BoomuscH.
Johs M. Verschure Zoon,
ROTTERDAM, OOSTERHOUT en ANTWERPEN,
openen
AMSTERDAM.
LANDÏiOÜW
BOÏERWAAC,
Men vrage prijscourant.
Door aankoop
eener groofe partij Kolen en Coakes
Margarinefabrikanten.
2 SEPTEMBER a. s.
Kantoor en Magazijn
Feuilletons
©I B©^
A. DROS Albzn.
Te koop of te huur:
DIENSTBODE
Yoorloopig adres aldaar:
O.Z. VOORBURGWAL 216-218.
Spoorstraat 56 HELDER.
Afd. TBXEL.
VERLOTING van Vee enz, bij gelegenheid der
Tentoonstelling op F Sept. a. s.
Vrij naar 't franscli door A. B.
Goedkoops to ea beate adres voor 3tukjes
ROOKVLEESCH is
ben ik in de gelegenheid tegen zeer lage prijzen
te leveren
puike Rulir-Kaclielkolen per M L, f 0.75
grove Eng. - 0.78
Eng. Coakes - 0.55
Eng. Antraciet - 1.50
Levering van boord haven Oudeschild in Sep
tember as.
Later verkrijgbaar uit de pakhuizen a. d.
haven te Oudescliüd en te den Burgmet bijre-
kening der onvermijdelijke kosten.
De prijzen zijn berekend a contant
p P Bovengenoemde antraciet is van de
beste qualiteit en heeft de gewenschte
afmeting van 30/50 m.M.
Daar er vele soorten antraciet bestaan is het
raadzaam, alvorens te koopen, proefmonsters
(b. v. van één H.L.) te nemen.
Een flink onderhouden WOONHUIS en
ERF, te bevragen bij den eigenaar
P. C. FLENS, te Oiidesckild op Texel.
GEVRAAGD 6en nette
die met de wascb kan omgaan.
Adres: LUIJTZEN, Boterwaag HELDER,
Spoorstraat 56.
De Commissie voor de verloting brengt ter
kennisse van belanghebbenden, dat men besloten
heeft voor de verloting aan te koopen, behalve
de hoofdprijzen op de biljetten vermeld, de
navolgende Land- en Tuinbouwgereedschappen,
als: Veevoederkooktoestellen, Greppelploeg, Room-
tonnen, Haatemmers, Helk-transportkannen,
Storm en Veiligheidslantaarns, Zongapparaten,
Bascules, Hjukoekenbreker, Wateifüter, Familie
schalen, Gewichten, Hooi- en Mestvorken, Schop
pen en Graven, Tuinharken en Schoffels; verder:
Zoetemelkskazen, Kruidkazen, Koe- en Schapen
boter, Potkaas, Weidegge, Kippen en Eenden,
Hoofdstel, Reisdekens, Halsters enz. enz. en zulks
alles naar gelang dat de loten verkocht worden.
Texel, 21 Aug. 1895.
De Oommissie.
TE
EERSTE DEEL.
16. Hoofdstuk V.
Rostang beschouwde haar met schrik. Hy begon
te begrijpen dat er een zeer groot misverstand
tusschen hen beiden moest bestaan.
Maar waarmede wilt gjj dan, dat ik die deelen
koop 7 mompelde hy.
Wel met uw eigen geld.
Myn geld/
Ja.
O, o,Myn geldlWelk geldIk bezit niets.
Gy gy O, dat is al te sterk I
Mejuffrouw Plinchart was doodsbleek geworden
en keek haar echtgenoot met ontstelden blik aan)
terwyi zy herhaalde:
O, dat is niet mogeiykIk word nog gek.
Rostang hernam echter:
Ge weet dus niet, dat ik vroeger niet alleen
myn eigen geld tot den laatsten stuiver toe heb
verloren en bovendien ook nog do helft van het
geld myner vrouw? Wy hadden toen niets meer
dan wat er van het geld myner vrouw was over
gebleven. Al wat hier is maar kom, gy moet het
wetenAl wat hier is, tot de geringste voorwerpen
voor de huishouding toe, is my in vruchtgebruik
gegeven maar behoort wettig aan myn kinderen.
De beide echtgenooten keken elkaar scherp aan.
Ge eet dus het genadebrood?
Raymonds was verontwaardigd over dit gezegde
en kon niet nalaten er tegsD op te komen.
Kinderen, zei zy, zyn alles aan hun ouders
verschuldigd mevrouw, en biyven eeuwig hun
schuldenaren, wat er ook mocht gebeuren. Maar
zooals myn vader u zooeven reeds heeft gezegd: de
wet wyst ons aan als de eigenaars van dit alles,
ofschoon wy van het recht er op geen gebruik willen
maken. Indien ons de goede God nog eenige maanden
langer ons geliefde moeder had laten behouden, zouden
wy nu haar werk niet behoeven voort te zetten.
Alles wat hier is behoort aan vader. Is het niet
zyn geest, die alles heeft doen ontstaan?
Rostang viel het jonge meisje met een gebaar in
de reden. De woorden van het goede meisje deden
hem zeer aangenaam aan, maar hy wilde niet, dat
zyn dochter zich in zulke onaangename twisten zou
mengen, te meer nog omdat hem bleek, dat er nog
iets in de zaak duister was en hy dit eerst in het
licht wilde brengen.
Hiervoor had hy echter groote kalmte noodig en
niet minder wilskracht.
Kyk eens hier vrouwbegon hy.
Deze liet hem niet vervolgen maar riep woedend uit:
Hoe, ge durft my daar zoo maar kalm weg te
bekennen, dat ge zoo arm zyt als een kerkrat? en
dat ge mymy hebt overgeleverd aan de willekeur
uwer kinderen, die my dageiyks doen gevoelen, dat
zjj my haten?
Ge wist toen gy my huwdet.l
Ik wist niets van dit alles Gelooft ge, dat ik u
getrouwd zou hebben als
Zy beet zich op ds lippen, begrypende, dat zy zich
daar door haar toorn byna had laton verleiden een
dwaasheid te zeggen. Zy beproefde een weinig haar
fout te herstellen door huilende te zeggen
En ik die zoo vol vertrouwen was Ik, die geen
contrakt wildeGemeenschap van goederen.
Rostang liet zich echter door dezen klaagtoon niet
bedriegen, en bovendien verried haar geheele houding
haar grootè toorn.
Ge zult zeker wel niet kunnen ontkennen,
mevrouw, zei Rostang koel, dat ge er voor ons
huweiyk meermalen op hebt aangestaan alle zaken
maar te behandelen na ons huweiyk, ofschoon het
vorkieseiyk ware geweest de geldzaken toen te
hebben behandeld en niet nu. Een of tweemalen
heb ik nog beproefd dat punt aan te roeren: Gy
wildst niet naar my luisteren Go beweerdet genoeg
er van te weten door hetgeen mynheer Chamblain
u had verteld. Ge wildet niet anders trouwen dan
in gemeenschap van goederen. Ge had er een afkeer
van voorwaarden te stellen en ik, daar ik wist, dat
ge nog iets medebracht in de gemeenschap, was diep
getroffen door uwe belangeloosheid.
Rostang hield plotseling op. De herinnering aan
het verledens vergeleken met het teganwoordige
deed hem smartoiyk aan.
Het onverwacht voorval thans in vereeniging met
de honderd andere kleine onaangenaamheden, die
hy al sedert zyn tweede huweiyk had ondervonden,
hadden hem de ocgen geopend.
Hy had nu de waarde van zyn vrouw leeren
kennen. Hy zocht haar nog te verontschuldigen. Hy
kon zich nog niet vereenzelvigen met de gedachte dat
zyn geluk zoo kortstondig van duur zou zyn.
Hy zag thans duidelyk in door den liuweiyks-
makelaar bedrogen te zyn ten opzichte van mejuf
frouw Plinchart. Hy zag in, dat dezej-ook door den
makelaar was misleid en thans hoogst waarschyniyk
hem als diens medeplichtige beschouwde.
Deze gedachte was verschrikkeiyk voor den eeriyken
man en rechtvaardigde ten deele in zyn oogen de
verontwaardigingen de heftigheid van deexmej uffrouw
Plinchart.
Daar deze zich niet verwaardigde hem te ant
woordde maar alleen toornig en verachteiyk de
schouders ophaalde, vervolgde hy op byna smeekende
toon:
Gy beschuldigt my tcch niet, wel Louise, dat
ik u bedrogen heb Ik zweer u, dat ik er zelfs
nooit aan gedacht heb u uit berekening te trouwen.
Voor het overige heb ik het u bewezen door sedert
ons huweiyk geen geldzaken tusschen ons te
behandelen. Ge hebt uw winkel in de straat La
Fayette naar uw eigen goeddunken verkocht. Ik
heb u zelfs niet gevraagd voor hoeveel geld? en ook
niet welk gebruik ge van dat geld wildet maken
Lieve vrouw, ik bezweer u, dat een misverstand
tusschen ons bestaat en de valschheid van anderen
ons geluk bedreigt/ Laat ons vry tegen elkander
spreken. Als ge eenige grief tegen my hebt, zeg
het my dan, opdat ik het wete en my kan verdedigen/
Had men u niet ingelicht, omtrent de byzondere
verhouding, waarin ik staan tot myne kinderen?
Als ge het my had gelaten, had ik het u zelf wel
verteld.
De zachtheid en teederheid van deze woorden zouden
ieder ander dan de ex galanteriehandelaarster zachter
hebben gestemd.
Laatstgenoemde echter die getroffen was in datgene
wat haar het meest dierbaar washaar eigenbelang,
en die geheel buiten zichzelf was van toorn antwoordde
snibbig
Men heeft my niets van dat alles gezegd, in't
geheel niets, dan enkel dat ik te doen had meteen
zonderling. Men heeft my tot dit huweiyk gedrongen.
Men heeft my uw winkel getoond. Kon ik vermoeden
dat niets er van aan u behoorde? Men heeft my
bedrogen. En ik, dwaas die ik ben, heb verzuimd
voldoende inlichtingen in te winnen, O, ik heb
ongelyk my zelf te beklagen. Het is myn eigen
schuld. Een huweiyk uit berekening kan op zulk
eene wyze niet worden gesloten.
Leon Ristang zag zich zyn laatste hoop ontnomen.
De liefde die liefde waarmede men hem had
betooverd, bestond niet, had nooit bestaan. En men
gaf zich zelfs in 't geheel geen moeite om dit te
verbloemen.
(Wordt vwvolgd)
Snelpersdruk - LANGEVELD ft DE ROOU Ttxd.