveen. De
knecht was ongehuwd, doch zijn dood stort eeno
moeder met 4 kinderen, waarvan de oudste nog
geen 6 jaren, in rouw. Bij het uitbrengen van
een anker met de boot heeft dit met het uitwer
pen zich aan de boot gehecht, zoodat deze met
de mannen omsloeg en zij beiden in den diepen
en sterken stroom hun dood vonden.
Te Amsterdam zijn in bewaring gebracht
vier vrouwen, verdacht van diefstal van eene
portefeuille, inhoudende ongeveer f 1800 a f1900
aan bankpapier en goudgeld ten nadeele van een
koopman uit de provincie, die door eene barer
op eene kamer in de O. Z. Armsteeg was gelokt.
Een onderzoek, in die woning ingesteld, leidde
tot de ontdekking van eene som van f 1850 aan
bankpapier en goudgeld, hetwelk op verschillende
plaatsen geborgen was.
Ongeveer een jaar geleden verloor iemand te
Achtkarspelen een bankbiljet van f25. IJverig
werd door hem en zijne huisgenooten gezocht,
kwade vermoedens rezen er eindelijk, doch alles
te vergeefs. Raadselachtig bleef het ook of 't
binnens- of buitenshuis verloren was, totdat dezei
dagen 't verlorene geheel onverwacht te voorschijn
kwam uit de voering eener jas van den eige
naar, waar 't zeker door't losgaan der zak voering
voor een jaar verborgen was geraakt.
Minnennijd heeft te Haarlem tot het volgende
drama aanleiding gegeven.
Eene dienstbode uit de Groote Houtstraat ver
keerde met den heer B., die tot medeminnaar
had een metselaarsknecht, zekeren H. Deze laatste
had meermalen gedreigd de dienstbode te zullen
dooden, indien zij hare verkeering met B. niet
afbrak. "Woensdagavond nu wandeide de dienst
bode met dezen in den Hout, toen op de hoogte
van de Dreef H. van achter een boom te voorschijn
kwam, een pistoolschot op de dienstbode loste
en haar in de borst verwondde. "Waarschijnlijk
door de bedreiging gewaarschuwd, had B. zich
insgelijks van een pistool voorzien, en nu werden
tusschen beide mannen een paar schoten gewisseld
met het gevolg dat B. licht gekwetst werd en
H. eene ernstige wonde bekwam. Alle drie zijn
in hot ziekenhuis opgenomen.
Iemand uit Duitschland zou bij zijne familie
te Zandvoort eonige dagen gaan logeeren.
Bij zijne komst aldaar, verhaalde hij het
volgende
„Op zijn reis, toen hij pas op Nederlandscli
grondgebied was, werd hij aangevallen door twee
zwart gemaakte menschen, die hem met het mes
in de hand om zijn geld vroegen. Hij wist zich
gelukkig te verdedigen, en de noodrem in werking
te brengen, zoodat de trein stil stond. Vóór dit
echter geschied was, waren de kerels reeds ver
dwenen."
Of dit verhaal waar is weet men niet, doch
de bewuste heer is, vermoedelijk door den beko
men schrik, krankzinnig geworden. Hij ging in
négligé de straat op, sloeg van eene nabijzijnde
woning een ruit in, en joeg den bewoners een
vreeselijken schrik op 't lijf.
Men slaagde er in hem te grijpen, en vermoe
delijk zal hij naar het gesticht „Meerenberg"
worden getransporteerd.
Voor de derde maal in dit jaar wordt een
deel van Silezië door overstroomingen geteisterd.
Het Hirschberger dal staat weer onder water,
waardoor natuurlijk groote schade is aangericht.
De Duitsche pers herhaalt daarom met klem haren
eisch, dat de Pruisische regeering eindelijk afdoen
de maatregelen neme, ten einde aan deze over
stroomingen een einde te maken.
Ook uit Engeland en Bohemen komen klach
ten over het hooge water. De leger-oefeningen
der Oostenrijksche troepen, die door keizer Frans
Jozef worden bijgewoond, zijn daardoor gestoord
In Opper-Oostenrijk is eveneens door over
stroomingen groote schade aangericht. Te Ried,
Odersberg, "VVaitzen, Kisschen en Tigharting is
de oogst op vele plaatsen vernield. De berichten
uit Budweis luiden ook bedroevend. De aange
richte schade wordt op verscheidene honderd
duizend florijnen geschat. De keizer van Oostenrijk
heeft de overstroomde streken bezocht en 5000
florijns geschonken. Door den sterken stroom
zijn elf met levensmiddelen beladen booten mede-
gesleept.. Men is beducht voor groote ellende
onder de bevolking der geteisterde streken.
Volgens eene mededeeling van de Parijs—
Lyon Middellandsclie Zee-spoorwegmaatschappij
uit Lyon aangaande het reeds vermelde spoorweg
ongeluk, had dit plaats des nachts te halfdrie,
tusschen Blaissy en Dijonde expres-trein No.
11, welke van Parijs kwam, ontspoorde en maakte
de baan onbruikbaarde uit Italië komende
exprestrein No. 276 liep op den ontspoorden trein
en derailleerde insgelijks.
De gewonden, twaalf in getal, werden naar
Dijon vervoerdde dooden, ten getale van acht,
van wie vijf mannen en drie vrouwen, werden
in een der waggons van een hulptrein gelegd.
Acht waggons zijn totaal verbrijzeld. De beide
locomotieven zijn letterlijk onbruikbaar geworden.
Men heeft groote steenkolenbeddingen ge
vonden in de Krim, n.l. te Tschardykalam, op
een afstand van zes werst van het Kosmo-Demi-
anoffklooster. De gevonden steenkool gelijkt,
wat kleur en qualiteit betreft, veel op de Schotsche-
In de melanietfabriek te Zurndurf, bij Pres
burg, geraakte 400 KG. dynamiet in brand. De
arbeiders vluchtten en juist waren allen buiten
in veiligheid, toen de vlammen eene plaats, waar
100 kilo nitro-glycerine bewaard werd, bereikten,
en de geheele fabriek met donderend geraas in
de luclit vloog.
Een mooi bericht komt uit Sofia: Bij het
nazetten eener rooverbende zou men onder de
gevangenen drie afgevaardigden van de Sobranje
hebben ontdekt! Twee van hen zijn reeds opge
hangen; de derde wordt nog nagezet.
De Parijsehe politie heeft te Londen het
hoofd eener dievenbende opgespoord, die ver
schillende belangrijke diefstallen 1 j wissel-agenten
te parijs gepleegd heeft. Dit hoofd der bende
noemt zich „Touche-a-tout" en is Hollander van
geboorte. Hij werd in het bezit gevonden van
100,000 Ir. in effecten en 15,000 fr. in bankbil
jetten.
Het bureau voor landbouw in Amerika
deelt mede dat overvloedige regens de katoen
beschadigden, terwijl daarentegen droogte heerscht
in het noordwesten, waar het weer ongunstig is
voor de katoen. De koude bracht groot nadeel
toe aan het graan in Kansas, terwijl het in Ken
tucky door regens veel leed. Een middelmatige
oogst wordt verwacht.
Twee heeren uit Baku, van een aantal
Koorden vergezeld, hebben den grooten Ararat
(5280 meter hoog) bestegen, om weerkundige
waarnemingen te doen. De thermometer op den
top wees nul graden aan. Bij de daling woei een
sneeuwstorm.
Aan de kust van Zuid-Afrika hebben hevige
stormen gewoed. Negen van de elf schepen in
Algoa-baai vergingen. Van zeven werd de beman
ning gered.
Een verschrikkelijk ongeluk heeft te Jumet
plaats gehad bij den grooten pelgrimstocht van
Notre Dame des affligés, welke jaarlijks door de
geloovigen gehouden wordt. De bisschop van
Doornik, mgr. Durousseaux, zou op een balustrade,
waar eene groote menigte was verzameld, de mis
bedienen. Duizenden bewogen zich door de straten.
Vijf en twintig dorpen hadden deelgenomen aan
den optocht, welke uit meer dan 15,000 pelgrims
bestond. Juist was deze voorbij de estrade ge
trokken en zou de plechtigheid daarop beginnen
toen een luid kraken werdgehoord en de stelling
onder het gewicht der menschen bezweek.
Er ontstond eene paniek onder de dicht opeen
gepakte menigte; vrouwen en kinderen geraakten
onder den voet en overal hoorde men jammeren.
Een jongen van 13 jaar werd geheel platgedrukt
onder liet houten gevaarte, eene vrouw brak
beide beenen en twaalf andere personen bekwa
men wonden.
De stad Hot Springs in Arkansas is Don
derdag 11. gedeeltelijk door eene wolkbreuk ver
nield, waarbij 13 personen verdronken en vijf
lijken ondei de puinhoopen werden weggehaald.
De schade wordt berekend op 100,000 dallars.
Te Beaver Creek in Colorado verdronken zes
koeiendrijvers, die aan een rivieroever lagen te
slapen.
Te Cygnet in Ohio is een petroleum-reser
voir, dat 25,000 vaten inhield, ontploft. 8 man
werden gedood en een aantal anderen gewond.
Drie duizend spoorwegarbeiders aan de
nieuwe lijn Limoges-Brieve hebben het werk ge
staakt. De politie is niet in staat de orde aldaar te
handhaven, zoodat een bataljon infanterie en
een eskadron dragonders daarheen zijn gezonden.
Uit Churwalden meldt men dat aldaar zeer
veel sneeuw valt. De verschgevallen sneeuw
heeft aireede eene hoogte bereikt van 15 cM.
Het toch al niet dicht bevolkte IJsland heeft
dit jaar reeds 1000 inwoners verloren, die naar
Canada geëmigreerd zijn: daar bestaat eene for-
meele LJslandsche kolonie met een eigene kerk
en drie predikanten.
De heer Carl Pflaging, men weet het van
ouds, is er steeds op uit zijn bezoekers iets bij
zonders te laten zien. Zoo heeft hij op het
oogenblik den virtuoos zonder armen „Unthan".
Hij schildert, schiet, en speelt viool, alles met
zijne teenen, evengoed of nog beter dan een
gewoon mensch met de vingers. Maar wat deze
bij den lieer Pflaging niet doen kan, is dat hij
iederen morgen omstreeks half twaalf in dé
Zweminrichting aan de Boompjes vertoont. Daar
kan men zien hoe de heer Unthan als de beste
zwemmer te water „schiet" en het bassin op
buik en rug eenige malen op en neer zwemt.
Ook in het duiken is hij een meester. Een plat
bord, dat in het 3Va meter diepe bassin wordt
geworpen haalt hij dadelijk naar boven. Het
is wonderlijk te zien hoe hij zich met den voet
het gezicht afdroogt, het haar glad strijkt en
alle andere bewegingen maakt, die een geoefend
zwemmer met vier ledematen nog moeite kosten.
Langzamerhand beginnen de groote tentoon
stellingen hare nuttige zijde te verliezen. Parijs
zal in het volgende jaar nog wel weer eene ver
bazende hoeveelheid menschen naar zich lokken.
Maar de Franschen begrijpen heel goed, dat het
getal van hen, die eene tentoonstelling gaat be
zoeken, om er wat te leeren, betrekkelijk niet
groot is.
Daarom worden allerlei aardigheden en raritei
ten verzonden.
Zoo is de groote ijzeren Eifeltoren te beschou
wen, zoo zal ook wel de groote globe met een
middellijn van 40 meter aangemerkt moeten
worden. De Industrie verneemt, dat deze ver
vaardigd wordt door de heeren Cordean en Filon.
Deze globe zal de aarde voorstellen op de schaal
van één millioenste. "Volgens die schaal zal Parijs
een oppervlakte beslaan van 12 mM3. Een gegoten
ijzeren voetstuk van 5 M. hoogte zal de bol dragen,
die in 24 uur eenmaal om zijne as zal draaien.
De bol zal omgeven worden met een netwerk
van ijzeren meridianen en paralellen.
Galerijen rondom de globe zullen den bezoekers
gelegenheid geven den aardbol van alle kanten
te bezichtigen. De noordpool zal zich 45 meter
boven den beganen grond bevinden. De globe
zal van binnen ingericht worden voor eene lees
zaal, waarin driehonderd personen zullen kunnen
plaats vinden.
Slavenhandel in Afrika.
In de Belgische „Indépendance" beantwoordt Kar
dinaal Lavigerie het protest van den Turkschen gezant
te Brussel, tegen de beschuldiging dat het de Moha-
medanen zijn, die op de zwarten in Afrika jacht
maken en hen ais slaven verkoopen.
Met allen eerbied voor den persoon des gezanten
bepaalt de kardinaal zich tot de volgende verklaring:
„Sedert 30 jaren leef ik, als directeur der scholen
van het oosten en later als aartsbisschop van Algiers
en gedelegeerde van den Heiligen Stoel voor da
zending in het Afrikaansche binnenland, in voortdu
rende en van beide zjjden zeer welwillende aanraking
met de Muzelmannen.