Buitenland.
Iets nieuws werd door den heer C.
Joffer, schilder te Kolhorn, uitgedacht en wel
een ijsrijwiel. Het is bijna aan een gewoon
rijwiel gelijk, echter voorzien van tanden,
welke in het ijs slaanwant is het op den
weg eiscb, de snelheid te bevorderen, op het
ijs moet de grootste snelheid worden
tegengegaan. Achter het rijwiel werd een
kleine slede aangebracht, met verhoogde zit
plaats. Den 8 dezer werd het nieuwe vervoer
middel beproetd.
Dat zijn de liefhebbers. Ondanks het
koude winterweder kon men in de voorlaatste
week in zijkanaal F. bij Halfweg nog eenige
Amsterdamsche hengelaars zien staan die na
een bijt in het ijs te hebben gehakt, hun
geliefkoosde bezigheid trots den hevigen kouden
Noordoostenwind uitoefenden. Ook Zondag,
terwijl iedereen zich op of bij de ijsbanen
ophield stonden een twintig hengelaars bij de
Rijnlandsche sluizen.
De volgende wijze van werkverschaffing
wordt thans in verscheiden plaatsen der
provincie Noord-Holland toegepast. Vanwege
een commissie wordt den ingezetenen een
lijst voor finantieelen steun ter teekening
aangebodenzij die eene bijdrage verleenen,
kunnen onverschillig voor welken arbeidéén
of meer werkloozen op aanvrage aan de com
missie, in hun dienst verkrijgen. Het tarief
is berekend op f 0,10 per uur.
De koning der snoeken in den Loender-
veenschen polder is gevangen en thans in het
bezit van eenen vischkooper te Loosdrecht.
Het reusachtige dier heeft eene lengte van
ruim een meter en een gewicht van 23 pond.
De ramp te Wierum. Men schrijft aan
de Leeuwarder Gt. het volgende:
De direct by de ramp te Wierum betrokken
personen en huisgezinnen ontvangen thans naar
mate van het verlies en de grootte van het huis
gezin vanwege de commissie, belast met het
beheer van de gelden tot ondersteuning der
nagelaten betrekkingen, eene wekehjksche bijdrage
in geld, nadat aan allen voor eenige weken een
bepaalde hoeveelheid brandstof is bezorgd.
Op die wijze worden de zorgen van deze zoo
zwaar beproefde menschen wel verlicht, doch in
huisgezinnen waar veel, zoo niet alles noodig is
en de kostwinners gemist worden, veroorloven
de toegekende bedragen slechts de allernoodigste
uitgaven. Toch klagen de menschen niet, inde
stille hoop dat van de ingezamelde gelden nieuwe
vaartuigen aangeschaft kunnen worden, opdat
men hen in de gelegenheid stelle hun bedrjjf
de visschers hebben anders niet geleerd en aan
veldarbeiders bestaat ook geen behoefte voort
te zetten.
Van groot belang zou het zijn, dat die schepen
nog in dit voorjaar gereed konden komen, opdat
de visschertj, die gewoonlijk in Maart begint, ook
dit jaar weder op den gewonen tijd kon aanvangen.
Algemeen wordt het echter wenschelijk geacht,
dat de commissie by eventueele aanschaffing een
beter type van visschersvaartuigen kieze dan de
thans in gebruik zijnde aken, die tot een lang
vervlogen tijdperk behooren. Ook zou door het
maken van een vluchthaven en het plaatsen van
een beter kustlicht, welk laatste thans door de
visschers zelf bekostigd moet worden en zoo
primitief mogelijk is, van Rijkswege veel ver
betering aangebracht kunnen worden.
Werkverschaffing Zuiderzee. De heer J. van
den Houten Willems, te 's Gravenhage, heeft een
denkbeeld uitgedacht om tegen de epidemische ziekte
der werkeloosheid het radicale geneesmiddel: de
droogmaking van de Zuiderzee, te kunnen toepassen.
Te kunnen, Want dat het werk aan duizenden
zou ten goede komen en gedurende minstens 25 jaren
arbeid zou verschaffen aan hoogeren en lageren,
is een onbetwistbaar feit. De quaestie is eigenlek
alleen de financieels zijde van het vraagstuk, die,
zooals onlangs werd gemeld, aan de Zuiderzee-com-
missie „de meeste zorg baart".
Welnu, zegt de heer v. d. H. W., - daarvoor
meen ik een uitstekend middel te hebben om der
Commissie aan de hand te doen.
Geld is er in overvloed; maar om het los te krijgen,
dat is „the question" en nu houd ik het er stellig
en zeker voor. dat, als de Commissie er toe kon
besluiten om voor te stellen, een premieleening te
sluiten, het geld zou stroomen als het zand aan den
oever van de Zuiderzee; ieder zou licht uit zjjn
spaarpot een lot koopen van f 100, f 50 of f 25 en
deze belegging nog verkiezen boven die in de Rijks
postspaarbankzt) zouden gaarne gevaar loopen
om, bij hun rente van 3 pCt., een prijsje te trekken
van f 100,000, f 60 000, f 25.000, f 10.000 of f 5000
enz., of, indien men geen geld als hoofdprijs wil af
staan, dan den eigendom van een zeker deel van den
ingepolderden grond van de alsdan gedempte Zuider
zee, waardoor men nog gemakkelijker aflost en
betaalt „met gesloten beurzen".
„Bfl my, schrijft de heer v. d. H. W., wegen meer
de technische bezwarendoch deze zijn wel te over
winnen daarvoor hebben wil in ons land een
overvloed, een keurbende van uistekende water
bouwkundigen, die maar wachten op een gelegenheid
om hun groote talenten ten toon te spreiden. De
groote wei ken voor onze Staatsspoorwegen, de brug
over den Moerdijk, de haven-, kanaal- en spoorwer
ken te Vlissingen, de afdamming van het Sloe, dat
alles legt getuigenis af van wat die wetenschappe
lijke mannen kunnen.
„Wy hopen dus maar, dat de Commissie tijd zal
weten te vinden, haar rapport zoo spoedig en zoo
vollodig mogelijk aan de Regeering in te dienen, de
„wet tot demping der Zuiderzee" worde dan aange
nomen; de opmetingen en peilingen, het opmaken
van bestekken, het houden van aanbestedingen,
alles op de grootste schaal, met een zoo groot mo
gelijk personeel, zal kunnen worden ondernomen.
„Gedaan was het dan met het praatje „geen werk"
en vooral een uitkomst voor de duizenden in het
Noorden van ons land, die alleen met schop en spade
hun brood kunnen verdienen.
„Het is, met het oog op het groote belang, dat
onze geheele nijvere natie heeft bjj een vredelievende
oplossing der sociale moeilijkheden, dat ik mi) de
vrijheid heb veroorloofd, mjjn denkbeelden eenigszins
uitvoerig te ontwikkelen.
„In de kwart-eeuw, voor de aanbevolen droogmaking
noodig, hebben dan de groote staathuishoudkundigen
al den tijd om een geheele verbetering van sociale
toestanden en verhoudingen op hun gemak voor te
bereidenmaar mijn ondervinding, hoewel op kleine
schaal, als armenverzorger, is altijd geweest„Ventre
affamé n'a point d'oreillesl
Ter navolging. De laatste schoof. In de
noordelijke landen van Europa bestaat sinds
eeuwen de gewoonte, om de laatste schoof van
den oogst zorgvuldig te bewaren, ten einde die
eene nuttige bestemming te geven, als de koude
nijpt en de stormen woeden, midden in den
winter. Dan plaatst elke boer groot of klein,
rijk of arm een lange staak in zijn tuin of op
den akker en hij hecht er die bewaarde schoof
aan vast, om aan de kleine vogels een veilige
verblijfplaats aan te bieden en overvloedig voedsel.
Die goede gewoonte is eeuwen oud en zeer
algemeen. Niemand verzuime het, dat geringe
offer te brengen als tolk van het gevoel van
dankbaarheid voor al de zegeningen, die het afge-
loopen jaar heeft gebracht.
Het planten van den stok met de schoof,
kerstschoof geheeten, maakt een deel uit van de
feesten die de Germanen reeds voor eeuwen vierden
als de dagen het kortst waren. Zy noemden dat
feest het Joëlfeest, dat 12 dagen duurde.
Omtrent het vaartuig van den heer Kooy,
uit Huisen, (thans in Amsterdam te bezichtigen)
dat niet wordt voortbewogen door zeilen, stoom-
of electrische kracht, maar op een wyze, welke
voorloopig een geheim biyft, wordt het volgende
gezegd
Van de beweegkracht komt men door het
bezichtigen van het yzeren vaartuig, dat 10 Meter
lang en 2,40 M. breed is, niets te weten.
De Heer M. die vyf jaar lang geheel alleen
aan zyn uitvinding werkte, bewaart voorloopig
zorgvuldig zijn geheim.
Men kan alleen constateeren, dat er een be
weegkracht is. Zoodra de Heer K. even draait
aan een rad op het achterdek, komt de geheele
machinerie in beweging, en zy blijft dan in be
weging, totdat door het draaien van de stuur
raderen de roeren het vaarluig heeft er twee
als een paar sluisdeuren, tegen elkaar gebracht
worden, dan staat alles stil.
Het jacht licht natuuriyk in de besloten ruim
te vast; men bemerkt van de beweging niets
dan door een glasraampje het bewegen van het
rad en de eigenaardige dreuning. Maar de Heer
K. verzekert, dat het zeer snel kan varen, snel
ler dan een stoomboot, en dat het door zy'n
eigenaardige bouw ook nog minder gevaar op
levert. Geiyk indertyd bericht werd, heeft het bij
een proefvaart op de Zuiderzee, eenige maanden
geleden, goed voldaan.
Eenigen tyd geleden bood een firma te
Amsterdam aan het bestuur van de vereeniging
„Gratis brood" aldaar 1000 brooden aan.
Het bestuur echter stelde zekere voorwaarden
voor deze gift. En de heer Stieltjes, secretaris
van het bestuur, schreef een brief aan de firma,
waarin hy zegt:
„Ik heb het genoegen u mede te deelen,
dat de commissie met groote erkentelijkheid
uwe gift zal ontvangen, als de door u te zenden
brooden in grootte en hoedanigheid gelijk zfin
aan die welke wy in de inrichting op den Singel
verbruiken.
„Een brood doen wy u heden toekomen."
De firma heeft naar aanleiding van dit schry ven
aan het bestuur het volgende geantwoord:
„In antwoord op uw schry ven dd. 9 dt
diene, dat wij in dit byzondere geval aan t
eischen zullen voldoen, hoe vreemd het am
ook klinkt om by eene schenking conditiëi
stellen.
Wy hadden uwe Vereeniging toebedacht 1
kilo ongebuild brood, zooals ook de andere
stellingen van ons ontvangen hebben aangei
echter het monster ons door u toegezonj
belangryk minder in qualiteit is, noodzaak,^)
ons van onze gewoonte om slechts prima br^te
soorten te maken, af te wyken en voor diti
eene inferieure qualiteit te leveren, die onge
10 pet. minder waard is.
Wy willen echter die uitgewonnen
toch voor het goede doel afstaan en zullei
daarom in plaats van 1000 kilo van ons br<
1100 kilo van het door u ons toegezonden
ster doen toekomen.
Wy veroorloven ons echter ook nu van o|
zijde eene conditie te stellen en wel dat on|
tijdige arbiters zullen benoemd worden omj
constateeren, dat het door ons te leverbn bij
minstens aan het van u ontvangen mom
voldoet.
Wy vernomen gaarne hoe de party door u|
ontvangst zal genomen worden."
Eene plant, wier kweeking betrekkeiyk
slechts kort in den landbouw is ingevoerd
welke spoedig en blyvend algemeen door oi
landbouwers zal geteeld worden, vooral door
wier oogst bijna telkens door groote drooj
mislukt, is de „Millo Maize." Zij is tegen
grootste droogte bestand en tiert in de wa:
landen. Het is een kostelijke voedingsplai
hare bladeren zoowel als haar stam leveren
uitmuntende voedering, vooral voor rundv
Hare vruchtbaarheid is ongelooflijkzij ge
ontzagiyk veel graan, dat daarbij van ee ti(
uitmuntende hoedanigheid is, zij geeft daarv
jaarlijks bijna dubbel zooveel als de gewo
Indische mals en het driedubbele van tarwe
eene gelijke uitgestrektheid grond verbouwd.
Voor de broodbereiding is dit graan allerki
telykst. By maling levert het een meel, waarvj
men een uitmuntend brood bakt, dat heerlj
van smaak is en slechts zeer weinig verse!
van dat, hetwelk men van tarwemeel verkry
Deze plant is bijzonder geschikt voor streki
welke met schier aanhoudende droogte te kampi
hebben en waar eene behooriyke bevloeiing oi
breekt, want zy heeft slechts eene uiterst gerini
vochtige lucht of aarde noodig en geeft di
landbouwers goede uitkomsten, ter plaatse wi
een gunstige oogst overigens een zeldzaamheid
Bakkers-Bondscourant
gel
ne
en
z:
scl
gs
pl
ee
isl<
er
er;
ik
va
ei
ien
v
llo
ide
3
d
il
iP5
ipe
'61
r
.fl
ik
its
.e
l(
sr
til
.1
De Indépendance beige deelt uitvoerig
byzonderheden mede over een ongeluk,
Dinsdag-avond te Gent is gebeurd.
By het afbreken van de spinnery Van Kerlijr
hoven, welke voor eenige jaren afbrandde
die tot een cursus zou worden verbouwd, stortl
plotseling een gedeelte van het gebouw, dat m
was blijven staan, in. Tien werklieden werdel
onder het puin bedolven. Ondanks de spoedig
hulp der brandweer waren reeds vier van hel
overleden, toen het puin werd opgeruimd,
zes anderen werden nog levend, doch ernstii
gewond naar het hospitaal vervoerd.
Vaillant is door de jury schuldig verklaa
en daarop ter dood veroordeeld. Een groot vei?T
schil by het vorige jaartoen nam de jury bi
Ravachol verzachtende omstandigheden aan. Jury'
zyn gewoonlyk de weerslag van den algemeene:
toestand, niet beter en niet slechter. Een jas.
geleden was er veel gebeef en de jury durfdi
niet. De politieke toestand is echter in dei
laatsten tijd ietwat veranderd, de „gematigden'
zyn aan 't roer en de „gematigden" zyn wellich
juist door de onbeschaamdheid van Vaillant, on
met een bom de heele Regeering in de lucht t<
laten vliegen en de halve Kamer er by, tot meei
moed aangezet dan zy hadden.
Toen aan het einde van het verhoor de voor
zitter aan Vaillant vroeg ot hy nog iets in het
midden te brengen had, antwoordde hy toe®
stemmend en las hy het volgende voor:
Mijne Heeren. Binnen eenige minuten zult
gy mij straffen, maar ik zal ten minste de vol
doening hebben, dat ik de tegenwoordige ver
vloekte maatschappy gewond heb, de maatschappij
waar één persoon nutteloos zooveel verteren
kan, dat duizenden huisgezinnen er van gevoed
kunnen worden, die infame maatschappy,
welke toelaat dat eenige personen allen maat-
schappelijken rykdom opeenhoopen, terwyi hon
derdduizenden ongelukkigen zelfs geen brood
hebben, dat men den honden niet weigert, ea