NEW-YORK. te I I u Best eipproolt SPEK, 35 tts.i p«' Best KOETET, 25 ets. j5 #°s' A. DROS All»., ie CocMorp. P. BOOH, lei Ben. Wei J BROUWER, Oostereii B LAP, iep Hoorn. J. BRUIN, ie Waal. BIERBOTTELARIJ „DE POOL. 2 cents Sigaar, de firma J. VAN DER VEEN, W erkpaard. Nederlandsch-Amerikaansche Stoomvaart-Maatschappij. BALTIMORE. ba ba h ba o o te k l F euilleton. Nederlandsclie Indische Handelmaatschappij Te koop gevraagd: Kortste en Goedkoopste OVERTOCHT. De stem van het geweten. ilï 99- DAGELIJKS VERSCH VERKRIJGBAAR: op fust en op fleschjes. HEINEKEN'S BEIJERSCH BIER PILSENER BIER LAGER BIER v. VOLLENHOVEN'S EXTRA STOUT nOLLANDSCH BIER op kogelfloschjes. FRAMBOZEN-LIMONADE CHAMPAGNE-CIDER CITROEN-LIMONADE GEMBERBIER MINERAALWATER. WEVERSTRAAT - BURG, TEXEL. Bij J. P. KIKKERT. de beste welke in dien prijs kan geleverd worden, volks sigaar bij uitnemendheid, enorm succes in Noord- en Zuid-Holland. Uitsluitend bij onze Depothouders zonder verhooging verkrijgbaar Sigarenfabrikanten, AMSTERDAM - MUIDEN - REENEN. Een flink 6 7-jarig Franco brieven onder lett. B bureau van dit blad. uitgevers van de 1 ROTTERDAM AMSTERD Aj Men vervoege zich aan de Kantoren der N. A. S. M. te Rotterdam of te Amsterdam en by de Agenten, of bij Inspecteur J. E. KROES te Groningen. E. BOLSIUS, te Oisterwijk. SPOEDIG en NETJES. voor Gemeenten, Polderbestu ren en Verelenigingen. Bericht- en Adreskaarten, met letters naar keuze. CIRCULAIRES, REKENINGEN, NOTA'S, WISSELS, KWITANTIËN, PRIJSCOURANTEN, Memorandums. ©[pIlQM'S» Convocation, PROGRAMMA'S ENTRÉEKAAR TEN, MENU'S. Strooibiljetten enz. enz. enz. BILLIJKE PRIJZEN 05 O •f6E a riSBJtSIIIBJ *0 30. Hoofdstuk XX. (S 1 o t). Al het voorname en vrooiyke was eensklaps als van zjjn uiterlijk weggeveegd. Hij sprong in het rijtuig, trok de deur achter zich dicht en beval den koetsier weg te rijden. Blijkbaar was hij zeer geschrikt. De persoon, welke hij zag was nl. niemand anders dan Gustaaf Pelzer. Pelzer had klaarblijkelijk zeer slechte tijden doorleefd. Zijn schoenen waren vol gaten, zijn kleeren verscheurd, zoodat hier en daar zijn mager lichaam er door heen zichtbaar was. Rij op, riep Sullivan, toen Pelzer zijn hoofd door het open raampje van het rijtuig stak. Wacht even, zei Pelzer. Gjj zjjt voorspoedig vervolgde hy snel tot Sullivan in het fransch. Gij hebt geld, geef mij wat. Ik sterf van honger. Sullivan greep in zyn zak en gaf hem eenig zilvergeld, terwijl hjj tegelijkertijd den koetsier nog eens beval weg te rijden. Pelzer ging van de trede van het rijtuig, de koetsier legde de zweep over het paard en verdween weldra uit het gezicht. Het is honderd tegen een, mompelde Sullivan in zichzelf, dat dit nu niet de laatste maal is. Ge lukkig is Marie er op gesteld naar New-York te vertrekken. Daar, Cyrus zult gij vrjj zijn van alle lastige makkers, welke u tot heden bijna geheel verdrukten. Het is wel een weinig vreemd zoo spoedig nadat ik mrs. Sullivan heb doen sterven, maar weer te huwen, maar och, als Marie er niets tegen heeft en niets zegt, vertel ik haar niet, dat mijne eerste vrouw slechts in mjjne verbeelding bestond. Hy telde daarna zyn geld eens na en ziende, dat hij Pelzer niet meer dan drie a vier shillings gegeven had, kreeg hjj zijne oude vrooliikheid weer terug. Pelzer die alleen in de straat was achtergebleven, scheurde een van de flarden van zijn jas af, wikkelde daar het geld in en stak het daarna in den zak. Nu kan ik het doen, mompelde hij. Ik was een gek het niet eerder gedaan te hebben, toen ik er was en in de gelegenheid was. Een gek zou het doen, een ezel had het gedaan, een varken zou er zelfs aan gedacht hebben I En ik. liet my bang maken. Zwijgen voor zwijgen? Wel, welt Maar wat is iemands zwijgen waard voor mij met het hondenleven, dat ik leid En wat is mijn zwijgen waard voor hem in zijne weeldige woning met tal van bedienden Gij zijt eene lafaard, vriend, anders had gij reeds lang te voren de zaak beproefd. Hij trad een zeer onoogeltjk winkeltje binnen en kocht daar voedsel, genoeg om de meest verhongerde te verzadigen. Daarna liep hij al etende verder. Hij scheen zeer goed bekend te zijn met den weg, want hij vroeg niemand om inlichtingen, slechts een paar malen vroeg hjj aan een voorbijganger een aalmoes. Tegen den avond bevond hij zich 15 mijl van Londen. Hy at en sliep in het allerminste logement, dat er was en ging den volgenden morgen weer op weg. Ook thans legde hjj weer ongeveer 15 mijl af en bevond zich nu op een halve dag loopens van het kasteel Kenyon. Hy had zich onderweg goed gevoed en begon thans om meer moed te krijgen het nog overgebleven geld aati sterken drank te besteden. Hy slenterde verder iedere kroeg aandoende, en kwam toen de de schemering begon te vallen by het Tot nog toe had liy gehoopt nu zyn prooi^pjJ" tigen en thans zoo dicht by zijn doel m.<e' zich zoo beangst, dat hy half plan had wee.4 liö ug as it. te keeren. Zyn tegenwoordig leven dacht hy, toch nog beter dan dat in gevangenschap do orgebra Hy gebruikte zyn laatste geldstuk voor brandewjln en kreeg weer meerdere moed. Hy had een.zoo hevige haat opgevat tegen mr. Kenyon, die hem het zyne onthield, dat als hy in de gelegenheid ware geweest het ongehinderd te doen, hy hem gaarne in stukken had willen scheuren. Die Kenyon beroofde hem nu en had hem jaren geleden beroofd. Hy zou een ring met diamanten gehad hebben, een gouden horloge met ketting en een bundel banknoten, als dien Kenyon hem zyn prooi niet'ontnomen had en duizend maal meer vond dan Pelzer weLhad durven verwachten Terwyl hy rondom het kasteel dwaalde, bemerkte hy een man, die het kasteel verliet. Hy meende zeker te zyn de persoon te kennen. Hy volgde hem op de teenen looiende. De mist was hem gunstig. Zeker was hy wel niet, dat het Kenyon was, maar slechts het noemen van een enkele naam zou vol doende zyn, om hem zekerheid te geven. Een paar malen stond hy op het punt om dien naam te noemen, maar beide keeren werd hy daarin verhinderd door de komst van een voorbyganger. Ten laatste echter bevonden zy zich op het kerkhof, thans was het oogenblik gunstig meende hy. Mynheer Moreaul zei Peller luid. Gabriel keek om en hield zich aan het hekwerk, dat om het graf van mr. Robert Kenyon stond, vast, om niet achter over te vallen. Eindelyk, mompelde Pelzer. Wat wilt gy Wie zyt gy vroeg Kenyon. Ik ben uw oud vriend en mede-bewoner uit de straat te Parys, zei Pelzer. Ik ben de man, die uw geheim kent' O zuchtte Kenyon geheel versteld van schrik. Ik zag u het lichaam naar binnen dragen. Ik zag u de medicynen geven. Ik zag den man her leven. Ik zag wat er later gebeurde. Ik zag u de ring van zyn vinger vylen. Ik zag Dat was te veel voor Kenyon. Hy stiet eenige onverstaanbare woorden uit en viel languit op den grond tot groote schrik van Pelzer. Deze bleef nog even en wilde juist hem zyn bears ontrollen, toen het geluid van voetstappen en de komst van eenige mannen, voorzien van een lantaarn hem verschrikt deden opstaan en zich haastig verwyderen. Het govoellooze lichaam van mr. Gabriel werd voorzichtig opgenomen en naar de naastbyzynde woning gedragen. Geen enkel teeken van leven was te bespeuren. Helena, die men onmiddeliyk met het ongeval bekend gemaakt had, was spoedig by hem. Weldra verscheen ook de dokter, welke na een nauwkeurig onderzoek niets anders kon consta- teeren dan de dood. Het lyk werd hierop vervoerd naar het kasteel, waar het gedurende een paar dagen op een praalbed lag uitgestrekt, ten einde belang stellenden in de gelegenheid te stellen de overledene nog eenmaal te zien. In alle eenvoud had daarna een paar dagen later de begrafenis plaats. Slechts zeer enkelen waren genoodigd, maar onder die enkelen bevond zich mr. Richard Douglas, en deze was voldoende voor de treurende Helena om alle anderen te kunnen ontberen. Op Heiena's verzoek belastte Douglas zich verder, met de regeling van mr. Gabriel's zaken en toen dit was afgeloopen en zyn aanwezigheid op het kasteel dus minder noodig was, besloot het tweetal maar voor altyd by elkaar te biyven door samen in het huweiyk te treden. Douglas was thans bestuurder van de uitgestrekte bezittingen van Helena. Evenals haar vader wist ook hy zich weldra algemeen bemind te maken, tot groote vreugde van Helena, die zelf eveneens algemeen geacht en bemind was om haar talryke weldaden. Jaren snelden zoo in geluk en voorspoed voor beiden voorby. Geen enkel wolkje verscheen aan hun huwelykshemel. Mr. Gabriel leefde by hen in dankbare herinnering voort, want nimmer vernamen zy iets van de geschiedenis van Pelzer. Deze zelf was na het voorgevallene op het kerkhof gevlucht. Zyn geld was op en ten einde niet van honger te sterven of liever, om weer iets te hebben waarvoor hy drank kon krygen-, randde hy een reiziger aan op den openbaren weg. Hy had echter er niet op gerekend dat zyn lichaam langzamerhand door het drankgebruik verzwakt was, zoodat de reiziger hem te sterk bleek en hy het onderspit moest delven. Zwaar geboeid werd hy weldra naar de gevangenis gebracht en toen men daar ontdekte, dat hy Gustaaf Pelzer was, werd hy aan de Fransche justitie uitgeleverd. Wegens zyn talryke misdaden werd hy daar ver oordeeld tot levenslange gevangenisstraf. Lord Bagleigh had kort na het huweiyk van Helena zyn bezittingen in de nabyheid van het kasteel Kenyon verlaten, het bestuur er van overlatende aan zyn rentmeester. Nimmer keerde hy er weer terugj want eenige jaren later overleed hy ten gevolge van een val van zyn paard. By de opening van zyn testament bleek maar al te goed hoe groot zyne liefde voor Helena was, daar hy een groot deel zyner bezittingen had vermaakt aan haar eenig zoontjr Robert. Snelpersdruk - LANGEVELD k DE ROOIJ- Te.' Te: 11 ".rat.UïwpVt EN OVERLIJDINGSBRIEVEN, VERLOVINGSKAARTEN, ONDBRTRQUWKAARTEN. VERKOOPBILJETTEN,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1892 | | pagina 4