Buitenland.
Vele plattelandsbewoners op Zuid-Beve
land (misschien ook in andere streken) hebben
de verkeerde gewoonte, wanneer de geheele
familie uitgaat, ter kerke of naar het veld, den
sleutel der woning te verbergen, hetzij in de
dakgoot of onder een dakpan, wanneer het
een schamel hutje is, hetzij door opschuiving
van een raam in hst vensterkozijn of op eenige
andere bepaalde plaats. Dit levert het groote
gevaar op dat een al te deelnemende dorps
genoot, die deze bergplaats kent, soms de ver
zoeking niet kan weerstaan eens een kijkje
in de woning te gaan nemen. Zoo kwam jl.
Zondag een winkelier te Heinkenszand tot de
min aangename ontdekking, dat hem eenige
winkelwaren ontvreemd waren, terwijl hij met
zijn gezin naar de kerk was. De sleutel lag
bij zijne thuiskomst op dezelfde plaats waar
hij door de bewoners geborgen was, maar het
vermoeden ligt voor de hand dat men zich toch
daarmede toegang heeft verschaft, want er was
niets van braak te bespeuren.
Iemand, die de jongste reis met de „Prinses
Amalia" naar Batavia medemaakte, schrijft aan
„De Tel." het volgende
Een klein vogeltje heeft nu reeds viermaal
heen en weer de reis meegemaakt met deze
boot van Amsterdam naar Batavia. Het beestje
vliegt voortdurend om den mast, en bij storm
of als het moe is, zoekt het zich een plaatsje
op een der ra's.
Het vogeltje is langzamerhand erg mak ge
worden. Het strijkt neer op het dek om de
kruimpjes op te pikken en soms komt het zelfs
op den schouder of op de hand van 6en passa
gier zitten.
De matrozen beschouwen dit merkwaardig
verschijnsel als een gelukkig voorteeken en
de reizigers hebben erg veel pleizier in het
beestje.
Bi) zekeren van V. in de Oldönbarneveldt-
straat te Amsterdam een man met een zwaar
huishouden vervoegden zich Vrfjdag drie
ambtenaren der directe belastingen. Hun bezoek
droeg natuurlijk een officieel karakter/ zij kwamen
omgeld voor de belasting. Moeder de
vrouw, eenigszins onthutst, antwoordde, dat haar
man niet thuis was, maar dat hij bovendien
evenals zij in de onmogelijkheid verkeerde het
gevorderde te betalen.
Als zij het niet had, was de zeer mensch-
kundige opmerking, dan moest zij het maar
leenen bi) den slager bij wien zij dagelijks
vleesch haalde
Ik heb maar eens in de week vleesch in huis,
mijnheer.
Dan maar bij je kruidenier.
Daar staat nog wat te kraaien, mijnheer.
Dan bij je bakker.
Die is op de tentoonstelling, mjjnheer, en die
doet het ook niet.
Haal het dan voor mijn part bij je melkboer
of bjj
De melkboer heeft gezegd, dat hjj zijn geld
moet hebben, en dat ik anders geen melk meer
krijg.
Aan dit vrij tragisch onderhoud werd een einde
gemaakt door de kinderen die uit school kwamen
en nu in verhoor werden genomen, omtrent hetgeen
zij dagelijks te eten en te drinken krijgen
Zulk een dienstijver is toch wel wat weerzin
wekkend, merkt de Tijd op.
Uit Krabbendijke schrijft men
Dat de dood van een varken aanleiding
geven kan tot verkiezing van een lid van den
gemeenteraad gebeurt ook niet eiken dag.
Toch heeft zich zulk een geval alhier voorge
daan en wel op de volgende manier:
Een der varkens van den brievengaarder
alhier is op last der overheid gedood en ver
brand, als lijdende aan vlekziekte. De heer
J. P. van Kakebeeke, lid van den raad, wilde
de operatie met het bewuste varken verhinde
ren, dewijl hierbij ook van zijn grond gebruik
gemaakt werd. Genoemde heer wilde met
paard en wagen er doorheen rijden.
De burgemeester verscheen hierbij op het
terrein, met zijn keten en ambtsinsigne om
hangen en vergezeld van don rijksveldwachter
en den gemeente-veldwachter en sommeerde
den heer Kakebeeke zijn plan te laten varen.
Tegen hem en zijn koetsier, welke laatste
ondanks het verbod toch wilde doorrijden,
werd proces-verbaal opgemaakt. Een heftige
woordenstrijd bleef niet achterwege, tengevolge
waarvan de heer K. zijn voornemen opgaf,
doch tevens onmiddellijk ontslag nam als
raadslid.
Wij lezen in een der bladen het volgende
Toen dezer dagen te Aalsmeer de bliksem
insloeg bij den heer v. d. M., een kwartier
buiten de kom der gemeente, en de vlammen
naar buiten sloegen, was de brandspuit ijlings
bij de hand. Men zou water geven, doch in
der haast had men vergoten de slang mede
te nemen. Iemand uitgestuurd om deze te
balen kwam weldra hijgend en afgemat terug.
Nu zou het blusschingswerk beginnen. Doch
nu bleek de straalpijp absent te zijn. Een
andore snelvoc ter hijgt naar het spuithuis.
Toen deze gewapend met de straalpijp terug
kwam was juist de schuur, waarin de bliksem
was geslagen, afgebrand, en kon men weer
huiswaarts keeren.
De vele wandelaars langs den Amstel bij
Amsterdam werden Zondageenigen tfjd in angstige
spanning staande gehouden langs den waterkant.
Onder de vele roeibootjes op de rivier bevond
zich een dier licht beweegbare notendoppen, tegen
wier gevaar zeer noodzakelijk krachtige maat
regelen moesten genomen worden; passagiers
hiervan waren een 17 jarige knaap, zeer onervaren
schipper, en twee meisjes van 15 a 16 jarigen
leeftijd. Op een derde der rivierbreedte gekomen,
begon de boot water te scheppen, en angstig
geworden, bewogen de drie opvarenden zich van
voren naar achter, met het gevolg dat de boot
weldra vol liep. Bij volkomen rustig houden
zou 't gezonken vaartuig misschien nog een poos
zjjn last hebben kunnen dragen, maar nieuwe
bewegingen in doodsangst deden het omslaan,
waarbij alle drie onder water verdwenen. Gelukkig
evenwel hadden zjj zich aan den rand der boot
vastgegrepen, doch allen aan één kant, wat voort
durend onderdompeling gaf. Wel spoedden zich
een drietal sterkere booten met krachtige roeiers
naar de plaats des onheils, maar 't gevaar dreigde
daar zóó, dat nog maar slechts op het allerlaatste
oogenblik de drenkelingen gegrepen konden wor
den, waarna hun ophalen in bewusteloozen toe
stand met ontzaglijk veel moeite kon plaats
hebben. Was 't tooneel op de rivier aangrijpend,
niet minder was het dit aan den kant, waar tal
van dames door overspanning der zenuwen het
te kwaad kregen, tot luide toejuichingen aan
de redders 't duidelijk maakten, dat niet gebeurd
was, wat men geruimen tfjd stellig gevreesd had.
Een eenvoudig middel, om ijzer van
staal te onderscheiden iets dat bij het
koopen van gereedschappen te pas kan komen
is het volgendeMen brengt op het te
onderzoeken staal een druppel zwavelzuur. Als
het voorwerp van staal is, zal men terstond een
zwarte vlek te voorschijn zien komen, ver
oorzaakt door de kool, die blootgelegd wordt. Is
het voorwerp daarentegen van ijzer, dan zal men
eenvoudig een groenachtigen vlek zien ontstaan
oplosbaar in water, en die door wassching
verdwijnt. Indien het staal weinig gelijk
aardig is, dan zal men op de oppervlakte
van het voorwerp een reeks zwarte vlekken
van verschillende grootte zien ontstaan. B.
Een vriendelijke hand zond ons een
verslag omtrent het Muziekfeest te Oudkarspel.
Zal dat verslag mogelijk sommigen onzer
lezers alhier niet zooveel belang inboezemen,
tal van lezers buiten Texel zullen niet onwaar
schijnlijk met belangstelling daarvan kennis
nemen.
„Het dorpje Oudkarspel was Zondag 29 Juli in
feestgewaad. Van bjjna alle huizen wapperde de
driekleur. Op vele plaatsen waren tenten opgeslagen
tot ontvangst van vermoeide of dorstige gasten. Men
rekende op een druk bezoek en die verwachtingen
werden niet beschaamd. Van heinde en ver was
men opgekomen om het tweede jaarfeest van den
Noordhollandschen Zangersbond te vieren. En men
heeftfeest gevierd daartoe werkte alles meehet
heerlQke wêer, de opgewekte geest en de uitnemende
regeling.
's Middags 12 uur werden de gezelschappen ont
vangen in de kolfbaan van den heer Slotemaker.
Hier werden de" koornummers gerepeteerd, welke
later op het Schoolplein zouden uitgevoerd worden.
Dat er wel eens een bedenkelflk oogenblik in dien
Samenzang voorkwam is te begrijpenmaar teen
te 2 uur de openbare uitvoering gegeven werd, bleek
het, dat de repetitie goed gewerkt had. De bouw
van de tent liet niets te wenschen over, zoodat het
talrijke publiek stellig genoten heeft. Het laatste n°.
van deze uitvoering: „Hollands glorie" werdbegeleid
door het muziekcorps van den Helder, directeur
J. Koning. De directie van den Samenzang was
opgedragen aan den bondsvoorzitter den heer:
maar op vriendelijk verzoek van den heer E
liet h{j dezen de leiding van „Hollands glorie'
afloop van deze uitvoering werd er een optoch
de gemeente gehouden, die evenwel niet dieb>
stelling wekte, als men wel gehoopt had. Ot
vier werd het groote Concert in de kerk ge;
Dat er bjj het binnenkomen in dit gebouw
ongelukken zfin gebeurd, verwondert mjj nog
bet gedrang ontzettend groot was. De keil
overvol. En voor al die belangstellenden 1
achtereenvolgens op: 1. Wormerveersche K
vereeniging 2 Avenhorn's mannenkoor. 3 Pum
der mannenkoor. 4 Euphonia (gemengd koor
Schagerbrug. 5 Orpheus (mannenkoor) te Oui
nel. 6 Werkmanslust (mannenkoor) te Kromt
7. Orpheus (gemengd koor) te Oudkarspel. 8
lands mannenkoor te Koog a/d Zaan. 9 H®
[gemengd kco-j te Twisk en lONiedorps manna
te N. Niedorp. Ieder van deze vereenigingen
nummers ten beste. De Wormerveersche K
vereeniging Psalm 8 en Lentelied. Met dit i
nummer waren ze recht ongelukkig: Lentelit
beter. Avenhorn's mannenkoor is sedert va
jaar sterk vooruitgegaan, en de beide nua
werden niet onverdienstelijk gezongen. Het
merender mannenkoor zingt goedde directie!
goede handen toevertrouwd; toch was er een:
matheid in de voordracht. En nu komt het glori
van den middag. Het koor van Schagerbrug
gezongen zóó, dat men onwillekeurig aa»
a capelle koor vanD.de Lange dacht. Rein.dui
en gevoelvol klonken de woorden door het K«
bouw. Eu het was zeker niet bemoedigend
Orpheus te moeten optreden na dit gezelscha;
het misschien hierdoor kwam of door iets ai
het gezelschap had goen gelukkigen dag. Wel
het blijken van degelijkheid en duidelijkheid,
de jeugdige frischheid ontbreekt. Krommen»
te grcoten moed gehad bjj het kiezen van de stu
En als de uitstekende bas niet geholpen had
„Eene kerk" van Hol een doolhof geweest v
zjj reddeloos verdwaald geraakt waren. Het gem:
koor van Oudkarspel kwam beter voor. Eu J
Lente" van Mendelssohn liet aan bevalligiie
naïviteit niets te wenschen over. Zaanland'g
nenkoor zingt goed. Toch had ik in „Ot
Kerkhoi" de klok wat meer willen hooren. I
en daarna Niedorp sloten het concert Heti
koor miste den gloed die aangrijpteen doffe mi
lag over de gansche uitvoering Wat meer vt
het koor zal ongetwijfeld voldoen. Niedorp'sli
lied was „Avondlied" van Verhulst. Enhoelit
het ook klinke, er z0n gevaarlijke plaatsen,
koor wist er zich niet, zonder zich te wonden
te werken. De toonsovergang was niet in den!
Het verdere van den dag werd aangevuld doï
korps van den Helder, en de Heer J Koning
op waardige wfize met zijn Concert het feest
in de balzaal door velen werd uitgedanst.
Ook uit Chicago komen van Dinsdag bi
ten omtrent groote hitte. In de twaalf i
van 7 's ochtends tot 7 's avonds, waren
vorigen dag zeventien gevallen van zonnei
voorgekomen, waarvan verscheidene den
tengevolge hadden.
Te Nieuw-York stond de thermometer Dim
ochtend 105° en vóór tweeën waren er res
gevallen van zonnesteek voorgekomen. Ai
zeeplaatsen in den omtrek was het weinig!
Het naspel van de werkstakingen der s;
wegbeambten en de onlusten, welke en
gepaard gingen, begint. De „Cincinnati
Louis Spmij." heeft tegen de stad Chicago
eisch tot schadevergoeding van een half mil
dollar ingesteld. Het medegaan vandeove:
met de werkstakers acht de maatschappij gf
reden voor de mede-aansprakelijkheid der
voor de geleden schade. Andere maatschap
hebben eischen tot een minder bedrag inges
Een Fransch klokkenmaker te Ge
heeft een klok vervaardigd, die de uren!
in plaats van ze te slaan. Door middel
een phonograaf hoort men „Het ls zes e
„Het is halftien I" enz.
In den omtrek der Chineesche stad B
kong zucht men onder een rupsenplaag.
rupsen verwoesten er alle gewassen. Er is
premie uitgeloofd voor het dooden vai
lastige insecten, en nu gingen vele mens
op de jacht. Reeds den eersten dag w
er ruim 25.000 kilogrammen doode m
ingezameld.
In de Wurtembergsche badplaats Boll
ernstig ongeluk gebeurd. Twee werklieden
eenige herstellingen in de zwavelbron w
uitvoeren en daarbij een soldeeroven gebr
hadden, lieten dien oven in de bron staan, te
zij zich voor korten tijd verwijderden. Toe
terugkeerden had zich zooveel kolendamp
wikkeld, dat zfl stikten. Een derde werk!
die hen ter hulpe snelde, trof hetzelfde lot.
andere arbeiders daalden in de bron afenfi