N®. 502.
Donderdag 28 Juli.
A®. 1892.
Nieuws- en
Advertentieblad.
Binnenland.
Dit blad verschijnt Woensdag;- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden
Voor den Burg 80 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar A mekte a en andere
landen met verhooging der porto's.
Advertentiën vóór 10 uur op den dag der uitgave.
Prijs der Advertentièn
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOU, ParkstraatBurg op Texel.
TEXEL, 27 Juli 1892.
De geheele aanvoer op de markt van
Maandag, bestond uit 19 Schapen, 13 lammeren,
4 Koeien, 1 nucht. Kalf en 1 Paard. De
handel was nog van geen beteekenisvoor
lammeren werd f 7.00 besteed de handelprijs
voor schapen wordt geraamd van f 9 tot f 13.
De noodige werkzaamheden op het land waren
alsnog oorzaak van het mindere marktbezoek;
te verwachten is het evenwel dat spoedig
groote aanvoeren van vee op de markten
kunnen worden verwacht.
Het vee is goedkoop en de af komsten voor
den veehouder daardoor zeer geringzoo
luidt de dagelijks wederkeerende opmerking,
welke men van velen kan vernemen. Niet
tegenstaande die geringe afkomsten, waar
tegenover staan nog al beteekenende uitgaven
in den vorigen winter noodzakelijk, waren de
prijzen voor het hooigewas dit jaar wederom
hoog wij zouden meenen te hoog. Doch
niet alleen het hooigewas, ook het weiland
bedingt in huur nog een goeden prijs, dit
bleek Maandagavond bij de verhuring van de
Weezenboetmet inbegrip van 3YS Heet. land,
werd deze boet voor het tijdperk van 1 Augustus
tot 20 Maart a.s., verhuurd voor f 148.
Naar wij vernemen is de heer de Jongh,
H. d. S. te Waal, naar Amsterdam vertrokken,
om daar gedurende den vacantietijd deel te
nemen aan een cursus in slöjd of handenarbeid.
Niet onwaarschijnlijk is het dat wij mogen
verwachten dat genoemde heer na afloop der
cursus, eenige mededeelingen zal doen omtrent
dit nieuwe vak alsmede dat hij de jeugd in de
gelegenheid zal stellen te profiteeren van hetgeen
door hem bij deze cursus werd geleerd.
Oudeschild, 26 Juli. Een schipbreuk, gelukkig
zonder ernstige gevolgen, had heden nabij de
haven plaats.
Een volgeladen modderbak werd buiten de
haven geboomd om gelost te worden. Evenwel
sloegen de golven spoedig zoo hevig over 't
vaartuigje, dat het begon te zinken en weldra
grootendeels onder water verdween.
De drie opvarenden slaagden er in met een
nat pak aan wal te komen. Aanstonds ging
men met een andere bak heen om de gezonkene
te lichten. Dit gelukte weldra, zoodat alles
zonder belangrijke schade afliep.
De rekening en verantwoording van het
Hoofdbestuur van het Ned. Ond.-Genootschap
over 1891 toont in ontvangsten en uitgaven
een totaal aan van f 6834.32. Aan kosten
van het Correspondentieblad werd besteed een
som van f 3595.77.
Het voordeelig saldo bedraagt f 608.05. Eet
vaste fonds is gestegen tot f 17.125.077s.
Het aantal leden van het Genootschap bedroeg
5124, waarvan 647 algemeene, verdeeld over
175 afdeelingen.
De toestand van de Levensverzekerings
maatschappij mag zeer gunstig genoemd worden.
In den loop van het jaar 1891 klom het aantal
polissen van 2477 tot 2641, het verzekerd
kapitaal van f 4.098.928 tot f 4.471.379, de
verzekerde lijfrente van f 18486 tot f 21760
en de jaarpremiën van f 105.165.9372 tot
f 114.434.81. Terwijl de sterfte berekend was
op 43 personen met eene uitkeering van
f 69.282, bedroeg zij feitelijk 28 personen met
eene uitkeering van 44.496.
Uit den staat van de fondsen, in beheer
bij de hoofdcommissie van het Ondersteunings
fonds blijkt, dat het vaste fonds op 1 Janu
ari 1891 f 73.300 bedroeg en de jaarlijksche
giften en bijdragen in eens om te dienen tot
ondersteuning in 1892 f 3252.46.
Aan verschillende ondersteuningen werd in
1891 uitgekeerd eene som van f 5502.2072.
Volgens mededeeling van den Inspecteur
over het Loodswezen in het 3de District do.
16 Juli jl., zal het lichtschip „Terschellinger-
bank", Noordzeein het begin van Augustus
a. s. voor korten tijd binnengehaald worden.
Het ontwerp tot vermindering van den
zoutaccijns is in de zitting der Tweede Kamer
van gisteren, zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
Thans is ook van Regeeringswege een
bericht openbaar gemaakt betreffende de uit
barsting op Groot-Sangir, waaruit gelukkig
blijkt, dat de tot dusver verspreide geruchten
overdreven waren. De St. Ct. behelst namelijk
het volgende telegram van den Gouverneur-
Generaal van Nederlanschsch-Indië, dd. 22
Juli jl., bij het departement van Koloniën ont
vangen
„Volgens laatste berichten zijn door de eruptie
van den Goenong-Awoe twee duizend personen
gedood, doch geen Europeanen.
„Het noordwestelijk gedeelte van Groot-Singir
is geheel verwoest; het overige deel van dit
eiland kan in zes maanden zich herstellen.
„De oogst is vernield, maar door zending
van levensmiddelen wordt hongersnood voor
komen. De overheid en de particuliere lief
dadigheid verleenen krachtig hulp."
Kwaadwilligen hebben den bekenden
harddraver „Marianne," van den heer Witte-
veen te Rauwerd (Fr.), in een der pooten ge
sneden. Het dier is kreupel en komt daardoor
niet uit. De dader van deze laaghartige han
deling is niet bekend.
Bij den hevigen storm van 7 Juli jl.
kwam het Eng. stoomschip „Kaffer" naar de
haven van IJmuiden. Nauwelijks had de
loodskotter No. 2, die langs de kust kruisende
was, het vreemde stoomschip gezien of hij
wendde en poogde in de nabijheid te komen.
De boot van den kotter werd buiten boord
geheschen en bemand. De loods P. Diesbergen
stapte er in, doch hoe op de stoomboot over
te komen De holle zee liet niet toe het
stoomschip al te dicht te naderen.
De loods beduidde den Engelschen een lijn
in zee te werpen. Dit geschiedde. Toen
bond de wakkere loods het eind onder den
armen, sprong in zee en werd op de „Kaffer"
aan boord getrokken. Aanstonds was hij bij
den kapitein op de brug en spoedig bracht hij
het stoomschip in de haven.
Op de 11. gehouden Alg. Verg. v. d. Ned.
Bond voor Alg. Kies- en Stemrecht, is besloten
in September a- s., bij gelegenheid van de
opening der Staten-Generaal, een groote demon
stratie of meeting te 's-Gravenhage te houden,
ten gunste van Algemeen Kiesrecht.
Het Openbaar Ministerie bij het Groningsche
kantongerecht eischte Zaterdag tegen Sequah
(Davenport) f 25 boete, subsidiair 5 dagen, wegens
adverteeren, en 7 dagen hechtenis, wegens het
onbevoegd uitoefenen der geneeskunde.
In zijne repliek verklaarde de ambtenaar van
het O. M., dat hij voor Sequah gevangenis had
aangevraagd, niet omdat de gedaagde een ernstig
strafbaar feit had gepleegd, maar alleen omdat
hij niet met zijne practijk en den verkoop van
olie ophield. Legt de kantonrechter hem eene
boete op van f 1000, dan zou Sequah toch met
zijn werk voortgaan.
Mr. Simons, Sequahs advocaat, die op vrijspraak
aandrong, protesteerde tegen de laatste bewering.
Men kan toch nooit iemand straffen over daden,
die nog door hem moeten gepleegd worden.
Indien ooit door een rechts-college Sequah
mocht worden veroordeeld tot gevangenisstraf,
dan diende boven zijne cel te worden geschreven
wat eenmaal door een bekwaam lid van de
Groninger balie in zake het boertje van Nieuw-
buinen werd gezegd: „Geen boosdoener, maar
een weldoener."
Te Leeuwarden zijn de leden van eene
officierstafel, onderscheidene onderofficieren en
ook een paar gezinnen in meerdere of mindere
mate ongesteld geworden ten gevolge van het
gebruik van het vleesch van eene waarschijn
lijk zieke koe, afkomstig van een slager daar
ter stede. De zaak wordt onderzocht.
Het hoofdbestuur der Hollandsche Maatsch.
van Landbouw vestigt, naai aanleiding van een
bij haar ingekomen schrijven van den minister
van binDenlandsche zaken, in het „Ned. Landb.-
Weekblad" de algemeene aandacht op de zooge
naamde kalverziekte en verzoekt inlichtingen op
de volgende vragen
lo. Is er bij de veehouders in de provinciën
Noord- en Zuid-Holland eene ziekte der kalveren
bekend onder bovengenoemde benaming, waaraan
vele dieren bezwijken kort na de geboorte? Zoo
ja, onder welke verschijnselen werd de ziekte
dan door de veehouders waargenomen?
2o. Komt er wellicht onder eene andere
benaming eene ziekte van meer of minder alge
meene bekendheid bij pasgeboren kalveren voor,
waaraan de aangetaste dieren grootendeels te
gronde gaan?
Tevens wordt daarbij de aandacht gevestigd
op de kenmerken der ziekte, welke zij weergeeft,
terwijl het hoofdbestuur iedereen, die inlichtingen
geven kan, uitnoodigt, die te verstrekken aan
den voorzitter Herman F. Bultman of aan den
secretaris P. F. L. Waldeck.
De teelt der aardappelen in Maas- en
Waal is zoo overvloedig, dat hier en daar
1 H.L. per Rijnlandsche roede gedolven wordt.
Yan het bederf bespeurt men nog niets.
Jannetje Struik schijnt in de mode te
komen. Eerst werd haar verleden geëxploiteerd
als attraction in koffiehuizen en nu gaat men
zelfs watertochtjes organiseeren „hebbende
aan boord de millioenenjuffrouw." 't Is de
vraag of allen er wel bij zullen „varen."
TEXELSCHE CODRANT,