Streng verboden
Jaarmarkt A lkmaar
Aan de 0. L. School te Oosterend
IJZERHANDEL.
Afvaart van Texel 's mom
Het vee is tegen verlies geassureerd.
HET LAM) VAN KHUGEE EN STEIJN.
Feuilleton.
De zesde Bede.
Engros Varkensslagerij
W. H. LAMPE,
P. J. ZOETELIEF.
De stoombooten Burgemeester van Alkmaar en Pur-
merend zullen Zaterdag 14 ApriS gereed liggen tot
vervoer van vee naar Alkmaar:
Transvaal en Oranje-Vrijstaat
Ruime keuze in FORNUIZEN,
Houten en Zinken WASCHBORDEN,
Aangifte wordt verzocht bij de Commissarissen
H. HAAKMAN.
Bij den ondergeteekende verschijnt:
door J. N. VAN HESTEREN.
UTRECHT. JAC. C. VAN DER STAL.
Voor dit werk worden solide Agenten en Colporteurs gevraagd.
■wordt gevraagd
eene onderwijzeres in de nuttige handwerken.
Jaarwedde f 150.
Stukken aan den Burgemeester vóór 15 April 1900.
eieren te zoeken op de landerijen in eigen
dom en gebruik bij ondergeteekenden.
"VVed. P. Pz. SMIT.
R. S. SMIT Pz.
van
Nieuwendijk 55, AMSTERDAM,
levert thans
hard en dik gerookt spek 33 et. per V» kilo*
gezouten 33
Mager gerookt spek 38
gezouten 37
van af 9 Gulden.
van af 25 ct.
GEGALVANISEERDE
EMMERS en TOBBES,
YLECHTDRAAD,
HEININGDRAAD,
PRIKKELDRAAD,
DRAADNAGELS,
HEININ GKRAMMEN,
SCHOPPEN
GRAVEN,
MESTVORKEN.
HALSJUKKEN met en zonder ketting, enz.
Alles tot scherp concurreerende prijzen.
k contant met 5% korting.
Aanbevelend,
N.B. Aan 't zelfde adres TE KOOP
35 PAKKISTEN en 35 PAKMANDEN.
SCHRIJVER VAN: Mijlpalen in onze geschiedenis; Hoofdpersonen uit de Algemeene
Geschiedenis in verband met de Vaderlandsche Geschiedenis; Merkwaardige per
sonen uit de Middeleeuwen enz.
Ons volk voelt, vooral in de laatste dagen, diep de behoefte aan meer kennis van de
geschiedenis onzer geliefde Zuid-Afrikaansche Stamverwanten, die zoo dapper den zwaren strijd
voeren tegen onrecht en gaweld. Zoo gaarne was men meer bekend met het heerlijk schoone
verleden van het volk in Transvaal en Oranje-Vrijstaat, dat altijd een worstelend volk geweest
is; en ook zoo zeer gaarne had men een helder overzicht van het verloop van den tegenwoor-
digen krijg, edoch men wil dit uit dorre studieboeken niet te weten komen.
Met den smaak en de behoelte van het publiek rekening houdend, schreef de Heer Van
Hesteren in een schoonen stijl dit zeer boeiend boek, dat enkel waarheid bevat en zeer volledig
is, daar het de lotgevallen der Boeren schetst van hun landing aan de Kaap de Goede Hoop
tot en met don huidigen oorlog waarvan hij ook een volledige beschrijving geeft.
Ook de uitgever rekent met den smaak en de behoefte van het publiek en paart aan een
nette uitvoering een prijs, die onder ieders bereik ligt.
Het boek verschijnt in 25 afleveringen van 16 pagina's, flink formaat, op goed papier, met
een kloeke letter gedrukt, rijk geïllustreerd met tal van platen, portretten en eenige kaarten,
waaronder zeer bijzondere. Voor den omslag is door een bekwaam teekenaar een passende
teekening vervaardigd. Om de veertien dagen verschijnt 1 aflevering a 10 Cents, zoodat men
voor slechts f 2.50 (5 cents in de week) in het bezit kan komen van een werk van 400 blz.
Om de 5 afleveringen wordt over 50 cents gedisponeerd. Gratis ontvangt ieder inteekenaar
een duidelijke in kleuren gedrukte kaart van „Het Land van Kruger en Steyn" met in de
hoeken de portretten der beide genoemde Presidenten.
't Is een boek van blijvende waarde. Ieder Nederlander, die een warm hart voor de
Boeren heeft, zal gaarne met dit werk kennismaken.
UITGEVER.
N.B. Men vrage het geïllustreerd prospectus, dat, gratis wordt verstrekt, aan zijn Boek
handelaar of aan den Uitgever.
2.
Kerel, je moet weer in je jas zien te
groeien, meende de directeur op warmen toon,
weet je wat, blijf morgen in huis, dan kun je
eens flink uitslapen, neen, maak maar geen
bezwaren, ik laat een hulpbesteller komen, die
den dienst toch ook leeren moet. En wacht
'ns heb je nog niet wat te goed voor het schrijf
werk van laatst
Rif mompelde iets, dat de directeur voor eene
toestemming hield.
Kom maar hier, Rif, heb je niet twintig
vel geschreven? Niet? maar tien? Nou, maar
dat waren de lange becijferingen, die gelden
wel dubbel, zeker welAlzoo tien dubbele
vellen k 25 ets. per vel, dat is vijf gulden.
Maar, mijnheer, stamelde de arme vent,
nu werkelijk verschrikt.
Natuurlijk, Rif, 't is voor mij persoonlijk,
en ik betaal mijn luitjes goed. En ga nu gauw
naar huis, 't is waarlijk bij twaalven. Dus je
bent morgen vrij lioor je I
Rif ging en de directeur meende met het
sluiten zijner deur een verdacht geluid als van
een snik te hooren, waarna de stilte niet meer
verbroken werd, voordat mijnheer Reede zich
bij hem voegde, om hem goeden avond en wel
te rusten te wenschen.
We gaan samen, mijnheer Reede wacht
even en de heeren staken hun sigaar op, de
commies draaide de laatste gaspit uit en de
portier sloot de buitendeur, waarvan hij den
directeur do sleutel overhandigde.
Asjeblieft mijnheer, goeie nacht heeren
Slaap wel, portier, och je moest morgen
vroeg direct om den jongen Plank sturen voor
een« paar dagen dienst! Niet vergeten, hoor,
't staat trouwens ook op je leitje genoteerd.
't Zal gebeuren, meneer, zonder mankeeren,
en de dienstvaardige portier hield zijne lantaarn
hoog op, dat de heeren gemakkelijk de stoep
af konden komen.
Toch wel een stakker, die Rif, begon de
direoteur, en wat ziet de man er uit, geen lood
vleesch aan zijn heele lijf.
Ja zeker, een halve dooie, maar een ver
velende kerel, de commies kende die veranderde
stemming van den directeur nog niet.
Vroolijk ziet hij er zeker niet uit I Mis
schien zware zorgen, wie weet, geldelijke nood';
en dan de verantwoordelijkheid voor zulke
slordige menschen, die maar brieven met geld
ongesloten verzenden
Maar de controle belet hun toch
Ja, dat spreekt, de controle is uitstekend-
Sprak er niet een beetje spot uit den toon,
waarop deze laatste woorden geuit werden
Reede vreesde het, maar durfde niets vragen,
om zich en zijn slaapje niet te verraden.
Den volgenden dag kreeg de besteller Rif
bezoek van zijn directeur in hoogst eigen persoon:
meneer moest eens met hem praten.
Langzamerhand kwam alles voor den dag
de oude vader had versterkend voedsel uoodig,
de vrouw was ook niet zoo flink als vroeger,
de kinderen konden niet krijgen wat ze noodig
hadden en hijzelf, met den dood in de schoenen....
En toch zou mijn man nog wel opknappen
als hij een ander baantje had, meneer, maar
dat bestellen door weer en wind en dan weer
op het warme kantoor, daar kan zijn zwakke
borst niet tegenOok zouden we in een der
nieuwe arbeiderswijken moeten wonen, daar is
het veel gezonder en zelfs nog minder huur,
maar dat is veel te ver van 't kantoor.
Maar wat zou j ullie dan willen, menschen
Ja, ziet u, als ik een mangel kon krijgen
tegen afbetaling, onder borgstelling, dan was
ik al een heel eind, ik kan werk genoeg vinden
en Rif kan heel aardig schoenlappen, dan hadden
we zeker zooveel als nu en was Rif zijn
eigen baas.
Och vrouw, wat praat je, daar is immers
toch geen kijk opNeem u het haar niet
kwalijk, meneer
In 't geheel niet man, sprekende menschen
zijn veelal te helpen, onthoudt dat
Rif kleurde, hij wist, dat men hem zijne
geslotenheid verweet, maar kon hij dan vreemden
zoo maar met zijne zorgen en nooden lastig
vallen
Nu, sprak mijnheer Krammer, opstaande
ik zal je wensch in de gedachten houden, dat
beloof ik je, en nu zal ik je voorloopig ernstig
ziek melden, dan kun je thuis voor me schrijven,
zooveel je lust gevoelt, alleen raad ik je, over
werk je niet, je houdt je volle weekloon, laat
mij daarvoor maar zorgen.
Op het postkantoor heerschte de grootste verba
zing toen men hoorde, hoe de geminachte besteller
Rif nu plotseling in de blakendste gunst stond
bij den jongen directeur. Niemand kon de
oorzaak vermoeden, maar iedereen zag de
heilzame uitwerking des heeren Krammer's
belangstelling.
Rif verhuisde naar de gezonde buitenwijk,
hij fleurde geheel weer op en oefende zijn oude
vak, het schoenlappen, met lust uit. Zijn vrouw
kreeg een nieuwmodischen mangel tegen bespot
telijk lagen prijs, zóo laag, dat zij het werktuig
reeds na een jaar vrij had. Eene borgstelling-
had zij niet eens noodigmeneer Krammer bad
er goed voor gezorgd, zei de leverancier.
De menschen gaan bij de week vooruit en
er gaat geen dag voorbij, dat zij hun edelmoe-
digen weldoener niet in hunne gebeden gedenken.
Eens, bij een nieuw bewijs van hartelijkheid,
werd het den eenvoudigen man toch te machtig
en hij zeide tot zijn voormaligen chef
Meneer, waaraan heb ik toch al uwe
goedheid te danken
Aan de zesde bede van het Onze Vader,
klonk het raadselachtige antwoord.
Rif begreep het eerst niet, maar langzamerhand
werd hem alles duidelijk, alles.... wat hemzelf
betrof, niets van hetgeen zijn begunstiger
aanging.
De arme daglooner wist niet, dat dezelfde
verzoeking, waarvoor hij bijna bezweken was,
ook den directeur gemarteld bad, den jongen
man, die gespeeld en gedobbeld had en op het
punt had gestaan, voor het eerst zijn toevlucht
te nemen tot de hem toevertrouwde gelden.
Leenen, wilde hij, leenen uit de kas, misbruik
maken van het groote vertrouwen, dat de directie
in hem stelde, alles was voorbereid, de kans
op ontdekking was zoo goed als nul, dien avond
zou hij het wagen.
Toen had de gedempte bede weerklonken
„Leid ons niet in de bekoring," en bij
zelf had er bijgevoegd„maar verlos ons van
het kwade."
Verlost was hij, gered aan den rand van den
afgrond, dien hij nu plotseling voor zich zag,
maar waarvan hij zich nog kon verwijderen.
Zijn dankbaarheid bestond daarin, dat hij den
spreker der gezegende woorden een gelukkig
levenslot bezorgde.
(Slot.)
Gedrukt by LANGEVELD DE ROOIJ, Texel