TENTOONSTELLING en VOLKSFEESTEN Mclitina m liet Park Woensdag 4 en Donderdag 5 September 1895, Opeqiqg der Teqtooq stelliq g. Bijeenkomst in liet locaal „de Zwaan." Volks-concert VOLKSSPELEN. Feuilleton, HARDDRAVERIJ, RINGRIJDEN, GROOT VUURWERK, VRIJDAG 6 SEPTEMBER, voorm. 11 uur, zal de trekking plaats hebben van de Verloting van Vee en andere voorwerpenwelke bij gelegenheid van deze Tentoonstel ling wordt gehouden. De burgerij wordt verzochtdoor het uitsteken der H» vlaggen op die dagenhet feestelijk aanzien te verhoog en* ©I aan Qen cBn/t-cj, op oScooeX. WOENSDAG 4 SEPTEMBER. 's Morgens 10uur. 's Middags 3 uur precies. door paarden welke vóór Augustus op Texel aanwezig waren, om prijs en premiën. Inleggjeld Een Gulden. Aangifte voor 's middags 12 uur in Café „DEN BURG." Opgeluisterd door muziek. 's Middags 6 ure. Mededeeling' van toegekende bekroningen op de Tentoonstelling'. 's Avonds uur. en daar ter plaatse, door het Fanfare-corps. (Bij ongunstig' weder zal de verlichting' op een andere avond worden ontstoken. DONDERDAG 5 SEPTEMBER. 's Morgens .9V» uur. Verzamelen in het Hotel „de Lindeboom." Wandeling door het dorp, met muziek. 's Morgens 101/3 uur precies. Opening- der feestelijkheden; daarna: om prijs en premiën, met paard en kar, elk rijtuig bezet door een Heer en Dame. Inleg'geld 50 cents. Aangifte bij den Heer D. P. BAKKER, uiterlijk daags te voren. 's Middags l'h uur. VOLKS-CONCERT op de Groeneplaats door het Fanfare-corps. 's Middags 4 uur. a. TONNETJESKRUIEN, door jongens tusschen 9 en 12 jarigen leeftijd, aangiite bij den Heer W. F. SCHUMAKER, uiterlijk daags te voren. b. HARDLOOPEN MET HINDERNISSEN, door jongens van 14 tot 17 jaren, aangifte bij den Heer P. BOON, Binnenburg, uiterlijk daags te voren. c. TOBBESTEKEN, door mannelijke personen boven den leeftijd van 16 jaren, aangifte bij den Heer C. A. WITTE, uiterlijk daags te voren. Uitreiking van prijzen in Café „Parkzicht." 's Avonds 9 uur. opgeluisterd door muziek. De feestcommissie J. DE JONGH, Voorzitter. C. RAB, Secretaris. Het Bestuur van de Landbouw, C. KEIJSER Pz., Voorzitter. P. K. BREMER, Secretaris. J. W. ROELOFFS, 2' Secretaris. Vrij naar 't fransch door A. B. EERSTE DEEL. 15. Hoofdstuk V. Op dit oogenblik droeg z0 er zorg voor haar man zooveel mogelijk te vertoornen. Men houdt er nu eenmaal niet van tot iets gedwongen te worden om te doen, en dit maakt de zaak zelf reeds al minder mooi. Welnu aan dezen vader te bewijzen, dat hü zgn zoon niet kon weerstaan, stond gelijk met hem een ware haat te doen opvatten voor Robert. Rostang antwoordde niet, maar bromde als een hond, die men een kluif ontneemt. Mejuffrouw Plinchart gaf echter den moed nog niet verloren dcch vervolgde op dezelfde vleierige toon, ten einde daardoor eenige bijzondere familie omstandigheden te vernemen, waarnaar zij niet rechtstreeks durfde vragen. Kom, kom, wees redelijk. Misschien heeft de jongen wel bijzondere plannen?... Hjj denkt er misschien aan een eigen huishouding te beginnen, te gaan trouwen. Rostang sprong op. Z|jn grootste grief - zeer gerechtvaardigd waarlijk- tegen Robert, was juist het gebrek aan vertrouwen voor z|jn vader. - Laat hjj het dan zeggenLaat hü m(j ten minste eenige verklaring geven, laat h|j dan zich verwaardigen z|jn afschuwelijk gedrag te veront schuldigen I Een diepe zucht ontsnapte aan de borst van de ex mejuffrouw Plinchart. Ach, mijn vriend, mompelde zij. Wat wilt ge toch? De wet is in het voordeel van uw zoon. Maak het u dus niet onaangenaam ter wille van het geld/ Hoeveel eischt h|j van u Eindelijk was zij dan gekomen tot het doel van al haar omwegen. Het getal Dat was het wat voor de „belangelooze" het voornaamste was. Ongelukkig genoeg, antwoordde Rostang haar niet H|j ging geheel op in zjjn toorn en scheen niets te hooren van de woorden, die tot hem werden gericht. Mejuffrouw Plinchart sloeg nu een vragende blik naar Raymonde, die bezig was met het nederlaten van de gordjjnen. Het jonge meisje scheen haar vader metdeoogen te raadplegen voor antwoord te geven, daarop zei z(j, klaarblijkelijk er niets in ziende de waarheid te verzwijgen Ouze moeder heeft mjjn broeder en mg een zekere som nagelaten, welke echter niet zeer nauw keurig kan worden bepaald, omdat er geen inventaris is gemaakt, maar die ongeveer veertig duizend francs bedraagt' En ge hebt dat geld in uw vaders handen gelaten Ja, mevrouw. Uw broeder verlangt dus z|jn deel, dat is twintigduizend francs? Helaas, ja, naar het schijnt. En gij, Raymonde? O, ik, ik vraag niets en zal ook nooit iets vragen. De ex-mejuffrouw Plinchart dacht blijkbaar na, eensklaps fronste zij de wenkbrauwen. Z(J bedacht dat Rostang dus zelf niets moest bezitten, maar dat hfl leefde van het geld zijner kinderen, daarom wilde hjj dus ook al geen drukte maken voor hun huwelijk doch alles in de grootste eenvoud en stilte doen plaats hebben, geen cadeaux en geen huwelijksreis vau eenige beteekenis zelfs Toen z|j met Rostang huwde had zij het beschouwd als een bewijs van zuinigheid en zij had toen b|j zich zelf bedacht, dat de gierigaards dikwerf ten minste deze eene deugd hebben veel geld aan hun weduwen achter te laten en zij verheugde zich reeds in het vooruitzicht, binnen een niet al te lang tijdsverloop als weduwe achter te blijven; verrijkt met een aanzienlijke som gelds en nu? Daar zij niet ronduit haar gedachten kon uitdrukken en evenwel toch een onoverwinlijke neiging had ten minste iets onaangenaams te zeggen, zei zi) op honingzoeten toon Leon, deze kinderen waren tot heden modellen van vertrouwen. Weinig jongelieden zouden zoo lang gewacht hebben met te onderzoeken hoe groot hun vermogen was. Ik raad u dus aan het verlangen van uw zoon te voldoen. Rostang, die door deze rechtstreeksche toespraak gedwongen werd te spreken, bromde ongeduldig: Voldoenmjjn zoon voldoen, dat is gemakkelijk te zeggen/ Daarvoor heb ik twintigduizend francs noodig, en twintigduizend francs zijn geen twintig duizend stuivers. Waar moet ik ze van daan halen? Wel mfin vriend... waar z|j zijnwaar ge ze hebt gelegd. Deze zoetsappige toon min of meer ironisch, maakte Rostang nog meer vertoornd. Och wat, zei hü, ik dacht dat je verstandiger waart in zaken.Zooals ge wel weet is het maar zoo gemakkelijk niet uit de zaken geld te halen. Ik begrijp het niet. Kom, kom, weet ge dan niet, dat onze zaak is opgericht met het geld van müne eerste vrouw? Wat?... Mejuffrouw Plinchart lachte niet meer. Een zekere ongerustheid maakte zich vau haar meester. Zü zag in de woorden van haar man iets min of meer duisters, dat haar eensklaps een voorgevoel krügen deed van een onheil, dat hen zou treffen. Haar stem veranderde min of meer toen zü vroeg; Goed. Maar dat wat niet tot de zaak behoort? Want er is toch wel meer dan enkel de goederen uit den winkel? Rostang meende, dat zü wilde spreken over een groot pak aandeelen van een gefailleerde onder neming, die hü nog bewaarde als een aandenken aan vroegere rükdommen. Ba, zei hü de schouders ophalende. Geheel verloren (waarden. Geen centime ie er ooit meer van te halen. Dat weet ik wel, dat bedoel ik ook niet, mompelde de ex-mejuffronw Plinchart, wier angst meer en meer zichtbaar werd. Laat eens zien, Leon, verklaar u nader. Het magazün hieraan wien behoort dat Wel, aan mün kinderen, de erfgenamen hunner moeder: Zü beefde sterk, maar beheerschte zich nog. Eu om elk zün deel te geven Is eene liquidatie noodig Maar dat mag niet, want de zaak gaat goed. Gü moet het deel van uw zoon koopen en zelfs later ook dat uwer dochter. Ik kende die voorwaarden niet. Ik wist niet, dat ik bü anderen werkte als een huurlinge. Dat staat mü niet aan. Ik wil bü mü zelf z(jn, Wordt vervolgd.) Snelpersdruk - LANGEVELD ft DE ROOU Texel:

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1895 | | pagina 4