Kunstmesthandel.
fijn wit Kastpapier
Beschikbaar ter dekking
„PETER"
Werkelooze Diamantbewerkers.
Verkrijgbaar
A. SPANJAARD, Alkmaar,
siiieii, verhuren, ruilen, repareeren.
ÏVluziekvan alieuitgaven.
IJZERHANDEL.
De Alkmaarsche Stoom-Steenkouwerjj
Hardsteen, Zandsteen
en Marmerwerk.
Neem proef! Neem proef!
eep goed WERKPAARD,
„MARTIN"
Noord-Hollandsch GRONDCREDIET
Piano's, Huis- en Kerkorgels.
P. J. KOETELIEF.
Opnieuw ontvangen:-
J. E. WINKLER.
Feuilleton.
OP 'T VELD VAN EER.
J. E. WINKLER.
L. EELMAN La, Slager.
Ruime keuze in FORNUIZEN,
Houten en Zinken WASCHB0RDEN,
W. F. STOEL ZOON, Alkmaar.
Wij leveren
LANGEVELD DE R00IJ.
S. O. EELMAN vraagt te koop
1. de donkerbruine Oldenburger Hengst
2. de bruine 3-jarige Oldenburger Hengst
JOH. KIKKERT.
Naar aanleiding van een verzoek van het
Comité tot het vormen van collecten bniten
Amsterdam ten behoeve der werkelooze diamant
bewerkers, onder beschermheerschap van Mr.
H. Goeman Borgesius, Minister van Binnen-
landsche Zaken en gevestigd te Amsterdam,
hebben ondergeteekenden zich alhier tot een
comité vereenigd om te trachten gelden voor
bovengenoemd doel in te zamelen.
Beroep doende op do weldadigheidszin dei-
ingezetenen, stellen zij zich voor een collecte
te dien einde langs de huizen te doen plaats
hebben in den loop der volgende week.
Moge de opbrengst bevredigend zijn, waardoor
ook onze plaats het hare zal bijdragen tot leeniging
van den nood, waarin ook te Amsterdam duizend
tallen onzer medemenschen door den noodlottigen
oorlog in Zuid-Afrika vervallen zijn.
Den Burg, 10 April 1900.
Hei Comité,
H. W. DE JONCHEERE
F KEIJSER,
C. KEIJSER Pz.
A. C. KEIJSER.
D. BAKKER Pz.
A. LANGEVELD Az.
G. D. KIKKERT.
J. C. YISSER.
R. YISSER.
4% PANDBRIEVEN h 100'/» van het
te ALKMAAR.
Levering van en reparatie aan ieder
instrument van elk fabrikaat.
De ondergeteekende bericht dat
hij vanaf heden tweemaal per week,
en wel DINSDAGS en VRIJDAGS naar Waal,
Oosterend en Oost, en WOENSDAGS en ZATER
DAGS naar Oudeschild zal rijden.
Tevens beveelt hij zich beleefd aan tot het
meenemen van pakjes en 't doen van bood-
SCll <11)1)611*
van af 9 Gulden.
van af 25 ct.
GEGALVANISEERDE
EMMERS en TOBBES,
YLECHTDRAAD,
HEININGDRAAD,
PRIKKELDRAAD,
DRAADNAGELS,
HEININ GKRAMMEN,
SCHOPPEN
GRAVEN,
MESTVORKEN.
HALSJUKKEN met en zonder ketting, enz.
Alles tot scherp concurreerende prijzen.
contant met 5% korting.
Aanbevelend,
N.B. Aan 't zelfde adres TE KOOP
25 PAKKISTEN en 25 PAKMANDEN.
levert alle soorten 6
op het gewone groote formaat voor onderstaande
uiterst laag gestelden prijs:
Prima extra zwaar per boek 45 et., p. 5 vel 10 ct.
e 35 6 10
Fijn blauw glad kastpapier per boek 37 Va ct.
per 0 vel 10 cent.
Aanbevelend,
liefst Merrie, geschikt om van te fokken, of
een nog onbetuigde.
Aanbieding met prijs wordt ingewacht.
op alle werkdagen,
bij de stal van den heer P. C.
KOORN, Molenstraat aan den Burg, en
staande bij den Heer B. LAP Dz.
op de Hoeve Vooruitgangin den polder
EierlandDEKGELD f 10 gulden, niet drachtig
5 gulden, terwijl bij de eerste dekking dadelijk
5 gulden moet worden betaald.
Het Bestuur der Afdeeling Texel
der H. M. van Landbouw.
Een prachtige sorteering fijne kamgaren
Dameslaarzen, fijne en gewone Knoop- en
Riemschoentjes, Ileeren-bottines en
Molières met en zonder laken, als
mede eene prachtige sorteering bruin
en zwart Dames-, Meisjes- en Kinder-schoeu-
werk. Soliedste kwaliteit, laagste prijzen.
Beleefd aanbevelend,
Aanzetten van knoopjes met plaatjes) kosteloos.
1. Maudis soit la querre.
't Novemberzonnetje, bedriegelijk of 't een
Meizon was, scheen stralend door de ruiten van
't woonvertrek, waar grootmoedertje, alleen, in
den grooten leunstoel weggedoken zat. Peinzend
keek ze voor zich uit naar buiten, waar een
scherpe Noordenwind blies langs den stadswal
en zacht fluitend sneed door de kale twijgen
der beuken aan don walkant. Verschrompelde
blaadjes gierden weg over het spiegelgladde
loverijs der gracht.
Grootmoedertje zat alleen.
Oud, erg oud, keek het smalle gerimpelde
gezichtje tusschen twee zilveren krullen aan de
slapen, het zwart kanten mutsje uit.
In haar breeden schoot lagen, naast den
zwaar-zilveren bril, twee brieven. Brieven van
haar beide zoons. Die goeie Willem! Hoe
kon hij nog zoo opgeruimd zijn, zoo vol hoop,
zoo vol vertrouwen
Moeder, zoo schreef hij uit Pretoria, twijfel
maar nietwij zullen overwinnen Met Gods
hulp zullen we overwinnen Want, niet waar,
moeder, het is voor zoo'n rechtvaardige, voor
zoo'n heilige zaak, dat wij strijden
Morgen verlaat ik Pretoria, maar nu niet
meer om naar Holland te gaan, zooals het plan
was. Het spijt mij zoo voor u, beste moeder
en voor de kinderen, maar het kan niet anders.
Tot heden heb ik hier in Pretoria nog niet
anders kunnen doen, dan op wacht staan. Dat
is geen baantje, moeder Je verveelt je geducht;
soms kom je middernacht kletsnat thuis -u
weet dat het hier zoo verschrikkelijk en aan
houdend kan regenen en dat tehuis is dan
een ongezellig hotel. Dan dacht ik zoo menig
maal terug aan mijn huisje in Holland en aan
mijn Jieve vrouw
Moeder, nu zij niet meer leeft, is het mij een
groote geruststelling te weten, dat gij haar taak
vervult en voor de kinderen zorgt. Hoe gaat
het met mijn lief blond krullekopje, met mijn
Wilhelmientje En houdt Hans zich altijd
flink Wat een lief portret hebt u mij gezonden
Wat staan zij daar aardig op, met de kopjes
bij elkaar. Laat ze maar veel van elkander
houden de kinders, mijn hart breekt, moeder,
als
Morgen vertrek ik dus uit Pretoria naar het
leger. Daar zal het spel voor mij eerst recht
beginnen Maar ik heb een goed geweer, een
vaste hand en vertrouwen op God
Moeder, kus de kinders van mij....
De andere brief kwam uit Kaapstad van den
jongsten zoon.
Jaques beschreef zijn zeereis. Bitter klaagde
hij, dat hij uit zijn werkkring gerukt, tot dien
onzaligen strijd tegen Transvaal gedwongen
was. We zullen het met die Boeren wel klaar
spelen, moedertje, dat spreekt van zelf. Maar
mijn sympathie heeft deze expeditie niet. Ik
ben nu tien jaren in Londen en Engelschman
in hart en nieren geworden, dat weet u, maar
het Holland, dat mij herinnert aan mijn gelukkige
kinderjaren, het Holland, waar mijn lief moedertje
woont, kan ik niet vergeten.
Daarom overvalt mij soms een gevoel van
weerzin, als ik bedenk, dat ik tegen die Boeren
moet gaan vechtenhet zijn immers afstamme
lingen van de Hollanders, al zijn het ook ont
aarde afstammelingen, zooals onze couranten
getuigen
Is Willem al in Den Haag terug Hij schreef
mij, dat hij plan had binnenkort Zuid-Alrika te
verlaten, zoodat ik hem wel niet zal ontmoeten,
als we te Pretoria onzen Christmaspudding
komen eten. Doe hem mijn hartelijke groeten,
ook aan de kinderen, mijn neefje Hans en mijn
lief nichtje Wilhelmientje. Het aardige portretje
ontving ik juist even voor mijn vertrek uit
Londen
Grootmoedertje was moede van 't lezen, van
't schreien, van 't peinzen en tobben. De kleine
knokkige handen rustten op de beide brieven
in hear schoot.
Langzaam ontspanden zich de trekken van
haar goedig gelaat en de uitdrukking van
bezorgdheid ging over in die van vrede, kalmte
en rust.
't November-zonnetje speelde koesterend om
't vergrijsde hoofd van 't oudje en kuste de
moede oogleden der vriendelijke, nog vochtige
oogen toe. De slaap streek de rimpels van het
voorhoofd liefdevol weg.
II.
't Was een gloeiend heete dag geweest in
Zuid-Afrika. De avondschemering viel snel en
nu streek een kille vochtige nachtwind over
de grasvlakte. De maan klom, opdrijvend in
't donker diep azuur, groot, stil, met schitterende
glans als een zilveren nachtzon.
Ver, ver, onafzienbaar ver strekte het landschap
zich uit in het heldere, koude licht, slechts hiel
en daar de silhouet van een boom, de schaduw
van een kreupelboschje en in 't verschiet de
donkere golven van heuvelen.
Een vredig landschap.... [doch de sluier van
den nacht bedekte de verschrikkingen des oorlogs
en de zilverglans der maan lichtte over de
weeën van een slagveld, want hier hadden des
daags, onder de gloeiende hitte der Afrikaansche
zon, de voorposten van het Engelsche leger een
korten maar heftigen strijd gevoerd met een
afdeeling Boeren, die als uit den grond opge
rezen, de Engelschen onverhoeds hadden aan
gevallen, om na den aanval snel weder te
verdwijnen.
Zie, is dat de wind, die de halmen van het
hooge, dorre gras doet golven of wordt het
gras beroerd door de stuiptrekkingen der ge
sneuvelden, die het verbergt P...
Is daar geen plantengroei op die zwartere
plekken tusschen het donkergroen, of zijn
dat misvormde lijken, der gesneuvelden Is
dat heuveltje een termietenhoop, een golving
van den rotsachtigen bodem misschien, of
liggen daar dooreen opgehoopt tot een bergje,
de gevallenen op het veld van eer P....
Hoortkent gij dat geluid het is 't
gekrijsch der roofvogels, die elkaar den buit
betwisten
Maar daar vliegen zij omhoog. Ha! er is
beweging gekomen in 't bergje dooden. Daar is
nog een mensch tusschen de lijken, een mensch
die nog denkt en voelt en hooptdie wanhopig
worstelt en wringt, om zich te bevrijden van
den afgrijselijken last, die zijn zwakken adem
beklemt.
IJdel hopen, zoo er nog hoop ware!
Vergeefsche worsteling
De dumdum-kogel heeft zijn plicht goed
gedaan en de onbekwame schutter, die het hart
zijns vijands niet te treffen wist, heeft alleen
diens doodstrijd verlengdnog één enkele
stuiptrekking der armen, nog een benauwde
gil, die den mond wijd open spert... de gewonde
kan op de lijst der gesneuvelden komen.
De donkere massa is weer bewegenloos. De
gieren in wijde kringen ommezwaaiend, nemen
hun plaats weer in..,.
(Wordt vervolgd).
Gedrukt bjj LANGEVELD DE ROOIJ, Teiei