Verduurzaamde Levensmiddelen en Roomboter, - Schelpkalkfabrlik, Alles oiislnltenS eerste kwaliteit pel. Friisconranten ep aaivrap verirüitiaar. Koopn ra omlnie plaatsen lie f 15 contant besteden wit ie reistesten verpei. „IlllSllBUlS." in iet perceel genaamd „DE BOTERVAAG" en tins bewooni door lei ieet Jb. VOEL BERICHT. VruchtboBmen, Conifeeren, Bloeiende Heesters, extra fijne soorten Strnibrozen, prachtige zware Stamrozen in 200 verschillende soorten, Woud- of Plantsoenboomen. A. A. HES. een FILIAAL te openen in den Spoorstraat te den HELDER, Feuilleton. VERGIFTIGD. W. F. STOEL ZOON, ALKMAAR. De ondergeteekenden berichten, dat bij hen tegen scherp concurreerende prijzen zijn verkrijgbaar alle soorten Tevens belasten zij zich met het aanleggen en onder houden van TUUNINI ©d PLAIN)T8@IN!INI# snoeien, enten, hakken van alle soorten boomen en heesters, liet vemaiflip van EOÜQÜIÏÏEN, BLOEMENMANDEN, GRAFKRANSEN enz. Voorts alles wat tot den tuinbouw behoort Yoor net en vlug werk zal worden zorg gedragen. Aanbevelend J- BIJK> Molenstraat. AanDeveienci, j RIJKjZi) Centraal KLEEDER- en MANTEL-MAGAZIJN. Specialiteit in moderne Heer en- en Kinder-Confectie. Dames-Mantels en Jaeger-Ondergoederen. KANAALWEG 107f Stoomfabriek van ALKMAAR. (HOLLAND). Heeft de eer de ontvangst te berichten van een schoone sorteering DEMI-SAISONS, in alle kleuren en kwaliteiten, van af f 6 75 tot f 88.00, REGENJASSEN met en zonder PELLERIEN. NAJAARSMANTELS, DAMES en KINDER WINTERMANTELS, HEEREN en DAMES JAEGER ONDERGOEDEREN. WiSSfr** Voor ®EMI"SA-IS0NS en WINTERJASSEN naar maat een elegante sorteering Stalen en Stoffen. Steeds in voorraad de echte van ouds bekende Leidscbe Doffel van de Firma J. J. Krantz Zoon van Leiden. Voor nette afwerking en goed model wordt ingestaan. De Directie van bovengenoemde fabriek heeft de eer aan het geachte publiek te berichten, dat zij voornemens is in het begin van NOVEMBER a. s. Nanst hare conserven en Roomboter zal zij in haar filiaal verkrijgbaar stellen alles wat mag gerekend worden tot den COHflESTIBLE-HANDEL te behooren. Zjj zal er zich 1<i hoofdzaak op toe leggen PUIKE KWALITEITEN tegen CONCURREERENDE prijzen te leveren en houdt zich ook bij H.H. Winkelieren en Grossieren beleefd aanbevolen. ALKMAAR, 27 Oct. 1898. Hoogachtend, DE DIRECTIE, EERSTE DEEL. Hoofdstuk IX. Ge zoudt willen Ik wil, dat wQ door een priester verbonden zullen worden, opdat ik, wanneer men mQn geluk zou willen vernietigen en mij dwingen een anderen man te huwen, zou kunnen zeggenTe laat, Mas Adolphi is reeds mQn echtgenoot, de kerk heeft onze verbintenis gezegend. En dan kunt, dan moet gQ aan mQn zQde komen om mQ te besehermen. Dat wil ik en dat zal ik ook, zeide Mas vast beraden, maar mag ik dan nog het geheim niet kennen, dat gQ voor mQ verborgen houdt? Nog vier-en-twintig nren moet gQ wachten. Belooft gQ mij, dat gi) zoolang geduld ault hebben. - Ja. - 't Is goed, tot morgen dan. Z|j omhelsden elkaar lang en innig. Hoofdstuk X. In den morgen die volgde op den avond waarin de spitsboef Robert Pattycoat, bijgenaamd de lange Bob, aan de gravin De Persigny voor veertig duizend mark den brief van den zelfmoordenaar Edward Crall verkocht had, trad de dame bleek en opgewonden de kamer van haar dochter binnen, Olaria zat op een sofa te lezen. B(j het binnenkomen der gravin sprong z|j op. - Ah/ mamat - Schrikt g|J van mQ vroeg de gravin stroef. Ja, het is mogelijk dat ik er niet vriendelijk uitzie maar de berichten die ik ontvangen heb, zijn dan ook wel in staat iemands stemming te bederven. - Om Godswil, wat is er dan gebeurd vroeg Olaria. - GQ hebt het aanzoek van mr. Crall afgewezen. - Omdat ik hem niet bemin, ik kan mQn hart niet dwingen, - Welnu, de arme man heeft zich dat zoo st< aangetrokken, dat hQ dood is. Olaria verbleekte, - Is mr. Crall dood - HQ hseft zich om het leven gebracht, i kwartier geleden was z(jn bediende hier, oinhet mee te deelen. Zjjn dood zal n wel aangenaam - O mams hoe kunt ge zooiets van mfj denk riep de jonge gravin bedroefd. Ik zou mQ kunnen verheugen over het noodlot uiteinde van een menscb, ook al beminde ik h niet - Nu ja, met die valsche gevoeligheid kunt misschien anderen miBleiden, maar m(j niet. {Ik t die huichelarQ reeds doorzien. Gravin Olaria richtte zich in haar volle lengte en zag haar moeder onverschrokken aan. - Huichelen kan ik niet, zeide zQ, want andi zou ik u misschien gezegd hebben dat ik uliefh Ha eindelijk vertoont ge n toch eens in nw wi gedaante, als m|jn vijandin rièp de gravin De P signy, terwijl haar boezem zich ontstnimig bewot Het doet mQ genoegen dat het nn eindelQk ei tusschon ons tot een duidelQke verklaring kor GQ zQt helaas mQn dochter, ik kan n das niet r mün hnis wegzenden. - Neen dat kunt gQ niet, hernam Olaria, wj ik ben een gravin De Persigny. DikwQls heeft mQn vader togen mQ gezegd d ik dat nooit mocht vergeten, dat ik altQd moe handelen volgens de inspravk van mQn hart, dat de eer nooit uit het oog verliezen mocht De gravin begon te beven, toen haar dochter ov den overleden graaf De PersigDy sprak, maar i herstelde zich bQna terstond en zeide spottend - Stel u dan maar tevreden met de nagedael tenis van uw vader, uw moeder hebt gQ dan nii noodig. MQ is het zoo bQzonder aangenaam. TV zullen onze verhouding hier in huiB zoo regelei dat wQ elkaar niet meer behoeven te ontmoeten. De gravin De Persigny verliet hoog opgericht hi vertrek. Het was voor Olaria een verademing dat has moeder weg was. - Goddank; dat zQ voornemens is mQ te ont wQken, mompelde Olaria. Misschien doe ik er zond aan, maar ik haat die vrouw. Woenend viel de jonge vrouw op een stoel neei Langen tQd bleef zQ daar onbeweeglQk zitten. Er werd geklopt. Haastig droogde Olaria haar tranen en riep: - Binnen! Hoofdstuk XI. Het was de ridder De Beaucourt, die de k»mar v*i gravin Olaria binnentrad of neen, hQ was het eigen lQk niet. De onde, gemoedelQke man, dien wQ onder der naam van ridder De Beaucourt kennen, was verandert in een dandy. De magere, hoekige gestalte van du ridder stak nu in een meesterlQk gesneden en mei veel zorg gewatteerd costuum naar de laatste mode lichte glacé handschoenen bedekten zQn handen ei iQn voeten staken in fijne, verlakte bottines. In de eene hand had hQ een overdreven dikken wandelstok, in de andere een cylinderhoed, ook naai het nieuwste model. Maar al die veranderingen waren nog niets ie vergelQking met de veranderingen die zQn hoofd had ondergaan. Geen zilver draadje, hoe klein ook was er in xQn haar overgebleven, alles was gian«anri zwart en zQn knevel krulde sierlQk. Van de geli perkementachtige gelaatskleur dei ridders was ook niets meer te bespeuren, een dnn laagje rood kleursel gaf er een bedrieglQke schQn van jeugd aan. In één woord, de ridder De Beaucourt had een totale gedaanteverwisseling ondergaan, van een oud man was hQ in een jongmensch veranderd. Een jongmensch van twee-en-zestig jaar/ BelachelQk, Ja, maar in zekere kringen behoort het belachelQke tot het gewone en wie zich nog dwazer aanstelt, wordt „origineel" genoemd. De ridder naderde beschroomd, als vreesde h(j voor den indrnk, dien hQ op de gravin zon maken. Eerst scheen Olaria tot lachen geneigd, maar daarop was sr dnidelQk afkeer op haar gelaat te lezen. - Vergeef mQn dwaasheid, zeide Beaucourt maar ik moet het wagee mQ in mQn nieuwe gedaante aan n tè vertoonen. Olaria bekeek den ouden heer van hoofd tot voeten zQ kon hxar oogen bQna niet gelooven. - Inderdaad ridder, een dwaasheid, sprak zQ tsn slotte. Met welk doel [hebt ge u zoo potsierlQk uitgedost sn haar en gelaat gekleurd - Ja, ik zie er potsierlQk uit, zuchtte do ridder De Beaucourt, maar ik kan niet anders, de gravin heeft het mQ aanbevolen. In den winter van mQn leven, moet ik nog eens de lente er van doorleven; - Op bevel der gravin? vroeg Olaria verwonderd en ontstemd. - Ja. - Maar zQt gQ dan eën bediende van die vrouw - Een bediende? Die kan nog een anderen miester zoeken, wanneer hem bevelen worden ge geven. die hQ niet ten uitvoer wil brengen. terwQi ik,..; - Maar dan zQt ge nog minder dan een bediende dan zQt gQ oen slaaf, De ridder haalde de Behouders op. IWtrdt vervolgd,) Snelpersdruk - LAN GEVILD Dl ROOU- Texel 24

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1898 | | pagina 4