N°. 226. Zondag 1 December. A. 1889.
Advertentieblad.
Nieuws- en
Binnenland.
i
Advertentiën vóór 10 uur op den dag der uitgave.
Prijs der Advertentiën
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. - Iedere regel meer 6 Cts.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOU, ParkstraatBurg op Texel.
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden
Voor den Burg 30 Cts. - Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
TEXEL, 30 November 1889,
Het vijf-en-twintig jarig bestaan van de
„Maatschappij van onderlinge verzekering bij
ziekte," alhier, (beter bekend onder den naam
van Ziekenfonds, volgens de statuten in werking
getreden den 28 November 1864) werd gisteren
avond in eene bijeenkomst der leden feestelijk
herdacht.
Naar men ons mededeelde was het een zeer
genoegelijke avondtoespraken, voordrachten
en zang wisselden elkander af, terwijl eene
tombola, door de zorg van het bestuur gereed
gemaak1", aan sommigen een aangename
verrassing, aan anderen weder iets van mindeie
waarde verschafte.
Eene kleine som gelds uit de kas voor
dezen avond beschikbaar gesteld, stelde de
aanwezigen in staat, om zonder bezwaar
hunner beurs, zich eenige vertering te ver
oorloven.
Goed en alleszins gerechtvaardigd was deze
feestavond. Het ziekenfonds heeft in den tijd
van zijn vijf-en-twintig jaar bestaan veel hulp
verleend en bewezen een goede vriend te zijn.
En als zulk een vriend 25 jaren lang den
stroom des tijds trotseert, in tegenstelling van
zoovele andere vereenigingen, wier levensduur
vaak zeer beperkt is of die nauwelijks tot
het leven komen, dan is een juichtoon voor
een kwart eeuw zeker niet ongepast. Dat uit
dit fonds, dat zulk eene levensvatbaarheid
blijkt te hebben, nog meer ontsta tot nut des
werkmansstand, wenschen wij gaarne met
het gelegenheidslied.
Tot onzen spijt kunnen wij van den feest
avond geene verdere bijzonderheden mededeelen,
daar de gelegenheid om volgens eigen aan
schouwing onze indrukken weer te geven,
zeker om gewichtige redenen, ons niet was
bereid.
Over de zeerampen lezen wij nog
Ruim 2000 vaten harst zijn aan het strand
van Tessel gespoeld of door schuiten in zee
opgevischt en naar de haven gebracht. Alles
wordt door de strandvonderij beheerd. Aan
het noorderstiand ligt een wrak, waarop deze
letters staan E R H OI.
Op de vlichors ligt een groot wrak. ver
moedelijk is nabij de kust een schip gebleven
met man en muis.
De visschers brengen voortdurend vaten
harpu:s aansommigen brachten er 20 a 30
op een dag in de haven. Het westerstrand
ligt vol vaten, zoodat de boeren en vracht
rijders handen vol werk hebben.
Voorts zijn eenige kleine wrakstukken van
een oud schip en een paar zoemansjekkers
aangespoeld. Zeer waarschijnlijk zijn wrakgoed
en lading afkomstig van de in de Noorder-
gronden verongelukte bark.
Een nader bericht meldt dat het in de
Noordoostgronden van Vlie verongelukte schip,
waarvan niemand gered werd, vermoedelijk
is oen Deensche schoener.
Te Nieuwediep zijn weder eenige vaten harst
en eene doode koe uit zee aangedreven.
De Cocksdorp, 28 Nov. Het getal op het
Eierlandsche strand geworpen vaten hars wordt
thans op ongeveer 1000 geschat.
Ze zijn naar alle waarschijn1 ijkheid afkomstig
van de lading van een Noorsch schip, genaamd
Elverhöi en afkomstig van Stavanger.
Men is druk bezig met oprijden.
Nog zijn aangebracht twee kisten vleesch.
Oosterend 29 Nov. Door het Hoofdbestuur
van het Nederlandsch Onderwijzers-Genoot
schap is .aan alle leden des Genootschaps eene
circulaire verzonden met de vraag, of zij het
wenschelijk achten, dat alsnog een adres aan
de Eerste Kamer gezonden worde, waarinde
paedagogische bezwaren, die er na de wijziging
welke het wetsontwerp in de Tweede Kamer
heeft ondergaan, zijn overgebleven, nog eens
duidelijk worden uiteengezet.
Lettende op het adres indertijd aan de
Tweede Kamer gezonden, meent het Hoofdbe
stuur, dat er van de daarin opgenoemde
bezwaren zijn overgebleven die, welke betroffen
1°. het premiestelsel bij de opleiding van
onderwijzers.
2°. de verhouding tusschen het aantal
leerlingen en onderwijzers.
3°. de bevordering der oprichting van kleine
slecht georganiseerde scholen.
4°. het gemis van leerplicht.
Blijkt de meerderheid der leden deze vraag
toestemmend te beantwoorden, dan zal het
Hoofdbestuur onmiddelijk een adres in dien
geest aan de Eerste Kemer zenden.
Oudeschild, 29 Nov. De verloting voorde
bewaarschool, die hier den 3n. Dec. 's avonds
te zeven ure in de „Zeven Provinciën" zal
gehouden worden, slaagt naar wensch. Yan
den Burg kwamen o. a. zeer bruikbare prijzen
in. Men zal nu ongeveer dertig prijzen kunnen
verloten.
Tegen den voorzomer van 1890 wordt voor
hetzelfde doel eene groote verloting voorbereid,
waarvoor bereids eenige kostbare prijzen zijn
toegezegd.
Helder, 29 Nuv. Heden kwam alhier behouden
binnen, het Nederl. barkschip St. Christophorus,
met verlies van den deklast, dien men 's nachts
tijdens hevige buien en stortzeeën had verloren.
De Minister van Waterstaat, enz., heeft de
verschillende spoorwegmaatschappijen uitgenoo-
digd om hare ambtenaren aan te bevelen het
noodige te doen opdat de verzending van den
pakketpost het a. s. St. Nicolaasfeest zoo geregeld
mogelijk kan geschieden.
Het ligt in het voornemen van den Minister
van oorlog om de millicieus, die nog niet in de
behandeling van het nieuwe geweer geoefend zijn,
in het voorjaar daartoe onder de wapenen te
roepen.
Aan het N. v. d. D. werd Woensdag uit
Londen geseind
Bij besluit van de Privy Council van heden
moet alle vee, dat uit Nederlaud komt, drie dagen
aan de landingsplaats blijven alvorens verder te
mogen worden vervoerd, wijl het mond- en
klauwzeer de Nederlandsche grenzen is genaderd.
De correspondent van de „N. R. Ct. seinde
Donderdag uit Londen
De inspecteur van het vee te Thameshaven
heeft twee veeladingen, per Batavier en per Teal
van Rotterdam komende, wegens vermoeden van
ziekte aangehouden. De veehandel verbeidt in
angstige spanning het rapport van den inspecteur.
Velen gelooven dat de invoer van levend vee
uit Nederland ernstig gevaar loopt.
Naar men verneemt, heett het college voor
de zeevisscherijen in Nederland ook besloten zich
te wenden tot de Tweede Kamer om het voorstel-
Reekers tot wederinstelling van onbeperkte vrij
heid bij het visschen in de Zuiderzee vooralsnog
buiten behandeling te houden in afwachting van
het rapport, dat door het college zal worden
uitgebracht over het advies in zake de al of niet
beperking van de wijze van uitoefening der
visscherij van den regeerings-adviseur dr. Ploek,
dat niet slechts ongunstig is voor het weder
toelaten van den wonderkuil, maar ook op ander
gebied voor uitbreiding is van reglementeering
van de wijze van uitoefening der visscherij.
Men schrijft uit den Haag aan het U. D.
„Wat de Rogeering zal doen, in het onver
hoopte geval de Eerste Kamer de onderwijswet
mocht verwerpen, is niet met eenigen zweem van
waarschijnlijkheid te zeggen, al vormt het ook
in onze politieke kringen hier het onderwerp
van den dag.
De een beweert, dat de heer Mackay in dat
geval wenscht af te treden en een ander minder
verzoeningsgezind anti-revolutionaire (buiten de
Kamer, wiens naam reeds wordt gefluisterd)
zijne plaats zou innemen. Een ander vertelt
daarentegen, en dit vindt het meest geloof
dat de heer Mackay besloten heeft alsdan een
beroep op de natie te doen en beide takken
onzer wetgevendo macht te doen ontbinden.
Ook zijn er die spreken, dat een vrijzinnig
Kabinet de teugels van het bewind zou in handen
nemen, doch dit laatste is zoo onwaarschijnlijk
en zou zulks een doodgeboren kind blijken, dat
slechts weinigen er geloof aan slaan.
Intusschen kan men verzekerd zijn, dat vóór
het einde van het jaar belangrijke gebeurtenissen
op staatkundig gebied ons zullen verrassen, zoo
de Senaat zich door de adresbeweging en de
daaraan verbonden overdreven voorstellingen
mocht laten medesleepen."
Het belangrijke vraagstuk onzer legerher-
vorming heeft ook reeds in het buitenland de
aandacht getrokken.
De bekende Duitsche Algemeine Militar-Zeitung
geeft in twee harer hoofdartikelen, naar aanleiding
van het rapport der Staatscommissie, eene
beschouwing over onze legerinrichting, die door
degelijkheid en nauwgezetheid uitmunt en vooral
door hare gevolgtrekking zeer de aandacht verdient
Het Koninkrijk der Nederlanden, zegt de
schrijver behoort tot die Staten, waar de
inrichting van het leger niet den trap van ont
wikkeling bereikt heeft, dien het moest innemen.
Het land is rijk en heeft meer dan 4 millioen
inwoners, die over het geheel van Germaanschen
oorsprong zijn, en wier taal tot den tak der
oud-Germanen behoort. Het bezit aan koloniën
is zeer aanzienlijk, want de O. I. bezittingen
Java en Madura hebben alleen eene oppervlakte
van ong. 132,000 vierk. mijlen, met 20 millioen
inwoners, terwijl de W. I. kolonie Suriname
ongev. 120,000 vierk. mijlen telt. Het Neder
landsche leger nu staat niet op de hoogte van
den tijd om naar eisch zijne staatsplichten te
vervullen.
Na eene duidelijke en beknopte mededeeling
van het rapport, waarbij vooral gewezen wordt
op het heilzame der afschaffing van de plaats-
TEXELSCHE COURANT.