Buitenland. Texelsche IJsclub. Opgepast! Te HeUevoetsluis vervoegde zich dezer dagen een gewezen marinier bij verschillende jonge mannen om hen over te halen dienst te nemen op een Engelsche stoomboot voor f 70 per maand. Een hunner ging met hem mee naar Rotterdam, maar weldra kreeg de vader achterdocht en na telegrafisch onderzoek daar ter plaatse bleek, dat het jongemensch een stuk zou moeten teekenen om dienst te nemen bij het Engelsche leger in Zuid Afrika. Een oom van hem wist hem nog intijds op te sporen en te waarschuwen, zoodat hij naar huis kon terugkeeren. Einde'ijk ontdekt Men meldt uit Zeist Met schrik liepen sinds geruimen tijd vooral bij avond vele dames hier bij de straatwant thuis komende ontdekte men gedurig van achteren vol geworpen te zijn met verf, dan eens bruin, dan weer groen of een andere kleur. Niets scheen in staat de dader of daders op te sporen ook niet de geldelijke belooning die onze burgemeester uitloofde als men de politie op het spoor kon brengen. Eergister avond had de politie zich overal verborgen neergezet, want de laatste dagen waren er weer tal van slachtoffers. Een der agenten had zich in een winkel aan de Slotlaan ver borgen en zag door het raam een jongen van 18 jaar, Van Doorn genaamd, iets op een paar passeerende dames werpen, zonder dat die, gelijk altijd, er iets van bemerktenhem te pakken was het werk van een oogenblik. In het politie-bureau gebracht, heeft bij reeds bekend al die euveldaden te hebben uitgevoerd. Hij werd gearresteerd met de flesch in de hand waarin hij de voorraad verfstof had en die nog ruim gevuld was. In de nabijheid van Johannesburg, te Brakpan, waar de groote electriciteitswerken zijn, die een groot deel van het Randdistrict van electrische beweegkracht voorzien, heeft een klein Boerencommando met dynamiet die inrichting vernield, waardoor groote schade is toegebracht aan de mijnen in Witwaters- rand. Deze aanval, zegt het Duitsche blad, waar aan dit bericht is ontleend, bewijst, dat de Engelschen niet eens in staat zijn, de mijnen in de onmiddelijke nabijheid van Pretoria en Johannesburg voldoende te beschermen. In het voorjaar zal er te Parijs eene tertoonstelling worden gehouden van al wat op kinderen betrekking heeft. Te Montreal heeft een verschrikkelijke brand gewoed, de grootste die bekend is in de geschiedenis van de stad. Meer dan 200 firma's hebben hun pakhuizen en kantoren verloren, en ook het gebouw van den „Board of Trade", de trots van de stad, is in vlammen opgegaan. De schade wordt geraamd op vijf millioen dollars. De brand ontstond in het oudste gedeelte van de stad, waar de straten nauw en kronkelig zijn. Een jong geleerde in Oostenrijk, Anschütz Kfimpfe, heeft zijn voornemen te kennen gegeven met den steun van het Geographisch Genootschap te Weenen een expeditie naar de Noordpool te ondernemen, ditmaal in een onderzeesche boot. De geleerde maakte reeds vroeger reizen in de noordelijke streken en bezocht o. a. Franz Jozefland en de oostkust van Spitsbergen op grond van zijn onderzoekingen meent hij, dat het tot de onmogelijkheden behoort, hetzij door het ijs, hetzij per ballon de pool te bereiken. Doch hij is stellig en zeker over tuigd, dat het hem zal gelukken een tocht onder ijs te volbrengen Wij hebben wijs meenen te doen dit bericht la Jules Verne te behandelen. („D. Ct"). Uit Berlijn is te Londen het bericht ontvangen, dat de firma Krupp aan de Duitsche Regeering zou hebben medegedeeld, dat hoewel zjj tot dusyer zich onthield van het leveren van krijgsbenoodigdheden aan Engeland, zij in het vervolg zich niet meer aan deze over eenkomst kan houden, doch Engelsche orders weer zal uitvoeren. Men brengt dit besluit van Krupp in ver band met de verklaarbare vrees voor de concurrentie van andere Duitsche kanonnen gieters, die zich niet stoorden aan de wenschen der Regeering en gretig gebruik hebben gemaakt van de gelegenheid om Engeland te bedienen, toen Krupp niet meedeed. In Oostenrijk werd onlangs de moordenaar van een boschwachter door een zeldzame aanwyzing ontdekt Men vond bij het lijk een prop papier, die blijkbaar uit het geweer van den dader afkomstig was. Dat papier scheen uit een schoolschrift te zijn gescheurd en bevatte een aantal spreuken. Het werd aan een aantal onderwijzers voor gelegd en een hunner kende de hand van een zijner leerlingen. Be vader van dien jongen werd gevangen genomen en bleek inderdaad de moordenaar te zijn. Berlijn hoeft op het oogenblik hevig te lijden van een rattenplaag. Eet westelijk gedeelte der stad, voornamelijk de omgeving van -Charlottenburg en de groov; Kurfürstén- dammstraat, is het meest >or de ratten bezocht. De schade door deze dieren aange richt, is zoo groot dat de pof'ie aan de huis eigenaars bevel heeft geg w.. rottenkruid in hun kelders en dergelijke plnaimr te leggen. Men hoopt dat de gevaarlijke knaagdieren naar de kleine moerassige meren teïi Westen van Berlijn, waar zij vandaan komen, zullen terugtrekken. Doze door ratten bewoonde moerassen zijn gelukkig aan het opdrogen, zoodat de kans bestaat, dat in de toekomst men geheel van de rattenplaag zal werden bevrijd Een vrij groote schare was Zaterdag opge gaan naar hotel „Texel" om to genieten van de feestavond, door het Bestuur der IJsclub aan leden en geintröduceerden aangeboden. Was misschien de opkomst niet zoo groot als misschien door velen was verwacht, aan het ruwe weder en verschillende andere om standigheden mag dit worden toegeschreven en niet aan de IJsclub zelf, die zooals altijd ook nu haar best had gedaan, om de uitste kende naam, die haar feestavondjes hebben, te blijven handhaven. Door den voorz. der vereoniging, den hoer Wagemaker, werd met een keurige rede de vergadering geopend. In de openingsrede werd allen een hartelijk welkom toegeroepen en gewezen op het heugelijk feit, dat de IJsclub thans 10 jaar heeft bestaan en dus weer een nieuw tijdperk was ingetreden en wel onder zeer verblijdende omstandigheden. Moge het bezit van een eigen ijsbaan ook nog steeds tot de vrome wenschen behooren, toch was» het dit jaar weder mogelijk, dat de vereeniging haar naam eer aandeed en een paar wed strijden kon houden, terwijl de feestavonden van de IJsclub zich zoo langzamerhand een eereplaats hebb9n verworven onder de avonden op Texel aan nitspanning gewijd, thaus nu het 10-jarig bestaan kan worden herdacht, had het bestuur gemeend dit niet beter te kunnen doen, danniaar weder een operette te doen opvoeren en wel „Franchemont de Marskramer". Gewezen werd op de omstandigheid, dat alle werkende leden dilettanten waren. Groote moeilijkheden waren er aan verbonden geweest die men hoopte gröotendeels te hebben over wonnen, de toegeeflijkheid der toehoorders werd ingeroepen. Een geheel verhaal op te disschen van het geen gedurende het 10 jarig bestaan der IJsclub voorviel, zou mij te lang ophouden, bovendien zal zulks door een ander geschieden, nl. door de godin van het Noorden aan wie ik nu het woord verleen. Het scherm werd hierop opgehaald en een ware verrassing was ons deel. Op het tooneel, waarvan achterdoek en zijschermen een land schap uit het hooge Noorden voorstelden verscheen de Godin, schoon uitgedoscht, om op inderdaad keurige wijze een vers voor te dragen, behelzende de geheele geschiedenis van de IJsclub, welk vers men ons welwillend heeft toegestaan over te nemen en hetwelk wij hierbij onze lezers aanbieden. PROLOOG. Gegroet, gij, dames, heeren Gegroet, hier op dit feest! De Texelsche IJsclub-leden Zijn opgewekt van geest. De club heeft staag aan de ijssport Haar zin voor kunst gepaard, En daardoor trouw haar roeping En streven geopenbaard. Bij wat zij reeds verrichtte, En ook nog heden doet, Past aan een woord van hulde Een dankbre welkomstgroet. o Als ijsgodin uit 't hooge Noorden, Ben ik getogen naar deez' oorden, Waar thans een feestgeest u vereent, De kunst uw ijsclub hulpe leent. Maar uit het boek van de historie Vernam ik meer dan een victorie Door de ijsclub nu en dan naald. De tegenspoed heeft, haar a .id. Vergun hnij thans in cleze ka Eens even uit de erinnering Te spreken over het verk a Van de ijsclub, zoo in ri: n. Zij mag voorzeker lank'oaai - n Op 't afgelegde tiental jaren. Dat voor haar is voorbijgesneld. In het geschiedboek stond vermeld Hoe in de „Kikkert" dertig menschen, Vervuld van de allerbeste wenschen Eens de ijsclub hebben opgericht. Die taak was stellig niet zoo licht. Als eere-president fungeerde Toen de"heer£Kooy. Wat men begeerde Was niet slechts sneeuw- en'ijsvermaak, Maar ook een hooger, ed'ler zaak. Door werkverschaffing helpend schragen, Was ookfeen hoofdzaak in die dagen. De Jachtmars, 's zomers 't zwemterrein Moest eerst de baan van de ijsclub zijn.' Een schoone tocht per arreslede Deed menigeen met vreugde mede Naar 't naburig Oosterend, En zeer beviel 't amusement. Een wedstrijd op de schaats gehouden, Behaagdej jeugdigen en ouden, Terwijl een kamp met pjikkesleden Vermaak schonk aan de jonge leden, 't Was de heer Stam, die in dien tijd Zijn zorg aan de ijsclub had gewijd. Een jaar daarna werd foest gehouden, Waarbij men hier iets nieuws aanschouwde En wel een prettig bal masqué. Zeer velen deden er aan mee. Toen 't na een jaar niet wilde vriezen Ging de ijsclub nog geen moed verliezen, Maar voerde een operette op. De kunstzin steeg daarbij ten top. Men wist de leden te amuseeren, Al stolde 't ijs noch vaart noch meeren. Maar was er sneeuw en ijs te gaêr, Dan vond men dat toch 't beste maar. Zoo trok men met verlichte sleden Den Burg om, nu zes jaar geleden, En later werd muziek gemaakt, Of door een voordracht, vreugd gesmaakt. De Jachtmars werd toen opgegeven, Doch de ijsclub bleef nochtans in leven, En een Princesje kwam aan 't woord. Haar taal heeft menigeen bekoord. En als geen wintervorst hier toefde, Dacht men toch aan wie hulp behoefde: De werkverschaffing deed haar plicht, En heeft veel nuttig werk verricht. Deed ook een sneeuwstorm met zijn nukken Ook eens 't gemaskerd bal mislukken, Toch hield deze jjsclub moedig stand, En werkte voort met nijvre hand. 't Heeft zelfs aan bloemen niet ontbroken Een Duinroosje op deez' grond ontloken^ Bood men toch Texel's ijsclub aan. D'opvoering werd voorafgegaan Door een priesteres uit Oud-Egypte, Wier aandacht zeker niets ontglipte. Ook Trinitas boeide in deez' zaal En elders de ijsclub menigmaal. Toen vóór twee jaar geen ijs mocht komen, Werd van deze ijsclub niets vernomen. Zij sliep haar winterslaap zoo diep, Totdat weer sneeuw haar wakker riep. De Groeneplaats werd uitgekozen Als kampplaats voor de bollebozen, Die met een prikslede om een prfis Daar moedig streden, naar 's lands wijs. „Een vrouw op Schildwacht" mochtons boeien, Voor „Irma" mocht de geestdrift gloeien. Een „Chocolade-meeting was Met 's „Kramermarsch" er op zijn pas. Men was geneigd om in die dagen „Hoe rijmt dat op elkaar?" te vragen. Van 't zelfde jaar staat nog bekend Een sledevaart naar Oosterend. De erinnering van kort geleden, Wijst hoe op schaatsen werd gestreden Op Waal en Burg, en kort daarna Op de Illemert. - De dooi kwam dra De verdre plannen wreed verstoren. Daarvan zult gij vast later hooren, Als weder feesteljjk wordt herdacht, Wat de ijsclub al te berde bracht. Geachten, wilt mij slechts niet wijten, Als 'k door een dor relaas van feiten bezig hield. Doch 't is gewis Van de ijsclub de geschiedenis. 'k Mag met waardeering constateeren, Dat zfi bezwaren dorst braveeren, En thans nog blaakt van edel vuur. Deze ijsclub zal in 't eigen uur U weer een nieuw genot doen smaken. Voor „Franchemont" moge ieder blaken, Die gaarne van iets schoons geniet, En dweept met wat de kunst hem biedt. Doch vóór ik uit deez' gastvrije oorden Weer heenreis naar het hooge Noorden, Waar 't eeuwig ijs- en sneeuwgebied Toch ook zijn schoon heeft en zijn lied, Wil ik met hartelijke klanken De Texelsche ijsclub eerst bedanken Voor alles wat zij heeft gedaan, Lang moog' zij bloeien lang bestaan I Haar ijver stijg' steeds, onverdroten Dit wensch ik innig, feestgenoten En vóór ik mp op reis begeef, Roep ikde Texelsche ijsclub leev' I Een daverend applaus na afloop der voor dracht was het loon van de dame, die allen had weten te boeien. Voor tot de opvoering van de operette over te gaan, werd door een deel der ver eeniging „Trinitas" eene expresselijk voor deze gelegenheid door den directeur van dat muziekgezelschap vervaardigde ouverture gespeeld, waarin, naar ons later bleek, de verschillende zangwijzen in de operette voor komende waren opgenomen. Omtrent do operette zelf kan zeker met lof worden gesproken. Zij bevat vele keurige scènes, die door de opvoerenden op uitstekende wijze werden vertolkt. Uit alles wasduide-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1901 | | pagina 2