1 is bet tijd van planten.
Voorslee
leesuren open op de HAARLEMSCHE COURANT.
VmcltïooM, Sierheesters, Coniferen, Rezen,
Qpraiming Winterartihelen.
C. BLOMMEMAL le 's GraveÉap verschenen ei liii den Mlianiel verliïlaar;
mm zees
Jozef, of eea levende onder de dooden,
De Wolf aan de Deur,
lil
Teiel. fC. REU.
GOEDKOOPE AANBIEDING!
Huzaar tegen wil en dank.
Feuilleton,
WIE IS ZTJ 1
J. Groenetvegen,
De vloek der slavernij.
De Vluchteling
De ondergeteekende beveelt zich wederom
beleefd aan tot leverieg van
en alle andere boomkweekers-artikelen.
Bestellingen worden aangenomen door den Heer
N. LANGEVELD Mz. door wien ook prijscouranten
en prijsopgaven verstrekt worden.
Met de meeste achting, Uw Dienaar,
Boomkweeker te BOSKOOP.
Nog slechts een kleine partij wollen g'oederen,
Kapers, Kinderjurken, Harsculappeii, enz.,
worden voor alle prijzen opgeruimd. Het publiek
wordt hiermede bericht dat ondergeteekende ruim
voorzien is van de zoo gunstig bekende eigcn-
ffemakte duffelsclie Winterjassen voor mannen-
jongens en kinderen, alles uit solide stof vervaar
digd. Ook worden alle soorten kleederen zonder
verhooging naar maat geleverd; a contant 5°/»
korting. Ph. VLESSING.
ff v
Een Koster's Scheurkalender.
1» Nieuwjaarskaart en.
Sen Eukhuizer Almanak.
Btn fl. beste Inkt.
Een solide Penhouder.
Drie Schrijfboekjes.
Een best Potlood.
190 bedrukte Visitekaartjes in étui.
Na ontvangst van postwissel ad f 1.15 franco
door giheel Nederland.
Verzoeke duidelijke opgave van hetgeen op de
kaaltjes moet worden gedrukt.
Aanbevelend,
Ter uitdeeling op Zondagsscholen zijn bij
Een bladzijde uit de geschiedenis van de
bevrijding der Slaven op Jamaica.
Een verhaal uit den zevenjarigen Oorlog
tusschen Pruisen en Oostenrijk.
Een verhaal voor onze jongens uit den tijd
van M. A. de Ruijter (1648-1651),
door den Schrijver van Selcartenz.
DE FIRMA JACOB VREESWIJK ZOON.
LIT DEN FRANSCHEN TIJD,
DE KLERK VAN DEN INQUISITEUR,
PRISCA EN MIRIAM,
door den schrijver van „Selcart" en met
een aanbevelend woord van Ds. W. 0. Smitt,
met ge'illustreèrden omslag en 2 gekleurde
plaatjes. Prijs van elk 60 ets; 35 ex. f 13.
50 ex. f 31.-.
Deze 7 boekjes icorden ook gesorteerd
geleverd tegen den getalsprijs.
2de druk, met een voorwoord van Ds. NV. G.
Smitt, met geïllustreerd omslagen 2 gekleur
de plaatjes.
Op aanvrage wordt gaarne 1 exemplaar van
den tijd van 14 dagen.
naar Jacques Porchat, met geïllustreerd
omslag en 2 gekleurde plaatjes.
2de druk, met geïllustreerd omslag en
6 plaatjes.
Prijs van elk (lezer 3 boekjes 40 ets.;
35 ex. f 8.-, 50 ex. f 14.
Deze 3 boekjes worden ook gesorteerd ge
leverd tegen den getalsprijs.
DE MEL1ATSCÜE VAN AOSTA,
KAREL COULSON, 2de druk,
door Dr. Rossvally, met geïllustreerd omslag
en met aanbeveling van Jhr. M. E. v. S.
Prijs van elk 15 ets.35 ex. f3,-,
50 ex. f 5.35.
HET LEVEN VAN WILLEM FAREL,
met 8 platen, post So, 311 bladz., ingen. 11.50
in stempelband f 1.90.
OUDE EN NIEUWE DINGEN,
doorDs.NV.G.Smitt.post 8o, 208 bladz.75 ets.
KORT OVERZICHT van de geschiedenis
der Joden van do Babylonische Ballingschap
tot Jezus geboorte. Prijs 15 cents.
KORT VOOR KERSTMIS, ot nog- niet
te laat voor Alpkonsine. Prijs 5 ets
50 ex. f3.-, 100 ex. f3.-.
deze werkjes ter inzage toegezonden voor
25 XVI.
Eenige maanden verliepen, Gaunt ging uit; ik
koerde naar Londen terug en hernam mijne gewone
bezigheden en zonder de bezoeken, die ik van tijd
tot t(jd te Blackheath aflegde, waar de lieve kleine
Cécilia mi) steeds met vreugde ontving, zou ik zeker
weldra mijn avontuur van dien zomer vergeten hebben.
Wt) waren zoo volkomen door de verleidelijke
dame beet genomen, dat de herinneringen, welke
zich er aan vastknoopten, ook voor ons niet aange
naam waren en als het niet was om de genegenheid
welke Cécilia mij inboezemde, zeker had ik mevrouw
Huntingdom in 't rustige bezit gelaten van de
teekenen harer overwinning, liever dan de geschiedenis
bekend te maken.
Ik wist dat Gaunt liefst niet in rechten tegen
de dame wilde optreden en ik geloot, dat het hem
niet speet, dat de maanden verliepen, zonder dat
men de diefegge op 't spoor kon komen.
Het was de dag voor Kerstmis. De grond was
bedekt met een dikke laag sneeuw, de koude was
vinnig, de sterren flikkerden aan het uitspansel.
Zoo vertelde mij ten minste do oude vrouw, welke
mijne huishouding bestuurde, want ik zelf zat in
't hoekje bij 't vuur en bjj de lamp, en dus al te
veel beschut voor 't gure weder om zulke opmerkingen
te maken.
Ik dacht aan het diner van den volgenden dag,
waaraan Karei, die uit Parijs was teruggekeerd,
ook zou deelnemen, toen de deur geopend werd en
de dienstbode een heer aandiende, welke mij wenschte
te spreken.
Een man in 't zwart gekleed, met de hoed over
de oogen getrokken, trad langzaam binnen, deed
eenige schreden voorwaarts, doch zweog totdat do
deur weer achter hem was gesloten.
Hij bleef in de schaduw en zjjn hoed en baard
bedekten zoo goed zijne trekken, dat ik zijn donkere
kleur en zijn oostersch gelaat niet opmerkte.
Alleen toon hij mij zwijgend een brief overhandigde,
deed de bruine kleur van zijn hand mij de oogen
Dieuwsgierig naar zijn gelaat opslaan.
Zemide I riep ik trillende uitvervolgens greep
ik hem bjj den arm en stond ik eensklaps op met
het plan hulp te roepen en hem dadelijk onder goedo
bewaring te stellen.
De Indiër maakte in 't geheel ge;-n tegenweer,
hij sloeg enkel zijne groote zwarte oogen naar mij
op en zei kalm:
Lees den brief dadelijk, mijnheer.
Om u den tijd te gaven om te ontsnappen
riep ik uit. Ellendige dief, die gij zjjt 1
Ontsnappen 1 herhaalde hij op verachtelijken
toon. Ben ik hier niet vrijwillig gekomen Lees
den brief, mijnheer, voegde hij op zijn gewonen
onverschilligen toon er aan toe.
Ik bekeek de onveloppo; het sierlijke schrift was
wel te herkennen, zoo dikwijls had ik dergelijke
letters gelezen in de herberg „Het witte paard";
vervolgens bekeek ik de Indiër. Als ik had kunnen
veronderstellen aan de uitdrukking van zijn gelaat
dat hpj den vreemden indruk raadde, welke ik
kreeg, dan had ik zeker geon weerstand kunnen
bieden aan m(jn lust hem gevangen te nemen.
Toen ik zijn arm los liet, behield hij zijne ge wone
kalmte en bewoog zich niet, toen ik, mijn oogen
steeds op hom gevestigd houdende, de Jeur sloot
met de sleutel, welke ik in den zak stak.
Als deze brief, zei ik tot hom op ornstigen toon,
geen aanwijzingen bevat welke betrokking hebben
op de papieren, welke gij mijn vriend ontstolen
hebt, zal ik u niet van hier laten vertrekken dan
onder geleide van een agent van politie.
Zemido verwaardigde zich niet op m(jn bedreiging
te antwoorden; hij bleef onbewegelijk voor mij staan,
terwijl ik den brief openbrak. Hij bevatte slechts
deze woorden
"Waarde heer Owen 1
Wees zoo goed u door Zemide bij mij te laten
brengen en ge zult nieuws vernemen, dat misschien
nuttig voor uw vriend zal zijn. Ik heb op 't
oogenblik veel verdriet. Kom alleen.
De brief was kort en bepaald. Welke andere
vrouw zou de stoutmoedigheid gehad hebben zulk
een uitnoodiging te zenden aan iemand, welke zij
zoo had beetgenomen aan het blinde werktuig, dat
haar plannen gediend had.
Mejuffrouw Owenson vroeg mij om alleen te komen
Geloofde zij dan, dat ik Gaunt zou uitnoodigen mij
te v ergezellen en dat wij, maar al te gelukkig haar
weer te zien, dadelijk gereed zouden zijn de betrek
king, die er tusschen ons in 't dorp bestaan had,
maar weer te hernieuwen ot wist zij, dat de zaak
aan do mannen der wet was toevertrouwd en meende
zij dat ik oen advocaat zou medebrengen?
Gedurende oen oogenblik dacht ik daarover na.
Wat was die vrouw handig I Zij wist wel, dat ik
ondanks al mijn vriendschap voor Karei Gaunt,
toch nimmer den moed zou hebben de tegenpartij
van do „dame der villa" te worden.
Zij liep dus in 't minst geen gevaar, door zich
tot mij te wenden.
Ik moet echter mijn best doen, mompelde ik,
de brief weer toevouwend, terwijl ik besloot haar
te gaan opzoeken en ik stond op.
NVoont uwe meesteresse ver van hier, vroeg
ik aan den Indiër.
Een half uur gaans antwoordde hij laconiek.
Laat ons gaan.
Do trap afdalende, nam ik uit voorzorg de arm
van Zemide, waartegen hij zich niet verzette.
Het weer was koud en bracht er niet weinig toe
bij, om mij spijt te doen gevoelen, de zaak maar
niet aan de politie te hebben toevertrouwd en maar
by 't vuur te zijn gebleven. Zemide bracht my
naar een groot gebouw, gelegen op een der mooiste
gedeelten van „West End" en ging zoo vlug over
de stoep, alsof hij daarmee zeggen wilde, dat hy
zich zoo goed van zijne zending had gekweten.
De deur werd geopend door een oude bediende
in rouwgewaad, terwijl een andere bediende, even
eens in rouw gedompeld, gereed stond om ons naar
boven te geleiden. Zemide echter liep mij thans
vooruit en verzocht mij hem te volgen.
Wij beklommen de trap; het huis was keurig
gemeubileerd en terwijl wij de zalen voorbij gingen,
waarvan de deur half open stond, bemerkte ik 2 a
3 personen.
Daar zag men niets vreemds,niets geheimzinnigs:
het huis werd klaarblijkelijk bewoond door een
familie, die tot den hoogsten stand behoorde en die
met geen persoon met die buitengewone hoedanig
heden, als de dame der villa, vertrouwelijke om
gang zou hebben.
Terwyl ik den Indiër volgde bedacht ik dit, terwijl
ik mij zelf afvroeg wat het einde der geschiedenis
wel zjjn zou.
Wordt vervolgd.
Snelpersdruk - LANGEVELD DE ROOIJ Texel