N°. 1255. Zondag 10 September. A". 1899. Nieuws- en Advertentieblad. Binnenland. Dit blad verschijnt Woensdag- u Zaterdagavond. Abennemtnitprö» per 8 maanden Voer bw Bros SO Ota. - Frame per pul deor ga haal Nnnun 41 Ota. Nui Amibika an under# landen met Terheesing der perte'a. AdvertentlSn vóór it nnr op den dag dor nltgave. Prtfi der Adurientitn Van 1 tet B regela SO Ota. - Iedere regel meer Ota. greet# lattera en Vignetten werden naar plaatsruimte berekend. Bewgenammere 8 Ota. per nnmmer. ABONNEMENTEN on ADVIRTENTlEN words* aangenomen bij do Uitgmrt LANGIVELD A 11 ROOII, Farlatraai, Bvaa or Tixbl BESMETTELIJKE VEEZIEKTE. De BURGEMEESTER van TEXEL herinnert belanghebbenden aan het bepaalde, vervat in de artt. 13 en 14 der wet betrekkelijk het Veeartsenij- kundig Staatstoezicht, luidende: .Wanneer zich bij eenig stuk vee" waar onder ook varkens worden verstaan, .ver schijnselen van eene besmettelijke ziekte .openbaren, is de houder of hoeder verplicht, .daarvan onmiddelijk kennis te geven aan den .Burgemeester der gemeente, waar het vee .zich bevindt (art. 13). .Een stuk vee, dat verschijnselen eener be smettelijke ziekte vertoont, moet onmiddellijk .door den eigenaar, houder of hoeder van het .overige vee worden verwijderd en zoolang .afgezonderd gehouden worden, tot dat daar- .omtrent door den Burgemeester, in overleg .met den districts-veearts of, bij afwezigheid .van dezen en van een districts-veearts-plaats- .vervanger, in spoedeischende gevallen met .eenen geëxamineerden veearts overeenkomstig .de bepalingen dezer wet zal beslist zijn (art. 14). Overtreding van art. 13 wordt gestraft met geldboete van ten hoogste f 75 en van art. 14 met hechtenis van ten hoogste een jaar of geld boete van ten hoogste f 500, terwijl roerende voorwerpen (waaronder ook vee wordt verstaan), waarmede de overtreding heeft plaats gehad, aanstonds of zoodra mogelijk in beslag worden genomen en door den rechter bjj veroordeeling verbeurd worden verklaard en voor zooveel in het belang der gezondheid of ter wering van besmetting noodig, de vernietiging of het on schadelijk maken daarvan wordt bevolen. Texel, den 22 Augustus 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Coninck Westenberg, Loco-Burgemeester. J. A. Wesstra, Secretaris. TEXEL, 9 September 1899. Donderdagmiddag ontstond er, door onbekende oorzaak, brand in een schelf kooi, staande bij Driehuizen en behoorende aan de* heer Joh. Keijser alhier. Aangezien er geen gevaar bestond, dat het vuur zich zon uitbreiden, omdat er geen gebouwen of iets van dien aard in de nabijheid waren, werd het onnoodig geoordeeld er met de spuit heen te gaan. Naar wij vernemen was het hooi niet tegen brandschade verzekerd. Het totaal der opbrengst van de ver- kooping van strandgoederen, Donderdag j.I. alhier gehouden, was naar wig vernamen f 685,30. Uit goede bron vernemen wij, dat bij gunstig weer morgen door het faifarecorps een rijtoer zal worde* gemaakt naar de Cocks- dorp en Oosterend. Het vertrek va* den Burg is bepaald op 's morgens 10 uur. Op beide dorpen zal door het corps een concert worden gegeven. Werd Zaterdagavond in onze gemeente de hofstede van den heer Zjjm door het hemel vuur getroffen en trof de bliksem eveneens op verschillende plaatsen vee in de weiden, ook bij het onweer dat Dinsdag woedde, bleef onze gemeente niet geheel verschoond, ofschoon de schade van zeer weinig beteekenis was. Nabij de Koog werd namelijk een hek door den bliksem getroffen, ten gevolge waarvan het geheel is verkoold. Van meerdere onheilen hoorden wij gelukkig niet. Naar wij vernemen zal Donderdag 19 October a.s. 's morgens 11 uur voor de ge meente de loting plaats hebben voor de Nationale Militie. Oüdeschild, 8 Sept. In overleg met den Edelachtbare* Heer Burgemeester, besloten eenige leden van den Schippers- en Visschers- bond alhier, om met een inteekenlijst bij de ingezetenen van dit dorp rond te gaan, om bijdragen in te zamelen voor de ongelukkige weduwe van den in de Noordzee omgekomen schipper C. Burger, van Oosterend. Uitgevoerd van 5 tot en met 7 Sept. 206 schapen, 144 lammeren, 8 koeien en 4 varkens. Oosterend, 9 Sept. De meeste Noordzee- visschers hebben in de afgeloopen week weinig of niets verdiend. Door het minder gestadige en broeilge weder durfden zy zich niet ver van den wal begeven en kwamen telkens voor den nacht binnen. Alleen de groote schuiten bleven buiten en konden daardoor iets meer besommen. In den polder het Noorden wordt thans druk jacht gemaakt op het daar voorkomende waterwild. De vogels, inzonderheid de zich daar ophoudende wilde ganzen, zijn evenwel zeer schuw en moeielijk onder schot te krijgen, zoodat volstrekt niet ieder schot een eend vogel is. Eene uitdrukking, die veel in de samen leving wordt gehoord, doch die evenals zoo menige andere niet kan roemen op groote juistheid, is zeker wel: „de kleine manende groote man," in plaats van de minvermogende en de rgke of vermogende. Dat dergelijke uitdrukkingen als groote en kleine man voor arme en rijke niet kunnen bogen op groote juistheid zal zeker ieder inzien, die bedenkt dat menig arm mensch in zielenadel staat boven sommige rijken, terwijl menig rijke, die zijn leven slechts slijt met nietsdoen, aan wien de maatschappij niets heeft, zeker niet kan worden geacht een groot man te zijn, van zulke lieden zou men daarentegen eerder geneigd zijn te beweren, dat zij „klein", on beduidend zijn. Niet in de meerdere of mindere rijkdom aan geld ligt de meerdere of mindere grootheid van den mensch, maar zeker wel in de eerste plaats in het bezit van den waren zielenadel. Ieder bedenke dit en gebruike de uitdrukking „kleine of groote man" slechts in die* geest. (Ingez.) Zondagnamiddag tusschen drie en vier uur is te Zandvoort voor de badinrichting „Neptunus" by het baden in zee tusschen de eerste en tweede bank, verdronken de heer P. Roozen uit Overveen, 19 jaren oud. De badmeester wendde dadelijk middelen aan om hem te redden door met een touw om het lichaam naar de plaats van het gevaar te zwemmen, en was hem op korten afstand genaderd, toen hij opeens in de diepte wegzonk. Daar kg een geoefend zwemmer was, ver moedt men, dat het ongeluk aan kramp te wijten is. De broeder van den overledene, die mede te Zandvoort was, vernam het eerst de treurige tijding van het ongeval. Deze deelde het de* pastoor te Overveen, waarheen hy zich dadeiyk per rytuig begaf, mede, die op zich nam er de ouders mede in kennis te stellen. Een mislukte oplichting. Een firma te Rotterdam was bjjna het slacht offer van een groote oplichting geworden. Uit Londen bood men haar een aanzienlijke levering van steenkolen aan, waarover de patroon te Brussel zou onderhandelen. Te Brussel vond de Rotterdamsche handelaar evenwel niet den koopman zelf, maar een jongmensch van 23 èt 24 jaar, dat zich voor diens secretaris uitgaf en zich voorstelde als H. Sands, civiel-ingenieur van de Canadian Pacific spoorwegmaatschappij. Z(jn patroon zou sir William heeten. De Rotterdam sche koopman wenschte evenwel den patroon zelf te spreken en daarom werd besloten, dat deze den volgenden dag te Antwerpen zou komen, De Rotterdamsche handelaar, die te Scheveningen woont, seinde aan zijn procuratiehouder hem 's avonds aan het station Beurs te wachten, maar de procuratiehouder was daar niet. De patroon seinde weder uit den Haag aan zijn procuratiehouder hem den volgenden morgen aan het station D. P. te wachten. Hier was de procuratiehouder tegenwoordig en vertoonde zijn patroon een telegram uit Brussel verzonden en door den patroon onderteekend, waarin deze hem opdroeg terstond 1200 pond sterling ((14,400) te zenden aan Parr's Bank, Charing Cross Branch te Londen, met het verzoek zijn vorig telegram als ongedaan te beschouwen en dit laatste telegram bjj een alhier bekende bankiersfirma te bevestigen; De procuratiehouder had, niets kwaads vermoe dende, aan deze valsche opdracht voldaan doch de bankiersfirma, die eveneens een telegram uit Brussel had ontvangen, weigerde het geld af te zenden, omdat zjj geen zaken met de bewuste firma deed. Het bleek nu duidelijk dat men met een geslepen oplichter te doen had gehad en alleen een toeval behoedde de firma te Rotterdam voor een aanzienlijk verlies. Een man die niet erg wèl by het hoofd schynt te zyn, heeft een ruit van het Paleis in het Noordeinde te 's-Gravenhage ingeworpen. Door den schildwacht, andere militairen en burgers werd hy gegrepen en naar het politic- bureel gebracht, waar hy zich woest aanstelde en geen antwoord gaf als men hem iets vroeg. Den volgenden ochtend was hy echter handel baar en vermoedde zelf, dat hij in een vlaag van waanzin had gehandeld. Daar gaat wat oml De geldomzet van het postkantoor te Am: sterdam bedroeg het afgeloopen jaar 42.5 millioen gulden of 4.5 mUlioen gulden meer dan het jaar tevoren. Slecht drinkwater! Te Leeuwarden zy* de leden van vier huis gezinnen, wonende Achter de Hoven naast elkander, door typheuse koortsen aangetast. By onderzoek is gebleken, dat het door hen uit een regenbak gebruikte drinkwater bedorven was. De bak zal worde* gesloten. Terwyi Dinsdagnamiddag eenige straat bengels op een stuk bouwterrein achter de Sloetstraat te Arnhem zich vermaakten met het stoken van een vuurtje, opperde een het voorstel om er een dansje omheen te doen. Volgens den een is het vierjarig zoontje van zekeren W., wonende aan den Hommelschen weg, by ongeluk te dicht by de vlammen ge komen, volgens andere* is het ongelukkige kind misschien spelenderwys in de vlammen gestooten. Hoe het zy, het kind bekwam zulke erge brandwonden, dat het, na eerst in het Militair Hospitaal voorloopig te zyn ver bonden, naar 't Kinderziekenhuis moest worde* gebracht, waar het Woensdagavond om halfacht overleed. Het schynt dat mevr. Beersmans, reeds geruimen tyd lijdende, haar einde voelt naderen. Dit is althans op te maken uit het volgende sehryven van den heer Jan C. de Vos, ter lezing van collega's gelegd: „Mevr. Catherine Beersmans, wier smsrteiyk ïyden schynt te zullen eindigen, heeft my laten vragen of ik, namens haar, al de collega's zou wille* be danken voor de biyken van vriendschap die zy haar de* 30 Aug, 1.1., haar verjaardag, hebben gezonden. Zy was daar zeer gevoelig voor, wel gevoelende dat het voor de laatste maal zou zy* zy vraagt my ook, u allen te danken voor uw lange trouwe vriendschap, u te zeggen dat zy u allé* niet minder vriend- schappeiyke gevoelens heeft toegedragen, dat zy niet weet of zy ooit iemand onaangenaam is geweest, maar in dat geval gaarne hare verontschuldiging aanbiedt, en ten slotte af; scheid van allen neemt, met verzoek haar in vriendschap te biyven gedenken. „Ik stel er prys op dezen wenBch van onze grootste kunstzuster over te brengen alvorens we haar voor altijd zullen hebben verloren-'' TEXELSCHE COURANT

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1899 | | pagina 1