Buitenland.
Te Groningen is het wolvee tegenwoor
dig zóó laag in prijs en het beste schapen-
vleesch zoo goedkoop, dat het door den slager
voor 15 cent per V2 kilo verkocht wordt.
Door de Koninklijke Utr. Fabriek van
zilverwerk van C. J. Begeer is bij gelegenheid
van het historisch feit, dat H. K. H. de prinses
Wilhelmina, koningin der Nederlanden werd,
eene medaille vervaardigd. De medaille stelt
aan de voorzijde een uitstekend portret van
H. M. de koningin voor, de achterzijde het wapen
van II. M., daarnevens een Oranjetak en dealoude
spreuk: Florira 1' Orangier, een spreuk van een
der voorvaderen der koningin, waarom heen
Koningin der Nederlanden 23 Nov. 1890, geb.
te 's Gravenhage 31 Aug. 1880.
Te Maastricht is een telephoonaienst
ingericht, die den 15n dezer in werking zou
worden gesteld. Toen men daartoe wilde
overgaan, bleek echter, dat men eenvoudig
vergeten had de vereischte machtiging van
de regeering te verzoeken. Deze is nu ge
vraagd.
Eenigen tijd geleden werd in de dagbladen
melding gemaakt van het optreden te Amsterdam
en het in zijne praktijk toepassen van de veel
besproken Sequah olie, door dr. F. Vestdijk.
Men heeft niet nagelaten den dokter, die zich
tusschen het publiek en de wetenschap scheen
te plaatsen, na te gaan. Thans meldt men ons
dat uit alle oorden van ons land patiënten door
zijne methode genezing hebben gevonden.
Dr. Vestdijk houdt, hoe ook van verschillende
zijden aangevallen, vol, dat in de Sequah-olie
heilzame bestanddeelen aanwezig zijn die, door
een bevoegde hand op den patiënt aangewend,
belangrijk tot de door hem verkregen resultaten
hebben bijgedragen. Aan hen die door Rhuma-
tiek lijden, kunnen wij dan ook aanbevelen eens
kennis te maken met dr. Vestdijk. Hij is naar
wij vernemen een welwillend en bescheiden man,
die zeker gaarne eiken vrager om inlichtingen
vriendelijk zal ontvangenzijne kostelooze be
handeling van onvermogende patiënten moge
daarvoor een bewijs zijn. (P. C.)
Een nieuw „argument" tegen den persoon
lijken dienstplichtEen boer uit Nederover
Heembeek heeft onlangs een poging-tot zelf
moord gepleegd, uit verdriet omdatzijn
zoon in de volgende maand moest loten voor
de militie. Hij sprong in het kanaal van Wille-
broeck en werd slechts met veel moeite gered.
Er moeten, volgens de „Maasbode" te
Rotterdam in de laatste dagen gouden tien
guldenstukken in omloop zijn gebracht, die,
hoewel niet valsch, toch in waarde belangrijk
minder zijn. Bij een winkelier was er een in
betaling gegeven, waar van de oppervlakte
eene kleine hoeveelheid scheen afgenomen te
zijn, zoodat het gewicht met een gram ver
minderd en de waarde dientengevolge f 1.50
gedaald was. Men zij op zijne hoede, vooral
daar de klank niets van dit bedrog verraadt
In de N. Rolt. Ct. wordt het volgende tegen
de varkensziekte aan de hand gedaan
Dat middel bestaat in hot voederen van
steenkool.
BU den kleinen burger en arbeider wordt de
big gevoed met allerlei huiselijken afval ook
eendenkroos en waterpest het dier krijgt
daarbfj het water waarin de aardappelen gekookt
zijn hetwelk vanwege het zoutgehalte zeer
nuttig werkt. Zoodra het varken groot genoeg
is om met vetmesten te kunnen aanvangen,
worden gekookte aardappelenmeelsoortenerwten
enz., en daarbij soms karnemelk, wei en bijpro
ducten uit fabrieken gevoederd. Wanneer het
dier daardoor krachtiger is geworden, begint
het gewoonlijk te wroeten en zelfs het hok af
te breken. Dit geschiedt niet uit lust tot ver
nielen, maar om te kunnen knabbelen. Een
zachte steen is een begeerlijk voorwerp waarvan
stukken afgebeten en opgegeten worden. De
boer zegt „het dier moet schuring in de maag
hebben", en voegt dan soms zand bjj het voeder.
In plaats daarvan geve men den dieren slakken
steenkool, geen fijn gruis, die gretig verslonden
worden, nog eerder dikwerf dan het lekkerste
meel als men dat gelijktijdig geeft.
Eene meer dan dertigjarige ervaring heeft
geleerd dat varkens, die nu en dan, b. v. om de
vijf dagen, een stuk steenkool verorberen, van
de gevreesde ziekte verschoond blijven. Daarbij
moeten echter de noodige voorzorgen genomen
worden. Men beweert echter dat de varkens-
Ziekte niet besmettelijk isen toch is men ver
plicht wanneer een varken in een hok gestorven
is, nl. aan de ziekte, zoodanig hok goed te
boenen en te reinigen, en met carbolzuur of
andere middelen te desinfecteeren om het uit
breken der ziekte te voorkomen.
Verder moet niet vergeten worden dat het
varken om gezond te blijven en goed te groeien
zindelijk moet gehouden worden door telkens
versch strooisel in het hok te brengen, en het
dier van tijd tot tyd te boenen fen te wasschen.
Kan men een zoogenaamd loophok hebben
dat is eene ruimte aan het hok grenzende,
buitenshuis die hoewel afgeperkt toch lichaams
beweging aan het dier veroorlooft, des te beter.
Men moet maar gelukkig zijn. Nau
welijks is de in den laatsten tijd bekend ge
worden Duivelshoeker W. door zijne erfenis
van f17000 heen, of een nieuw buitenkansje,
een erfenisje van f6000 viel hem ten deel.
Of liever niet hem, maar den „Duvelshoek",
(eene buurt in Amsterdam), want, tenzij hij
in de dagen na zijne kortstondige weelde
pijnlijke ervaringen van de zijde der door hem
beweldadigden, vanwege de |ondankbaarheid,
mocht hebben opgedaan, zal het daar wel
weer voor een paar weken Luilekkerland
zijn. (Tijd.)
Naar men verneemt, is eene antieke
kruik, die in 1883 door een arbeider van
Twijzel gevonden werd bij de vergraving van
het stroomkanaal te Lits onder Oostermeer,
en eerst als waardeloos werd weggeworpen,
dezer dagen overgegaan in handen van een
Engelschen lord voor de som van f 2000. Zij
droeg te midden van wapenafbeeldingen en
lauwerkransen in basreliëf het opschrift:
peter: svartzenbvrgh
vnde: margret: van: nechtrsem:
g: r: sin hvsfrav: anno. 1586.
Kapitein W. Bade, die voor eenige jaren te
Amsterdam in het Aardrijkskundig Genootschap
een voordracht hield over zijne ervaringen in de
Poolstreken, heeft thans in de Vereeniging voor
Handelsgeographie te Leipzig eene lezing gehou
den over de rijkdommen der Poolwereld en de
beteekenis daarvan voor Duitschland in het licht
gesteld. Op grond zijner reiservaringen betoogde
hij, dat in het hooge noorden nog een rijk veld
voor exploitatie open is De zeeën bevatten on
der den levenwekkenden invloed van den golf
stroom millioenen visschen, Spitsbergen en het
Beren-eiland bezitten rijke steenkolenbeddingen
en ontelbaar zijn de vogels, rendieren, vossen en
hazen, die op deze eilanden wonen. Hier is in
overvloed voorhanden het materiaal voor fabrie
ken van lijm, geconserveerde visch, levertraan,
geconserveerd rendiervleesch, vogelsnaren, pels
werk, enzalleen de guano, die hier ligt opge
hoopt, is schatten waard. Nog is Spitsbergen
zonder eigenaar, maar de tijd zal niet verre
meer zijn, dat de beteekenis van dit eiland beter
begrepen zal worden.
Kapitein Bade, die het klimaat en de natuur
van Spitsbergen met levendige kleuren schilder
de, stelt zich voor, van den zomer met eenige
dames en heeren een soort gezelschapreis naar
dit eiland te ondernemen.
In de „N. Bred. Crt." leest men de vol
gende advertentie:
„Ik ondergeteekende verzoek vriendelijk mij
niet den titel van „Mevrouw" toe te voegen,
daar ik niets liever verlang dan „Juffrouw"
genoemd te worden. Met achting, mejuffrouw
Kwisthout—Yan Goch, Ginnekenstraat, Breda."
Mijn vader is mijn broeder en mijn zuster
is mijn moeder. Ik ben mijn vrouws oom en
dus de oud-oom van ons kind; en de groot
moeder van mijn jongentje is ook zijn tante.
Ra, ra! hoe kan dat?
Antw.Als mijn zuster trouwt met mijn
vrouws vader.
't Geval deed zich dezer dagen in de gemeente
Hemelumer Oldephaart en Noordwolde voor.
De liefde op het ijs. Wat men op het ijs
al niet kwyt kan raken „Mooi Elsje, een boerin
netje, poezel en malsch, verloor onder 't rijden
de boot van haar hals" dat weten wfj uit
onzen Tollens. En dezelfde autoriteit verzekert
ons, dat Koenraad hy heette immers Koenraad
„de flinkste gezel van het oord", by die ge
legenheid zijn hart kwijt raakte, iets dat op het
ijs meer pleegt te gebeuren. Nurksche menschen
beweren, dat men op het ijs ook zijn gezondheid
kan kwjjtraken, en zelfs zijn levenhet laatste
meestal onder het ijs. Over het algemeen schijnt
het Ijsvermaak aanleiding te geven tot een zekere
zorgeloosheid, getuige de lange lyst van verloren
voorwerpen (harten uitgezonderd), die eiken dag
op de Amsterdamsche IJsclub voor den recht-
matigen eigenaar terug te verkrijgen zijn.
Maar dat op zulk eene lijst eene trouwacte
stond vermeld, zooals deze week geschiedde,
was zeker iets nieuws.
Was de gelukkige bezitter van het document,
dat men gewoonlijk niet in zijn jaszak pleegt te
dragen, direct na de voltrekking der plechtigheid
met zijn wederhelft naar het ys gesneld, om
zijn huwelijksreis te maken op de gladde baan
Of achtte hij het vertoonen van dit bewijsstuk
aan de gestrenge heeren commissarissen noodig,
om met de uitverkorene zijns harten te kunnen
opleggen Dit laatste zal wel niet het geval
zijn geweestdan zou hij wel beter op zijn
papiertje hebben gepast.
Het incident verdient de aandacht van onze
dichters. Welk blijspel steekt reeds in den titel
De verloren trouwakte of de huwelijksreis op
het ijs En welk een heerlijke romance, teeder,
(maar vooral niet smeltend) laat zich daarvan
maken(Amst. Ct.)
Meer dan eens reeds is er gewezen op
het groote gevaar, dat dat door het dragen van
gekleurde kousen kan ontstaan. Toch hoort
men nog telkens weer, dat deze of geene daar
van het slachtoffer geworden is. Ook te Goïn-
garijp (Friesland) heeft deze gewoonte nu weer
bijna het leven gekost aan een aanvallig vijf
jarig meisje van den arbeider J. H. Een onbe
duidend wondje aan den voet en roodgekleurde
kousen, ziedaar de oorzaak van eene ernstige
bloedvergifting. Door de doelmatige behande
ling van dr. R., van Joure, bij wien de ouders
geneeskundige hulp inriepen, zal het misschien
mogelijk zijn de kleine nog in het leven te
behouden.
In de Rijnprovincie worden door vele vee
houders bfj de Pruisische regeeringjadressen inge
diend, tegen de opheffing van de beperkende be
palingen omtrent den invoer van vee uit Neder
land. Zij beweren, dat de vrije invoer van Hol-
landsch vee zeer schadelijk zou zijn voor de vee
teelt in hun eigen land.
Ook wordt, volgens de klagers, op de bepaling
omtrent „invoer van vee tot rasverbetering" door
veehandelaars en boeren zóo weinig gelet en wordt
die bepaling door de autoriteiten zóo slordig ge
handhaafd, dat de tegenwoordige toestand onge
veer gelijkstaat met geheel vrijen invoer.
De Engelsche regeering is voornemens eene
commissie te benoemen tot het instellen van een
onderzoek naar de oorzaken van - en de behoeds-
middelen tegen de influenza.
Hevige overstroomingen hebben in Schotland
groote schade aangericht. Eenige spoorwegbrug
gen zijn vernield en een groot aantal paarden en
koeien is door den stroom meegesleept en verdron -
ken.
Onlangs werd medegedeeld dat de Spaansche
briefschrijver, die reeds twintig jaar lang aanbiedt
een verborgen schat met onbekende menschen-
vrienden op te graven en te verdoelen, gevaDgen
is genomen. Als tegenbericht kan dienen dat hjj
in den laatsten tijd niet minder dan 10 brieven
aan verschillende Parijsche ingezetenen schreef,
met aanbod een te Saint Cloud begraven schat
aan te wjjzen tegen vergoeding van frs. 2000.
Onlangs stierf te Wisconsin, in Noord-Ame
rika, een gierigaard, die tot zyn dood zijn geld,
zijn karakter en zijn goed humeur had weten te
bewaren. Thomas Rocker was zyn leven lang
een verschrikkelijk schraper en niemand wilde
in zijn vaderstad met hem te maken hebben.
Toen zyne buren hem echter eenige dagen ge
leden 's morgens vroeg nog niet uit zijn huis
zagen komen, vermoedden zy dat hem iets over
komen was, waarschuwden de politie, sloegen de
ramen stuk en vonden den gierigaard in een
klein vochtig kamertje, dood op een stroomat
liggen.
Aan zijn rechterzijde had hy een hoop goud
stukken opgestapeld en links lagen verscheiden
zakjes met papieren geld. Op een tafeltje en
onder het bed lagen papieren van verschillende
soort, in het geheel vond men twee en een half
millioen gulden. Allerzonderiykst was het
testament dat Rocker, weinige uren voor1 "zyn
dood, met potlood op een stuk stroopapier had
geschreven en toen op het tafeltje gelegd. Het
luide aldus„Als in Indië een voornaam man
sterft, mag zyn lievelingsvrouw hem niet over
leven en ze wordt mede verbrand. Ik ben wel