Buitenland.
Wat er in den schoorsteen zat!
Al sinds eenigo dagen had de heer B
kapper aan de Oudegracht, te Utrecht, een
vreemd gedruisch in zijn schoorsteen ver
nomen. Men dacht eerst aan spoken en
heksen, doch naderhand meende men te
moeten aannemen, dat het ratten moesten
wezen. Daarom het fornuis nog eens goed
opgestookt, ten einde door de hitte en den
walm dezo ongenoole gasten te doen ver
dwijnen. Doch Zondagmiddag werd er, na
eerst familieraad gehouden te hebben, beslo
ten de plaat van den schoorsteen een klein
eindje op te lichten en voor die opening
werd toen een kooi gehouden van den onlangs
helaas te vroeg gestorven papegaai. Wie
beschrijft echter de verwondering der geheele
familie, toen uit den schoorsteen een spring-
levendig, echter door het roet zeer zwart
geworden eekhoorntje te voorschijn kwam.
Zeer gelukkig zat het diertje na zijn gevan
genschap .in de schoorsteen in de papegaai-
kooi te kijken, en dankbaar nam het eten
en drinken aan van de zoo gastvrije familie.
Bij een fietshandelaar to Heerenveen
kwam een netgekleed jongmensch om een
half-sl'eet fiets te koopenhij wou hem echter
graag even „probeeren". Goed, zegt de han
delaar en leent hem de fiets, waarop het
jongmensch wegreed, al verder en verder
zonder terug te keeren.
Voor één dubbeltje heeft, iemand te
Kruiningen een partij van 500 H. L. uien
verkocht.
101 Jaar.
Te Borgharen Maas-en-Waalvierde Zon
dag de heer A. Verploegon zijn lOlsten ver
jaardag.
Hij is nog opgewekt van geest en vrij
krachtig naar het lichaam.
Dat men voorzichtig moet zijn bij het
herkennen van lijken is te Schiedam weder
gebleken. Daar werd Zaterdagavond een lijk
gevonden, dat door een ingezetene werd
herkend als van diens gehuwden broeder.
Toen men de vrouw van den verdronken
gewaande met het geval in kennis sielde,
bleek dat deze gezond en wel in bed lag te
snorken als een os.
Gedurende de maand April zijn in de
Banné Broek op Langedijk gevangen 1171
ratten.
Een hevig gevecht heeft tusschen eeni-
- ge bewoners van het z. g. „Hurkennest" aan
den Amsterdamschen Straatweg te "Utrecht'
plaats gehad, waardoor de geheele buurt in
rep en roer werd gebracht.
Niet minder daii 4 personen worden nogal
ernstig verwond. Een der vechterden bemerk
te aan het einde van den slag, dat hem een
stuk van den neus was afgebeten. Een
tweede was een stuk van zijn onderlip kwijt,
terwijl een derde een niet onbelangrijke
hoofdwonde had opgeloopen.
De vierde had zijn linker wijsvinger bijna
geheel en al verloren.
Door tusschenkomst van de politie werd
het gevecht gestaakt en het viertal naar het
ziekenhuis getransporteerd.
Van schrik gestorven I
Te Tienhoven a/d Lek ontstond brand ton
huize van dé wed. v. M. Buren slaagden
er in den brand spoedig te blusschen.
Een, buurvrouw die, aan haar deur staande,
den brand gewaar werd, ontstelde zoodanig,
dat zij spoedig daaraan stierf.
In een der b'.aden wordt gevraagd een
juffrouw om dagelijks van 10-5 uur te wan
delen met een gezond meisje van 5 jaar.
Wij vreezen, zegt de „Haagsche Courant"
dat de gezonde 5-jarige alleen onder geharde
miliciens iemand zal kunnen vinden, die haar
dagelijksche Wandelingen van zeven uren kan
meemaken.
Donderdagavond heeft te Bavel bij
Bredaeen hevige boschbrand gewoed, waar
bij ongeveer 4 hectaren bosch vernield zijn.
Het gelukte de rijkspolitie den aansteker
op te sporen, nl. een landbouwersknecht, die
nog denzelfden avond naar Breda werd over
gebracht.
Nog 20.000 gulden I
Hoewel het verstrekken van drinkwater te
Amsterdam de laatste maanden reeds veel
is verbeterd en zeker nog beter zal worden
als de in aanleg zijnde werken in het duin
gereed zijn, zal de waterlevering voor Am
sterdam daardoor nog niet afdoende zijn. Bij
de steeds voortdurende uitbreiding der stad
zullen ook op den duur die nieuwe werken
onvoldoende blijken.
Met het oog op die toekomst heeft, zijn
wij goed ingelicht, de directeur der Amster-
damsche gemeente-waterleidingen, de heer
Pennink, aan Burgem. en Weth. een rapport
overgelegd, waarin hij te kennen geeft, dat
het zal moeten komen tot een onttrekken
van water aan de Lek. Dit zou dan gebracht
moeten worden naar het duin om van daar,
na zuivering, als duinwater naar Amsterdam
te worden gevoerd.
De kosten der werken, om daartoe te komen,
zouden ongeveer 20 millioen gulden bedragen.
In verband met de bepalingen der boter-
wet heeft de directeur-Generaal der posterijen
en telegrafie voorgeschreven, dat zoodra zich
de boterinspecteur of een der botervisiteurs
bij een der postkantoren, postrijtuigen, enz.
tot het uitoefenen van zijn functiën aanmeldt,
waartoe hij zich bij den hoogst in rang aan-
wezenden ambtenaar of beambte behoort te
legitimeeren, hem de verlangde toegang zal
worden verleend en hij in staat zal worden
gesteld zijn onderzoek te volbrengen. Bij
dat onderzoek moet den boterinspecteur of
botervisiteur desverlangd de noodige hulp
verleend worden, in zooverre dit kan geschieden
zonder dat de dienst of de verzènding der
goederen daardoor eenige vertraging onder
vindt.
De vergunninghouders hebben een paar
jaar „uitstel van executie" gekregen. De
Tweede en daarna de Eerste Kamer hebben
het voorstel der regeering om den tegen-
woordigen toestand ten opzichte der Drankwet
tot 1 Mei 1904 te bestendigen, aangenomen
De quaestie is -dus verschoven tot uiterlijk
1 Mei 1904.
Intusschen niet voor iedereen. Een aantal
vergunningen, die thans nog bestaan, zullen
op dien datum verdwenen zijn. De dood
van den houder er van, zal nl. aan dat recht
een eind gemaakt hebben. Met 1 Mei zal
overdracht van het vergunningsrecht niet
meer mogelijk zijn en als een houder van
het recht na dien datum komt te overlijden,
overlijdt tegelijkertijd zijn vergunning, indien
deze het door de wet toegestane maximum
overtreft, wat yoorloopig nog wel in de over-
groote meerderheid der gemeenten het geval
zal zijn.
Dat is natuurlijk een hard gelag voor de
nabestaanden, maar de Drankwet is nu twintig
jaar oud en twintig jaar heeft de vergunning
houder in zijn taplokaal op het daarin opge
hangen exemplaar der wet kunnen zien,
hoever zijn vergunningsrecht ging. Hij mag
zich gevleid hebben met de gedachte, dat het
niet zoo'n vaart zou nemen, nu het wèl
zoo'n vaart neemt, mag niet gereclameerd
worden.
De quaestieys "flus voorloopig van de baan.
Maarzij komt er binnenkort weer op, daar
kan men staat Op maken.
Nu zou het „Nieuwsblad van Nederland"
den verkoopers van sterken drank in het
klein wel een goeden raad willen geven
Het is niet waarschijnlijk, dat het thans
tor zijde geschoven herzieningsontwerp on
veranderd ter tafel zal gebracht worden. De
regeering zal zelve wel ingezien hebben, dat
hot lang geen volmaakt werk was, wat zij
gaf en dat zij in ïiienig opzicht te ver ging,
doch de vergunninghouders dienen nu niet
te wachten met de uiteenzetting hunner
wenschen en verwachtingen totdat er een
ander ontwerp ter tafel komtzij moeten
met de publicatie daarvan de regeering vóór
zijn. Critiseeren is een aardig werkje, doch
de gecritiseerde luistert doorgaans niet erg
gewillig naar de op- en aanmerkingen over
zijn arbeid, terwijl de regeering zeker gaarne
haar aandacht zal wijden aan vertoogen van
belanghebbenden en van hun wenken gebruik
zal willen maken, vóórdat haar eigen werk
het licht heeft gezien.
Bovendien wordt dan voorkomen wat thans
soms was te constateeren onbillijke critiek
en overdrijving van grieven en bezwaren.
Dan zullen rustiger en eerlijker de wenschen
uiteengezet worden dan b.v. soms geschied
is in verschillende protesten en hebben we
meer kans, dat billijke eischen zullen worden
ingewilligd en we een draaglijke Drankwet
krijgen, draaglijker dan de tegenwoordige en
vooral draaglijker dan die, waarmede de ver
gunninghouders bedreigd zijn geweest.
Hulp yan het Roode Kruis kan thans
bezwaarlijk aan de Poeren te velde worden
verleend. Alles moet door Britsche stellingen
en liniën om bij de Boeren te komen. Daar
omtrent is geen enkele bepaling opgenomen
in de Roode-Kruis conventie van 1864.
Deze regelt niets meer dan de positie van
het personeel en de lokalen, die op de slag
velden present zijn tot verpleging van geval
len strijders. Hoe onwaardig ook van het
humanitair standpunt, de oorlogvoerende
Engelschen zijn geheel vrij in het weigeren
der doorlating ook van de Roode Kruis hulp
naar hun vijand.
In Februari jl. heeft het hoofdcomité van
het Nederl. Roodo Kruis langs diplomatieken
weg beproefd van het Engelsche gouvernement
vergunning te verkrijgen tot vrije, ongehin
derde doorlating van personeel en materieele
hulpmiddelen naar de Boeren-commando's,
zonder tot nog toe eenig antwoord ontvan
gen te hebben.
Circa drie weken geleden heeft de Voorz.
van het Roode Kruis, na vele andere ver-
geefsche pogingen, een collegiaal beroep gedaan
op den voorz. van het Britsche Roode Kruis,
lord Wangate om door zijn tusschenkomst de
invrijheidstelling te verkrijgen van ons 5-tal
krijgsgevangenen op Ceylon. Tot heden is
daarover niets vernomen. Lord Wangate
zond zelfs geen antwoord.
- De „«outh African News", het blad
van den veroordeelden redacteur Cartwright.
zegt, dat Engeland van geheel Zuid-Afrika
een tweede Ierland heeft gemaakt. Maar het
Afrikanerdom wint door zulke vervolgingen
in kracht, in plaats van er door verzwakt
te worden. Het blad raadt passieven weer
stand aan zoolang het militair gezag heerscht
en zegt, dat men nog geduld moet oefenen.
- Montagu White maakt in de Nieuw-
Yorksche „Sun" een lang manifest openbaar,
waarin hij het barbaarsche oorlogvoeren van
de Engelschen in Zuid Afrika aan de kaak
stelt, en ook verzekert, dat de Boeren vast
besloten zijn door te vechten totdat zij hun
onafhankelijkheid teruggekregen hebben. De
schrijver betoogt, dat de Engelschen zeiven
het sluiten van den vrede verhinderenhij
zegt, dat de Boeren volop amunitie hebben,
en gelooft, dat het Duitsche volk ten slotte
den Keizer zal kunnen dwingen tusschenbeide
te komen.
- De gewezen Italiaansche Minister Crispi,
die te Napels verblijf houdt, is Vrijdag ter
nauwernood aan een groot gevaar ontkomen.
Hij had het ongeluk een brandende lamp in
zijn studeervertrek omver te werpen, waar
door brand ontstond. De vlammen grepen
zeer snel om zich heen en spoedig stond het
geheele vertrek in vuur. De grijze staats
man werd nog juist bijtijds met groote moeite
door eenige zijner vrienden gered.
In de laatste 48 uur zijn te Kaapstad
zestien gevallen van pest voorgekomen,waar
van 8 bij Europeanen. Het totaal der geval
len is tot dusver 519, waarvan 217 met
doodelijken afloop.
- De stad Frankfort heeft met de Inter
national Bouwmaatschappij een overeenkomst
gesloten betreffende den bouw van arbeiders
woningen. De maatschappij krijgt van de stad
voor 900.000 mark grond, verder een kapitaal
van 100.000 mark aan 4% obligation, waarbij
de maatschappij nog moet voorzien in een
kapitaal van 800.0U0 mark.
- De Russische Regeering heeft het ten
toonstellen te Moscou van het levensgroots
door Refrine geschilderde portret van Graaf
Leo Tulstoï, hem voorstellende in het costuum
van Cussisch boer en barrevoets, verboden.
Dit portret diende als een voorwendsel, om
Tolstoi ovaties te brohgen, toen het onlangs
te St Petersburg werd tentoongesteld.
Bewonderaars van den beroemde auteur
plaatsten toen bloemen voor zijn portret.
- Van Louis Botha wordt door een Engelsch
officier de volgonde grap verteld. Toen Kit
chener en Botha aan het einde hunner
besprekingen waren gekomen, zei laatstge
noemde „Wel, ik moet eens gaan". Kitchener
antwoordde daarop: „Niet zoo haastig, u
behoeft geen trein te pakken". „Dat is juist,
wat ik wèl moet", zei Botha, en twee'
dagen later werd niet ver van de plaats dei-
bijeenkomst een trein aangehouden en leeg
geplunderd.
- Men meldt uit Saint Saveur bij Rijsel:
Douanebeambten namen in beslag een carrous-
sel, welks bezitter in de houten paarden
2000 K.G. tabak trachtte binnen te smokkelen.
- De „Temps" correspondent te Durban
maakt naar aanleiding der laatste oorlogs
berichten eenige merkwaardige opmerkingen.
Zoo over de 175,000 schapen,'die French
langzamerhand buitgemaat heeft in oostelijk
Transv a il. Een oppervlakte van minstens
50 vierkante kilometer zou noodig zijn om
al deze dieren te weiden en het is zeer on
waarschijnlijk, dat er ergens in Transvaal een
terrein is zoo groot, dat niet door de Boeren
onveilig wordt gemaakt.
Dezelfde correspondent vestigt er ook de
aandacht op, dat de pest veel meer in het
Engelsche leger woedt dan in de officiëele
rapporten wordt medegedeeldde sterfte onder
de soldaten moet zijn 40 op 1000 en veel
wat men in Bloemfontein „enteric" noemt,
zou feitelijk niet anders dan gevallen van
pest zijn.
De militaire overheid heeft bevel gegeven
niets mee te deelen over voorkomende pest-
gevallen in Natal.