Hfltel „tien Bin", op Dontertaï 9 FeBr. a. s. STALEN, Eerste kwaliteit Hoofdkaas, NEW-YORK. BALTIMORE. Zachte Gele en Groene Zeep 'T FIJNSTE MERK, BLOOKER'8 CACAO, Damwedstrijd, Prachtige coïlectie Nederlandsch-Amerikaansche Stoomvaart-Maatschappij. Zeepziederij „DE ADELAAR". van JAN DEKKER te Wormerveer. 1.60 0.85 0.45 't fijnste merit. Verkrijgbaar bij D. Daalder Mz. den Burg. Feuilleton. Kortste en Goedkoopste OVERTOCHT. GELIL .'AS IV, avonds zeven uur. Inleg'geltl 50 Cts. De deelnemers voor dezen wedstrijd worden verzocht zich voor bovengenoemden datum aan te geven. Heer en liefhebbers buiten Texel zullen en kunnen tot deze wedstrijd worden toegelaten. ZWARTE, GEWERKTE en EFFEN STOFFEN voor de aanneming.H. DALMEIJER. MÈüèME^* De ondergeteekende beveelt zich beleefd aan tot het S N O EIE X en PLANTEN van vrncktboomen alsmede het bezaaien en planten van tuinen. RENS NIEUWEHUIZEN, Weverstraat a/d Burg. 35 cent de 5 Ons. J. P. KIKKERT. 3' ROTTERDAM AMSTERDAM Men vervoege zich aan de Kantoren der N. A. S. M. te Rotterdam of te Amsterdam en by de Agenten, of by Inspecteur J. E. KROES te Groningen. E. BOLSIUS, te Oisterwijk. FABRIEK VAN niet los (per ons) verkrijgbaar, maar uitsluitend in gesloten bussen. De verkoop neemt dagelyks toe, want de prijzen zijn slechts pr V2 kilo bus pr l/4 kilo bus pr y8 kilo bus. Daarvoor wordt het beste en oplosbaarste geleverd wat te maken is. Een hoogeren prijs voor CACAO betalen is dus onnoodig. Roman door A. S. 26. Hoofdstuk XII. Was het hem anders onaangenaam, wanneer Vogelschrik uitgenoodigd werd een stuk op de piano te spelen, thans deed het hem een groot genoegen en was het als 't ware eene verlossing voor hem. Toen Bernard de eerste accoorden aansloeg, verliet de luitenant zyn plaats aan tafel en plaatste zich in een vensternis, nadat hy snel een blik gewisseld had met Bertha, die geheel tegen haar gewoonte nu ook spoedig opstond. Zy ging naar den luitenant en tusschen beiden werd weldra op fluisterenden toon een levendig gesprek gevoerd. Zy hadden dit geheel onopgemerkt kunnen doen, daar de heer en mevrouw van Elshout, geheel verdiept waren in het spel van Bernard, wanneer niet de heer van Dalen iedere beweging van Bertha nauwlettend gevolgd had. Het ontging hem niet, dat Bertha eensklaps vuurrood werd, toen de luitenant haar zachtkens eenige woorden had toegefluisterd. Hy hoorde geen toon van Bernard's spel, zyn geheele opmerkzaamheid was gewyd aan den luitenant en Bertha. Het zou hem zooveel waard geweest zyn, indien hy hen met goed fatsoen had kunnen beluisteren. Wel was hy in de vier weken dat Bertha op het kasteel vertoefde, aangegrepen door de bangezorg, dat tusschen den luitenant "en diens schoone nicht een meer intieme verhouding bestond, dan beiden wilden doen zien, maar steeds was hy weer gerust gesteld door de fijne tactvolle wyze, waarop Bertha het huldebetoon van den luitenant afwees. Tot dusverre had hy tusschen hoop en vrees geleefd. Heden echter overwon de vrees zyn hoop, hy gevoelde zich diep ongelukkig om in het volgend oogenblik weder gelukkig tot in de wolken te zyn. Een blik van Bertha, een zonderlinge, betooverende blik trof hem. Zoo had zy hem nog nooit aangezien. Zy sprak nog fluisterend eenige woorden met den luitenant en keerde toen naar haar plaats terug. Zy verontschuldigde zich by haar buurman, dat zy deze verlaten had om by haar neef Frits berichten in te winnen hoe haar vader het maakte. Hoe vriendeiyk, hoe beminnenswaardig bracht zy hare verontschul diging uit De heer van Dalen was buiten zichzelf van vreugde, zyn yverzucht was geheel verdwenen, ja hy schaamde zich er zelfs voor. Wat Bertha zooeven in 't geheim ook gesproken mocht hebben met den luitenant, nadeelig voor den heer van Dalen was dit in ieder geval niet geweest en daarvan kon dezen zich in den loop van den avond volkomen overtuigen. Nog nooit was Bertha zoo beminneiyk, voorkomend en vrooiyk geweest als thans. De heer van Dalen was daardoor zoo vol bewondering, dat hy niets bemerkte van de gedrukte stemming, waarin alle leden der" far behalve Bertha verkeerde. De brieven, die per post waren aangekomej hadden die stemming te weeg gebracht. Zy wa gericht aan den heer van Elshout en aan Vogelschrk laatstgenoemde was door het feit van een onbeken hand een brief te ontvangen, ontstemd en had schryven ongeopend in de borstzak gestoken, heer van Elshout daarentegen had niet eens ma meermalen den brief gelezen in ieder geval sche het schryven van geen aangenamen inhoud te z( daar de heer van Elshout by het lezen al meer meer onrustig werdmet eigenaardigen, onderzi kenden blik keek hy over den brief heen naar d gouverneur, om dan weer verder te lezen. Hetgeen men den heer des huizes geschrev; had, scheen dezen den geheel en avond bezig houden hy nam byna geen doel aan het gespn en toen Bernard hem dien avond op zyn gewo; wyze „goeden nacht" wenschte, beantwoordde 1 dien groet niet op zyn gewone, vriendeiyke wft Toen Bernard zich reeds aan de deur van de sal; bevond, werd hy door dbn heer van Elshout we terug geroepen. - Blijf, als u wilt, nog een oogenblik, mynhe Vogelschrik, ik heb u nog een paar woorden zeggen. Bernard keerde zich om. Bezorgd en nieuwsgier te geiyk, wachtte hy af, wat de heer van Elshoi hem had te zeggen. Deze liep zwygend de kam op en neer; eerst toen allen, ook mevrouw v; Elshout zelf, vertrokken waren, wendde hy zich ti Bernard Ik heb een u betreffende, my ten hoogste verwonderenden brief ontvangen, mynheer Voge schrik, zei hy ernstig. Ik kan niet verhelen, di de inhoud my in de goede meening. die ik omtre: u koesterde, geschokt heeft. Ik wensch in d oogenblik niet met u over den inhoud er van spreken, ik zou onrechtvaardig kunnen zyn in mi oordeel. Ik wil u tyd laten om u te rechtvaardige en verzoek u daarom morgenochtend ten negen ut by my te komen, wy zullen dan kalm over de zaa kunnen spreken. Zie hier de brief, lees hem. kunt hem my morgen terug geven. Voor hede verlang ik geen nadere verklaring. Goeden nach mynheer Vogelschrik. Bernard kon gaan; nadat hy van den hei Elshout den boozen brief ontvangen had, moest k deze verlaten. Hy begaf zich haastig naar z(; kamer. Zyne nieuwsgierigheid was zeer opgewek en zoodra hy zyne lamp ontstoken had, las hy de brief, welke als volgt luidde „Hoogwelgeboren, hooggeëerde heer I Vergeef het een onbekende, wanneer hy het waaf u met een verzoek en een klacht lastig te koma vallen 1 Ik zou daartoe den moed niet bezittel maar in de pyniyke verlegenheid, waarin ik m| bevind, biyft my geen keuze. Wanneer ik geei gevaar loopen zal, misschien een voor my zee belangryke zuur verdiende som gelds geheel en a te verliezen, moet ik my wel tot u hoogwelgebore: wenden en u om hulp vragen. Voor een reeks van jaren, heb ik zekeren Bouwma A een som van 1200 mark geleend. Ik heb hem ds geld tegen een hoogst biliyke rente jaren lang latei houden, daar ik wist, dat hy een eeriyk en fatsoenlij! mensch was, en dat laatste heeft hy ook bewezen ofschoon verarmd en zich genoodzaakt ziende naa Amerika te vertrekken, heeft hy toch er aan gedachi my het geheele kapitaal met de verschuldigde rentf terug te betalen. Hy heeft daartoe echter een zee: verkeerden weg ingeslagen, waardoor ik nu gevaa loop alles te verliezen. Hy heeft het nameiyk mijt neef, den gouverneur Vogelschrik, ter hand gesteld met de opdracht het my te overhandigen. Gedurende den overtocht naar de nieuwe wereld bekroop hen de zorg, dat August Vogelschrik misschien zijn opdracht niet stipt zou uitvoeren en daarom heeft hy my dadeiyk uit New-York geschreven en gevraag! of ik het geld ontvangen had. Jammer genoeg it zyne bezorgheid maar al te juist gebleken, daar mijn neef my het geld niet heeft gegeven, waarschynljjk heeft hy het voor zich gehouden of by het kaartspel verloren. Myn neef, de zoon myner zuster heeft de weldader welke ik hem, de wees, door zyne opvoedinj f bewezen heb, met ondank beloond. Hy heeft zich nadat hy myn huis verliet nimmer meer om mi bekommerd. 1 Snelpersdruk - LANGEVELD k DE ROOIJ Texti i Wordt vervolgd). La>i EN Blooker's Cacao,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1893 | | pagina 4