Buitenland. 8
Oosteeend. De opbrengst der j.l. Vrijdag
te de Waal gehouden tooneelvoorstelling ten
voordeele van de Prins-Hendrik-stichting heeft
opgebracht f 28,45, waarvan ongeveer f 20
kan overgemaakt worden.
Hiermede zal echter nog gewacht worden,
daar a. s. Zondag nog eene voorstelling voor
hetzelfde doel te Oosterend gegeven zal worden.
Het heeft den Koning behaagd den heer
G. Basroger, kapitein van hot Fransche stoom
schip „Emma", te huis behoorende te Havre,
te benoemen tot Ridder in de Orde van de Neöer-
landsche Leeuw.
Door de 1ste Kamer werd in de vorige
week het Hoofstuk Koloniën verworpen met
20 tegen 19 stemmen.
Ter overweging van de houding van het Kabinet,
na het votum van de Eerste Kamer, hield de
Raad van Ministers zaterdag eene langdurige
vergadering.
Ook Maandag-middag is de ministerraad weder
om in langdurige vergadering bijeen geweest.
In den Haag worden namen genoemd van
opvolgers des minister Keuchenius, indien deze
zooals waarschijnlijk is, uit het Kabinet treedt.
Behalve de heeren dr. Wijnmalen en van Nunen,
is ei ook sprake van het lid van den Raad van
Indië, den heer W. P. Groeneveldt.
Naar de Standaard verneemt is door den
Minister van KoloDiën ontslag aangevraagd.
De Minister van Marine brengt ter kennis
van zeevarenden; dat in de Zuiderhaaksgronden.
ter aanduiding van een daar zich bevindend
wrak, een wrakton wordt geplaatst in de navol
gende peiling
Witte ton no. 1 Westgat N. W. te N.
Lichttoren Kijkduin O. t. N.
Het voornemen bestaat de vestingartillerie
reeds in vredestijd met het geweer te wapenen,
waardoor in tijd van oorlog aan dit wapen een
andere taak zal worden opgedragen, en het in
sommige omstandigheden buiten de forten zelf
standig zal moeten optreden. Daarom is door
den inspecteur der artillerie aan de officieren der
vesting-artillerie opgedragen, zich meer dan tot
nu toe het geval was te wijden aan de beoefening
dor tactiek van de infanterie, waartoe de voor
lichting van officieren der infanterie zal worden
ingeroepen. (Utr. Dagbl.)
De minister van koloniën brengt ter kennis
van belanghebbenden, dat in 1890 voor twee
jongelingen gelegenheid bestaat om te worden
aangenomen, ten einde onder het genot van eene
subsidie van f 5100 te worden opgeleid tot militair
apotheker bij het Ned.-Ind. leger, overeenkomstig
de bepalingen van het reglement, vastgesteld bij
Zr. Ms. besluit van 15 Mei 1883 No. 24 en
gewijzigd bij dat van 16 December 1883 No. 26,
van welk gewijzigd reglement bij het departement
van koloniën kosteloos afdrukken zijn te ver
krijgen.
De aanvrage van toelating moet (bij gezegeld
request), vóór den lsten Juli a. s. bij het depar
tement van koloniën zijn ontvangen.
In het laatste jaar is de prijs dei-
steenkolen verbazend toegenomen. Het verschil
van nu en vroeger is geklommen van 25 tot 50,
zelfs 100 pet. Dat dit eene aanzienlijke onkosten-
vermeerdering voor groote inrichtingen fabrieken
enz. met zich brengt, ligt voor de hand.
Wat zijn de oorzaken van deze prijsstijging
der steenkolen? Zij zijn velen. In alle landen
stijgt, met de bevolking en de ny verheid, het
steenkolengebruik. Steden zetten zich uit, nieuwe
fabrieken worden opgericht, nieuwe bootlijnen
geopend. Voor dat alles zijn steenkolen noodig,
maar niet enkel voor werken des vredes.
De groote militaire mogendheden houden er
belangrijke steenkolenparken op na voor hunne
spoorwegen en schepen. Amerika, Engeland,
Duitschland, Frankrijk ver grooten hunne ooilogs-
vloten, en de kleine landen als Portugal en
Nederland doen mede aan de algemeene bewe
ging en zoo neemt de vraag naar steenkolen
steeds toe.
En wat staat er tegenover? Verminderde
steenkolenproductie. Uit alle steenkolenlanden
hoort men van werkstakingen in de mijnen, en
als de arbeiders het werk hervatten, geschiedt
dit gewoonlijk voor meer loon en korteren
werktijd.
In sommige districten arbeiden zij slechte 8
uur daags, welke tijd nog verminderd wordt door
het afdalen en opstijgen uit de mynen, waarmee
soms een uur verloren gaat. Het gevolg is dus:
verminderde opbrengst en vermeerde productie
kosten. Er bestaat weinig vooruitzicht, dat in
dezen toestand verandering zal komen. De hooge
prijzen zullen echter doen omzien naar andere
brandstoffen of zuiniger gebruik, en menige
nuttige uitvinding zal ongetwijfeld er door in het
leven worden geroepen. (Hbl.)
Door de firma H. P. Gelderman Zonen
te Oldenzaal zal ter gelegenheid van de 50ste
verjaardag van de heer D. Gelderman, aan ieder
der arbeiders vijf gulden worden uitgekeerd.
Welk eene uitgaaf dit vordert, kan men nagaan,
als men weet, dat genoemde firma, die te Oldenzaal
eene weverij, spinnerij, blauw ververij en jute-
weverij bezit, pl, m. 1000 arbeiders in het werk
heeft.
Dezer dagen is te Haarlem eene vereeniging
opgericht onder den naam van „De Haarlemsche
Varkensslagers-vereeniging," om langs wettigen
weg verbetering te brengen inden tegenwoordigen,
voor de slagers onhoudbaren toestand, veroor
zaakt door het invoeren en verkoopen van
Amerikaansch spek, ham en reuzel, alsmede
door den uitvoer van Nederlandsche varkens
naar Engeland en Duitschland. De vereeniging
zal o. a. trachten eene wet te verkrijgen tot
verbod van invoer van Amerikaansch spek, enz.,
óf over te gaan tot heffing van rechien op den
invoer, óf om aan de verkoopers de verplichting
op te leggen hunne waren onder den echten
naam te verkoopen. Voorts zal zij rechtpersoon-
lijkheid aanvragen en er naar streven om met
andere vereenigingen een varkenslagersbond op
te richten.
Naar aanleiding van de zeeramp bij
Callantsoog wordt er op gewezen hoe dringend
de behoefte is aan eene Rijks-kustwacht tusschen
Egmond en Nieuwediep. Daar vergaan zoo'n
groot aantal schepen, dat het voor de eer onzer
natie wel te wenschen ware, dat het Rijk zich
der redding van schipbreukelingen althans voor
dat gevaarlijk deel der kust ging aantrekken.
Op initiatief van de heeren Westerouen van
Meeteren te Amsterdam en mr. H. Mulder te
's-Hage is in eene druk door fabrikanten, technici
en staatslieden bezochte vergadering in de resi
dentie de wenschelijkheid uitgesproken tot het
oprichten door werkgevers en fabrikanten dus
door beroepspersonen van eene vereeniging
tot voorkoming van fabrieksongelukken
Vijftien fabrikanten, industriëelen en werkge
vers verklaarden zich bereid om met het voor-
loopig bureau de vereeniging tot stand te brengen
en hare statuten te ontwerpen.
De heer C. Bluys van Treslong heeft aan
de Zuiderzee-vereeniging een open brief gericht,
waarin hij er op aandringt, dat de vereeniging
het hare doe, om de Zuiderzeequaestie weer meer
populair te maken, en een weg in te slaan,
waarop krachtige steun van de regeering kan
worden verworven.
Bij koninlijk besluit is bepaald dat krachtens
art. 175 der wet van 19 Aug. 1861 (Staatsblad
no. 72), betrekkelijk de nationale militie, de
miliciens-verlofgangers der lichting van 1887, die
van de regimenten der cavalerie zijn overgeplaatst
bij de treincompagnieën van de regimenten der
veld-artillerie,onder de wapenhandel te worden
geoefend: a. bij het 1ste en 2de reg. veld-art.: Va
der lichting van 28 Febr. tot 22 Maart, Va dei-
lichting van 24 Maart tot 17 April, en 1/3 der
lichting van 18 April tot 10 Mei; b. bij het 3de
reg. veld-art.: '/ader lichting van 13 Maart tot
3 April, Va der lichting van 8 April tot 29 April,
en Va der lichting van 1 Mei tot 22 Mei.
Men schrijft uit Maarsbergen:
Voor rekening van Jhr. K. A. Godin de Beaufort,
den tegenwoordigen Minister van Financien,
worden hier thans belangrijke uitgestrektheden
woeste grond ontgonnen. Velen die anders met
moeite den winter doorkwamen, verdienen nu een
goed stuk brood.
Het algemeen bestuur der Zuiderzee-ver
eeniging verzond de vierde nota betreffende net
onderzoek omtrent de afsluiting en droogmaking
van de Zuiderzee, de Wadden en de Lauwerzee.
In deze nota worden achtereenvolgens behandeld
en toegelicht de invloed der afsluiting op de
waterverversching der provinciën langs de Zuider
zee gelegen en die op de scheepvaart van de
Zuiderzee, Blijkens het voorloopig verslag omtrent
de terreinwerkzaamheden in 1889 vingen de
boringen aan op 29 Mei en werden op 11 September
geëindigd in het Noordelijk gedeelte der Zuiderzee,
daarna nog tot 20 September op den Makkummer-
waard en nabij de van Ewijcksluis en verder
eenige boringen en waterpassingen op Wieringen.
Het doel was den bodem te onderzoeken met het
oog op de geschiktheid daarvan voor bouwgrond
en tot het dragen der aan te leggen dijken. Er
zijn in 't geheel 564 boringen verricht. Na
vermelding hiervan worden achtereenvolgens
behandeld: a. De beschikbare en de vereischte
hoeveelheid water in droge tyden. b. De water
verversching na de afsluiting der Zuiderzee. Als
resultaat dier beschouwing wordt vermeld:
l9. dat na afsluiting der Zuiderzee volgens een 1
lijn Noord Holland—Wieringen Friesland, of f
meer algemeen van elke afsluiting, waarbij de
IJsel binnen de afsluiting valt, in ruime mate in f
de behoefte tot waterverversching van Friesland I
en Noord-Holland kan worden voorzien
29. dat na gedeeltelijke droogmaking binnen
de afsluiting volgens het wetsontwerp, dat in de
vorige nota is medegedeeld, in ruime mate zoowel
in de behoefte tot waterverversching van Friesland
en Noord Holland als in die der drooggemaakte
gronden kan worden voorzien;
3°. dat voor de waterverversching het voordeel
eener Noordelijke afsluiting der Zuiderzee boven
een afsluiting met vrijlating van den IJsel
voornamelijk Friesland betreft, welke provincie
bij eerstgenoemde afsluiting in ruime mate, doch
bij laatstgenoemde in 't geheel niet van versch
zeewater kan worden voorzien.
Men meldt uit Twijzel, d.d. 30 Jan. aan de i
Leeuw. Gt.Gisteren had alhier by het Wildpad
het volgende voorval plaats:
Een voor eene kruidenierskar gespannen paard
schrikte en geraakte op hol. In vliegende vaart
holde het paard een eind weegs door, totdat het j
eindelijk tot staan werd gebracht. Daar de
karrijder dooi het dier geslagen was, besloot men
het te stallen bij den landbouwer F. W. K., doch j
nauwelijks was men in den stal, of het nog steeds
woedende dier wist daaruit te ontkomen, draafde
voorbij de geheele veestalling naar de kamer,
waar het de deur geopend vond, verdreef daar
de ontstelde huisgenooten, uitgezonderd een zieke, 1
die op een op den vloer uitgespreid bed lag en
richtte er verschrikkelijke verwoestingen aan.
De zieke wist nog kruipende in een kelder te f
vluchten en op deze wijze aan verder lichamelijk
lijden te ontkomen. Door het slaan en steigeren
van het onstuimige ros vloog het vuur van den
haard door de kamer en deed reeds het beddegoed
branden. Nu was goede raad duur. Men sloeg
een der vensters in, bluschte daardoor met eenige
emmers water den brand en trachtte vervolgens
den lastigen kamerheer met een langen stok te
verdrijven, hetgeen dan ook eindelijk gelukte. 3
De kamer bood daarna, zooals te denken valt, f
een tooneel aan van groote verwarring en ver- W
woesting. Het paard heeft men tot nog toe niet
teruggevonden. b
Onderhandelingen zijn geopend tusschen de i
Italiaansche en Nederlandsche Gouvernementen f
aangaande het stoffelijk overschot van Frederik
Willem George van Oranje, overleden in 1799 te
Padua.
Het Nederlandsche Gouvernement verzoekt het
overbrengen daarvan naar Delft.
n
Dr. Fait, de natuurvorscher bij uitnemend- d
heid, die den storm van 19 en 20 Januari voorspeld k
had, geeft nu als kritieke dagen in 1890 op de a
volgende datums: 10 Februari, 20 Maart, 31 Juli, 6
30 Augustus, 28 September en 27 October. Hierbij 2
valt op te merken, dat de meeste dezer datums jï
dagen zijn, waarop het volle maan is.
De woning van Fracy, secretaris vau staat 8
van Marine, te Washington is door brand vernield. 6
Mevrouw Fracy en hare dochter zijn in de vlam- L
men omgekomen. Hare lijken zijn onder de e
puinhoopen gevonden. 4
De hoogst-aangeslagene voor de inkomsten- I
belasting in Pruisen op de lijsten voor dit jaar is a
de „Kanonnenkoning" M. Crupp, te Essen. Hij j=!
is aangeslagen voor een inkomen van 5,580,000
Mark. Verleden jaar betaalde hij voor een inkomen
van „slechts" 4,380,000 Mark. - a
In het kanton Fontaine-Franqaise, in het
Fransche departement Cóte d'Or vindt men een f;
benijdenswaardig plaatsje, Chaume, genaamd,
hetwelk 137 inwoners telt, waarvan 18 tusschen a
de 70 en 87 jaren oud zijn. Twee broeders zijn
samen 170, twee zusters en een broeder 225 Q,
jaar oud en eene vrouw moet den leeftyd bereikt
hebben van 155 jaren.
De Central-Pacific-spoorweg in Amerika jj'.
heeft nog veel last van sneeuw en ijs. Vijt
beambten verloren het leven, doordat treinen
door de kracht van den wind of de ijsversperringen
op de lijn ontspoorden; De sneeuw ligt hier en
daar 15 tot 20 voet hoog en en do storm was
een der hevigste, die sinds den aanleg van den re
spoorweg werden waargenomen. Er waren 2500 d(
man noodig om den weg vrij te maken.
In de Russische bosschen bij Chiclowizi,
aan den Dnieper, vertoonen zich telkens wolven.
Verleden week organiseerde een groot grondbe- b(