HARPCARILLON.
Geld beschikbaar
DE KLEINE LORD,
KANTOORBOEKEN
enz. in ruime keuze.
JOH. DE HEER. Rotterdam.
lappen manufacturen,
Tijdelijk voor 50 cent
Regen en Zonneschijn.
puike POLDERAARD APPELEN,
Groote collectie. Uiterst lage prijzen.
Boekhandel Parkstraat.
F euilleton.
Groot huiselijk genot.
De Makelaar KEIJSER,
publiek verhuren:
TE KOOP
Friesche Jammen 2,25 per mud.
Attentie s. v. p. Belangrijk bericht.
Goede kwaltteit. Lage prezen.
Nieuw! Nieuw!
Keurig Instrument, bestaande uit 25 Harpsnaren en een
Klokkenspel, bevattende 18 fijne stalen platen, die een zilver-
reine toon voortbrengen. In normaal toon gestemd, kan het
ook bij elk ander instrument, Piano, Orgel, of wat ook, gebruikt
v orden.
Een kind kan liet spelen.
Prijs compleet, met alle toebehooren, f 13,50, franco thuis
tegen postw.
Prospectus gratis.
Overal Agenten gevraagd.
zal Dingsdag 14 Januari 1902, 's avonds 7,8 uur,
in „de Oranjebooma/d Burg
Voor 6 jaren,
Voor den Heer Dk. J. KEIJSER.
25 Aren TUINGROND bij den
Burg in 12 perceelen,
zijnde gebruikt door J. RIJK Jr.
Verder alle soorten
vroege en late POOTAARDAPPELEN.
D. VERHOEVE, ONGEREN.
Ondergeteekende bericht aan zijn geachten
begunstigers, dat hij even als voorgaande jaren,
gedurende de maand Januari OPRUIMING
houdt van eene groote partij
overgehouden van de Balans. Daar deze col
lectie die van de vorige jaren verre overtreft,
noodigt hij een ieder beleefd tot een bezoek
uit, daar de prjjzen uiterst laag zjjn gesteld,
en aan ieder die voor f 1,koopt, gratis een
BON wordt verstrekt, kans gevende tot 't winnen
van 20 zeer traaie prijzen.
Als hoofdprijzen kunnen worden genoemd:
1 stel Kapok-Kussens, 1 Wollen en 1 Gewat
teerde Satijndeken, 1 Moltondeken, 1 fraaie
Damesjapon etc.
Minzaam aanbevelend,
Hoogachtend, UE. Dw. D.,
Ph. YLE8SING.
op hypotheek huizen en land. Renten 47. k
57» naar gelang van onderpand en bedrag.
Op handteekening met borgtocht voor een
jaar en langer.
J. H. MOOJEN.
het wereldberoemde boekwerk
van F. H. BURNETT.
Dit zoo bij uitstek boelende boekwerk voor
jong en oud, met tal van platen, zijn wij in
de gelegenheid tijdelijk te leveren voor den
gpotprys van slechts 50 cent contant.
Daar de voorraad niet groot is, is spoedige
bestelling zeer gewenscht.
Men haastte zich dus en koope voor slechts
60 cent bovengenoemd boekwerk van 320 blad
zijden flinke druk met vele platen in den
Tegen toezending van 60 cent per postwissel
ol in postzegels van 5 cent, wordt het boekwerk
franco per post toegezonden.
BOEKHANDEL PARKSTRAAT.
at"i werc* ik van mijne zware
TTnTr breuken genezen?
l J ïl Vraagt brochure aan't Pharm.
■Vlil Bureau te VALKENBERG
bij Maastricht No. 121.
13. Novelle door L. R.
IX.
„Toch zeker als de ritmeester niet aanwezig
is," merkte Schram op.
„Natuurlijk," antwoordde Karei; „maartoch
heeft ze mij wel eens verzekerd, dat zij op den
duur liever onder mijn geleide, dan onder dat
van Van Horst rijdt, daar deze haar niet gaarne
ziet galoppeeren, waarvan zij toch dol veel
houdt."
„Gij zijt wel gelukkig, steeds de cavalier te
mogen zijn eener zoo schoone jonge dame,"
sprak Schram. „Het is echter maar goed, als
mijnheer van Horst niet jaloersch is uitgevallen.
Gij zijt beiden jong en gaat, volgens uw zeggen
amicaal met elkander om. Mij dunkt, het is
niet geheel onmogelijk, dat uit die vriendschap
een gevoel van meer teederen aard antstaat."
„Och ja," hernam Karei, „dat is niet geheel
onmogelijkmaar, aangenomen al dat Van
Horst jaloersch is, wat kan hij er aan doen
Zijn plicht roept hem in den Haag, zoodat hij
niet altijd op Bellevue kan zijn, om zijn ver
loofde te bewaken. Hij kan dus niet beter
doen, dan geheel op den trouw van zijn meisje
te rekenen."
„Nu voor 't oogenblik is zij onder goede
bescherming," sprak Schram, naar buiten wij
zende, waar juist de ritmeester en Emma uit
het park te voorschijn kwamen. „O, wat is zij
schoon 1" liet hij er als onwillekeurig op volgen.
„Ja en goed ook," hernam Karei„gelukkig
de man, die haar tot vrouw krijgt."
Weinige oogenblikken daarna trad Van Horst
de kamer van Karei binnen en stond een oogen
blik verbaasd, toen hij daar de heer Schram
aantrof. Spoedig echter herstelde hij zich en
reikte hem als een bekende de hand, welke
door Schram met hartelijkheid werd gedrukt
ofschoon Karei zich verbeelde, dat de hartelijk
heid geveinsd was.
Dat hij in elk geval niet bijzonder op het
gezelschap van Van Horst gesteld scheen, was
duidelijk, daar hij opeens een grooten haast
toonde en weldra vertrok.
Daar Schram te voet was, wilde Karei hem
een eind weegs vergezellenop een veelbe-
teekenden wenk van dezen bleef de ritmeester
op de villa.
Zoodra de beide wandelaars van uit de villa
niet meer gezien konden worden,matigde Sohram
aanvankelijk zijn stap, hetgeen Karei deed
vragen, „of mijnheer Schram nu geen haast
meer had
„Eigenlijk neen, mijnheer Groothart,was
hot antwoord. „Dooh zeg mij eens oprecht,
vindt gij mijnheer Van Horst niet wat trotsch
„Integendeel," was het antwoord„ik vind
Van Horst eon gezellig, vroolijk on rondborstig
jongman.
„Nu, de smaken verschillen soms," sprak
Schram en begon over iets anders te spreken.
Bij een zijweg nam Karei afscheid en wan
delde langzaam naar Bellevue terug. Hier
trad de ritmeester, die hem op het terras had
afgewacht, dadelijk op hem toe en vroeg: „Nu,
mijn vriend, hebt ge al eenige zekerheid ver
kregen f'
„Nog niet, Van Horst; maar ik heb het aas
uitgeworpen, als het visch je nu maar wil bijten."
En daar op dat oogenblik ook mevrouw van
Renen en Emma op het terras verschenen, werd
er over de zaak niet verder gesproken.
De vriendelijke dame verzocht de heeren,
haar te vergezellen naar het prieel, al waar
men dan gezamelijk de thee kon gebruiken.
Verder beklaagde zij zich over Karei, die zich
in de laatste dagen in 't geheel niet aan haar
had vertoond.
Karei verontschuldigde zich door iets te mom
pelen omtrent verschil van stand, doch de dame
bracht hem tot zwijgen door te beweren, dat
zij van iemand, dien zij haar „vriend" noemde
toch ook op eenige vriendschap mocht rekenen.
„En dat hij een goed vriend van ons is heeft
hij herhaaldelijk getoond," voegde zij er bij, hem
vriendelijk aanziende.
Tot laat in den avond bleef men bijeen, zoo
dat Van Horst dien dag geene gelegenheid
vond, Karei nog meer te spreken over Schram
en ook de beide navolgende dagen spraken de
vrienden elkander weinig onder vier oogen
daar Van Horst door Emma in beslag werd
gehouden en Karei een paar verafgelegen hoe
ven moest bezoeken.
Drie dagen na het laatste bezoek van Fredrik
Schram op Bellevue, arriveerden er tegen den
middag gelijktijdig twee brieven, een uit 's Her
togenbosch voor Van Horst en een uit A. voor
Karei. De laatste brief was van Schram en
daarin meldde deze Karei, dat hij plan had,
hem den volgenden dag nog eenige inlichtingen
te komen verzoeken en of hij daarom zoo mo
gelijk tegen elf uur te huis wilde zijn.
Pas had Karei zijn brief ten einde gelezen
of de ritmeester kwam vrij opgewonden, op
zijn kamer stormen, met een geopende brief
in de hand. Dit was wederom een niet-onder-
teekend geschrift, schijnbaar niet door dezelfde
hand als het vorige geschreven, en waarin men
Van Horst zeer ernstig waarschuwde voor Groot
hart.
Onder meer stond daarin, dat men op eene
wandeling Emma eens tot Karei had hooren
zeggen, dat zij liever met hem ging rjjden en
wandelen dan met haar deftigen galant, die
haar nimmer wilde zien galoppeeren en er ook
niet van hield, eens snel te loopen. En toen
had Karei haar hand begrepen en er zijne lip
pen op gedrukt.
Zoodra Karei den inhoud had vernomen, sprong
hij vroolijk op en Van Horst de hand druk
kende, sprak hij"Komaan, mijn vriend, de visch
heeft gebeten, we zullen een heerlijken stekel-
baarsch vangen En nu deelde bij den rit
meester mee, wat hij aan den heer Schram had
verteld en wat deze nu slechts een weinig
vergroot en gekleurd aan Van Horst schreef.
Want dat deze brief weer van Schram kwam
daaraan twijfelde Karei geen oogenblik, al was
het postmerk ook 's Hertogenbosoh. Eene nauw
keurige beschouwing bewees bovendien over
tuigend dat de beide lasterbrieven door denzelfden
persoon waren geschreven.
De beide vrienden bleven nu nog een ge-
ruimen tijd druk zitten praten. Eindelijk stond
Van Horst op en zeide nog: „Dat'blijft dus
zoo afgesproken
„Ja, antwoordde Karei, „kwart over elf ver
wacht ik u hier. Maar wees goed in uw rol,
opdat de schurk ons spel niet begrjjpetoon
maar eens goed, dat ge militair zijt."
„Wees daaromtrent gerust; wie weet of ik
u nog niet in werkelijkheid bang maak."
„Nu, dan zoudt ge toch al raar uit den hoek
moeten komen," hernam Karei glimlaohende,
van een kleintje ben ik nu juist niet vervaard."
Van Horst vertrok, ter wc 1 Karei den brief,
waarmee hij was bezig geweest, voleindigde,
waarna hij zijn hoed nam en eene wandeling
in het park ging maken, teneinde alles te over
denken.
Onwillekeurig plaats genomon hebbondo op
eene bank, dwaalden zjjne gedaohten weldra
af naar 't Noorden, naar zijne Marie; hjj
stolde zioh haar beeld voor den geest, hoe zij
naast hom op de bank achter hare woning ge
zeten, hoe bedroefd zij gedurende hun laatste
reis van Assen naar K. was geweest en einde
lijk hoe innig zij hem nog bij het afsoheid had
aangezien.
(iwordt vervolgd.)
Gsdnikt by LANGBVKLD A Dl KOOU, Un).
Taj Wei P. Kuiper.
Thueré's THEE