J. BLITZ, Tanglefoot Nog 3 Dagen! Vierde Creole VERLOTING DUIZEND GULDEN, G. J. 0. D. DIKKEES, Ieder 30 loten een prijs. liet plaatsen van KUNSTTANDEN enz. BEKENDMAKING. Extra Welt van ZOMERMANTELS!!! Groote voorraad. In de Spekslagerij „De Beurs" GELD. De Makelaar KEIJSER D. J. HOOIGEWAS en NAGRAS van: Te koop of te huur Ph. YLiESSING. Stoomsteenhouwerij. Eerste kwaliteit VARKEN8VLEE8CH, C. VISSER, Slager. heeft pl. m. f 2000 van een particulier beschikbaar op le hypotheek a 4%. Tweede Prijs f 400 of Motor-Rijwiel, Prijs per Lot f 0,50, F euilleton. Om millioenen. publiek verkoopen en verhuren A.B. Alles geschiedt pijnloos. C. G. DE GROOT ZOON. AA. NIET Jz., Veehouder. is aldoor voorradig: Alles eerste kwaliteit. Slijters van een en ander rabat. Aanbevelend, te HENGELO (Geld.) Bestaande uit 3334 prijzen als volgende: (Merk Minerva). Zie verder aanplakbiljetten bij de Wedcr- verkoopers. Trekking 19 Juli 1902 door Notaris SCHEPERS bij WITTE te Hen gelo (G.), wordt niet uitgesteld. Vrije Toegang voor ieder om bij de Trekking tegenwoordig te zijn. LOTEN verkrijgbaar bij Notaris te Texel, zal, ten verzoeke van den Heer S, A. Dijksen te Texel, op Zaterdag- den 19 Juli 1903, 's avonds 7 uur, in het Wapen van Amsterdam" te OOSTEREND, Ongeveer 3,50,00 H.A. van Kavel 13 3,25,00 H.A. 12 2,60,00 H.A. 11 zijnde van alle drie kavels het zuidelijkste ge deelte van de Kaai tot de Molensloot, polder liet Noorden. Nieuwendijk 107 Amsterdam, bericht het geachte publiek, dat hij a. s. Don derdag 17 Juli van 118 uur en Vrijdag 18 Juli van 91 uur in het hotel „de Lindeboom" te consulteeren zal zijn voor Naar aanleiding der advertentie in dit blad van de firma Wed. C. v. Hardeveld Zoon, Vcenendaal, beveel ik mijn fabriek tot het maken van DEKENS en SAJETTEN aaD. Bestellingen worden aangenomen en inlich tingen verschaft door J. BAKKER, beurt schipper, waar prijscouranten te bekomen zijn, Stoomspinnerij, BOLSWARD. De ondergetekende gevoelt zich verplicht om langs dezen weg aan belanghebbenden bekend te maken, dat de gewezen leerling van den Heer P. H. BECKERS, beroemd paardensnijdcr in Friesland, P. STROOMER Jr. te Egmonder- meer bij Alkmaar, bij mij den 24sten Junij.l. een echte KLOPHENGST heeft gesneden met goed gevolg. een HUIS met EllF, waarin 38 jaren met succes e.-n grofsmederij is uitgeoefend, aan den Burg op Texel, dadelijk te aanvaarden. Bij koop kan een deel van de koopsom er op gevestigd blijven. Te bevragen bij den Makelaar KEIJSER. gioote dubbele vellen vliegenpapier, 10 cent. Beleefd aanbevelend, Wed. WESSTRA—Bougaardt. Slijters flink rabat. Ondergeteekende heeft nog voorradig een prachtig partijtje ZWARTE MANTELS, als: keepen, pellerines en zwarte dames Jacots, allen zeer fijne Rualiteit en afwerking, welke zoolang de voorraad strekt worden opgeruimd met TWINTIG procent korting. Aanbevelend, w. F. STOEL 4 ZOO» alsmede VET en MAGER GEROOKT SPEK, BOTERHAMMENWORST. ROOKWORST, SAUSIES DE BOULOGNE, LEVERWORST. GEROOKTE IIAM, GESMOLTEN REUZEL, enz. enz. HOOFDPRIJS 4 Paarden, 4 Koeien of malen minstens l'/s jaar oud, 4 Vette Varkens, 4 Schapen, 6 Heeren- of Dames-Rij wielen, 6 Singer Naaimachines. die ook uederverkoopers vraagt. Dagelijks zijn de prijzen daar ook te bezichtigen 14. Hoofdstuk V. Maar, dat hij den kapitein niet in Laburnum- street zou vinden, wist ik vrij wijl zeker, al was hot ook volkomen zaak, daar eens te infor- meeren, met de heel zwakke kans, dat er misschien toch iets van aan zou zijn. Wat mijzei ven aanging, moer dan ooit was ik overtuigd, dat hier iets niet in den haak was en ik achtte het plicht, het geheele geval ter kennis te brengen van de Londensehe politie. Aan het politie-bureau werd ik juist niet vrien delijk ontvangen. In de eerste plaats eischte men daar papieren en bescheiden, volgens proces-verbaal opgemaakt, een getuigschrift, liefst van den Amerikaanschon Consul, waarbij ik als burger van de Vereenigde Staten werd gelegitimeerd. Dat bracht me weliswaar vreeselijk uit mijn humeurmaar om geen kostbaren tijd to ver liezen, begaf ik me met een cab rechtstreeks naar het Consulaat, waar ik natuurlijk volkomen bekend was. Een der oudere beambten vroeg terstond wat ik verlangde. „Dus u wenscht een certificaat, waardoor u bij de stedelijke politie de indentiteit van uw persoon kunt bewijzen. Goed, dat zullen we u geven. Te vragen waar u achterheen zit, zal wel overbodig zijn. Zeker een zaak van belang P" Ik was met den man op gemeenzame voet, reeds dikwijls had hij mij zooveel mogelijk kleine mededeelingen gedaan. Ik dacht dus, dat hij nu ook wel van dienst zou kunnen zijn want 't was me ter oore gekomen, dat de leden dezer samen zwering voor het grootste gedeelte Amerikanen waren, zoodat ik het niet onwaarschijnlijk achtte, dat de beambten van het Consulaat wel zouden weten of enkele van de hoofdschelmon en fles- scbontrekker8 zich momentoel in Londen op hielden. „De geschiedenis staat in verband met do millioenen van Mr. Field," zeide ik. „U zult zeker wel van het geluk van den jongen En- gelschman gehoord hebben P" „Nu, dat zal uitkomen. Vanmorgenja, nu zoo wat een uur geloden, was hij nog hier. (Het sloeg juist 1 uur namiddag). Heet hij niet kapitein Arthur Morks is dat uw cliënt Deze mededeeling trof me als oen donderslag want ik doorzag aanstonds hoo de mijn was aangelegd. Het ging toch niet aan, dat kapitein Morks gewond in een zijstraat van Harrowroad kon liggen en tegelijkertijd een bezoek afleggen aan het Amerikaansche Consulaat. Eon verder bewijs, dat hier de zaak niet zuiver was op do graat, was wel niet noodig. „Ia, ziet u," zeide ik," „wij werkon voor kapitein Morks. Het geldt hier een oplichters- zaak. Do bende heeft er al heel gauw do lucht van gekregen, dat hij oen stuk wild is. om jacht op te maken. Maar wat was eigenlijk het dool van zijn komst, als ik vragen mag P" „Een kwestie van een volmacht. Een geno- ralo volmacht voor zijn vertegenwoordigers in New-York en overdracht van zekore waarden uit zijn vermogen, aan vertrouwde personen. Een transactie op rechtskundig gebied. De wet schrijft voor, zooals u bekend, dat de oorkonde in tegenwoordigheid van den Consul der Ver eenigde Staten, moet onderteekend worden." „Dus u hebt kapitein Morks in persoon hier gehad, niet waar?" „Ja, zeker, een man, die millioenen bezit. U begrijpt, dat hij ons allen belang inboezemde. En het kwam ons voor, dat hij zijn buitenkansje tamelijk koel opnam. Hij ziet er uit, alszoo'n sportsman van wat minder allooi. Tamelijk lang, maar niets opvallends in zijn uiterlijk, en dan, voor zoo'n schatrijk man, zat h(j wel een beetje ordinair in zijn plunje." „Maar een knap jongmensch, nietwaar? Groot blond, met stramme houding vroeg ik verder. „Neen, dat in 't geheel niet; eerder leelijk, zou ik zeggen. Blond, jawel, maar vierkant en alledaagsch van voorkomen. Maar gesproken heb ik niet met hem. Hij ging met zijn vrien den aanstonds in het appartement van den Consul." „Zijn vrienden waagde ik te vragen. „Daarvoor heb ik de heeren aangezien, maar hij had wel een betere keus kunnen doen. Je hadt onder hen, onder anderen, dien Lawford noemen ze 'm niet Jimmy? Veel weet ik van dat heerschap niet, maar zeker niets goeds. En dan dien overste, Mc Quake, die destijds in dat frauduleus bankroet van Morgan &Sons was betrokken, en een kleinen Italiaanj met een bruin gezicht, die er zoo hongerig uitzag, alsof hij in geen weken een beefsteak gegeten had. Als u soms een vriend van kapitein Morks zijn mocht, dan moest u hem den raad geven, op niet te vertrouwelijken voet met dit gezel schap zich in te laten." „Hem waarschuwen?" zei ik tot mezelf, toen ik van het Consulaat wegging „Als hij naar mij had geluisterd zou hij nooit in zoo'n mal parket zijn gekomen." Hoezeer ik ook verrast was over de snelheid waarmede deze gewetenlooze boeven den kapi tein in hun netten hadden gevangen, zoo werd dit toch nog overtroffen door de verbazing over het grootsche en stoutmoedige van het plan. En dat plan doorzag ik zoo duidelijk, alsof het in druk vóór me lag. Het bestond daarin dat ze hun gevangene met alle middelen en onder, God weet welke mishandelingen, wilden vasthouden, zoo niet verdonkeremanen, terwijl een dubbelganger als oen wassen neus en lid der bende, zijn rol speelde en voor den kapitein handelend optrad, diens vermogen vermorste, of tot den laatsten dollar, dien ze konden los krijgen, bemachtigde, zonder vrees voor bemoeie nis van derden, altijd onder voorwaarde, dat ze hun slachtoffer wisten vast te houden. In hoever reikte nu mijne macht, om die misdadige, maar sluw uitgedachte plannen te dwarsboomen en te verijdelen P Eenige draden had ik tenminste in handen. Ik kende met tamelijke zekerheid het huis of bijgebouwen ervan, waar de kapitein werd vastgehouden. Hem aaaruit zien te krijgeD, was wel het eerst waarop ik moest bedacht zijn. Kwam hij eerst maar vrij, dan kon men veel onheil, het ergste tenminste, voorkomen. Maar al mocht hij nu aanstonds in vrijheid geraken of niet, een zaak van groot gewicht bleef het niettemin, dat men zijn vijanden vervolgde, eens onderzocht wat ze uitvoerden en niets onbeproefd liet, om hun plannon te dwarsboomen. Van drie der ongure bende had ik, dank zij mijn vrienden in het Consulaat, het noodige vernomen twee ervan waren mij met namen genoemd, met een signalement van hun persoon terwijl de derde door die twee kon uitgemaakt worden. Mijn eerste stappen, die ik te doen had, waren me dus duidelijk en gebiedend afgebakend. Toen ik door het „Strand" kwam, ging ik even naar mijne woniDg, om te zien of er eenig bericht was. Van Joseph geen spoor, waaruit ik opmaakte, dat in de Strathallanroad alles bij het oude was. Van daar begaf ik me naar Clarkestreet. De tijd ging voorbij, het was reeds drie uur in den namiddag, en nog was er voor de be vrijding van mr. Morks niets gedaan. Zoo ongeduldig en verlangend ik ook was, om iots voor hem uit te richten, zoo begreep ik toch dat ik uiterst voorzichtig moest zijn. Williams was teruggekomen, en aan zijn ge zicht kon ik zien, dat hij in Laburnumstreet bot had gevangen Natuurlijk was daar van een mr. Morks geon zweem te bespeuren, dat behoelde hij mij niet eens te zeggen, en ook Williams kwam nu tot dio overtuiging do houd door hem meegenomen had hem in dut vermoeden sterk bevestigd- „Mr. Morks was niet in dat huis, bepaald niet, daarvoor staat Leo u borg. Ik hob hem toegeroepen: „Zoek, Leo, zoek 'ml" hoewel do vrouw in dat huis 't soheen een heel onderaardsoho kroeg te zijn hem een smerige rekel noemde en hem wou tegenhouden, maar Leo liet zijn tanden zion en kon zoo het heele huis doorsnuffelen." „Leo is oen prachtvent! We nemen Leo meo op jacht van mr. „Morks he Leo P" De hond had verstand als een Christenmcnsoh, want hij sloot dadelijk vriendsohap met me, kwispelde mot zijn staart en Btak zijn snoet in mijn hand, en toon Williams hem in zijn koeterwaalsch aansprak en riep „Ulululu I zoek, verloren I Leo", jankte en blafte hij en liep als een be- zotene door do kamers." (wordt vervolgd.) Gedrukt bjj LA_NGEVKLD DE KOOU, Texel.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1902 | | pagina 4