BKILLEN
Centrale Credietbank
UTRECHT
Geld verkrijgbaar
Aaabrenggeld: TWINTIG GULDEN.
Noordhollandsch Landbouwcrediet te Alkmaar.
OPRUIMING
Centrale Bank voor Landbouw en Nijverheid
Groote FRIESCHE VERLOTING
verstrekt GELDEN tegen persoonlijke en
zakelijke zekerheid.
AANBESTEDING.
bij inschrijving aanbesteden:
De Nederlandsche
Hypotheekbank te Veendam,
Feuilletoru
In eer hersteld.
Ph. Vlessingk
J. H. MOOJEH.
Prijs per lot f 1.—.
Hoofdprijs 20000 Gulden in contanten.
2de prijs 5000 Gulden in contanten.
Handgeld f 200.—
Het vergraven en verwijden van
den Waterboezem in den Prins
Hendrik-polder bij Ceresvolgens
het daarvan opgemaakte bestek.
Het vergraven en verdiepen van
een gedeelte der Molenvliet aldaar.
J. P. NOORDIJK.
MOTORVAARTUIGEN.
Agentschap van het
J. E. WINKLER.
G. D. KIKKERT,
de nog voorradige MANUFACTUREN.
Ieder doe zijn voordeel!
De vertegenwoordiger voor Texel en Helder
te FRANEKER.
Langeveld de Rooij.
Het Bestuur van het Waterschap de 30
Gemeenschappelijke Polders op Texel, zal op
Dingsdag 30 Juli 1901, 's avonds 7 ure, in het
Calé „Den Burg"
De aanwijzing zal geschieden MAANDAG
29 JULI bevorens, 's avonds 5 ure.
De Inschrijvingsbiljetten moeten op den dag
der aanbesteding vóór 's avonds 7 ure bij den
Secretaris worden ingeleverd.
Op Woensdag' 31 Juli 1901, 's morgens 11
ure, bij den Watermolen in den polder het
Noorden
neemt in behandeling hypotheekaanvragen tot
alle bedragen
Rente-vergoeding 4%
Geeft pandbrieven uit
4°/o a 99'2 7„3S'/, a 931.'/..
De agent voor Texel,
W. F. STOEL ZOON, ALKMAAR. 2
op driemaandelij ksche accepten, met en zonder
borg. GELD tegen hypothecaire zekerheid; met
voldoende overwaarde.
u
van af de goedkoopste tot de fijnste soorten,
voorhanden bij
Goud- en Zilversmid.
Uit het Fransch door P. L.
29. XVIII Een drietal schelmen.
Een brand werd door onze handen aangesto
ken, Martin de Eenoog trof de gravin en ik
had mij van het kind meestergemaakt; ik wilde
het het in de vlammen werpen
„Ja, maar ik heb niet gewild riep Gontran
uit; ik heb het niet toegestaan."
„Juist, stemde Jacobus toe. Ja, gij hadt reeds
een wil. De duivel geve dat het ons niet moge
berouwen, het kind gespaard te hebben. Alleen
de dooden komen niet meer terug, Die genen,
die men eens zoude kunnen vreezen, moet men
dooden."
VAN
uit het magazijn onlangs door brand beschadigd.
De goederen, welke hiervan nog in mijn winkel
voorhanden zijn, worden tot s p O t p r ij z e n
opgeruimd.
De voorraad bestaat uit Japonstoffen, Bont,
Overhemdengoed. Vitrage, Pilow, Engelschleer,
Handdoeken, Zakdoeken, enz. enz.
Aanbevelend, Hoogachtend,
TJEd. dw. dienaar
gevestigd te AMSTERDAM.
KAPITAAL f 2.500.000,
„waarvan volgestort f 500,000".
De BANK geelt voorschotten aan den Land
bouw en de Nijverheid op hypothecaire zekerheid,
borgstelling, onderpand van fondsen of andere
deugdelijke zekerheidsstelling.
Zij belast zich met het nemen van gelden a
depositowaarvoor de rentevergoeding bedraagt
vanaf IS Juni 1901
met 5 dagen opzeggen 2V2°/0
met 10 dagen opzeggen voor één
maand vast 23/.i0 o
voor 3 maanden vast met 4 weken
opzeggen 3%
voor 6 maanden vast met 4 weken
opzeggen 3»/,%
voor 1 jaar vast met 6 weken opzeggen 4°/0
Verder 50 Rijwielen, 10 Pianino's,
10 Harmonium-Orgels en extra voor deze Ver
loting aangeboden; 25 Trap- en 25 Hand-
Naaimachines met ronde afsluitkast, fabrikaat
Singer; 25 Gouden en 25 Zilveren Remontoir-
Horloges, voor Dames en Heeren, van extra
solide kwaliteit.
LOTEN dezer door hare soliditeit alom gunstig
bekende Verloting zijn f 1.per stuk, franco
per post f 1,05 verkrijgbaar bij
Gontran stond eensklaps op, nam de pistolen,
richtte ze op Jaoobus en riep met snijdende
stem
„Ellendeling, als ik je aan je woord hield,
als ik je doodschoot!"
Jooobus schaterde van lachen en antwoordde
„Halt wat, Karl Smück, in dat geval is voor
zien. Kijk."
Hij opende een der laden aan het bureau
liet er een verborgen veer spelen en zer volgde
hem een verzegeld pakket toonend
„Al, wat ik u juist herinnerd heb, is daarin
opgeteekend Het adres is aan mijnheer de
procureur des konings.
Maar dit is niets dan een copie, begrijpt u.
Het echte is in zekerheid en als ik gedurende
acht dagen geen bericht van mij geef, zal men
het openen. Ga dus gerust wéér zitten mijnheer
de vicomte en laat ons goede vrienden blijven,
geloof mij, Uw ex-onderwijzer is nog uw mees
ter."
Gontran had de pistolen weer op de bureau
geworpen, doch niet overwonnen, wandelde hij
met groote schreden heen en weer.
Vreezende te ver gegaan te zijn, hernam
Jacobus op zachtmoediger toon
Luister tot het einde. Laat ons zien; hebt
gij tot nu toe, niet het beste deel gehad. Door
uwen oom aangenomen speeldet gij den vicomte,
wat werden wij„Martin de Eenoog en ik
Heel gelukkig, door Pierre Humbert te beschul
digen aan de guillotine ontsnapt te zijn, leidden
wij hier een plantenleven en wachtten kalm uw
meerderjarigheid, dat is te zeggen de erfenis af.
Wij waren overeengekomen, dat wij dan den
oude uit den weg zouden ruimen. Gij hadt het
beloofd. Wij rekenden er op. En toch waren
die jaren van ellende lang. Men had geduld
zeggendeHet uur zal slaan. Toen het sloeg
verzette mijnheer de vicomte er zich tegen en
zeide onsIk wil niet
Gontran, die zijn trotsch en énergie weerge
kregen had, naderde Jacobus, die onder zjjnen
blik begon te beven en antwoordde
„Neen! ik wil niet. Luister op uw beurten
gij zult mij leeren kennen. Toen gij mij na
den eersten moord hier bracht, wist ik toen, wat
ik deed Gij hebt het gezegd ik was een wild
beest. Ik heb u de arme moeder laten verwor-
gen maar reeds kwam er iets in mij in opstand
reden, waarom ik het kind spaarde. Toen de'
arme vader mij zijne armen opende, kwamen
schaamte en wroeging in mijn hart. Latei-
werd mij, met de opvoeding het zedelijk ver
stand gegeven. Achals ik geweten had. Nu
was het te laatHonderdmaal was ik op het
punt, alles te bekennen De moed ontbrak
mij Daarenboven zou het voor den grijsaard
reeds overstelpt door smart, een verdriet te
meer geweest zijn, daar hij zijne laatste hoop
op mij gevestigd had. Hij noemde mij zijnen
zoon ikzijnen zoon. Deze naam alleen
groef eenen afgrond tussehen ons. Ontsteld en
gemarteld ontvluchtte ik zijne omarmingen en
ik vond u toen terug, mijn kwaden geest, die
mij het vermaak en de bandeloosheid aanraad
de. Ik gaf mij er hals over kop aan over
meenende aldus te vergeten De misdaad
vergeet men nooit De herinnering daaraan
is everal, zelfs tussehen de beker en de lippen.
Gij dacht, dat ik gelukkig was, maar weet dat
ik sedert zestien jaar geen gelukkig oogenblik
heb gekend, geen rustigen nacht heb gehad. De
schim der gravin is altijd daar om mij te ver
volgen, mij van angst te doen ijzen. Spraakt
gij er niet van mij aan het gerecht over te
leveren Het schavot is niets, de hel is niets.
De wroeging dat is mijne straf. En zoudt gij
willen, dat ik medeplichtig aan eene andere
misdaad zou worden En gij wilt dat ik
dien grijsaard dood Neen, ik wil nietIk
wil niet 1"
Het was een biecht, die Gontran gedaan had.
Te zeggen, welke bitterheid, wroeging, toorn
en wanhoop hij er in gemengd had, zou onmo
gelijk geweest zijn.
Jacobus durfde niet antwoorden.
Een ander antwoordde „Martin de Eenoog".
Hij kwam met ontbloote borst, hijgende en
doodsbleek aan, hij riep uit
„Maar ik, ik heb gewild. De graaf is dood
Hij had juist zijn zoon teruggevonden. Hij wilde
hem voor ieder erkennen. Wij waren geruïneerd
verloren geweest, wanneer ik niet getroffen
had. Ik heb getroffen, het werd tijd
Toen hernam de moordenaar, terwijl aan
Jacobus een kreet van woeste vreugde ontsnapte
en terwijl Gontran zich, nog ongeloovig ver
stomd het voorhoofd met beide handen bedekte
„Als ik heb kunnen ontvluchten, is het niet
zonder kleerscheuren geschied, en hij toonde
hun zijne in lappen langs het lijf hangende
kleeding. Zij hadden hunnen hond op mij los
gelaten Ik geloof dat ik dien ook gedood
heb. Wat den oude betreft. Hij is dadeljjk,
zonder een woord meer te zeggen, neergestort."
Gontran twijfelde niet meer. Met een gebrul
als van eenen leeuw, wierp hij zich plotseling
op den moordenaar.
„Hé! maar! zeg eens stamelde deze,
moeite doende om den schok te vermijden ze°-
eens Karl geen dwaashedenIk' heb
mijn mes nog. Het heeft nog dorst pasop!"
Doof voor die bedreiging greep Gontran hem
bij den keel nam hem van den grond op en
zonder twijfel door hem getroffen, liet hij hem
naar het andere einde der kamer rollen.
De ellendeling viel tegen het stuk gordijm
dat den ingang van het laboratorium bedekte.
De vouwen, die zich bewogen boden eenen
onverwachten tegenstand.
Er klonk een gil. Men hoorde geraas van
stappen, vluchten.
Met heesche stem riep Martin
„Er is iemand die ons beluisterd heeft
Het is eene vrouw
XIX Hoe Mariol heel iets anders mee
brengt dan hij is gaan zoeken.
Martin de Eenoog was opgestaan en had het
gordijn weggetrokken. In de vensteropening
had hij eene vrouw bemerkt, dio verschrikt
wegvluchtte.
Die vrouw was mevrouw Humbert.
Reeds was zij van het balkon.
„Zij heeft alles gehoord, zeg ik u zij kan ons
ten val brengen", herhaalde de Eenoog, haar
spoor volgend.
Jacobus volgde hem en gaf hem de beide
pistolen.
(wordt vervolgd.)
Gedrukt bjj LANGEVELD DE ROOIJ, Texel
Koloniale-Werving.
bij liet aangaan van eene vrijwillige verbintenis voor ZES jaren.
Men melde zich aaDVrijwilligers en Militieplichtigen met onbepaald verlof, bij den
Commandant van het Koloniaal Werfdepot te Harderwijk of bij een der plaatselijke of Garnizoens
commandanten; Militieplichtigen, onder de wapenen, bij hun onmiddellijken chef.
Van de uitbetaalde Handgelden werden in het vorig jaar, door bemiddeling der Admini
stratie van het Koloniaal Wertdepöt en MET GOEDVINDEN der aangenomenen gezonden
aan hunne FAMIL1ËN f ÏOIOS.—aan hunne CREDITEUREN f 1542.—. Totaal f 11650.—.