BOCKBIER. FELICITATIEKAARTEN Vtrtrüitat BierMtslarij „ie Peel." le twaliteit yarkensvleesch, prooi;; Ham 35 ct., Rooiworst 40 cl, RooïvleiM 41) et., cerooit Spel liii 5 en 10 pond 27/4 ct per 5 ons. Deze FelicitaMaarten znllen wij veiirlbaar stellen Feuilleton. De Opoffering van Raysnonde. Groote voorraad Voor iedereen! voor slechts 2§ Cents per stuk, 5 stnks 11 ct., 10 stuks 20 ct. eerste kwaliteit Hoofdkaas. Leyerwokst 20 et. de 5 ons. OPRUIMING Dagelijks verkrijgbaar K. Pereboom. Wij hebben in bewerking voor den Nieuwjaarsdag. Voor de dorpen wederverkoop er s gevraagd. i Vervolg van De Rostang's. li DAGELIJKS VERKRIJGBAAR J. P. KIKKERT. bestaande in: Debbalken, Dekdeelen, zware Kielbalken, eiken Huidplanken van af 2 Va by 15 tot S'/3 bij 20 Amst. Maat. Voorts: zware en ligte Palen, Brandhout, enz. Dagelijks te zien by A. VAN DER POL, Scheeps- slooper aan het ZAND, Gem. ZIJPE. Voorts ligt en zwaar Kettingwerk, Blokken, enz. ZEER GOEDKOOP. voor veel verminderde pry zen van eene party WOLLEN GOEDEREN, bestaande in: binder-en Vrouwenkapers, Mersenlappen, Dasjes, Mofjes, Kinder-Tricotpakjes, Winterpoolen voor kinderen en volwassenen. Al deze goederen worden gedu rende de maand December opgeruimd. k contant 5% korting. Aanbevelende, UE. Dw. D. Pk. VLESSING. KOOP: elk ongeveer 165 kilo zwaar, C. VEEGER Jsz Hoorn—Texel. Deze kaarten zyn in den vorm van gewone Briefkaartenaan de voorzyde ingericht tot het schryven van adres en van den naam van den afzender. Aan de keerzyde eene gravure als op onze bekende geïllustreerde Briefkaart- formulieren en een toepasseiyk versje met betrekking tot het Nieuwjaar. Deze kaarten behoeven slechts van een 1-cents postzegel te worden voorzien, om per post te worden verzonden. Iets meer eigenaardigs is voor Texel niet te bedenken en ongetwyfeld zullen velen hiervan gebruik maken, om hunnen Nieuwjaarsgroet aan vrienden en kennissen hier en elders, bekend te maken. 44. Eoofdstuk III. Hö hielp bijvoorbeeld zoo nu en dan eensklaps somwijlen lieden, die dien hulp in het geheel niet waardig waren, lieden die door eigen schuld door zeer lage daden geruïneerd waren. H)j moedigde gaarne hen aan, die hem om raad vroegen, namelijk wanneer hy daardoor kans zag ze in groot gevaar te brengen. Hij dreef ze naar het kwade als een soort van duivel in menscheiyke gedaante: Het schoonste en reinste had by hem zelfs geen genade, hy kon niet nalaten het te belasteren en te belagen. Het eigenbelang, beweerde hy, ziedaar het eenige ware in deze wereld, alles is daaraan onder worpen want ieder jaagt naar een zeker doel voor hem van belang, dit doel moge dan meer of minder duideiyk voor den dag komeD, maar het is er altyd in ie vinden. Spreek my niet van belangeloosheid, noem maar geen voorbeelden van braafheid en reinheid van zeden, want er is geen deugd, die niet bezwykt voor het goud. Alles is te koop. Alles kan men betalen, het geweten even zoo goed als iets anders. Het komt er slechts op aan den persoon tr die het wil betalen en vooral die het geschik weet te kiezen. Het goede is alles t niet Biecht w„ is en het slechte is alles wat door oo jus:; .e mo-ü j eigenschappen, verhinderd worden. Vruchten te stelen uit oen boon ,s"d is strafbaar, maar bederf iemands levens- ge'uk, richt hem geheel ten gronde, dat is goed, want waar is de wet, die dat zal straffen? De wetten te kennen en het zoo weten aan te leggen, dat men niet kan vallen onder in een der daarin opgenomen artikelen, dat is de eenige ware moraal. Hy was een waar menschenhater geworden, maar daartegenover stond dat hy een zeer zonderling medelyden had opgevat voor afschuwwekkende dieren; Hy had zelfs beproefd een vereeniging op te richten tot bescherming van ratten, spinnen, slakken, enz. Hy had echter geen leden voor zyn vereeniging kunnen vinden. Ook was het zonder twyfel om zyn beschermelingen te wreken, dat hy niet kon nalaten, wanneer hy een hond, de getrouwe vriend van den mensch, op zyn weg ontmoette, een schop te geven. De plaats waar hy het meest zyn ondeugd bot vierde was zeker wel het gebouw der assurantie- maatschappy de „Universelle." Men had hem eens moeten zien wanneer hy schynbaar doelloos door de verschillende kantoren liep, vooral rondziende en achtslaande op de kleinste by zonderheden die men juist het meest verborgen waande en men had dan eens er by moeten zyn, dat hy de gelegenheid waarnam om te critiseeren, te berispen en te doen straffen. Hoeveel ongelukkigen waren er niet geweest, het ongeluk hadden gehad aan den dwingelam mishagen, die zonder eenige waarschuwing staanden voet maar waren weggejaagd, enkel zyn rapport. Men noemde hem onder elkaar „de woede krab," en deze bynaam was na zyn ontstaan by lagere klerken langzamerhand ook gekomen tot de voornaamste onder hen, ja dikwerf gefcer hot, dat zelfs de leden van het bestuur dien n. zich byna lieten ontvallen, want ook dezen hiel in 't geheel niet van den deugniet, die altyd, ter. een glimlach hem om de lippen speelde, in staat 1 iemand in het ongeluk te storten. Het meest te beklagen was zeker wel hy, gedurende drie honderd dagen per jaar met h onder zijn o. r niddeiyk toezicht moest werken, gel aan zyn willekeur overgeleverd. Geen een was er geweest, die het er langer enkele maanden had kunnen uithouden en de laai was van verdriet gestorven. Terwyi mynheer Lezin zyn blik liet wyden o het overige personeel van de maatschappy had nu Robert Rostang uitgekozen om zyn overlei slacht; fier op te volgen. De goede jongen, die by zyn kameraden zeer gez was, werd diep door hen daarover beklaagd. Man wist maar al te goed, dat de gebochd deugniet jaloersch was op ieder, die door de nati met meer uiteriyke schoonheid was begiftigd hy en dat hy gewoon was den begunstigde dit een maar al te gevoelige wyze te laten gevoelen Maar, - en dit zyn altyd de meest onbegrypelfl zaken op deze aarde, - juist het tegendeel had tha plaats van hetgeen verwacht werd. Verre van zyn dienaar te kwellen, maakte mynhi L9zin er zich een vriend van, ten minste vt zoover zulks mogeiyk was voor hem als chef het jonge mensch. Een zekere vertrouweiykheid ontstond er tussch den kassier en Robert, die als gevolg van de goe opvoeding daar geen misbruik van maakte. In den vryen tyd maakten zy samen dikwerf e praatje over allerlei dingen van meer of mini beteekenis. De jonge nran vertelde hem dan de anecdol welke hy in een of ander strooiblaadje had gelei en wist meermalen zyn chef een glimlach op lippen te brengen. Byna iederen dag verlieten zy samen het kanto en gingen zy een deel van den weg naar huis sami afleggen. Meermalen had mynheer L9zin, Robert by zii doen komen, om rekeningen af te sluiten, een balai op te maken, of wat meer gebeurde, om hem helpen aan de redactie van een klein werkje ovi de rekenkunde naar een nieuw Bysteem,waarvan bultenaar de uitvinder was. Op die dagen werd Robert geregeld door zyn ct uitgenoodigd om by hem te dineeren. Door welk mirakel was Robert zoo in de gut gekomen van dien wantrouwenden menschenhater, zich gelukkig gevoelde in zyne eenzaamheid, die alk wat gosd en edel was een doodeiyken haat schei toe te hebben gezworen - Door zyne natuurlfll die hem zonder eenige inspannii het doel deden bereiken, waarnaar door anderen vergeefs was getracht. Robert was goed van inborst, zeer toegevend voa gebreken van anderen, altyd rondborstig en vroolj verder vergat hy zeer gemakkeiyk de beleedigit hem aangedaan, doordat hy moeielyk kon geloovi aan het slechte, maar zeer gemakkeiyk aan het goed by de menschen. Zyn goede moeder had hem steeds voorgehouds medelyden te hebben in de eerste plaats met gebrri kigen en grysaards. zonder hen echter dit medeiyds al te duideiyk te toonen. Hy had leeren omgas met zulke personen en hunne zwakke zyde leert kennen, en daardoor had hy zooveel voor by i{ voorbygangers. Misschien was het wel de eerste maal, dat mynheL Lezin gedurende zyn geheele leven iemand ontmoetti die hem niet achter zyn rug bespotte. De jonge man verdroeg van dezen gebrekkigs man, wat hy van een ander niet zou hebben kunns doorstaan. Voor den gebochelde, die hem nietbw scheen te kunnen maken, had hy een geduld t vergevensgezindheid, die men aan zieken en kinders moet toonen. Wordt vervolgd.) Snelpersdruk - LAN GEVELD k DE SOOIJ Ta zi

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1895 | | pagina 4