GEZUSTERS WUIS,
berichten dat de MODELHOEDEN voor 't
a.s. seizoen in de modekamer geëtaleerd zijn.
bTcTbergmann,
specialiteit Mantels en Stoffen,
is met de nieuwste modellen van 6 tot
12 October in het Hotel „Texel" geëtaleerd.
Mantels. Mantels.
Hoofdkaas.
Ontvangen
Pakketten Boekwerken
261, Einde Weverstraat 261,
ALKMAAR,
Genjaakte WINTERJASSEN
Centrale Bank veer Landbouw en Nijverheid
Feuilleton.
In eer hersteld.
Eventueels veranderingen geschieden direct door eene
bekwame Coupeuse.
B C BERGMANN.
SCHOUW.
H. Dalmeijer.
C VISSER, Slager.
voor den aanst. Winter:
J. H. MOOJEN.
ALLE
Aanbevelend
Dijkgraaf en Heemraden van het Water
schap de 30 Gemeenschappelijke polders op Texel
brengen bij deze ter kennisse van de Ingelanden,
dat naar aanleiding van art. 15 der keur en
verordening voor dit Waterschap, de Schouw,
op het schoonmaaijen en zuiveren van de Tog't-
slooten en Cenen, van bobbels, kroos, riet en
flab, is bepaald op Donderdag 10 October 1901
en in den polder HET NOORDEN Zaterdag
12 October daaraanv., de nalatigen verbeuren
eene boete vanf 1 en bij herschouw vanf3—
Texel, den 17 September 1901.
Dijkgraaf en Heemraden voornoemd
J. J. ROEPER, Dijkgraaf.
S. KEIJSER Pz., Secretaris.
ONTVANGEN een ruime keuze
WINTERMANTELS,
alsmede een mooie sorteering, Dames en Kinder-
liocden met garneering. Tegen zeer lage prijzen.
Minzaam aanbevelend,
Uw dw. dienaar
Een ruime keuze witte Jaeger en gekleurde
Flanellen, Baaien, Bevers, Duffel, Ratine's,
Bievers voor Winterjassen, wollen en katoenen
Band, tevens voor Dames-rokken.
In voorraad eene ruime keuze
voor kinderen en volwassen personen,
alles eigengemaakt, A contant 5% korting.
Aanbevelend,
UÊd. div. dnr.
Ph. VLESSESTG.
gevestigd te AMSTERDAM.
KAPITAAL f 2.500.000,
„waarvan volgestort f 500,000".
De BANK geelt voorschotten aan den Land
bouw en de Nijverheid op hypothecaire zekerheid,
borgstelling, onderpand van fondsen of andere
deugdelijke zekerheidsstelling.
Zij belast zich met het nemen van gelden a
deposito, waarvoor de rentevergoeding bedraagt
yanaf 18 Juni 1901
met 5 dagen opzeggen J h
met 10 dagen opzeggen voor één
maand vast 27,%
voor 3 maanden vast met 4 weken
opzeggen 3%
voor 6 maanden vast met 4 weken
opzeggen 3ya°
voor 1 jaar vast met 6 weken opzeggen 4%
De vertegenwoordiger voor TexelenHelder
aangeboden door BOLLE, COHEN, SMIT,
KOSTER, QUERIDO, enz., worden zonder
verliooging van prijs geleverd door den
BOEKHANDEL PARKSTRAAT.
Uit het Fransch door P. L.
47. XXIX De kampioen van den afwezende.
„Waarlijk, ik durf niet
„Is het mijn rood lint, dat u bang maakt
Je hebt inderdaad gelijk. Er zijn zinnebeelden
die meu niet moet minachten. Wacht maar
even."
Jacques deed het lint af.
„Zestien jaar heb ik het verborgen, zei hij.
Niet dat ik het onwaardig ben geworden, inte
gendeel Maar de dames kunnen komen
Laat ons haast maken."
Max liet hem op de gewone plaats zitten en
omhulde hem met den mantel van Bélisarus.
„Mooi, zeide de grijsaard; maar zet dat groote
doek nu een beetje vooruit opdat ik, zooals
den vorigen keer, half verborgen ben. Dat is
alles. Werk nu aan uwe schilderij. Wanneer
het portret aan de beurt is, zult gij mij op
deze plaats laten en mij hier vergeten. Dat
is alles wat ik u vraag."
„Maar
„Vraag me niets meer. Wat ik zeg of doe
verwonder u over niets. Ik ben niet in staat
misbruik van uwe gastvrijheid te maken. Het
geen mij leidt is rechtvaardig en eerlijk. Ver
trouw op mij."
„Het zij zoo! zeide de artist; gij hebt carte
blanche."
En zijn palet nemende, begon hij stil te
werken.
Eindelijk hoorde men gerucht in de voorkamer
en de bediende meldde de vorstin Lubanoff aan.
Jacques ging nog meer met zijne zitplaats
terug en verdween in de schaduw.
De vorstin en hare dochter kwamen niet
alleen, Pepita vergezelde hen.
Ook bij haar had eene volkomen gedaante
verwisseling plaats gehad.
Het was niet meer de kleine tamboerijn
speelster met rood rokje en groen schort. Eenige
dagen waren voor Valentine voldoende geweest
om er een juffrouw, eene Parisienne van te
maken. Onder haar nieuw kostuum, eenvoudig
doch net opgemaakt, had Pepita niets verlegens.
Nauwelijks bemerkte men nog een zweem van
dartelheid in hare bewegingen op en in hare
oogen nog iets verwards. Nooit was zij bekoor
lijker geweest.
Bij hare eerste bezoek had Max Sterner
dadelijk gevraagd, haar op het portret te plaat
sen, gezeten aan de voeten van Valentine.
Pepita was aan de voeten van hare weldoenster
gaan zitten; met het hoofd naar haar toe ge
wend, keek zij haar van omlaag aan. In haren
blik las men een diepe dankbaarheid, toewijding
Valentine met den vinger op de glimlachende
lippen, scheen haar te zeggen in die zelfde
i houding te blijven.
Dat was het moeilijkste.
Dit wist ook de artist welhy begon dus
bij haar, en zoodra het de beurt der andere
figuren was, liet hij haar vrij.
„Indate, signorina, zeide hij haar op de ver
schillende stukken op de ezels en aan den
muur, wijzende, gij kunt eens gaan kijken."
Dat liet zij zich geen tweemaal zeggen. Reeds
bij de eerste schrede bemerkte en herkende zij
Jacques.
Een zachte kreet ontsnapte haar.
Jacques legde een vinger op de mond.
Wat is er? vroeg de vorstin zonder zelfs het
hoofd om te wenden.
Valentine had echter wel gekeken.
Zij zag den geheimzinnigen grijsaard terug
met die teedere oogen, dien sedert eenigen tijd
haar hart in beslag had genomen en hare ge
dachten bezighield.
Pépita was echter naar Jacques toegevlogen.
Hij fluisterde, om slechts door haar alleen
gehoord te worden:
„Noel gaat het goedHij denkt aan u
hij bemint u."
De kleine zwerfster moest zich met beide
handen vasthouden om niet van vreugde te
vallen.
„Maar wat gebeurd daar toch?" hernam de
vorstin.
„Niets, zeide Pépita, die voor Jacques bleef
staan, die slechts oogen voor Valentine had."
Op dit oogenblik ging juist de deur van het
atelier open en verleende toegang aan Gontran
en aan den ridder Capriola.
De vorstin liet haar onachtzame houding
varen en reikte de hand aan den Italiaan.
Klaarblijkelijk oefende hij op haar eenigen
invloed uit, maar het was geen hartstocht, geen
liefde die zij bij zijne nadering gevoelde. Die
man, wonderschoon, die verleider van beroep
ging voor onwederstaanbaar door. Zij weerstond
hem en stelde er eer op. Haar schild was hare
dochter. Hij had het begrepen en om de moeder
te ontwapenen had hij zich voorgenomen Gontran
met Valentine te doen huwen.
Hoe kon de vorstin den strik vermoeden
De vicomte d' Alvimare had eene edelen
naam. Een groot fortuin scheen hem verzekerd.
Hij was nog jong en iemand die behaagde
Valentine was daar en boven niet de dochter
van vorst Lubanoff maar de dochter van kolo
nel Bernard. Het was een passend huwelijk.
Misschien wenschte de vorstin, zonder dat
zij het zelf wist, wel vrij te zijn. Valentine
had den moed niet te weigeren zij aanbad hare
moeder, die slechts haar geluk kon willeD.
Hoe meer echter het oogenblik naderde des
te meer gevoelde Valentine zich beklemd. Ook
dezen keer rilde zij bij het zien van den vicomte.
Een oogenblik wilde zij zich voor hem verwijde
ren, vluchten.
Pépita het natuurkind, dat niets der wetten
van de beschaatde samenleving kende, die
slechts aan haar edelmoedig instinct gehoor
zaamde, plaatste zich tusschen Valentine en
Gontran, als om haar te beschermeD, gereed
haar te verdedigen.
„Vorstin, zeide Capriole, de vicomte heeft
u onmiddelijk zijne dankbaarheid willea betooaen
over het contract dat wij van avoud zullen
teekenen.
Het huwelijk afwachtende, dat door een nood
lottig toeval vertraagd is geworden, zrl het
ten minste de verloving zijn."
Eenige gepaste woorden werden er door
Gontran bijgevoegd.
„Betwist men u niet uwe erfenis?antwoord
de de vorstin. Langer uitstellen zoude ons
onwaardig zijn."
„O! zeide de ridder, die eisch zal uit zich
zelve vervallen. De aangewezen erfgenaam
in het zoogenaamde testament, is de moorde
naar van den graaf-"
„Hoe! Jean Baptiste
„Ja, vorstin, dien ellendeling in wien u te
gemakkelijk vertrouwen hebt gesteld.
Alles bewijst, dat hij zich door eene misdaad
een fortuin heeft willen verzekeren
Capriol brak hier af, bij het zien van Valentine
die, trillend en bleek zich eensklaps had opge
richt en door blik en beweging tegen dat kwaad
spreken in opstand kwam.
Maar niet zij sprak, het was Jacques. Hij
had zijnen mantel afgeworpen, naderde en
antwoordde
„Zij, die Jean Baptiste er van beschuldigen,
hebben gelogen! Ik ken den moordenaar en
heb hem zien vluchten."
„En ik heb den misdaad gezien! riep Pépita
uit."
(wordt vervolgd.)
Gedrakt bjj LANQEVELD DB ROOD. TwM
JBm