Buitenland.
Aan het strand, op ongeveer een half uur
afstand van Huisduinen, had jl. Dinsdagmiddag
een droevig ongeluk plaats. Twee knapen, die
na het middagmaal aldaar waren gaan baden,
zonken, 't zij door kramp bevangen of doordien
zij in eene geul geraakten, eensklaps in de diepte
weg. De vader van een dier beide jongens, de
kustlichtwachter A. E., op het ongeval opmerkzaam
gemaakt, begaf zich zoo sp:edig mogelijk te water,
om te trachten de drenkelingen te redden. Een
hunner, een'zoontje van den heer D. F. te Huis
duinen, wist hij nog aan een arm te grijpen en
op 't droge te brengen, doch voor zijn eigen 12
jarige zoon was geen redding meer mogelijk
deze was reeds dadelijk in de diepte verdwenen
zijn lijk werd oenigen tijd later gevonden en aan
het strand gebracht.
De geredde knaap, die zijn bewustzijn bijna
had verloren, moet thans buiten gevaar verkeeren.
Deze voor de betrokken ouders zoo droeve
ramp zal er, wenschon wij toe bijdragen, dat
aan jeugdige kinderen ten strengste wordt ver
boden zonder behoorlijk toezicht op eenzame
plaatsen te gaan baden. [H. C.)
De dezer dagen uit zee terugkeerende
visschers klagen over het groot aantal haaien,
dat in ongekende hoeveelheid op de Noordzee
wordt aangetroffen. Zij rooven, terwijl de
visschers de vleet inhalen, de haring uit de
netten. Hunne vraatzucht kent geen grenzen,
want in weerwil van de haring, welke zij
buit maken, schijnen zij nooit verzadigd en
vallen ook op elkander aan om hun honger
en vernielzucht te stillen. Deze haaisoort
heelt ongeveer de lengte van een mansarm.
Door de voorloopige commissie voor
eene kanaal verbinding van de Rijkshaven
te Enkhuizen met het Noord-Holl. kanaal
bestaande uit de heeren Mr. C. H. Beels,
W. Kloeke, W. A. Hazen, J. Hopman en
C. N. Vlaming is eene missive gericht aan
gemeente- en polderbesturen in West-Friesland,
met verzoek om voor de vergadering, op
Donderdag 11 Sept. e. k. in het Noord-Hol-
landsch Koffiehuis te Schagen te houden, eene
afgevaardigde te zenden, ten einde dat plan
verder te bespreken.
Aan de orde zal zijn:
lo. De richting van het kanaal,
2o. De kosten van een voorloopig onderzoek.
Door den heer N. Heitz te Oosterwolde
is eene nieuwe onbekende soort van rogge
verbouwd, die ongewoon veel belooft. Zij
vertoont, bij zwaar stroo, aren, die een lengte
hebben van 17 centimeter, of Ys meer dan
gewone soorten. De nieuwe vrucht blijkt
bijzonder voor deze zandgronden geschikt en
steekt zeer gunstig af bij de inheemsche soorten.
In het Leidsch Dagblad wordt het volgende
ondor de aandacht gebracht
Broeien van hooi.
Nu de hooibouw in vollen gang is, en vooral
om de ongunstige weersgesteldheid, waaronder
dit plaats heeft, mag het niet overbodig heeten,
zoowel in het belang der brandverzekeringmaat
schappijen als in dat van de verzekerden zeiven,
de aandacht van de landbouwers er op te vestigen
dat in de politie-verordeningen der verschillende
gemeenten daaromtrent bepalingen voorkomen,
die o. a. verplichting opleggen om bij voorkomende
broeiing van hooi of andere veldgewassen daarvan
kennis te geven aan den burgemeester en tevens
om alle voorzorgen te gebruiken.
De maatregelen van voorzorg, die, naar het
oordeel van deskundigen, op ervariDg gegrond,
kunnen genomen worden tegen brandgevaar door
het broeien van hooi, zijn in hoofdzaak deze
lo. Is noodig dat het gras werkelijk hooi zf]
vóór dat het wordt binnen gehaald. Maar dit
is ten opzichte van krachtig hooi niet genoegen
bij regenachtig weer ook niet altyd mogelijk
2o. is daarom noodig, dat eene behoorlijke
hoeveelheid zout in het hooi gestrooid en lagen
oud hooi of stroo er tusschen aangebracht worden.
Zout verhoogt ook den smaak van het hooi en
is tegenwoordig bij de depots van accijnsvrij
zout bijna voor niet en zonder veel formaliteiten
te bekomen. Het oude hooi, en vooral het stroo,
nemen op deze wijze zeer toe in voedingswaarde.
Beide (het zout en de lagen oud hooi of stroo)
temperen den broei
8o. behoort elke hooitas van ten minste één
luchtkanaal te zijn voorzien, dat gemakkelijk te
vervaardigen is van stevige mandemakerstwijgen
of van eenig eenvoudig latwerk.
Waar genoemde maatregelen worden genomen,
daar is het vrij zeker dat zich geen gevaarlijke
broei zal voordoen, en blijven de landbouwers
buiten moeite met de brandwaarborg-maatschap
pijen, die al dadelijk en niet ten onrechte
beweren dat verbroeid hooi geen waarde heeft
er alzoo van vergoeding tegen goed hooi geen
sprake kan zijn en daarbij mogen wijzen op
begaan verzuim om den broei te voorkomen.
't Is nu zoowat vijf jajen geleden zegt
de Haagsche Ct. dat de katastrophe van
het bankiershuis Felix Polaij; plaats had, en
nog steeds wachten de crediteuren op het
bericht, of er nog iets van hun geld terecht
komt
Wordt 'tniet hoog tijd, een verbetering te
brengen in de bepaling op het faillisement,
opdat nu ook eens gezorgd worde de belangen
der schuldeischers, die toch alzoo ver achter
staan bij de heeren faillieten, door wie straf
feloos veelal eenigen tijd mooi weer wordt
gespeeld van het geld van anderen, waarna de
wet dat dan weer met een accoordje van eenige
procent voor hen in orde brengen
Want men begrijpt, wat er gedurende zulk
een faillissement van vijf jaren aan kosten
verloren gaat van hetgeen er dan misschien
nog is geweest.
En 't geval is niet éénig in zijn soort, al is
vijf jaren dan zoo zeldzaam lang.
De Geneeskundige Raad van Zuid-Holl.
heeft met algemeene stemmen als zijn over
tuiging uitgesproken, dat het door de Regeering
in haar ontwerp tot wijziging van de Epidemie-
wet voorgestelde, ten aanzien van de vacci
natie, eene bron zou opleveren van groot ge
vaar voor de volksgezondheid en zou blijken
eene ramp te zijn voor Nederland, en daarom
eene onverantwoordelijke wetsbepaling.
Aan de Straits Inpendent ontleent de Deli Crt.
het volgendeDen llden dezer heeft te Edi
een hevig en beslissend gevecht plaats gehad,
waarbij door de Hollandsche troepen al de bentings
veroverd werden, welke de Atjehers hadden op
gericht. De Hollanders hadden een verlies van
23 gewonden, waaronder 2 officieren, de luit. ter
zee Van der Hegge Spies en de luit ter zee
Swart. De Atjehers daarentegen lieten 80 dooden
in hunne handen en leden bovendien groote ver
liezen in gesneuvelden en gewonden.
Na het eerste gevecht en toen alles rustig
scheen, speelde de bataljonsmuziek het Nederland-
sche volkslied in een der veroverde bentings
plotseling echter vielen eenige schoten, afkomstig
van Atjehers, die zich verborgen hielden in de
loopgraven, welke zij in de onmiddelijk nabijhoid
van <lie benting gemaakt hadden. De comman
dant van de landingsdi visie van de „Prins Hendrik"
gaf dadelijk bevel tot den aanval en luit. Van
der Hegge Spies stelde zich aan 't hoofd zijner
manschappen en viel op de Atjehers aan. Een
hevig gevecht van man tegen man was hiervan
het gevolg en al de Atjehers, die zich in de
loopgraven bevonden, werden afgemaakt.
Gedurende dit gevecht sprong een Atjeher,
met een klewang gewapend, op luitenant Van
der Hegge Spies toe, die den voor hem bestem
den houw met zijne sabel pareerdedit wapen
werd echter bijna in tweeën geslagen en wondde
hem door den terugslag aan 't voorhoofd, Alge
meen wordt de houding en moed van dezen
officier zeer geroemd..
De Atjehers, die aan het bloedbad ontkomen
waren vluchtten in de Rimtoeh, waar zy door
de troepen vervolgd werden.
Een Amsterdamsch dienstmeisje is de
gelukkige eigenares geworden van den prijs
van f50,000 uit de jongste trekking der pre-
mieleening van de Stad Amsterdam.
Haar meester had eenigen tijd geleden op
haar verzoek een Amsterdamsch lot gekocht,
tegelijk met eenige andere voor zijne kinderen.
Het toeval heeft gewild dat hij aan zijn dienst
meisje het gelukkige nommer uitreikte. De
kapitaliste is volstrekt niet van plan hare
betrekking te verlaten.
In het Weekblad Sempervirens" van 11
Juli en in de „Arnhemsche Courant" van 16
dezer komen brieven voor van personen, welke
met de tweede expiditie der Holl. Callifornië
Land company naar het verre Westen zijn ver
trokken.
't Zou te veel van onze plaatsruimte vorderen,
indien wy de brieven in zijn geheel overnamen,
doch wfj deelen in hoofdzaak mede, dat dezelve
een geest van voldoening en tevredenheid ademen
over de Rotterdam colony. Over de moeite en
zorg, van de heeren Nygh en Lutz, onder wiens
leiden deze expeditie werd gemaakt, is slechts
één woord van lof. Volgens de briefschrijvers
zal de nieuwe kolonie eene goede toekomst tege
moet gaan en is voor hem die elders een bestaan
wenschen te zoeken de „Rotterdam-Colony", een
van de streken van Califormë, wel de plaats
waarheen zy zich met vertrouwen kunnen wenden.
Op het eiland Urk zijn twee der aan
zienlijkste bewoners, een wethouder en een
diaken, door een deurwaarder, bijgestaan door
vijf Rijksveldwachters, in de gijzeling gebracht.
Zij hadden met een aantal Urkers, rogge
van een in de nabijheid van het eiland ge
zonken schip geborgen en konden over het
bergloon met de assurantiemaatschappij, waar
bij de lading was verzekerd, niet eens worden,
tengevolge waarvan hun een proces werd aan
gedaan. De Rechtbank stelde hen in het onge
lijk en veroordeelde hen in de kosten, ten bedra
ge van f 600. Zij weigerden echter te betalen
en ook om de rogge af te geven, waardoor
lijfsdwang op hen moest worden toegepast.
De Urkers verzetten zich aanvankelijk
krachtdadig tegen de inhechtenisneming, doch
weken terug, toen de geladen karabijnen op
hen werden gericht, zoodat het recht verder
ongestoord zijn loop kon hebben.
- Men meldt uit Nieuwediep, dd. 17 Juli:
De Texelsche blazerschipper J. A. Kooger, van
de schuit T. X. 71, heeft heden in de Noordzee
lYs mijl van Kijkduin, gevonden en alhier
aangebracht eene flesch, waarin een briefje in
het Engelsch en Duitsch geschreven, waarvan
de vertaling luidt als volgt
„De ondergeteekenden, passagiers aan boord
ss. „Obdam", van Rotterdam, werpen deze
flesch in den Oceaan. Men zou ons verplichten
te melden of en wanneer deze flesch wordt
gevonden. Aan den vinder wordt twee dollar
belooning toegekend, door E. P. Birnbaum,
1426 Franklin av. 170 str. Nieuw-York."
't Briefje was onderteekend door T. W. Tri-
schen Jr., Altun James Jaft Hatfield,
E. P. Birnbaum, Von Kamecke en Ewd. v.
Donhoff. Nabij eiland Wight, 2 April 1890.
- Een tamelijk uitgestrekt heidevlak in Gro-
ningens Westerkwartier, nl. te Opende aan de
Friesche grens, zal in ontginning gebracht worden,
en wel door toepassing van meer uitbreiding aan
practische en productieve armenzorg. Temidden
van bedoelde heidevlakte wordt een gebouw
gesticht dat als werkhuis dienst zal doen, en
waarvan de verpleegden de rondom liggende
gronden moeten ontginnen. Dit werkhuis wordt
door de gemeente gebouwd en zal p. m. f 10,000
rosten, een bewijs dat de zaak die men op het
oog heeft van eenigen omvang is.
De geheele bergvlakte nabij St.-Moritz, in
het Engadindal, is in één nacht in een winter
landschap veranderd. De temperatuur stond 2 gr.
beneden het vriespunt, de sneeuw ligt 1 voet
diep en sleden zijn voor den dag gehaald. De
postwagen is in den Julier-pas in gesneeuwd endikke
misten vullen 's morgens en 's avonds het dal.
Te Gastein is het niet veel beter, er zijn velden
prachtig koren geheel bedorven, Een hevige
onweerstorm, van stortvloeden vergezeld, richtte
groote schade aan. Te Lient, in Tyrol, is na 2
dagen voortdurend regen een ware zondvloed
begonnen, welke al 13 uren duurde. Van Spital,
in Karinthië, tot Ober drauburg, niet ver van
het hoogste punt van het dal, staat het land
onder water en het Etschdal is van Branzoll
tot Salurn overstroomd, terwyi een stuk spoor-
wegdijk en bruggen werden weggeslagen en
rotsblokken zfin neergestort.
Te Bazel heeft de gemeenteraad besloten
tot het heffen van eene katten-belasting. Msn is
reeds begonnen met het tellen der katten, welke
in de stad aanwezig zijn, maar nu reeds blykt
dat dit werk niet zoo gemakkelijk gaat, als men
had verwacht. De Raad vertrouwt echter dat even
goed toezicht kan geoefend worden op de kat
ten als op de honden. De katten, welke niet van
een belasting-penning voorzien zijn, zullen wor
den opgevangen, maar aan dit werk zijn groote
bezwaren verbonden.
In een bosch bij Latsch in Oostenrijksch
Tirol ontdekten dezer dagen twee jonge mannen,
die planten zochten, een arendnest op den rand
van een afgrond. Hoog in de lucht zweefden twee
arenden, de ouders der vogels die in het nest
zaten. Een der jonge mannen liet zich, terwyl de