S. KEIJSER Pz. Makelaar zal op ZATERDAG 26 JANUARI 1889, Volkslezing floor flea Heer Heeroma HIS. te Kooi opTeiel, Volksvoorlezing op Zondag 13 Januari 1889, Bij Joii. fle Graaf te fle CocMorp. TE HU SCHAATSEN. Mannen-, Vronwen- en Kinfler- Feuilleton. Gevraagd terstond. 181 Amerilaansciie publiek ver huren: G. G. Kikkert. SC Bianca de Zangeeesse. li1 Pil hfliniR Tlipnstmpifl of JJoofli LijnNoord-Amerika, LijnZuid-Amerika, te TEXEL, voormiddags 11 uur, in de herberg Bellemieaan de Waal VOOR IIEEREN DIACENEN DER DOOPSGE ZINDE GEMEENTE VAN BURG, WAAL en OOSTEREND. H. A.C. 1. 31 40 11 Zijnde de Huismanswoning ge naamd DE RAMP, en Schapen- boet met Wei- en Hooiland. 3 39 70 Hooiland bij de Waterplaats in Waal en Burg. 3 50 90 Hooiland Waardstuk in Waal en Burg. 38 30 71. In huur bij H. W. Keesom tot 20 Maart a. s. 2. 0 50 50 Bouwland aan de Westen. 3. 0 21 60 Bouwland Groote Hok op Noord- Haffel. 4. 4 31 04 Zijnde de Huismanswoning DRIEHUIZEN en 4 perceelen Weiland. 5. 0 64 80 Weiland Lagestukje. 6. 0 94 20 Idem Hemmertje. 7. 1 11 80 Idem Ossenweid. 8. 4 82 20 Idem de Vleet en Laagkoogen. 9. 1 25 80 Idem Galgeland. 10. 1 49 30 Hooiland tegen de Kamp. 11. 2 06 60 Idem in de Hemmer. op ZONDAG 13 JANUARI e.li. des avonds 7 ure in het lokaal van de Wed. J. RAVEN, te Waal en Burg. ENTREE VRIJ. NA AFLOOP BAL. door den Heer DE JONG- en andere Heeren. Aanvang des avonds 7 ure. ENTREE VRIJ. 'ipsss bij 't Oudeschild met circa 1 H. Land Te bevragen bij JAN RAB a/d. Burg. In verschillende soorten tegen billijke prijzen voorhanden bij Waalder straat. Voorhanden bij J. J. KUIJPER, Parkstraat. Vrij naar 't Frdnsch door A. B. van TEXEL in het Logement LindeboomBurg Texel- Met lo. FEBRUARI gevraagd eene nette P. G., van goede getuigen voorzien. Inlichtingen bij de boekh. FIERMs. COSTER ZOON, Alkmaar. eiken Zaterdag naar NEW-YORK. eiken vijfden der maand naar MONTEVIDEO en BUENOS-AYRES. Men vervoeg© zich aan de Kanto- ren der N. A. S. M. te Rotterdam of te Amsterdam, bij de Agenten, of bij: Inspecteur J. E. KROES, Groningen. E. BOLS1US, Oisterwijk. Deel II. Hoofdstuk X. XXX. Hoofdstuk X. Ludovic de Norrent was van 't bal teruggekeerd meer dan ooit verliefd op Yvonne de Charlery en nadat hij van haar het jawoord had ontvangen was hij vast besloten niet lang meer er mee te wachten graaf Mattioli een bezoek te brengen om hem de hand zijner dochter te vragen. Toen hy eenige dagen daarna zich met dat doel hij Mattioli bevond, bemerkte deze al zeer spoedig aan de verwarring van den jongen man wat de reden van zijn bezoek was en glimlachend vroeg hij hem; Wel, wel, weet gij wel wat men mij laatst van u heeft verteld Men zei, dat gij huwe lijksplannen had als het niet te onbescheiden is, zou ik gaarne eens hooren op wie uwe keuze gevalleh is Ludovic, welke zich zeer gelukkig gevoelde a dadelijk zoo'n goede gelegenheid te hebben gevonden om de reden van zyn komst te zeggen, antwoordde: Mijnheer, men heeft 'u zeer goed ingelicht, en ik moet u bekennen dat ik juist daarom by u kom. Komt gy mij raadplegen myn waarde? vroeg Mattioli. Gij weet toch wel, dat er in zoo'n zaak zelden raad kan gegeven worden daar de gevoelens van 't hart, de stem van het gezond verstand doen verstommen. Ludovic, die begreep dat het oogenblik van te spreken thans gekomen was, besloot maar verder geen omhaal van woorden te gebruiken en zei: Wees zoo goed u eens te herinneren hetgeen nu acht dagen geleden is Op het bal ten stadhuize hebt gy van mijne plannen gehoord niet waar Ik ben er zeker van dat men toen u ten minste de naam heeft doen raden, van haar op wie myn keuze gevallen is, indien u ten minste zelf het niet reeds vermoedde Lorenzo was begaafd met buitengewoon veel tegenwoordigheid van geest en wist zyn inwendige gevoelens altijd zeer goed te beheerschen. Hij be greep zeer goed, dat hij geen reden zou kunnen opgeven om het verzoek te weigeren. Ludovic de Norrent was van rijke familie en oude adel, de jonge lieden beminden elkaar. Er bleef hem dus niets over dan dat voorstel maar zeer gewillig aan te nemen, om dan al zyne krachten in 't geheim in te spannen, om de huwelijksplannen schipbreuk te doen lijden. Mijn waarde heer, antwoordde Mattioli terwyl hy bewogen scheen, ik weet niet waarom gij niet rondweg uwe gevoelens voor mij bloot legt Ja het geluk, dat gij smaakt, wanneer gy u bevindt in tegenwoordigheid van mijne lieve dochter, heeft mij reeds voldoende op de hoogte gebracht. Als liet tusschen u beiden goed is, als gy elkaar bemindt, geven wij u volgaarne onze toestemming Dank mijnheer, dank, zei Ludovic geheel op getogen van vreugde, ik hoop dat de toestemming van mevrouw de gravin even gemakkelijk zal worden verkregen als de uwe. Het spijt my, dat zy op het oogenblik uit is, met Yvonne, en dat ik u niet op dit oogenblik ook uit haar eigen mond de toestemming kan doen geven welke ik u nu uit haar naam geef Maar kom over een paar dagen terug O, mijnheer antwoordde Norrent terwijl hij Mattioli de hand drukte, ik weet niet hoe u mijne dankbaarheid te betuigen voor uwe toestemming in mijn vurigste wensch Ik hoop myn geheele leven het vertrouwen, dat gij nu in mij stelt met my de hand van mejuffrouw Yvonne toe te staan waardig te blijven. Het spijt my te moeten terug' gaan zonder mevrouw de gravin en haar dochter te hebben ontmoet. Wees zoo goed ze van mij te groe ten. Tot weerziens mijnheer, en nogmaals dank Tot weerziens Ludovic, antwoordde Lorenzo terwijl hij de Norrent naar de deur der kamer uit geleiden deed en stel uw bezoek niet al te lang uit Maar och, ik geloof, dat het nutteloos is er op aan te dringen, daar de stem des harte zeker wel welsprekender is dan de myne. Zoodra de deur achter Ludovic gesloten was nam het gelaat van Lorenzo een geheel andere uitdrukking aan. O! ongelukkige, zei hij, het zal u vry wat kosten uw oogen op Yvonne te hebben geslagen en dus mijne plannen in den weg te treden Gy wilt hier in huis uw geluk zoeken, gij verlaat het opgeruimd, maar maak u sterk de proeven te doorstaan, welke ik voor u bereid Gij treedt my in mijn vaarwater, wij moeten dus over Yvonne worstelen De overwinning zal voor de sterkste en behendigste zyn. Hoofdstuk XI. Lorenzo had de waarheid niet gesproken toen hij beweerde dat Bianca met Yvonne uit was. Zy waren in 't geheel niet uitgegaan, maar hij had daardoor willen verhoeden, dat Ludovic Bianca sprak. Hij was er zeker van dat Bianca met alle kracht het verzoek van Ludovic zou weigeren en dan was zijn geheele plan den bodem ingeslagen. Hij vond het beter zelt zyn vrouw er mee in kennis te stellen en dan tevens op te geven, waarom hij in schijn had toegestemd, terwyl hy dan tevens haar hulp zou inroepen, om het huwelyk, door welk middel dan ook, te doen afspringen. Met dit doel begaf hy zich naar Bianca, welke in haar kamerjapon op een gemakkelijke stoel lag uit gestrekt. Sedert het bezoek van d'Aubreuil scheen zij vrij wat verzwakt te zyn. Toen zij Lorenzo voor zich zag, nam haar gelaat eensklaps een sombere uitdrukking aan, zy hief zich levendig op en keek hem aan met een blik, waaruit tegelyk bevreemding en ongerustheid spra ken. De graaf ging naast haar zitten en bleef eenige oogenblikken sprakeloos met het hoofd op de borst geleund, zitten. Lorenzo, vroeg Bianca angstig, welke slechte tyding hebt gy nu nog vernomen? 't Is inderdaad wel eene slechte tyding, ant woordde Lorenzo En daar gy myne ge dachten geraden hebt, heb ik geen lange inleiding noodig, om u de waarheid te bekennen Weet dan, dat Ludovic de Norrent juist van hier gaat, zonder twijfel vermoedt gij wel wat de reden van zyn komst was Ludovic de Norrentriep Bianca uit, nog bleeker en zenuwachtiger wordende dan te voren O, ja, ik vermoed die reden De genegen-, heid van hem voor myn ondergeschoven kind Zonder twyfel kwam hy haar ten huwelyk vragen? Zooals gy zegt, antwoordde de Corsicaan En gy hebt zeker zijn verzoek geweigerd of ten minste een middel weten te vinden, om uw antwoord uit te stellen? In het geheel niet, ik heb zelfs ook uit uw naam in dat huwelyk toegestemd - Maar Lorenzo ben je mali riep Bianca ontsteld uit, of is het maar spotternij Ik spreek in volle ernst. Dat is een krankzinnige daad I toe te stemmen in deze vereeniging, waardoor wij ons fortuin moeten afstaan aan eene vreemdelinge, welke geen recht heeft het van ons op te vragen, daardoor wordt het ont nomen aan myn kind, hetwelk mij de een of andere dag nog eens kan worden teruggegevenEn daar de voltrekking van dit huwelyk van my af hangt verzeker ik u, dat ik nooit mijne toestemming er toe zal geven Waarlijk Bianca ik heb medelyden met je, dat je nog niet inziet dat mijn schijnbare toestemming slechts een list is. O, het was dus maar een grap. Dat is niet mooi van u myn bloed zoo in gisting te brengen. Wordt vervolgd.) Snelpersdruk - LANGEVELD& - DE ROOIJ Texel 1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1889 | | pagina 4