Buitenland.
Het nieuwe zittingjaar van de Staten-
Generaal werd Dinsdag door de Koningin-Regen
tes geopend.
In de bij die gelegenheid door H. M. uitge
sproken Troonrede werden, na de gewone
mededeelingen omtrent de verhouding tot bui-
tenlandsche mogendheden, de werkzaamheid
van zee en landmacht, de toestand van den
veestapel en van den oogst en de algemeene
gezondheidstoestand, de volgende parlementaire
werkzaamheden voor dit zittingjaar toegezegd
„Regeling van het kiesrecht voor de Tweede
Kamer der Staten-Generaal en voor de provinci
ale Staten.
Voorstellen tot invoering eener beroeps- en
bedrijfsbelasting en tot verbeterde heffing der
grondbelasting.
Organisatie der landmacht en versterking
van het materieel der zeemacht.
Wetsvoordrachten, zoowel tot verdere uit
voering van de bepalingen der Grondwet, als
tot verbetering van de wetgeving; van de
weerbaarheid des lands en van maatschappelijke
toestanden; maatregelen betreffende het leger,
de financiën, de koffie cultuur, het inlandsch
onderwijs en het mijnwezen voor Ned. Indie, en
andere voorstellen in het belang der Koloniën.
De gemeenteraad van Hoorn heeft besloten
het standbeeld voor Jan Pieterszoon Coen te
doen plaatsen op de Roode Steen aldaar. De
onthulling is bepaald op 29 Mei 1893, den
datum, waarop door Coen de slag bij Jacatra
werd gewonneD.
Het hoofd der school te Zevenhuizen
(bij de Leek) staat geheel alleen voor de 8 klas
sen, in 4 lokalen gezeten. Het hulppersoneel
vertrekt naar elders en nieuwe hulp komt
tegen het oude salaris niet opdagen. In het
laatste kwartaal vroegen 7 onderwijzers en
onderwijzeressen in die gemeente ontslag,
wegens benoeming elders.
De minister van oorlog brengt ter kennis
van belanghebbenden, dat het voornemen be
staat de cadettenschool, welke, ingevolge het
Koninklijk besluit van 18 Juli 1891 (Staats
blad no. 149) te Alkmaar wordt gevestigd,
in Sept. 1893 te openen.
In verband daarmede ligt het in de bedoeling,
in de maanden Juli en Augustus 1893 een
examen te doen plaats hebben voor jongelieden
die als cadet tot genoemde inrichting wenschen
te worden toegelaten
Zaterdag 1). heeft de heer Rij man te
Rotterdam te paard gereden tegen een wielrijder,
den heer Montauban van Swijndrecht, over een
afstand van pl. m. 22 KM. en wel van de
Heul brug te Rotterdam tot aan de viaduct d6r
Holl. Spoor te 's Gravenhage. De wielrijder
gaf Va uur voor.
Om halfdrie vertrokken, kwam de paardrijder
te 3 uur 44 minuten aan, terwijl de wieier om
3 uur vertrok en reeds om 3 uur 56 minuten
aankwam. Het paard heeft dus 1 uur 16
minuten noodig gehad, de wielrijder 54 mi
nuten.
De heer Meinsma te Paesens (Fr.) had
voor eenigen tijd een paard gekocht, afkomstig
van het eiland Schiermonnikoog. Toen men
dit dier dezer dagen buitendijks liet grazen,
ging het dadelijk de zee in en zette, al zwem
mende, koers naar Schiermonnikoog. Ander
half uur zee in, het was vloed, zag een visscher
het dier, en bracht het behouden naar den
vasten wal.
De „Arnh. Ct" schrijft:
Zeer vele vereenigingen vcor algemeen stem
recht hebben hare deelneming aan de samen
komst in den Haag op Zondag jl. onthouden.
Zij voerden daarvoor verschillende redenen
aan. Die te Dordrecht verklaarde aan de
betooging geen deel te willen nemen, omdat
de sociaal-democraten daarvan de regeling had
den op zich genomen en zij dus een sociaal
democratisch karakter zou hebben.
Maar de Dordsche vereeniging nam ook in
hare overweging op
„Meenende dat het gansche kiesrecht geen
druppel arbeidersbloed in de bestaande maat
schappij waard is."
Dit is een verstandig woord van de Dordsche
vereeniging: er zijn heelwat dingen, waaraan
een arbeider meer heeft dan aan kiesrecht.
Een boer in de gemeente Nijeveen had een
mooien pikzwarten kater, die, toen hy nog wat
jonger was, zich mocht verheugen in de gunst van
alle huisgenooten. Allengkens was die genegenheid
getaand, en (men ziet het meer met oude ge-
diendon) op zekeren dag werd er besloten hem
aan kant te doen.
Misschien had de poes zelf ook wel wat schuld
dat men hem niet meer zoo graag mocht lijden
als vroeger, daar hij van zijn baantje als verdel
ger van ongedierte in de laatste tijden zeer wei
nig werk meer maakte, maar des te meer door
zfln Ulrfike amoürettes in de buurt zijn kostbaas
tot last was geworden.
Kort en goed op zekeren marktdag te Steenwijk
werd de kater in de wagenkist geplaatst en bij
aankomst aldaar de straat opgejaagd verzuipen
was zoo griezelig.
Tien dagen later kwam de kater bjj zijn ouden
baas terug, hij keek de schuurdeur in en gaf
door een langgerekt miaauw te kennen dat hij
weer terug was gekomen. „Het verwondert mij
neg zoo hiel veule niet, zei de boer, onze kater
hef altied goed zien wetien ehad, hy zal we zoo
gochem ewest hebben en loopen de haandwiezers
niet zonder kieken verbie."
Als eene bijzonderheid en nooit gehoorde
teelt kan gemeld worden, dat bij den landbou
wer en bloemkoolinmaker P. Van der Perk,
te Katwijk aan den Rijn, van de 14 roeden
land, welke hij met aardappelen, zoogenaamde
„Juweelen", heeft gepoot, ruim 16 hectoliter
groote aardappelen heeft gerooid, geteeld op
mageren grondwel een teeken van overvloed.
Zondag hoopt de oudste inwoner van
Aalsmeer, de heer G. B. De Jong, zijn 1 Olsten
verjaardag te vieren.
Hoewel de oude steeds gezond is, gaan zijne
krachten toch langzaam achteruitden meesten
tijd brengt hij te bed door. Zijne verstande
lijke vermogens blijven echter uitstekend.
Aan den burgemeester van Amsterdam
is door houders van meel- en broodfabrieken
het volgende adres gericht:
„De ondergeteekenden, vernomen hebbende
dat er met het stoomschip „Amsterdam" van
Hamburg diverse partijen meel aangevoerd zijn;
dat van deze partijen op aanvraag consent van
lossing gegeven is, protesteeren ten stelligste
tegen de lossing en aflading in consumtie dezer
partijen, aangezien geen artikel zoo aantrekkelijk
is voor besmetting als juist meel in balen ver
pakt; zij waarschuwen dus tegen het groote
gevaar van besmetting, dat eene dergelijke
handeling ten gevolge kan hebben.
De trein, welke Dinsdag te 7,23 uit Amsterdam
vertrekt, stuite vlak onder Utrecht op een goe
deren! rein, geladen met ijzererts. Dank zij de
tegenwoordigheid van geest van den machinist,
werd slechts een lichte schok gevoeld en kwamen
de passagiers er met den schrik af.
Na daar ongeveer een half uur gestaan te hebben
kwam de sneltrein van Amsterdam, omdat de
seinen op veilig stonden, met volle vaart aanzet
ten. Andermaal was het aan het beleid van den
machinist te danken, dat geene menschenlevens
te betreuren zijn; want op slechts ééne wagen-
lengte voor den stilstaanden personentrein werd
de sneltrein gestopt.
Hierdoor ontstond eene algemeene paniek. Vele
reizigers sprongen uit de wagens om over de
spoorbaan een goed heenkomen te zoeken.
De trein van Rotterdam, welke te 8.27 te
Utrecht moet aankomen, had ongeveer op dezelide
hoogte ook eene botsing, waardoor eenige wagens
ontspoorden en een conducteur het hoofd ver
wondde.
Reizigers, uit Duitschland komende, stap
pen, teneinde de ontsmettingsmaatregelen te
Zevenaar te ontgaan, volgens een schrijven in
de „Zutph. Ct", te Empel en Emmerik uit,
om zich per rijtuig naar Gendringen te begeven,
van waar zij per tram ongehinderd ons land
kunnen binnengaan. Aangezien het vermoeden
voor de hand ligt, dat reizigers, die aldus
handelen, voor het meerendeel uit besmette
streken afkomstig zijn, mag op deze ontduiking
de aandacht der regeering zeker wel gevestigd
wordeü.
Het Titjds. van Gen. deelt mede, naar aan
leiding van proeven in het Centralblatt fur Bac
teriologie gepubliceerd, dat de ontwikkeling van
typhus- en cholerabacillen door de inwerking van
w(jn zoo niet geheel opgeheven toch belangrijk
verminderd wordt. Zoowel de verdunde wijn als
de zuivere behoudt die eigenschap, en het verdun
nen van het drinkwater met gelijke hoeveelheid
wijn mag, volgens de uitkomsten dier proeven,
als rationeel gedurende het heerschen eener tyhus-
en cholera epidemie aanbevolen worden.
Tot nog toe zijn te Hamburg door de ziekte
14.894 personen aangetast, van wie 6506 stierven.
De toestand blijft in de laatste dagen dezelfde
langzaam afnemend.
Prof. Koch heeft verklaard, van oordeel te zijn,
dat het aantal ziektegevallen te Hamburg weinig
kans heeft spoedig te verminderen; wel gelooft
hy, dat de sterfte zal afnemen.
Te Antwerpen bljjft men maar loochenen
dat de cholera er heerscht, en in de daar verschij
nende bladen vindt men er dan ook met geen
woord melding van gemaaktToch leest men
bv. in de Brusselsche „Réforme" omtrent den
„gezondheidstoestand te Antwerpen" het volgende
bericht
„Het laatste officieel bulletin doet het totale
cfifer van geconstateerde gevallen stijgen tot
160, waarvan 117 in het hospitaal Stuyvenberg
en 43 in de stad. Genezingen 95, sterfgevallen
34, nog in behandeling zijnde zieken II.
„Sedert zijn er omtreeks 20 nieuwe gevallen
geconstateerd en 4 of 5 met doodeiyken afloop.
De Engelsche dagblad correspondenten te
Hamburg schilderen de volksellende als ontzet
tend. De „Times"-correspondent zegt, dat do
bijstand van gehoel het christelyk Europa dringend
noodig is. Hy voegt er by, dat de stedelyke
reiniging en ontsmetting slordig geschiedt, soms
door onervaren zestienjarige knapen.
De correspondent der „Standard" seint nog
steeds aanzienlijk hoogere cholera-cyfers, dan de
officiëele.
To Munchon zijn in den laatsten tijd hoe
langer hoe moer hondenslachterijen gekomen.
Het schijnt, dat de smaak in hondenvleesch daar
is ingevoerd door Italiaansche werklieden.
Vermakelijke gevolgen heefc oen school
examen in een Wurtonbergsch stadje gehad. De
onderwyzer had de leerlingen brieven laten schrij
ven aan werkelijk levende bloedverwanten, waarin
natuurlek allerlei verdichte verhalen stonden,
sterfgevallen, ongelukken, aanmaningen tot
afbetaling van schuld enz. Oin te zien of de
leerlingen een brief ook goed konden adresseeren,
waren zy behoorlgk in couvert gestoken en van
adres voorzien. Na afloop van het examen zag
de gemeentebode die brieven in de kamer van
den schoolopziener liggen en bracht ze naar de
post. Vreemd zullen al die bloedverwanten heb
ben opgezien, toen zy ongefrankeerde brieven
ontvingen met zoo zonderlingen inhoud.
Te Bordeaux is Dinsdagochtend een os, dien
men ter slachtplaats leidde, op hol geslagen en,
een huis binnenstormende, de trap opgeklautesd,
ettelijke treden onder zyne hoeven verbrijzelende.
Door het geschreeuw der buren geprikkeld, stiet
hij een beschot om en stoof een keuken binnen,
er alles stuk slaande. Een klein meisje dat in
haar angst het venster wilde uitspringen, werd
door een buurman, die een ladder tegen het huis
had geplaatst, juist bijtyds gegrepen. Middelerwyi
vermeesterde men den 03, die, naar beneden
gesleept, de trap verder vernielde en eindelyk
werd weggebracht.
Men meldt uit Breuve (Fransche grens), dd.
18 SeptemberEene bloedige botsing heeft
plaats gehad tusschen Belgische werklieden en
Fransche douane-beambten te Houplines, naar
aanleiding van de arrestatie van een werkman,
die koffie wilde binnensmokkellen. Een menigte
van meer dan 1000 personen, het meerendeel
Belgische werklieden, trachtte den arrestant,
terwijl hij overgebracht werd naar den gendarme-
riepost, te bevryden. Er werden steenen naar
de gendarmen geworpen en toen de menigte aan
stalten maakte om de douane-beambten in 't
water te werpen, zagen de gendarmen zich ge
noodzaakt met hunne revolvers op demenschen
te schieten. Eerst des avonds, toen eene verster
king van gendarmen was aangerukt, gelukte het,
den gevangene naar den post over te brengen.
Inmiddels waren verscheidene personen gekwetst
het ernstigst toegetakeld was een douane beambte,
wiens schedel door een steenworp gespleten is.
Daarmee niet tevreden, verbryzelde de woeste
lingen nog de ruiten van de woning, waarin de
ongelukkige ter verpleging was opgenomen.
In de nabijheid van het stadje B. was een
bataljon van het Berlijnsche garnizoen gekam
peerd voor de manoeuvres. De Majoor zou bin
nen kort jarig zfln en de muziekkapel wilde by die
gelegenheid den Majoor een serenade brengen. Om
het muziekstuk in te studeeren, begaven de mu
zikanten zich naar een weiland, op eenigen afstand
van het kamp gelegen, en juist wilde de kapel
meester het sein geven om te beginnen, toen hy
op eenigen afstand een knaapje zag, dat luid
schreiend, vluchtte voor een stier die hem ver
volgde. Ook de andere musicie kregen nu het
beest in het gezicht en ontstelden zeer. Zy waren
te ver verwyderd om hem door een aanval te
verjagen. De afstand tusschen het knaapje en
den gehoornden, tot stooten gereede kop, werd
kleiner en kleiner. Nog eenige schreden en het
kind zou aangevallen worden, toen de kapelmeester
plotseling het sein gaf om met de serenade te
beginnen. De eerste tonen deden zich hooren en
de stier, door het ongewone geluid verschrikt,
bleef plotseling staan. Nogmaals klonk het koper
en de stier keerde zich schuw blikkend naar den
kant van waar het geluid kwam en rende toen
ais razend, de tegenovergestelde richting uit.
Het knaapje was gered door de macht der muziek.
De crinolines zyn weer op de komst en naar
men beweert, zal de „vormverandering" onzer
dame3 van „slanke wezentjes" tot „kogelronde,
bolvormige lichamen" zonder eenigen overgang
plaats hebben. De meeste leden der zwakke sekse
protesteeren er even hard tegen als de heereD,
want slechts met weinige uitzonderingen flatteert
dat „gladde" haar veel meer. Een neger, in ons
land toevende en voor'teerst een „gecrinoleerde"
dame ziende, dacht dat zy eene omgekeerd open
geslagen parapluie onder hare japon had aange
bracht.
Het is werkelijk te hopen, dat die zooveel ruimte
behoevende mode, vooral lastig in de nauwe spoort
wegcoupés, enz. vooreerst nog wat uitbiyven za'^