urn voor
C. J. van Houten
Martha de Kernadec.
TOONEELVOORSTELLING
oj Zateriai 26 Decemkr 1891, (2b Kerstiai)
DE WRAAK VAN EEN KLEERMAKER,
Entree 49 ets. de persoon.
Boethandel, Teiel. f. C. RE1J.
Riooeo- en Boitenlandsche Couranten,
Toortaiea Heerei en Jouen Bontmtsen,
(O
ƒ1.80 ƒ0.95 ƒ0.52 0.27%
J. Ss. Dekker.
Steenenplaats.
Tegen Kerstmis verschijnt
Feuilleton.
Barbier-Brugwachter,
Ha ©AL,
m
De DETAILPRIJZEN van
in het Logement de Vergulde Kikkert,
door de Rederijkerskamer „A. d. v. e> n. d. o."
Op te voeren stukken:
Blijspel met zang in 3 bedrijven.
TOT SLOT:
Kluchtspel in 1 bedrijf.
Aanvang 8 uur precies.
Plaatsen te bespreken a 10 ct. extra en kaar
ten verkrijgbaar op den dag der uitvoering van
af 2 uur namiddags.
HET BESTUUR.
Een Roster's Scheurkalender.
10 Nieuwjaarskaarten.
Een Enkkuizer Almanak.
Een tl. beste Inkt.
Een solide Penhouder.
Drie Schrijfboekjes.
Een best Potlood.
100 bedrukte Visitekaartjes in étui.
Na ontvangst van postwissel ad fl.lö franco
door geheel Nederland.
Verzoeke duidelijke opgave van hetgeen op de
kaartjes moet worden gedrukt.
Aanbevelend,
De ondergeteekende beveelt zich voort
durend beleefd aan tot het leveren
van alle
Mode-journalen, enz; alsmede tot het plaatsen
van ADVERTENTIE N.
J. LIEU WEN- KUITER,
Groeneplacits, Burg—Texel.
Winterpetten, JaelitVesten, eigengemaakte lange
en korte Duffelsclie, Ratiné en Eskimo Jassen,
Demisaisons en Ulsters, Heeren Kamgarcn en
Hukskin Pakken, gebreide Borstrokken en Broe
ken, wollen en gestikte en molton Dekens.
5% korting a contant.
De inhoud bestaat, behalve uit den kalender
met juiste opgaven der watergetijden aan onze!
kust, uit veel mengelwerk, zijnde novellen, ver
tellingen, gedichten, enz. enz. Vele opgaven van
vereenigingen, enz. op ons eiland zijn nu wegge
laten, om de rubriek mengelwerk zoo uitgebreid
mogelijk te kunnen maken.
Dewijl slechts een beperkt getal ex. gedrukt
wordt, is het zaak reeds nu te bestellon. De
almanak kost 30 ct., en wordt franco gezonden,
na ontvangst van eenen postwissel van dat
bedrag, als men maar op den wissel schrijft:
voor almanak en zich adresseert aan:
de Uitgevers van de Texelsche Almanak,
perKg.
per lU Kg.
per Vs Kg.
per Vu Kg. bus.
Vry naar 't Fransch door A. B.
3. Hoofdstuk II.
Vader, zei zp, op een toon die zoowel verwijt
als dringende bede inhield, gij zwijgt! gij staat nog
in tweestrijd en toch wat ik van u vraag is in uw
macht.
De baron schudde met het hoofd, blijkbaar bracht
hem het verzoek van Martha meer in verwarring
dan dat zp hem medelijden inboozemde voor den
ongelukkigen slaaf voor wie zij het leven vroeg, en
in den grond van zijn ziel was hij wel wat boos,
dat men haar het vonnis had medegedeeld. Einde
lijk niet wetende hoe haar te troosten en haar tot
andere gedachten te brengen, keerde hij zich plot
seling tot de groep der bedienden, welke op eenigen
afstand stonden en niets begrepen van hetgeen zij
zagen, daar zij geen woord van 't gesprokene ver
stonden, en een teeken gevende aan den opzichter
om te naderen, zei hij tot deze;
Weet gjj wel, mijnheer Fantin, wat mijne dochter
mij vraagt als nieuwjaarsgeschenk? Genade
voor Yoma. En wat mij aangaat, geloof ik, dat ik
het haar zal toestaan.
Bjj deze woorden werd de opzichter zoo bleek
als een doode, zijn gelaat nam een akelige uitdrukking
aan; ingehouden toorn, gemengd met schrik deden
zijne dunne lippen trillen. Hij boog zich en zei op
een toon tegelijk onderworpen en hoogmoedig:
U is meester, mijnheer de baron, alleen wil ik
u opmerkzaam maken, dat het hier geen gewone
alledaagsche misdaad betreft.
Ik weet zulks, viel mijnheer de Kernadec hem
in de reden; er is hier geen sprake van diefstal
noch van een vechtpartij, de zaak is ernstiger het
betreft eene samenzwering. Maar wij hebben niets
te vreezen, wij zullen hem maar eenige maanden
gevangen houden.
Yoma gevangen houden? riep de opzichter
half lachende uit; maar mijnheer de baron, ondanks
de meest nauwgezette bewaking, zal hij toch binnen
acht dagen verdwenen zijn, om op een gegeven oogen-
blik een nieuwe misdaad te begaan. Voor zulk een
schelm is slechts één gevangenis zekerdat is deze
voegde hij er by met den voet op den grond stam
pende. U wilt hem er niet instoppen, mynheer de
baron, u zal de kooi openen van een wild beest,
ik weet wel, wie er het eerst door getroffen zal
worden.
Men heeft u dus verteld, welke bedreigingen
de slaaf heeft geuit, mynheer Fantin? vroeg de
baron koel.
Hy heeft myzelf verklaard, dat hy my zal
dooden, antwoordde de opzichter, ik zal mp dus
in acht nemen, de gelegenheid zal zich zoo gauw
niet voordoen, maar het geduld van dit ras is bekend.
Ik wil uw leven niet in de waagschaalstellen
mijnheer Fantin, zei de baron bezorgd wordende,
mpne dochter wil evenmin dat
Het betreft niet alleen mpne eigene zekerheid,
hernam de opzichter, maar ook de uwe, ja, van
uw geheele familie, mynheer. Deze slaaf wordt
verdacht van eene poging tot brandstichting, sedert
langen tijd liet ik hem reeds bespionneeren, hy is
voor my een voortdurende zorg.
Gy zult er van bevryd worden, bepaald is dat
noodig, zei de baron op zachten toon.
Martha die niet weinig ontsteld was door deze
opheldering, bewaarde het zwpgen, hetgeen zp
gehoord hadverschrikte haar. Zp zag in 't verschiet
de gevaren, waaraan zy tot heden nimmer had
gedacht en zp hing bevende aan den arm baars
vaders, terwpl de bedienden der suikerfabriek achter
eenvolgens hun nieuwjaarswenschon uitsprakon.
De baron had ook een pyniyken indruk ontvangen
door het voorgevallene, hp geleidde echter toch
zpne dochter naar het terras, waar reeds twee
buitengewone groote manden, gevuld met allerlei
kleedingstukken, gereed stondenIedere slaaf mocht
een geschenk hebben en aangezien er bpna SOO
waren, was het bpna eene koninklpke weldadigheid.
Toen Martha verscheen, steeg er een oorverdoovend
gejuich op uit de menigte. Een der voornaamsten
onder hen, een neger op de plantage zelf geboren
kwam nader, hierop zei mynheer de Kernadec met
luide stem, terwyi hy op de manden mot kleederen
wees
Ziehier de geschenken van mejuffrouw de
Kernadec, er is voor ieder iets bpAlcindor ik
belast u met de verdeeling er van.
Luide vreugdekreten, vermengd met de oorverdoo
vende muziek der slaven, weerklonken op het plein.
De troep trok daarna weer in geregelde orde naar het
dorp terug.
Die arme negers I zei Martha, terwijl zy ze
met den blik volgde, zy zyn niet slecht, zp houden
van ons.
Ja, nu zp pas hun geschenken hebben ont
vangen, mompelde de opzichter tusschen zyn tanden.
Tegen den middag, toen de zon op haar hoogst
was, heerschte er een doodelpke stilte op de plantage,
alsof de stille zwarte nacht den dag vervangen had.
Op dat heete tydstip waren de blanken gewooniyk
op hunne matten gelegen in de ruime zalen, terwp
de slaven, met de huishoudelpke dienst belast, ooi
hunne werkzaamheden staakten. De negers, welk
de minste koelte doet rillen en krimpen van koude
baadden zich als 't ware in de zonnestralen.
Mejuffrouw de Kernadec, die ook naar haar kame
was gegaan, sliep echter niet.
Het was het noodlottig vonnis, dat zy niet onge
daan had kunnen maken, hetgeen haar gedachtf
geheel bezig hield; zp kon die gedachte maar nie
uit haar geest verbannen en leende maar half hf
oor aan de woorden van mejuffrouw Benoit, dij
naast haar zat en haar afleiding poogde te verschaffen
De gouvernante sprak haar van een feest, dat d
baron binnen korten tpd dacht te geven. Eensklap,
viel Martha haar in de reden, zeggende;
Het is toch een zeer wreede daad, is het nie!
iemand het leven te benemen, al is 't maar ee:
neger
- Er zpn omstandigheden, waarop het een noot
zakelijkheid ,s, antwoordde do gouvernante, pynlp
aangedaan. Lieve Martha, gp hebt alles wat in ut
vermogen is, gedaan om dien man te redden, he
was onmogelpk, gij moet er niet meer over denker
Neen, ik heb misschien niet gedaan wat ik kor
alles wat ik moest, viel mej. de Kernadec haar i
do redenwie weet of de vrees van den opzichte
wel gegrond is en of die ongelukkige wel zoo g
vaarlpk is en zoo slecht als men dat denkt! Myi
heer Fantin is evenals alle andere Europeanen, di
in de koloniën komenhp wantrouwt en verfoei
de zwarten en aarzelt nooit wanneer het op straffe
aankomt.
- Dat is waar, antwoordde mej. Benoit zuchtend
en dat doet ons vreezon, dat men niet beproeve:
zal te onderzoeken of deze slaaf ook in staat li
berouw te gevoelen,
- Ik zal mpn vader opzoeken, zei Martha opg
wonden, ik moet hem nog eens spreken.
Vervolgens, als kreeg zp eensklaps een goede
inval, voegde zy er aan toe:
Maar neen, dat moet ik niet doen rnynhee
Fantin zal weer tusschen beiden komen en dezelfc
zaken weer herhalen en vader zal daardoor niet
waarheid leeren kennen. Ik zal zelf met den ongelul
kige nog eens spreken. Kom mejuffrouw Beno
kom met my, bid ik u. By deze woorden was z
levendig opgestaan en had zy een doek van Indisch
zpde over de schouders geworpen, terwyi zy ee
parasol opnam om zich voor de felle zonnestrale
te beschutten.
Wordt vervolgd, i
Snelpersdruk - LANGBVELD DE ROOIJ-Teai
V anHouten'sCacao